BINNENLAND Uit den Leidschen Raad Ons Kort Verhaal LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 8 April 1941 Derde Blad No. 24858 32 ste Jaargang Vrijdag en Zaterdag a.s. geen beurs Danslessen mogen doorgaan Dubbele geslachtsnamen Het afhalen van afvalstoffen Reorganisatie van het apothekerswezen RUgP'\n aeas De „Paaschrust' Ir. Mussert sprak te Amsterdam Een formeele zitting Een beste medicijn! De secietaris-geneiaal van het Departement van Financiën heeft bepaald, dat op Goeden Vrijdag 11 en Zaterdag 12 April de beurzen voor den geld- en fondsenhandel zullen zijn g e- sloten. In verband met het verbod van al het openbaar dansvermaak, wijst men er van bevoegde zijde op, dat de dans lessen in de dansscholen gewoon kun nen doorgaan. EEN ALGEMEENE CONTROLE WORDT INGESTELD. De toepassing van de bepalingen omtrent vergelijking en waarmerking van persoons kaarten-, vervat in het besluit bevolkings boekhouding, heeft aan onderscheidene gemeentebesturen en ambtenaren van den burgerlijken stand aanleiding gegeven tot •het instellen van onderzoeken naar de rechtmatigheid van in de bevolkingsregis ters voorkomende z.g. dubbele (samenge stelde) geslachtsnamen van Nederlanders. Deze onderzoeken hebben in vele gevallen, op grond van gebleken onjuistheden, geleid tot een herziening van dubbele geslachts namen. Aangezien niet alle gemeentebestu ren en ambtenaren van den burgerlijken stand steeds dergelijke onderzoeken hebben ingesteld, zijn daarentegen vele inschrijvin gen van dubbele geslachtsnamen gehand haafd, welker rechtmatigheid evenzeer aan twijfel onderhevig is. Hierdoor en mede ten gevolge van moeilijklieden, waarop de on derzoeken soms stuitten zoo schrijft de secretaris-generaal van het dep. van bin- nenlandsche zaken aan de gemeentebestu ren is de niet te aanvaarden toestand ontstaan, dat afstammelingen van eenzelf den voorouder in het eene bevolkingsregister staan vermeld onder een dubbelen ge slachtsnaam, terwijl hun aanvankelijke naamgenooten in een ander bevolkingsre gister thans zijn beschreven onder een en kelvoudiger! naam. Met het oog ook op de invoering van persoonsbewijzen hier te lande, heeft genoemde secretaris-generaal, na ge pleegd overleg met zijn ambtgenoot van justitie besloten, een centrale con trole te doen plaats hebben op alle dub bele (samengestelde) geslachtsnamen van Nederlanders, welke in de bevol kingsregisters voorkomen. Van deze controle mag geen enkele dubbele ge slachtsnaam worden uitgezonderd. In het onderzoek zullen ook moeten wor den betrokken de dubbele geslachtsna men, waarvan de rectificatie, althans de controle na 1 Juli 1936 (datum van inwerkingtreden van het besluit bevol kingsboekhouding) reeds is geschied. Met de controle van de bedoelde geslachts namen zal v/orden belast de hooge raad van adel, die deskundig is op dit gebied en die beschikt over omvangrijk genealogisch ma teriaal. Het door den hoogen raad van adel in te stellen onderzoek naar de rechtmatigheid van de dubbele geslachtsnamen zal zich uit strekken tot aan het tijdstip van de invoe ring van den burgerlijken stand hier te lande. Indien genoemd college van oordeel is, dat een dubbele geslachtsnaam onrechtma tig gevoerd wordt, zal de naam in zijn recht- matigen vorm in het bevolkingsregister hersteld moeten worden. De secretaris-gene raal van het departement van Justitie is voornemens te bevorderen, dat de akten van den burgerlijken stand, waarin de naam voorkomt, voor zooveel noodig tevens met den werkelijken toestand in overeenstem ming zullen worden gebracht. De omstandigheden, dat de dragers van dubbele geslachtsnamen vaak niet bekend zijn met het daaraan klevend gebrek, geeft hun uiteraard echter geen recht op het blij ven voeren van die namen, aangezien van verkregen rechten op dat gebied geen sprake kan zijn. De geslachtsnaam toch is niet vatbaar voor eigenmachtige verandering 'of uitbrei ding. Wordt op het behoud van een dubbe len geslachtsnaam prijs gesteld, dan blijft het voor de belanghebbendenmogelijk naamsverandering aan te vragen. Bij de be oordeeling van de aanvrage zal met bijzon dere omstandigheden rekening worden ge houden. JUBILEUM NEDERLANDSCHE AKADEMIE VAN WETENSCHAPPEN. Zondag was het honderdvijf en twintig jaar geleden, dat het Nederlandsche insti tuut van wetenschappen, letterkunde en schoone kunsten te Amsterdam werd op gericht. De tegenwoordige Nederlandsche akademie van wetenschappen, is hiervan de regelrechte voortzetting. In de gisteren gehouden jaarlijksche vereenigde vergade ring van beide afdeelingen der akademie, nl. de afdeeling letterkunde en de afdee- ling natuurkunde, hebben het woord ge voerd de voorzitters van deze afdeelingen, resp. prof. dr. J. Huizlnga en prof. dr. J. van der Hoeve, over het thema vijfmaal vijf en twintig jaar wetenschap in Neder land. DE ORGANISATIE WORDT NOG OPGEBOUWD. De directeur van het rijksbureau voor oude materialen en afvalstoffen heeft op de persconferentie te Den Haag een uit eenzetting gegeven waaraan het volgende is ontleend. Na een uitvoerige beschouwing van de noodzaak, afval te verzamelen om met de hieruit bereide grondstoffen de industrie te voeden, gaf spreker enkele voorbeelden van de wijze, waarop de stoffen, die vroe ger als waardeloos werden weggegooid, thansnu de aanvoer van diverse mate rialen uit het buitenland stopgezet is, wor den verwerkt tot onontbeerlijke artikelen. In de toekomst zal de lijst van afvalstof fen, die niet vernietigd mogen worden, nog wel worden uitgebreid. Het kan echter niet bij dit vernietigingsverbod blijven, doch ook het inzamelen en het zoo snel mogelijk doen bereiken van den plaats van bestem ming dient te worden georganiseerd. In de steden met een aantal inwoners boven 20.000 zal nu een wijk verdeeling voor de inzamelaars worden ingevoerd door het rijksbureau voor oude materialen en afval stoffen in overleg en in samenwerking met de directeuren der plaatselijke reinigings diensten. Iedere „leurder" zal een bepaalde wijk toegewezen krijgen en zal dan ook verplicht zijn die wijk regelmatig en inten sief, zoo mogelijk iedere week, te bewerken en huis aan huis te vragenof er iets mee te geven is. In Utrecht, Gouda en Voorburg is met de invoering van deze wijkverdeeling reeds begonnen en de bedoeling is, daartoe ook elders op korten termijn over te gaan, ter wijl ook in de kleinere gemeenten en op het platteland een meer stelselmatige inzame ling zal worden georganisered. Er zullen natuurlijk nog enkele maanden noodig zijn om deze organisatie over het geheele land tot stand te brengen, maar daarna zal dan ook het geheele apparaat voltooid zijn, dat dienen moet om alles, wat uit het con- sumptieproces afvalt, voorzoover het be hoort onder het begrip „oude materialen en afvalstoffen" en wat nog als grondstof voor onze nijverheid dienen kan, op de meest snelle en economische wijze naar de industrie te leiden. In een onderhoud met een redacteur van het A.NP. legde de In ons land vertoevende Relschsapothekerfiihrer Schmierer den na druk op het belangrijke verschil tusschen den toestand op pharmaceutlsch gebied hier te lande en in Duitschland. In uw land zoo zeide hij kan een ieder, die in het bezit van het apothekersdiploma is, zich als apotheker vestigen. Het doet er ook niet toe waar hij zich wil vestigen. Het gevolg is dat de adspirant-apotheker zich uit ma- terieele overweging gaat vestigen in de dichte bevolkingscentra en voornamelijk in die wijken, waar de beter-gesitueerden wo nen In arbeiderswijken en op het platte land gaat hij liever niet. Het ligt voor de hand dat een dergelijke ontwikkeling vol komen in strijd is met het sociale gevoel alsmede met de belangen van de volksge zondheid. Aan dezen misstand dient naar mijn meentng aldus spreker een einde te worden gemaakt. Om tot een reorgani satie te komen heb lk dezer dagen met verschillende vooraanstaande figuren van de afdeeling volksgezondheid van het de partement van sociale zaken en uit het Nederlandsche apothekersbedrijf bespre kingen gevoerd. Hierbij is natuurlijk ook de organisatie van het apothekerswezen in Duitschland besproken, een organisatie naar welk model ook het Nederlandsche apothekerswezen moet worden opgebouwd, ve^nv^ i lead." vlug 1418 (Ingez. Mea.) omdat zij alleen beantwoordt aan de eischen welke daaraan sociaal en economisch ge steld moeten worden, Duitschland zoo ging spreker voort telt rond drieduizend kleine en rond zevenduizend middelbare en groote apotheken. Het aantal apothekers bedraagt circa 25.000. In tegenstelling met den toestand in Nederland bestaat in het Duitsche rijk geen vestigingsvrijheid. De organisatie van het apothekerswezen berust hier op een ver gunningstelsel. De vergunningen zijn over het geheele land zorgvuldig verdeeld, het geen hierop neerkomt, dat er per acht a tienduizend ziélen één apotheker geves tigd is. Een overeenkomstige organisatie is naar mijn meening ook in Nederland in het belang van de volksgezondheid noodzakelijk en ik heb den heeren met wie ik dezer dagen besprekingen heb gevoerd, ook in deze rich ting voorstellen gedaan. De heer Schmierer zeide ten slotte nog, dat ook in Nederland sche apothekerskringen reeds langen tijd de behoefte aan een reorganisatie heeft be staan, maar dat het parlementaire systeem de doorvoering, daarvan steeds in den weg heeft gestaan. Ter aanvulling van het gisteren gepubli ceerde bericht betreffende verboden bijeen komsten met Paschen kan worden gemeld dat het alléén slaat op politieke bijeen komsten of vergaderingen met een «eniger mate politieken inslag. Andere bijeenkom sten (schiouwburgvoorstellingen, concerten, sportwedstrijden e.d.) kunnen gewoon doorgaan. HELMOND KRIJGT EEN TEXTIEL- DAGSCHOOL. De voorzitter van de ambachtsschool te Helmond, de heer J. J. Ebben, heeft mede gedeeld, dat thans toestemming is verkre gen tot den bouw van een textieldagschool aldaar. Reeds enkele jaren werd door het gemeentebestuur en het bestuur der am bachtsschool gestreefd naar het vestigen eener textieldagschool, welke te Helmond, met haar talrijke textielfabrieken, zeerwerd gemist. Nu de toestemming van hooger- hand is afgekomen, gaat dan ook een lang gekoesterde wensch in vervulling, RECHTERLIJKE MACHT. Bij besluit van den secretaris-generaal van het departement van justitie zijn benoemd tot substituut-officier van justitie bij de arrondissements-rechtbank te 's Graven- hage: mr. F. M. Wilbrenninck, thans substituut officier van ius&ilie bij de arrondissements rechtbank te Rotterdam; en mr D. J. van Gilse, thans ambtenaar 'an het openhaar ministerie oij de kantonge rechten in het arrondissement Leeuwarden; tot rechter-plaatsvervanger in de arron dissementsrechtbank te 's Gravenhage: mr. H. J. Ferwerde, rechter-plaatsvervan ger in de arrondissementsrechtbank te Haarlem; mr. A. J. Veldman, kantonrechter-plaats- vervanger in het kanton Den Helder; mr. P. Smit, werkzaam bij de afdeeling personeel zeemacht van het departement van defensie; jhr. mr. C. L. van Beyma thoe Kingma, advocaat en procureur te 's Gravenhage; mr. J. van Ginhoven, advocaat en procu reur te Amsterdam; en mr. L. J. van Gelein Vitringa, advocaat en procureur te 's Gravenhage. GROOTE BIJEENKOMST DER N.S.B. Het A.NP. meldt: In het Concertgebouw en in twee zalen van „Bellevue" te Amsterdam heeft de N.S.B. gisteravond openbare vergaderingen belegd, waar de leider der NB.B., ir. A. A. Mussert, en de heer J. L. H. de Bruin als spekers optraden. Er was zeer veel belang stelling voor deze vergaderingen. In het Concertgebouw werd de vergade ring geopend door den propagandaleider van het gewest Noordholland, den heer J, de Haas, die er op wees, dat in drie zalen meer dan vijfduizend Amsterdammers bij eengekomen waren om naar ir. Mussert te luisteren, die op dezen avond tweemaal in verschillende gebouwen zou spreken. Na de toespraak van den heer De Bruin betrad de leider der N.S.B., ir. Mus sert, die met stormachtig gejuich en hou- zee-geroep werd ontvangen, het podium om de vergadering toe te spreken. Na als zijn overtuiging, uitgesproken te hebben dat de tijd zal aanbreken, waarin een nieuw en rechtvaardig Europa zal ont staan, behandelde ir. Mussert onze natio nale positie. „Wij zijn trotsch, zoo zeide hij, op onze historie en zien hoog op tegen onze voor ouders, die deze geschiedenis gemaakt hebben. Van 15001712 hebben een half millioen Nederlanders een wereldheer schappij gehandhaafd. Daarna, toen Enge land gewonnen had, is men zich gaan aanpassen. Nederland heeft zich laten sle pen door het Engelsch fregat. Zoo heeft men het 20 jaren uitgehouden en daarom is men volkomen ingesteld op Engeland. Tweehonderd jaren lang heeft men gepro beerd zie hzoo'n beetje te handhaven en altijd is men afhankelijk geweest. Van 19141918 hebben wij op de wip ge zeten en den eenen dag hebben wij toen een trap van links en den anderen dag een trap van rechts gekregen. Dat hebben wij nu weer geprobeerd, maar de trap, dien wij nu gekregen hebben, is zoo hard ge weest, dat wij er af gerold zijn". De heer Mussert memoreerde het ver* loop van den oorlog en zeide dat Hitier, dt man op wiens schouders de taak rust een nieuw Europa op te bouwen, zal winnen. „Ik ben zoo vervolgde hij een vurig Nederlander en wanneer ik zou kunnen veronderstellen, dat Hitier na den oorlog Nederland zou koeieneeren, zou ik vuriger voor Engeland en Amerika zijn dan de vu rigste jood. Maar ik heb het geloof en de overtuiging, dat Hitier het beste met ons voorheeft, dat hij Europa onder den druk van Engeland zal weghalen en sociaal zal bevrijden van het kapitalisme en het jo dendom en Nederland de plaats zal geven, welke het toekomt. Wij moeten in den bond van Germaan- sche volken samen leven in verbondenheid en eindelijk leeren inzien, dat het tijd wordt op te houden met vechten tegen el kander. Wanneer wij er niet waren, zou Neder land een deel van Duitschland worden. Wij moeten niet klagen, maar ons verbazen, dat wij het er tot nu toe zoo goed hebben afge bracht. Vergeleken bij België en Frankrijk leven wij hier in een paradijs". Ondanks alles houdt spr. zijn onverwoestbaar geloof in de overwinning van de sociale gerech tigheid, die zich reeds aankondigt door voorposten als de winterhulp, boerenstand in eigen hand en het verdwijnen van kwee- kelingen met acte en de veel te groote klassen. Spoedig ook hoopt spr. het einde te kunnen constateeren van het slaven- merk, dat men rijwielplaatje noemt. Ten slotte wees ir. Mussert op het belang voor de N.SJ3. hen, die tegenover haar staan, tot andere gedachten te brengen. NA 1 MEI GEEN VERGOEDING MEER VOOR VERWARMING BIJ INKWARTIERING. Blijkens een bericht van den secretaris generaal van het dep. van binnenlandsche zaken aan den burgemeester mag met in gang van 1 Mei a.s. geen vergoeding voor verwarming bij inkwartiering meer worden toegekend. VERSPREIDE BERICHTEN. Aan J. J. Kruizinga is met ingang van 2 April eervol ontslag verleend als commis saris van politie te Zeist. Voorzitter wethouder-loco-burgemeester mr. A. F. L. M. Tepe. Na goedkeuring der notulen vain de vorige vergadering en afdoening der inge komen stukken, w.o. een aantal missives van Ged. Staten, houdende goedkeuring van genomen raadsbesluiten, deelde de VOORZITTER mede, dat slechts die punten in deze vergadering in behandeling zullen worden genomen, die öf van formeelen aard' zijn of wel spoed vereischen. Mitsdien worden de punten 1, 3, 5, 6, 7, 3, 9, 10, 21, 23, 24 en 25 van de agenda afgevoerd. 2e. Praeadvies op het verzoek van J. Wol ters, om ontslag als ambtenaar van den Burgerlijken Stand. (30) Conform besloten. 4e. Benoeming van een ambtenaar van den Burgerlijken Stand, bestemd om den ambtenaar, 'belast met alle aan den ambte naar van den Burgerlij-ken Stand opgedra gen werkzaamheden, te vervangen. (30) Benoemd wordt de heer P. A. de Tombe met algemeene stemmen. 11e. Praeadvies op het verzoek van Mej. M. H. C. Pels, om ontslag als hoofd van de openbare bewaarschool aan de Gortestraat. (34) Conform besloten. 12e. Suppletoire begrootingen, dienst 1938 en 1-939, van het Heilige Geest- of Arme Wees- en Kinderhuis. (35) Z. h. st. goedgekeurd. 13e. Rekeningen, dienst 1938 en 1939, van het Heilige Geest- of Arme Wees- en Kin derhuis. (35) Z. h. st. goedgekeurd. door JACOB STEBLER. Op een morgen kreeg boer Struikelaar het in zijn hoofd eens te blijven liggen. De reden was een gezwel aan zijn knie, dat hem el lendig pijn deed. En omdat een ongeluk zelden alleen komt, stormde dien middag ook nog vrouw Struikelaar de ziekenkamer binnen: „Man! Onze schimmel hlnktl Mis schien heeft-le wel een spijker in zijn poot. Dat arme beest!" Het was niet zoo erg, dat boer Strulkelaar ziek was. Veel erger was het dat het paard iets mankeerde, want dat beest heeft twaalf honderd francs baar geld gekost. Daar was voorzichtigheid geboden. Derhalve zond de boerin dadelijk haar zoontje naar den vee arts, dat wil zeggen naar twee artsen, met een, aangezien boer Struikelaar niet van plan was zich door een veearts te later, be handelen. Rheumathiek! stelde veearts Ossebeen de diagnose na het paard te hebben onderzocht. En ook de dokter, die den boer onderzocht, constateerde: Rheumatiek. En beiden haal den omslachtig en gewichtig een papiertje te voorschijn, krabbelden daarop het recept, wenschten goede beterschap en beloofden over een weekje weer te komen kijken. Jan junior werd naar de apotheek ge stuurd. gaf zijn recepten af en ontving twee flesschen met verschillenden inhoud. Zoover was dus alles in orde. Alleen wist niemand welke flesch eigenlijk voor den boer was en welke voor het paard. Eerst begon het heele gezin te raden, maar ten slotte besloot heer Struikelaar heldhaftig zelf de belde medicij nen eens te probeeren. want hij wilde niet het risico loopen, dat het paard misschien ziek zou worden van een verkeerde medicijn. Dat kon hij tegenover zijn geweten niet verant woorden. Boer Struikelaar greep dus naar de eerste de beste flesch. Zij bevatte een kleurlooze vloeistof, waarmee, volgens de gebruiksaan wijzing de zieke plek driemaal per dag krachtig moest worden ingewreven. De boerin goot haar hand vol met de genezende tinktuur en stortte zich ermee op den ge zwollen knie van haar man. Een gil, en boer Struikelaar trok doodelijk verschrikt zijn ge martelde been terug. „Goeie genade!" schreeuwde hij, dat lijkt wel vuur! Dat is mijn medicijn niet! On mogelijk! Zoo barbaarsch kan een arts niet zijn, om een ziek mensch te willen genezen door hem levend te laten verbranden!" En hij stuurde zijn vrouw met de flesch naar den stal. Ten slotte had een paard toch nog een dikkere huid. Toen xam hij de tweede flesch. .Drie maal dagelijks één lepel innemen" stond op het etiketje en dat leek Jan veel logischer. Bo vendien zag het drankje er werkelijk ver trouwenwekkend uit. Alleen de reuk, die was wel wat twijfelachtig. Maar toch nam boer Struikelaar een flinken teug, trok een vies gezicht en deed wanhopige pogingen weer uit te spuwen wat nog niet in zijn keel was terecht gekomen. De medicijn moest bepaald een mengsel zijn van carbol, petroleum, aardappeljenever, smeerolie en zwavelzuur. Het was een waar geluk, dat het paard dat spul niet naar binnen had gekregen! Den volgenden morgen kwam een buur man, die van de ziekte van zijn vriend had gehoord, op bezoek bij Jan. De beide man nen onderhielden zich uitstekend en 's mid dags kwam vrouw Struikelaar naar haar man kijken om hem de medicijn te geven. En nu vond Jan het drankje lang zoo vree- selijk niet meer. Hij was er gauw aan ge wend geraakt en 's avonds en den volgenden dag nam hij gewillig de voorgeschreven hoeveelheid. Den derden dag was de flesch leeg, maar de patiënt was nog niet genezen. Dus nam dien middag de buurman de flesch mee naar den apotheker om haar te laten vullen en mevrouw Struikelaar, die het met de twee zieken erg druk had, had niets liever dan dat. Om de twee dagen bracht de buur man de flesch naar de apotheek en lang zaam genas de rheumathiek van boer Jan. Na een week kwam de veearts naar het paard kijken. Hij bekeek én onderzocht het dier en vroeg toen de boerin, of zij het beest wel geregeld de medicijn had ingegoten. De boerin verzekerde, dat zij het paard heusch drie maal 's daags krachtig had in gewreven met het vocht. „Wat! Ingewreven heeft u het paard!? Mensch! Waar is de flesch?" „Hier!" „Dat ls-ie niet! Het moet een roodachtige vloeistof zijn!" „O die! Die geef ik al een week eiken dag aan mijn man!" „Alle menschen! Bent u gek geworden! U vermoordt uw manl" „O, mijn man heeft een paardenmaag en het heeft hem wat goed geholpen". Hijgend stormde de veearts de zieken kamer binnen. „Man! die medicijn! Die mag je niet nemen! Da's voor het paard!" De arts was een onmacht nabij. „Kalm maar, dokter", suste de boer den opgewonden veearts, „doe de deur eens dicht. Mijn vrouw mag het niet hooren. Dank uLuister nou, dokter. Ik vond die medicijn wel .een vreeselijk spul, al bij het eerste slokje. Ik had er niet veel trek in hoor! Toen had ik een inval: ik liet mijn vriend, die mij dagelijks bezocht dat drankje weggooien en de flesch opnieuw vullen metJenever!" ,,U heeft gelijk, mevrouw Struikelaar", zei de veearts bij zijn vertrek, „uw man heeft een ware paardenmaag! Die medicijn is hem best bekomen Blijf er nog maar een week mee doorgaan". Nadruk verboden. Auteursrecht voorbehouden. 14e. Begrootingen, dienst 1940 en 1941, van heit Heilige Geest- of Anne Wees- en Kinderhuls. (35) Z. h. st. goedgekeurd. 15e. Begrooting, dienst 1941, van het Ge reformeerde Minne- of Arme Oude Man nen- en Vrouwenhuis. (35) Z. h. st. goedgekeurd.- 16e. Voorstel inzake het goedkeuren van de rekening, over het exploitatiejaar 15 Sep tember 1938/1939, van het plan der oude woningen van de Vereeniging tot Bevorde ring van den Bouw van Werkmanswoningen (36) Z. h. st. goedgekeurd. 17e. Voorstel tot het ter 'beschikking van de Stedelijke Fabrieken van Gas en Elec- triciteit stelen van het perceel bouwterrein aan den oprit van de Rijnzlchtbrug, nabij den Morschweg, kad. bekend gemeente Lei den, Sectie P. no. 577 (ged.). - (37) Z. h. st. goedgekeurd. 18e. Voorstel tot het aanknopen van een strook grond, gelegen bij den Lammen- schansweg, hoek Kastanjekade, kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie M no. 5335 (ged.) van de Noord-Zuid-Hollandsche Tramweg Maatschappij(38) Z. h, st. goedgekeurd. 19e. Voorstel tot het verleenen van mede werking aan het bestuur van de Gerefor meerde Schoolvereeniging tot het aanschaf fen van leermiddelen ten behoeve van het onderwijs in lichamelijke oefening aan de school voor gewoon lager onderwijs aan de Driftstraat 49 en tot het vaststellen van den desbetreffenden begrootlngsstaat. (40) Z. h. st. goedgekeurd. 20e. Voorstel Inzake het vaststellen en uitkeeren van de voorschotten op de ver goeding, bedoeld bij de art. 101 en lOlbls der Lager Onderwijswet 1920, ten behoeve van bijzondere scholen voor gewoon lager- en uitgebreid lager onderwijs, over het Jaar 1941. (41) Z. h. st. goedgekeurd. 22e. Voorstel tot het wijzigen van de ver ordening, houdende voorwaarden van op neming en verpleging van lijders in het krankzinnigengesticht „Endegeest" en de afdeeling voor jeugdige zwakzinnigen „Voorgeest", te Oegstgeest. (43) Z. h. st. goedgekeurd. RONDVRAAG. De heer BERGERS vestigde de aandacht op den slechten staat, waarin het dek van de Marepoortsbrug verkeert. De heer GROENEVELD heeft uit de bla den vernomen, dat het financleele verslag van de Leidsche Duinwatermaatschappij voortaan niet meer zal worden gepubli ceerd, „omdat alle aandeelen zich in han den van publiekrechtelijke organen bevin den". Naar het oordeel van spreker is dat juist een reden te meer om de cijfers be kend te maken. In ieder geval lijkt het hem wenschelijk, dat de raadsleden daarvan Sn 'kennis worden gesteld. De VOORZITTER zegt onderzoek toe. De heer VAN DIJK vraagt of het college een tegemoetkomende houding kan aan nemen tegenover hen, die als gevolg van de onverwachte stopzetting der kolendistri- butie het meest gedupeerd zijn. De VOORZITTER meent, dat dit moeilijk zal gaan. Deze gevallen doen zich over het geheele land voor. De heer ESKENS vraagt voortaan de raadsvergaderingen te willen houden in de kleine Stadszaal. zul'ks met het oog op de meer dan slechte acoustiek in de zaal, waar thans vergaderd wordt. De VOORZITTER gelooft niet, dat voor deze verhuizing een meerderheid onder de raadsleden zou zijn te vinden. Bovendien duurt het toch niet lang meer of de Raads zaal in het nieuwe Stadhuis is gereed. De heer VAN DER REYDEN vraagt ten slotte verbetering te willen brengen in de bestrating van de Oude Vest van de Turf markt tot aan den Kouden Hoek. Hierna te 2.40 uur sluit de voorzit ter de vergadering.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1941 | | pagina 9