De taak van de Pers Nederlandsche economie in oorlogstijd LE9DSCH DAGBLAD - Tweede Blad Maandag 5 Mei 1941 Richtlijnen voor den journalist Rede van commissaris-generaal minister dr. H. Fischböck RECHTZAKEN AGENDA Winterhulp Nederland Het A. N. P. meldt: Zaterdagmiddag is in gebouw Tivoli te Utrecht een vergadering gehouden van het Verbond van Nederlandsche Journalisten, ter gelegenheid van het afkondigen van het Journallstenbesluit door het departement van Volksvoorlichting en Kunsten. De druk bezochte vergadering werd bij gewoond door Ir. Van der Vegte, raadadvi seur en jhr. De Ranitz, juridisch adviseur van het departement van volksvoorlichting en kunsten; Pressedezernent Janke; den heer Von Fetter, Wouter Hulsteyn, persad viseur van den secretaris-generaal van volksvoorlichting en kunsten, W. Goedhuys, vice-voorzitter van het Verbond van Neder landsche journalisten en de leden van den raad van voorlichting Kars en Arts. De bijeenkomst werd geopend door den voorzitter van het Verbond, den heer P. J. van Megchelen, die met een kort woord de aanwezigen welkom heette, in het bijzonder den secretaris-generaal van het departe ment van Volksvoorlichting en Kunsten, dr. Goedewaagen, en eenlge vertegenwoordigers van het rijkscommissariaat. Als eerste spreker nam de secretaris-ge neraal van het departement van Volksvoor lichting en Kunsten, dr. T. Goedewaagen, het woord. Er is een zeer nauwe verwantschap tus- schen volksvoorlichting, opvoeding en on derwijs, aldus spr. De liberale staat stelde het onderwijs onder controle van zijn orga nen en bracht ons volk op een peil van ontwikkeling, waardoor het met recht onder de hoogst beschaafde samenlevingen van Europa wordt gesteld. Een geheel anderen aanblik geeft ons de volksvoorlichting. Haar drie voornaamste organen, de radio, de film en de pers, ontwikkelden zich ten onzet in veel grooter vrijheid, omdat de liberale staat van meening was, dat hier, waar het niet ging om kinderen, maar om volwassenen, de staatscontrole en de staatsleiding tot een minimum moesten worden beperkt. De re sultaten van deze „vrije" voorlichting zijn niet schitterend te noemen. De nieuwe staatsgedachte nu heeft ook zorg voor den volwassen mensch. Zij heeft den plicht, zich ook de voorlichting der vol wassenen aan te trekken en hen tegen slechte invloeden te beveiligen, indien zij dit niet zelf blijken te doen. Van dezen ge zichtshoek uit heeft het departement zijn belangstelling het eerst op de radio gericht. Hier moest veel worden opgeruimd en om gebouwd. Ten aanzien van de film kon meer vrijheid worden gegeven en kon het initiatief van particuliere bedrijfsgroepen gelukkig behouden blijven. Onze derde bemoeiing geldt de pers. Ook hier heeft zich, vooral sinds 1933, een geest van negativisme uitgesproken en ook hier heeft dit negativisme een funeste werking gehad. De pers als oudste onder de drie zus ters heeft In elk geval niet getoond de wijste te zijn. Toen kwamen de noodlottige dagen van 1940 en kort daarna hebben wij toen den raad van voorlichting der Neder landsche pers opgericht. In de tweede helft van 1940 ontstond het Verbond van Ned. Journalisten als een gesloten corporatie van allen, die schrijvend bij de pers betrokken zijn. Het sluitstuk op de bemoeiingen van den raad van voorlichting, die het moge hier geconstateerd worden er. allengs in geslaagd is, de Nederlandsche pers min of meer te magnetlseeren, is het Journalisten- besluit dat den journalist op een gansch ander niveau brengt, dan waarop hij vroe ger verkeerde. Staatszorg voor de persvoorlichting be- teekent, evenals dit bij radio en film "het geval is geweest: le. het verwijderen van die elementen, die den gezonden ontwikke lingsgang tegenhouden, bewust of onbe wust; 2e. het losmaken en actlveeren van die krachten, die bevorderlijk zijn voor de verheffing der Nederlandsche pers en te vens de concentratie en gelijkrichting dier krachten op één doel. De journalist wordt een openbaar functionaris. Het is feitelijk onjuist te zeggen, dat de pers vroeger vrij en thans gebonden is. Het gaat er alleen om, waaraan de pers gebon den is en waartoe zij vrij is, want de pers is altijd gebonden en vrij tegelijk. Het Journallstenbesluit schept een andere gebondenheid en een andere vrijheid voor den journalist. Het bindt den journalist voor alles aan het welzijn van het volk, zooals dit door den Stgat wettelijk en reglemen tair wordt geïnterpreteerd. Het geeft den journalist de volle vrijheid om, elk op de wijze van zijn persoon, zijn confessie, zijn gewest en zijn plaatselijk milieu de nieuwe orde te dienen. De overheid wil door middel van het Journallstenbesluit den journalist onder haar toezicht hebben, hem leiding gevén, hem voor misstappen behoeden. Maar op die basis van verantwoorde een stemmigheid en gelijkgerichtheid eischt zij van hem, dat hij in rijke variatie zijn vrijheid aan den dag legt ten bate van de leidende volksche idee onzer dagen. Er is sinds de eerste be sprekingen, die tot oprichting van den raad van voorlichting leidden, ongeveer een jaar verstreken. In één jaar is het kernvraag stuk niet meer: het derde rijk, maar: Europa met het derde rijk als hartader. Onze pers heeft behoudens enkele hope- looze uitzonderingen, die nu eenmaal iedere revolutie met hun domheid sieren dit begrepen en zal het ln Mei 1942 nog beter begrijpen, nu de Staat zich nog meer van nabij met het perswezen zal gaan bezighou den, dan tot nu toe het geval was. Ten slotte betoogde dr. Goedewaagen, dat volksvoorlichting door radio, film en i. c. door de pers een opvoedkundige taak heeft. De liberale staat heeft vrij goed voor onze jeugd gezorgd, maar slecht voor de volwas senen. De nieuwe staatsgedachte zet dc op voeding ook na den schoolleeftijd nog voort door middel van de volksvoorlichting. Een vrijwel onontgonnen terrein ligt in Neder land hier nog voor ons. Wegen moeten wor den gebaand, methoden uitgedacht, erva ringen gemaakt, experimenten opgezet. Al leen de hoofdidee staat vast: opvoedende voorlichting, die ons in zijn openbare mee ning verfrommeld volk weer recht en glad strijkt. In den geest, van deze idee leze men ook het Journallstenbesluit. lijnen, om den journalist te helpen zijn taak te vervullen: 1. De bouw van het nieuwe Europa berust op de vrije samenwerking van gelijkgerech tigde volksgemeenschappen, staande onder de opperleiding van Adolf Hitler, Führer aller Germanen. 2. Tot het bereiken van het groote doel: De bundeiing van alle Germaans che krachten, wordt in de Nederlandsche pers doorloopend actieve aandacht geschonken aan de cultureele, economische en militaire mogelijkheden, welke de aaneensluiting der Germaansche volken biedt. 3. Aan de geestelijke, zedelijke en ma- terieele versterking van ons eigen volks leven wordt voortdurend gearbeid, aange zien alleen een sterk volk een sterke lei ding kan aanvaarden. 4. Tegenover de bekrompen gescheiden heid der maatschappelijke klassen, de on- noodige toespitsing der godsdienstige ver schillen en de pogingen tot instandhou ding der partijschappen, stelle de pers steeds weer opnieuw de volkseenheidsge dachte, daarbij rekening houdende met de rijke verscheidenheid van stam en streek. 5. Tot het Nederlandsche volk worden geacht te behooren, allen, die van Neder- landschen bloede zijn, doch ook zij alleen. 6. Aan de middelen tot het voorkomen of lenigen van den stoffelijken nood zal in de pers veel aandacht moeten worden besteed. G.edacht wordt hierbij aan landwinning en ontginningswerkzaamheden, aan de propa ganda voor den productieslag, aan de actie voor Winterhulp e.d. 7. Een beter begrip zij door de pers aan gekweekt voor de positie van den bodem bewerker, wiens arbeid de natie voedt. Ons raszuiver hoerendom is de belangrijkste drager der volksgemeenschap. De door eenzijdige verstandaanbidding ontstane minachting voor den handenar beid dient in de pers met kracht te wor den bestreden. Eerbied voor den arbeid en afkeer van parasitair bestaan een ieder Ingeprent. 9. De pers versterke door doeltreffende artikelen en verhalen bij de jeugd den zin voor orde, tucht en kameraadschap. 10. Wil de pers haar verantwoordelijke taak als mede-opvoedster des volks met vrucht kunnen uitoefenen, zoo zal zij, naast het vereischte zelfrespect, den eerbied van lederen Nederlander moeten verwerven. Voorwaarde daartoe is, dat zij ln hechte Kerstmis van dit jaar worden toegekend. solidariteit en onwankelbare waarheidslief de haar arbeid verricht, deloyale metho den uit haar midden bant en met vaste hand de openbare meening in de juiste richting helpt stuwen. De voorzitter van het Verbond, de heer P. J. van Megchelen, gaf een overzicht van den inhoud van het Journallstenbesluit. Hij wees er o.a. op, dat door dit besluit een einde wordt gemaakt aan de beunhazerij in de journalistiek. Niet ieder, die eens een opstelletje in een tijdschrift geplaatst heeft gekregen, kan zich in de toekomst meer journalist noemen. Hij, die niet is toege laten als lid van het Verbond en zich toch journalist noemt, komt in aanraking met den strafrechter. Spreker geloof, als voorzitter van het Verbond krachtig te zullen waken, dat de journalisten hun taak ernstig opnemen. Hij zal niemand lichtvaardig uitsluiten, doch hij zal evenmin aarzelen journalisten, die door hun geschrijf getoond hebben vijan den van het volk te zijn. uit de beroeps- lijst te weren. Ook zullen geen volksvreem de elementen toegelaten worden. De jour nalist is dienaar van het volk en hij moet wel bedenken, dat een negatieve houding bijna even verderfelijk is als opzettelijke misleiding. De journalist, die in dezen tijd bepaalde onderwerpen, welke van belang zijn voor de volksgemeenschap, stelselma tig uit zijn blad weert, is een vijand van het volk en voldoet niet aan de eischen, welke hem worden gesteld. Na deze plichten van den journalist, be handelde spreker zijn rechten en de be scherming, welke hij volgens het nieuwe besluit geniet. De journalist werkt in de toekomst op schriftelijke arbeidsovereen komst en een werkgever kan een journa list niet zonder meer ontslaan. Indien de journalisten hun beroep zorgvuldig uitoefe nen en pogen volkomen open te staan voor den nieuwen tijd, behoeven zij niets te vreezen. De heer J. Learbuch, algemeen secretaris van het Verbond, deelde ten slotte mede dat iemand, die onbekend wenscht te blij ven, een belangrijk bedrag heeft geschon ken, waaruit'jaarlijks, onder den naam „Dr. Goedewaagen-prijs", omstreeks Kerst mis drie prijzen van 500 gulden zullen wor den uitgekeerd aan de drie leden van het Verbond,- die in den zin van het journalls tenbesluit over het fgeloopen jaar de bes te journalistieke bijdrage hebben geleverd in het belang der volksgemeenschap. De beoordeeling geschiedt gezamenlijk door het departement van volksvoorlichting en kunsten, het persgilde en het Verbond van Nederlandsche Journalisten. Voor de eerste maal zullen deze prijzen reeds omstreeks Voor een groot aantal vertegenwoor digers van industrieele bedrijven uit Lim burg heeft de commissaris-generaal voor financiën en economische zaken, minister dr. H. Fischböck, Zaterdag in de bovenzaal van de Redoute te Maastricht een rede ge houden over „Nederlandsche economie ln oorlogstijd". Hij wees allereerst op de beteekenls van de industrie in ons land, waarin veertig procent van de bevolking haar bestaan vindt. Met bijzonderen nadruk verklaarde hij, dat alle maatregelen, die op het oogen- blik getroffen worden, moeten worden ge zien van het standpunt, dat Duitschland op het oogenblik ln oorlogstoestand ver keert. Alles moet dus gericht worden op die voorzieningen, die voor den oorlog en een uiteindelijke overwinning noodzakelijk zijn. Vandaar dat op het oogenblik bedrijfspoli- tieke, economische en sociaal-politieke maatregelen getroffen worden, die ln nor male tijden zeker achterwege zouden blij ven. Deze maatregelen zijn ook niet in overeenstemming met wat men zich in de toekomst van de economische verhoudin gen op het Europeesohe continent voor stelt. De voornaamste moeilijkheid, waarmede de industrie op het oogenblik te kampen heeft, ls het niet In voldoende mate aanwe zig zijn van grondstoffen, terwijl zich ook moeilijkheden met den afzet voordoen. De huidige situatie laat niet toe naar believen over grondstoffen te beschikken en te fa- briceeren. Er moet vervaardigd worden, wat op het oogenblik noodzakelijk ls. Het is moeilijk uit te maken wat Inderdaad noo- dig ls en hoe de bedrijven daaraan aan te pas sen. De ondernemer moet deze vraag zelf onderzoeken. De moeilijkheden zullen min der zijn, wanneer ook de ondernemer zich op dit standpunt stelt en zich weet aan te passen. Deze moeilijkheden zijn bij de be zettende macht echter volledig bekend en deze zal alles in het werk stellen om de overwinning daarvan te bevorderen en de Nederlandsche industrie niet zwaarder te belasten, dan met het oog op de oorlogs doeleinden noodzakelijk is. Een tweede moeilijkheid is dat ook hier binnenkort te verwachten is een gebrek aan geschike arbeidskrachten, waarmede men in Duitschland in nog veel grootere mate te kampen heeft. Dit probleem zal zich in steeds hoogere mate doen gevoelen, naar gelang de werkloosheid geheel ver dwijnt. Ook de sociale doeleinden, die Duitsch land nastreeft, heeft het tot nu toe niet kunnen verwezenlijken in die mate, als wel gewenscht was. Maar ook dit ls een gevolg van den oorlogstoestand. Het streven is er evenwel op gericht den Nederlandschen ar beider een positie te bezorgen, die gelijk waardig is aan die van de Duitsche arbei ders. Dit geldt ook voor de loonpolitiek, waarin men het standpunt huldigt van een rechtvaardige verdeeling van het loon. De de prijs- en huidige toestand JriiSCh„£l I loonpolitiek zooveel mogelijk'gestabiliseerd. De directeur van het Perswezen, de heer blijft, voor zoover de omstandigheden" dat N. Oosterbaan, gaf eenige algemeene richt- toelaten. Loonsverhoogingen zullen dan ook alleen worden toegestaan, wanneer deze onvermijdelijk zijn. De ondernemers moe ten de vraag eener' loonsverhooging dan ook niet zien uitsluitend van het stand punt van hun eigen bedrijf, maar met het oog op het geheele bedrijfsleven. Ik kan absoluut niet begrijpen, aldus dr. Fischböck, dat er in Nederland tal van vennootschappen zijn, die de winst die zij maakten over 1940, gebruikt heb ben om een verhoogd dividend uit te keeren. Dat is niet te verantwoorden in een tijd, dat loonsverhooging onmoge lijk is. Door deze verhoogde uitkeerin- gen wordt het inkomen der aandeel houders vergroot. Afgezien van het sociale en sociaal-politieke standpunt, heeft dit een negatieve uitwerking op de economische positie van het land. Juist in die kringen zitten de klagers over het gevaar voor inflatie en over een te groote circulatie van bankpapier, terwijl zij door hun handelwijze de koopkracht nóg verhoogen. Terwijl de ondernemers klagen over bestaande of nog dreigende gevaren, houden zij vast aan de verhoogde dividend-uitkeering, waaroor zij deze gevaren zelf verhoo gen. Deze politiek begrijpen wij niet. Hier bestaat gevaar voor een misver stand, waarvan de betrokkenen zelf de consequenties moeten dragen. Wij zul len maatregelen treffen om er voor te zorgen, dat deze verhoogde winsten op een behoorlijke wijze worden besteed. Deze verkeerde financieelc politiek wordt bevorderd door eenige persorga nen, die 4e werkelijke belangen van het land niet zien. Of deze bladen een on behoorlijke politiek voeren of specula tieve doeleinden nastreven, blijft het zelfde. Zij kunnen hun werk niet voort zetten en zullen moeten verdwijnen. Zeer zeker is het moeilijk en niet prettig voor ons, dat de voorziening met grondstof fen en levensmiddelen niet kan geschieden, zooals dat wel wenschelijk ls. Op het oogenblik is vooral hinderlijk het gebrek aan aardappelen. Er wordt evenwel bijzondere zorg aan besteed. We zitten nu in een beperkjngstoestand, die onvermijde lijk, is Het was waarschijnlijk beter geweest als de distributie eerder ter hand was ge nomen. Dan had men de aanwezige voor raden over een grooteren tijd kunnen ver- deelen en dan was het gebrek nu niet zoo groot geweest.. Zoodra de nieuwe oogst er evenwel is. ig het probleem .opjgéiosi:, onviut Nederland in de behopfte- aan aardappelen zélf kan voorzien:, Spr. wijst- er verder op, dat voor tal van artikelen de toestand voor VALS CH HEID IN GESCHRIFTE. De rechtbank te Zwollo heeft uitspraak gedaan in de zaak van G. V. te Doornspijk, die veertien dagen geleden terecht heeft gestaan wegens valschheid in geschrifte. Deze zaak hield verband met de malver saties, die eenige jaren geleden in de krin gen van het gemeentebestuur van Doorn spijk zijn gepleegd en toen zoozeer de aan dacht hebben getrokken. Aan verdachte was ten laste gelegd, dat hij zich zou heb ben schuldig gemaakt aan vervalsching der notulen van de boerenleenbank. Nadat deze waren gearresteerd zou verd. er in hebben bijgeschreven, dat hij aanspraak kon ma ken op een voorschot van f. 10.000.Verd. had toen reeds een schuld bij de boeren leenbank van f. 20.000.Naar verd. ter zitting beweerde zou hem het laatste voor schot zijn verleend, ter aflossing van het crediet. dat hem reeds eerder was verleend. De borgen, die hij had opgegeven wisten daar niets van en ook het bestuur kon zich van een dergelijke beschikking niets her inneren, De officier van justitie eisohte daarom een gevangenisstraf van 1 jaar. Verd. werd thans veroordeeld tot 3 maan den gevangenisstraf. HAAGSCHE RECHTBANK. Diefstal van stoffen. In het bedrijf van den fabrikant A. te Voorschoten, bleek eenigen tijd geducht te wofden gestolen. Uit de opslagplaats ver dwenen telkens hoeveelheden stoffen, en toen A. op zekeren dag op het station te Voorschoten "wandelde, constateerde hij dat zijn knecht E. P. M. G. er met een pak stoffen vandoor ging. De jongeman werd aangehouden, en stond nu terecht wegens diefstal. Hij bekende het feit, en de Officier vorderde tegen hem vier maanden gevange nisstraf. De verdediger wees erop dat er veel werd gestolen, en de patroon toch alle werknemers in zijn bedrijf heeft willen houden. Hij vroeg clementie. De lange straflijst. Het ls een lange straflijst die de koopman A. van W. uit Leiden heeft, en dit was ook één van de redenen, waarom de Officier te gen hem een jaar gevangenisstraf had ge- eischt. Verdachte had uit een perceel aan den Rijnsburgerweg te Oegstgeest drie rijks daalders gestolen, die de dienstbode even op den tafel in den keuken had gelegd. Toen van W. werd aangehouden, had hij het geld nog. De rechtbank heeft in deze zaak uit spraak gedaan, en verdachte veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf. De geestvermogens. Een jaar en. drie maanden gevangenis straf had de Officier geëischt tegen T. J. T. uit Leiden, die thans gedetineerd is ln het Huis van bewaring. Verdachte had uit een vereeniglngsgebouw „Reoboth" aan het Ra penburg op 2 Maart een winterjas gestolen, waarna op 2 Maart een gelijke gebeurtenis volgde in een perceel aan de Oude Vest, Verdachte is reeds herhaalde malen veroor deeld, en daarom werd een strenge straf noodig geacht. De Rechtbank heeft thans in deze zaak beslist dat een onderzoek zal worden ingesteld naar de geestvermogens van verdachte. de Nederlandsrhe bevolking nu gunstiger is dan tijdens den wereldoorlog. Het streven ls er op gericht bij de verdeeling de giootst mogelijke rechtvaardigheid te betrachten. Daartoe ls de medewerking van de bevol king noodzakelijk. Het ls noodig de produc tie van voedingsmiddelen zoo hoog moge lijk op te voeren. Spr. hoopt, dat men dit zal begrijpen en daaraan mede zal werken. Dit geldt ook voor de voorziening met grondstoffen. Er komt een verordening, welke beoogt de verwerking van sommige metaalproducten aan banden te leggen. Dit gebeurt om te zorgen, dat aanwezige voor raden zoo nuttig mogelijk besteed worden. Sprekende over de lasten, die op het volk rusten, herinnert spr aan de rede, die de Duitsche minister van financiën dezer dagen te Weenen gehouden heeft en waar in deze de opbrengst van de Duitsche be lastingen besprak. Wanneer Nederland naar verhouding even zwaar belast was als de' Duitsche bevolking, zou hief aan belasting opgebracht, moeten worden een bedrag van 2,3 milliard guldén, terwijl de belastingop brengst over 1940 slechts 900 mlllioen gul den bedroeg Wanneer Duitschland een der- gelijken last kan dragen, moet dat ookvoor Nederland mogelijk zijn. Voor dekking van de kosten zal men zijn toevlucht nemen niet alleen tot leeningen, maar ook tot een verstandige belastingheffing. Die vermeer- lering is ook mogelijk door een strenge controle op al datgene, wat inderdaad be lastbaar is. Wat de kolenvoorziening betreft, produ ceert Limburg voldoende om de behoefte van geheel Nederland te dekken. Het Euro peesohe continent heeft evenwel niet vol doende om zijn geheele behoefte te verzor gen, omdat de aanvoer van Engelsohe kolen stóp ligt. Duitschland produceert ook meer dan het noodig heeft, maar andere landen hebben te weinig of geen kolen. Deze lan den moeten dus door de kolenproducenten verzorgd worden. Nederland kan daarbij niet op het standpunt staan, dat liet alleen voor zich zelf heeft te zorgen, maar het moet meehelpen in de Europeesche een heid. Het uitvallen van Engeland Is niet alleen de oorzaak. Dat zou wel te compenseeren zijn. Ook de transportmoeilijkheden spelen hier een rol. Dit is echter een tijdelijk pro bleem. want als de transportmoeilijkheden zijn opgelost ls de toestand weer in orde. In. geen geval mogen deze moeilijkheden oorzaak zijn, dat bedrijven worden stop gezet en daarom zal ook alles in het werk worden gesteld om dat te voorkomen. Spr. besluit met er op te wijzen, dat hij de verschillende punten vrijmoedig heeft besproken om te bewilzen dat de Duitsche autoriteiten de verschillende moeilijkheden kennen. Voor zoover zij daartoe in .staat zijn. zullen zij alles in het werk stellen om ze op te lossen Spr beschouw! het als zijn voornaamste taak de bedrijven daarin te helpen ea doet een dringend beroep op de aanwezigen er toe mede te werken dat het Naderlandsche bedrijfsleven over de.bë- sfaaïiöe moeilijkheden wordt heen gehol pen. Heden. 't Raedthuys (IC. IS): Vergadering van Schoenmakers,8 jut wm. Pias^ng". Jeruël: Samenkomsten te 10%. uur voorm. en 3 en 8 uur nam. Morschweg 59: Stadsevangelisatie te 7% uur nam. DIVERSEN 's Dinsdags: 1ste Binnenvestgracht 22: Ge legenheid tot inenting tegen typhus en diph- t-erie, 113 uur. 'sDinsdags: Oude RJjn 44 c: Prot. Bureau voor Sociale Adviezen. 78 uur nam. Dinsdag, Mare L3: Medisch Opvoedkundig Bureau 9%11 uur voorm. Arbeidsbeurs (Levendaal): Iedere derde Dins dag der maand consultatiebureau voor onvol- waardigen 3—uur nam. Donderdags WJJkgebouw „Bethesda" (Hoel- straat 4446)Consultatiebureau voor Alcoho listen 8 uur nam. s Vrijdags, Inst. voor Praeventleve Genees kunde Consultatiebureau v. Beroepskeuze 4—5, BIOSCOPEN. T 18 Jaar; 14 Jaar; 5 alle leeftijden. Luxor-theater: „Operette" Dagelijks nam. 2 en 8 un 's Zondags 2—7 uur. doorL voorstelling. Lido-theater: „Frou Sixta" Dagelijks 8JL5 uur nam.; 's Zondags te 2, 4.30 en 7% tu, Woensd. en Zaterd. matiriée 2.30 u, Trianon-theater: „Rosen in Tirol" t Dagelijks 2 en 8 uur, 's Zondags van 2—6.30 uur doorL voorstelling. Casino-theater* ..Concert in Tirol" 5 Dagelijks 8 uur. Woensdag en Zaterdag ook 2uur. Zondags te 2. 4% en 8 uur., Rex-theater: „Watt en Watt als dakloo- zen" Dagelijks 2 en 8 uur nam.; Zondag 2—6% uur doorl. voorstelling. Nova-theater (Katwijk aan Zee): Nam. 8 uur, (Zondags gesloten) „Watt en Watt in het paradijs". O De avond-, nacht- en Zondagsdienst der apotheken te Leiden wordt van Zaterdag 3 Mei 20 uur tot Zaterdag 10 Mei 8 uur waargenomen door: de Apotheek ,Tot Hulp der Menschheid", Hooigracht 48. Tel. 21060; de Doeza-Apotheek, Doezastraat 31, Tel. 21313. Te Oegstgeest door: de Óegstgeestsche Apotheek. Wilhelminapark 8, Tel. 26274. LUCHTTEMPERATUUR, 9 uur voorm.: 8 gr. C. (46 gr. F0. WATERTEMPERATUUR. Zweminrichting „Poelmeer". 12 uur 'smiddags: (10 gr. C.). Gironummer van de W. H. N. 5 553. De Bank van do W.H.N. ls Kas- vereenlglng N. V, Amsterdam, Postgïronnmmer 877 Sforf op 5553 of 877. Ge brengt gelub in veler levèn. DINSDAG 6 MEI. Hilversum I, 415,5 M. Nederl, Programma 6.45 Grammuziek 6.50 Ochtendgymnastiek - 7.00 Grammuziek 7.45 Ochtendgymnastiek - 8.00 BNO: Nieuwsberichten 8.15 Schriftlezing én meditatie (uitzending voorbereid door de Christ. Radio Stichting) 8.25 Gewijde muziek (gr. pi.) 8.45 Grammuziek 9.15 Voor de huisvrr>.w 9;17 Grammuziek 10.20 Decla matie 10.40 Orgelspel 11.15 Zang met pianobegeleiding en gram.muziëfc 12.00 Musi- quette 12.30 Voor den boer 12.42 Almanak 12.45 BNO: Nieuws- en economische berich ten 1.00 Grammuziek 1.15 Omroeporkest 2.10 Voor de vrouw 2.30 De Ramblers én en semble Bandi Balogh 3.45 Grammuziek 4.00 Cyclus „Ons geloof en ons werk" (uitzen ding voorbereid door het Vrijz. Protest. Kerk- comité) 4,20 Grammuziek 4.30 „De Jonge Beethoven", causerie (met grammuziek) 5.00 Grammuziek 5.15 BNO: Nieuws- economische en beursberichten 5.30 Amusementsorkest 6.15 Lezing „Hét rassenvraagstuk" 6.30 Ensemble Erika Helen 7.00 BNO: Vragen van den dag 7.15 Grammuziek 7.30 Duitsche les 8.00 BNO: Nieuwsberichten 8.15.Spiegel van den dag 8.30 omroeporkest en solist 9.10 causerie „Nederland, voedt zich zelf," pro ductieslag 1941 9.25. avondwijding, voorbereid door het Vrijz Prot. Kerkcomité 9.30 bericht-en Engelsch 9.45 BNO Engelsche berichten - 10.00 BNO: Nieuwsberichten, sluiting. Hilversum II, 301,5 M. Nederl. Programma 6.45 Grammuziek 6.50 Ochtendgymnastiek - 7.00 Grammuziek 7.45 Ochtendgymnastiek -- 8.00 BNO: Nieuwsberichten 8.15 Gram.muziek 10.20 Pianovoordracht en grammuziek 11.00 Declamatie 11.20 Ensemble Amende -r 12.00 Berichten 12.15 Omroeporkest 12.45 BNO: Nieuws- en eponomische berichten De Mélodisten en soliste 1.45 Grammuziek 2.00 Arnhemsche orkestvereeniging, solist en grammuziek 3.30 Voor de zieken 4.00 Or gelconcert 4.30 Voor de jeugd 5,00 Grari-- muziek 5.15 BNO: Nieuws- econqmische en beursberichten 5.30 Orkest Eloward Voor amateur-filmers 6.15 Orkest Elowara 6.45 Gram.muziek 7.00 BNO: Vragen van den dag 7.15 Gram.muziek 7.30 Ensemble Bart Ekkers 8.00 BNO: Nieuwsberichten -* 8.15 Spiegel van den dag of gram.muziek —J-r. Radiotooneel 9.15 Gram.muziek 9.30 Veening en zijn ensemble 10.00 BNO: Nieuws berichten sluiting, GEM RADIO OÏSTRJBUTIEBEDPJJF. Voor Dinsdag 6 Moi. iste Programma 6.4522.00 Hollandse'0 Programma 22,0024.00 Duitóch Program^3- 2de Programma 6.45-22.15 'Hollandsen Pr°* gramma 22 15-23.00 Hollandsch ProgvjjJ] ma. uitsluitend voor Radio-Centrales 23-00-* .24,00 Dqitsch Programma. - 3de en 4de Programma 6.4524:00 Duitse0 Programma. 2-2

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1941 | | pagina 6