Matsoeoka te Moskou
STADSNIEUWS
LEIDSCH DAGBLAD - Eerste Blad
Maandag 24 Maarf 194f
OFFICIEELE KENNISGEVING
KERK- EN Sfwww\m
VISSCHERIJ-BERICHTEN
Farïnacci zou zijn
gesneuveld
Zuid-Slavië en Turkije
TCONtflTÖ
NIEUW/
BURGERLIJKE STAND
VAN LEIDEN
FAILLISSEMENTEN
De Japansche minister van buitenland-
söhe zaken, Matsoeoka, is gistermiddag om
halfvier plaatselijken tijd met zijn gevolg
te Moskou aangekomen, Behalve van Rus
sische zijde werd de minister verwelkomd
'door de gezanten van Duitsohland, Italië,
Bulgarije, Roemenië, Hongarije en Slowa
kije, De minister, "die zijn intrek nam in
het gastenhuis der Sovjet-regeering, zal
hedenavond naar Berlijn doorreizen. Gis
teravond gaf de Japansohe ambassa
deur Tatekawa ter eere van Matsoeoka een
diner.
Kort na zijn aankomst heeft Matsoeoka
op de Japansohe ambassade de plaatselijke
Duitsche persvertegenwoordigers ontvan
gen. Met groote vreugde en vervuld van
groote verwachtingen, aldus verklaarde de
minister, ben ik op reis gegaan. Het stemt
mij tot bijzondere verheugenis, gelegenheid
te hebben, Duitsöhlands grooten Führer,
Adolf Hitler, te ontmoeten, benevens den
rijksminister van buitenlandsche zaken
Ven Ribbentrop en de overige persoonlijk
heden van het Duitsche rijk.
Matsoeoka zei niet alleen të hopen hen
te ontmoeten, maar hen ook beter te lèe-
ren kennen. „Ik acht het mijn plicht," zoo
vervolgde hij, „den Führer en zijn mede
werkers heel goed te leeren kennen, vooral
nu wij door het driemogendhedenpact met
elkaar verbonden zijn."
Matsoeoka wees er op, dat dit pact voor
Japans buitenlandsche politiek het voor
naamste internationale instrument betee-
kent, waaraan Japan ooit heeft medege
werkt.
Eenige lieden gelooven, dat ik Iets bijzon
ders in den zin heb, nu ik maar naar
Duitschland en Italië begeef, doch ik
koester slechts dezen een en wensoh: de
leiders van Duitsohland en Italië te onc-
moeten en te leeren kennen. Deze reis, die
plaats vindt op uitnooddging van de Duit
sche en Italiaansche regeering, beantwoordt
aan mijn eigen vurig gekoesterden wensch,
aldus merkte Matsoeoka ten slotte op. Ik
zal gaarne de gelegenheid benutten om
mij van Duitschland en Italië een persoon
lijk oordeel te vormen en te zien, hoe
Duitsohland en Italië hun geweldige taak
op den weg naar de overwinning volbren
gen.
In het Maartnummer van „Berlin-Rom-
Tokio" schrijft dr. Rudolf Fischer o.m.:
Het driemogendhedenpact is van den
aanvang af geen gemeenschap van geza
menlijk lijdenden geweest. Wanneer de
Engelsohen zich meenen te kunnen veroor
loven, de resultaten van de samenwerking
tot dusver te onderschatten, dan is dit hun
zaak. De overige wereld weet uit ervaring,
dat de Duitsche diplomatie, zoolang de
strijd om een rechtvaardige verdeeling van
de bezittingen in de wereld gaat, nog geen
enkele gelegenheid ongebruikt voorbij
heeft laten gaan. Wanneer thans de mo
gelijkheid gegeven is voor grootere resul
taten. kan men er zeker van zijn, dat de
Duitsche buitenlandsche politiek, niet min
der dan de Italiaansche en de Japansohe,
deze kans met al haar kracht en dynamiek
zal weten te gebruiken. Het voorbeeld van
een door dezelfde gezindheid hecht gewor
den naar buiten zoowel als naar binnen
absoluut gesloten, tot in de perfectie func-
men
kent,
gebie-
.en
ren,
on-
tionneerende samenwerking,
deze uit de politiek <der as tot
moge voor de zoover uiteengele]
den, waarin de samenwerking
Duitschland en Japan moet func
voor de wereld Iets geheel nieuws
gekends zijn, toch zou het niet
maal zijn, dat de Duitsche diploma
dezen beslissenden eindstrijd, den
ken wereldeindstrijd, de deur opent"
een nieuwe ontwikkeling, waarvan
ijverig doende zijn, steunpunten tegen
logssohroot te verhandelen, zelfs niet droo"
men.
Het is een op zichzelf reeds in de ge
sohiedenis ongewoon schouwspel, dat een
Japansohe minister Van buitenlandsche
zaken een officieel bezoek aan Eurona
brengt. En inderdaad: hij komt in de
hoofdsteden van de asmogendheden, hij
komt in de hoofdsteden van Europa en wel
van een Europa, dat bondgenoot is. In
nauw verband met het verdrag, dat
Duitschland, Italië en Japan verbindt,
-groeit de kern van de nieuwe orde in
Europa snel.Slowakije.Honglarije, Roemenië
en Bulgarije zijn als actief medewerkende
leden tot het drie-mogendheden-pact toe
getreden.
De beide feiten, dat zich onder den in
vloed ran het driemogendhedenpact tus-
schen Midden- en Zuid-Oost Europa het
politieke kerngebied van de nieuwe orde
uit vrijen wil gevormd heeft en de asmo
gendheden aan den anderen kant in staat
zijn de nog niet aangesloten rest van
Europa niet alleen te verdedigen, doch met
een belangrijk deel van haar productie
mogelijkheden ook in de wereldpolitiek een
rol te doen spelen, verleenen het Japansche
bezoek aan Europa een bijzonder karakter.
Europa als uniform geleide wereld
politieke factor is, naar vanzelf spreekt,
voor de Japansche politiek van veel groo
tere beteekenis dan een afzonderlijke Euix>-
peesohe staat kan zijn.
De mogelijkheden, de befeekenis van dit
nieuwe Europa op te voeren, zijn bij lange
na nog niet uitgeput Dat zij echter alleen
ter beschikking van de asmogendheden
staan, weet men sedert de toetreding van
Bulgarij en sedert het neen van Joego
slavië aan Roosevelt zeer goed. De toe
treding van nieuwe staten tot het drie
mogendhedenpact in Europa werd reeds
aangekondigd. Wie weten wil, om wie het
hierbij gaat, behoeft slechts te zien naar de
melancholieke pogingen, die Eden en zijn
Engelschen aan bepaalde Europeesche sta
ten wijden. Hoe het ook zij, de voordeelen
van een organisatie op ons continent, die
een doeltreffende vertegenwoordiging der
gemeenschappelijke belangen waarborgt,
zijn na de ineenstorting van Frankrijk én
het verraad, dat Engeland jegens zijn con
tinentalen bondgenoot pleegt, voor alle
volken van Europa te zichtbaar geworden,
dan dat de een of andere regeering, kliek
of met de Engelsohe belangén verbonden
groep nog in staat zou kunnen zijn, het
baanbraken van een algemeen streven naar
dit Europa op te houden. Deze ontwikke
ling gaat met rasse schreden haar hoogte
punt. tegemoet. De tij d daarvoor wordt rijp.
Daaï-mede wordt hij tegelijkertijd ook voor
Japan, den bondgenoot van het nieuwe
Europa, rijp. (D.N.B.).
AAN HET GRIEKSCHE FRONT.
Het AN.P. meldt uit Belgrado:
Farïnacci, de vroegere algemeene secre
taris van de fascistische partij, zou, volgens
een bericht uit Bitolj, in de gevechten voor
Tepeleni gesneuveld zijn. Farinacci stond
aan het hoofd van een bataljon 'zwarthem-
den en betoonde, naar Grieksche berichten
uit Saloniki melden, groote dapperheid. Na
een strijd die urenlang duurde, vonden de
zich terugtrekkende Italianen zijn lijk.
Farinacci was een man uit het volk. Ge
boren IS Oct. 1892 in een dorp in de Abuz-
zen werd hij beambte bij de spoorwegen.
Voor den wereldoorlog was hij socialist doch
in 1919 sloot hij zich aan bij het fascisme.
Als leider van „Regima fascista" te Cremo
na, werd hij een warm voorvechter van het
regime van den Duce. Van 1924192J was
hij secretaris der partij. Later werd hij lid
van den grooten fascistischen raad en
minister.
In betrouwbare politieke kringen verluidt,
dat de Zuid-Slavische ministers van justi
tie, sociale zaken en landbouw, Konstanti-
nowitsj, Boedisawljewitsj en Tsjoetrilowitsj,
hun ontslag hebben ingediend, aldus meldt
het D.N.B. uit Belgrado. Prinsregent Paul
heeft het ontslag aanvaard. De oorzaak van
dit aftreden schijnt te zijn, dat deze minis
ters het niet eens waren met de opvattin
gen der groote kabinetsmeerderheid op het
terrein der buitenlandsche politiek. Verder
verneemt men, dat reeds maatregelen ter
aanvulling van het kabinet worden geno
men. In Zuid-Slavische kringen verwacht
men, dat het kabinet aanzienlijk versterkt
zal worden, doordat de opvattingen der mi
nisters overeen zullen stemmen.
Prins-regent Paul heeft gistermorgen om
11 uur den premier, Tswetkowitsj, ontvan
gen. Deze bracht hem verslag uit over de
onderhandelingen, welke de laatste dagen
met verscheiden politici gevoerd zijn. Te
vens besprak hij met hem de candidaten
voor de drie vacante ministerposten.
Men verwacht te Berlijn, dat de slotfase
der onderhandelingen.reeds heden zal kun
nen beginnen en de overeenkomst misschien
nog voor aankomst van Matsoeoka te Ber
lijn bezegeld zal wezen.
Ook de gewijzigde Zuid-Slavische regee
ring wenscht waarborgen voor het behoud
van de Zuid-Slavische neutraliteit en ln zoo-
yerre wenscht zij geen doortocht van gere-
(Ingez Med.)
gelde troepen. Daarentegen zou zij geen be
zwaar maken tegen een transitoverkeer van
ziekentransporten, levensmiddelen en goe
deren voor zoover het geen eigenlijk oor
logsmateriaal betreft, aldus de N. R. Crt.
De Berlijn'sche correspondent van dit blad
meldt voorts nog:
Na het Turksche antwoord, dat geheel
aan de verwachtingen heeft beantwoorde
mag de directe gedachtenwisseling tusscheh
de beide staatshoofden Hitier en Inönü' als
gesloten worden beschouwd. De gedachten-
wisseling langs de gebruikelijke diplomatie
ke wegen zal eerlang worden geopënd, na
dat Turkije heeft verklaard, dat Iiet prin
cipieel tot economische en ook -' politieke
toenadering bij handhaving van-'zijn neu
traliteit (ongeacht het bestaande bondge
nootschap met Engeland) bereed is. Meer
heeft Duitschland voorshandir stellig niet
verwacht, zoodat ook dit resultaat weder
als een volkomen succes van Duitschland
mag worden beschouwd.
Naar officieel werd medegedeeld, aldus
het D.N.B. uit Istahboel, heeft de Turksche
minister van buitenlandschen zaken, Sarad-
jogloe, bij zijn vertrek van Cyprus den
Britschen minister van buitenlandsche za
ken, Eden, een af scheidstelegram doen toe
komen, waarin hij opnieuw uiting gaf aan
zijn vriendschappelijke gevoelens en con
stateerde, dat de samenkomst wederom de
volkomen overeenstemming van opvatting
heeft bewezen. Ten slotte wenschte Sarad-
jogloe den Britschen minister een goede
reis. toe.
40-JARIG JUBILEUM J. HETTEMA.
Zooals in ons blad van Zaterdag j.l. werd
gemeld, herdenkt de heer J. Hettema van
daag den dag, waarop hij 40 jaar geleden
als timmerman.in dienst trad bij Gemeen
tewerken alhier:
Nadat hij vanmorgen met zijn vrouw per
auto van huis was gehaald, werd hij in den
feestelijk versierden timmerwinkel aan de
Stadswerf ontvangen door zijn onmiddel
lijke superieuren en collega's; ook zijn kin
deren v/aren hierbij aanwezig
Het allereerst werd hij toegesproken door
den hoofdopzichter den heer H. J. Barent-
Jen, die zijn uitstekende vakkennis en
grpote plichtsbetrachting roemde en hem
dank bracht voor alles wat hij in het be
lang der gemeente Leiden en speciaal voor
de afdeeling Bruggen en Waterwerken
heeft gedaan.
Daarna werd het woord gevoerd door zijn
collega N. de Neef, die hem hartelijk dank
bracht voor de prettige samenwerking en
hem namens superieuren en collega's een
eikenhouten rookstoel aanbood.
Hierna voerde het woord een vertegen
woordiger van de afd. Plantsoenen, de heer
Noteboom, die den jubilaris ook schetste
als een eminent vakman en collega en hem
als blijk van waardeering een mooie pijp
in étui aanbood.
Nadat nog de oud-hoofdopzichter van
Gemeentewerken, de heer G. L. de Goede
ren, den jubilaris hartelijk had toegespro
ken dankte de heer Hettema ontroerd, doch
in welgekozen woorden alle sprekers voor
hun vriendelijke woorden en voor de mooie
cadeaux.
Na deze huldiging werd hij om 11 uur
door den directeur van Gemeentewerken
ontvangen in diens kamer op het Stadhuis
waarbij mede aanwezig waren de adjunct
directeur, ir. Boogerd, de Ingenieurs Lem
en Westra, de architect de heer Neisingh,
de hoofdambtenaar de heer Den Hartigh,
de hoofdopzichters Kil jan, Baren tsen en
Voorbach, de chef van de Teekenkamer de
heer Dubbeldam en de boekhouder de heer
Van Leeuwen.
De wethouder van Fabricage, de heer
Wilbrink, kon tot zijn leedwezen wegens
uitstedigheid niet aanwezig zijn.
De directeur wenschte den jublaris har
telijk geluk en dankte hem ook namens
het Gemeentebestuur voor alles wat hij
voor de gemeente Leiden heeft gedaan. Hij
roemde ook zijn groote vakkennis en
plichtsbetrachting.
Namens het Gemeentebestuur bood hij
hem een enveloppe met inhoud aan.
Het was voor den jubilaris een dag, dien
hij niet licht zal vergeten.
ZILVEREN JUBILEUM
L. J. PADDENBURG.
Zaterdag j.l. herdacht de heer Louis
Paddenburg het feit, dat hij vóór 25 jaar
als schildersgezel in dienst trad bij de
firma H. P. Jansen, Oude-Singel 20, alhier.
Op verzoek van den patroon, kwamen
dezen middag alle bij dit schildersbedrijf
werkzaam zijnde gezellen bijeen in het
Parochiehuis Oude SJngel hoek Mare, ter
herdenking van dit juibileum. Voorts waren
hierbij tegenwoordig de heer G. E. E.
Kuyntjes, directeur van de Ambachts
school, alsmede de heer D. Ladan, vroe
ger meesterknecht aan genoemd bedrijf,
benevens vele familieleden.
Nadat de patroon onder hartelijke be
woordingen het plichtsbesef en de uitne
mende vakbekwaamheid van den jubilaris
had gememoreerd, overhandigde hij hem
een gouden horloge.
Een der collega's dankte namens allen
den jubilaris voor zijn kameraadschappe-
lijken en prettigen omgang en bood hem
namens de collega's een gouden horloge
ketting aan.
Hierna sprak de heer Kuyntjes, direc
teur der Ambachtsschool, den jubilaris toe.
Deze memoreerde, dat hij op de Leidsche
Ambachtsschool de eerste streken met de
verfkwast, maar ook met het penseel heeft
leeren zetten en sprak zijn vreugde er over
uit, dat hier opnieuw is gebleken, dat de
Leidsche Ambachtsschool uitnemende vak
lieden kweekt. Wel legde hij er nog den
nadruk op, dat de vervolmaking van de
vakkennis in het bedrijf zelf pas kan ge
schieden, maar dit kan alleen indien de
jezellen niet in een zekere sleur verrallen,
maar liefde'voor het vak blijven betconen.
Ware levensvreugde is alleen mogelijk in
dien men met ambitie het gekozen am
bacht blijft beoefenen. Dat dit hier het
geval is, staat vast en hij feliciteerde dan
ook den jubilaris met het bereikte resul
taat en tevens wenschte hij den heer Jan
sen geluk niet zulk een uitnemend gezel.
Hierna voerden nog vele sprekers het
woord en deden dit vergezeld gaan van
bloemen en stoffelijke blijken van waar-
aeering.
Nadat men nog enkele gezellige uren
had doorgebracht, en ook de waardeering
van patroon tot gezel was uitgesproken,
kwam het einde van dezen middag met
een kernachtig slotwoord van den jubila
ris tot patroon, collega's, familie en be
langstellenden.
UITLOTING GELDLEENINGEN.
Bur gemeester en Wethouders van Leiden
brengen ter algemeene kennis, dat bij de op
19 Maart 1941 gehouden uitloting van obli-
gatiën van geldleeningen der gemeente
Leiden, zijn uitgeloot:
a. 16 obligatiën a f. 1.000.van de 3%
geldleening van 1896, groot f. 1.069.000.
b. 10 obligatiën a f. 1.000.van de 3y2%
geldleening van 1904, groot f. 500.000.
De obligatiën worden 1 Juli 1941 met de
tot dien datum verloopen rente afgelost, en
houden met dien dag op rente te dragen.
De lijst van de uitgelote nummers ligt
ter inzage op de financieele afdeeling van
de gemeente-secretarie.
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN,
Burgemeester.
VAN STRIJEN, Secretaris.
Leiden, 24 Maart 1941. 801
VER. VAN CHR. ONDERWIJZERS.
Lezing van Lode van Gent over
Noord-Afrika.
De afdeeling Leiden en omstreken van de
Ver. van Chr. Onderwijzers(essen) in Ne
derland en de Overzeesche Gewesten hield
Zaterdagmiddag in Patrimonium een bij
eenkomst, waarin de heer Lode van Gent,
ethnoloog te Utrecht, het een en ander ver
telde over zijn verblijf in Noord-Afrika en
zijn tocht door de Sahara.
De voorzitter, de heer B. Offringa van
Hazerswoude, opende de vergadering met
Schriftlezing van een gedeelte uit Job 8 en
woorden *van welkom waarop direct het
woord was aan den heer Lode van Gent.
De heer Van Gent, die eenige maanden
in Noord-Afrika vertoefd heeft en daar
streken bezocht, die voor het toerisme on
toegankelijk zijn, vertelde allereerst het een
en ander van Marokko, Algerlë en Tunis.
Zeer uitvoerip weidde spr. daarbij uit over
de zeden en gewoonten van 'de daar ver
blijf houdende volken. Onvergetelijk sch"«one
indrukken heeft de heer Van Gent van deze
streken medegenomen. Ook over den gods
dienst deelde spr. zijn interessante erva
ringen mede.
De heer Van Gent, die zijn lezing met
fraaie gekleurde lichtbeelden verduidelijkte,
wees er op dat in de groote steden de oos-
tersche poëzie van nauwe straatjes en
kleurrijke kleederdrachten, wordt afgewis
seld door modernen bouw en voortbrengse
len van de moderne techniek. Nadat spr.
nog een oogenbllk had stilgestaan bij de
vele ruïnes van oude steden, die men in
deze streken aantreft, gaf hij een beschrij
ving van zijn omzwervingen door de Sahara,
een woestijn die een oppervlakte beslaat
van 2 millioen vierkante K.M., een uitge
strektheid zoo groot als Europa buiten het
Russische gebied. Dat men in deze woestijn
dagen, ja zelfs weken kan trekken zonder
één menschelijk wezen tegen te komen, laat
zich verstaan als men bedenkt, dat de ge-
heele bevolking van de Sahara, die leeft
waar een oase wordt, gevonden iets meer is
dan het inwonertal van Utrecht. Een deso-
latie in deze desolatie noemde spr. de
woeste berggroepen, die meerdere malen
nog een hoogte van 3000 M. bereiken. Als
geldmunt in de Sahara dientde dadel
palm. Deze palmen, die men bij elke oase in
groote hoeveelhedetn aantreft, vormen het
voedsel (voor mensch en dier).
Bijzonder fraai waren de opnamen van
de Sahara, een zandwoestijn, waarin inder
daad nog veel afwisseling valt te bespeuren.
Na een dankwoord van den voorzitter tot
den heer Lode van Gent werden nog enkele
huishoudelijke zaken afgedaan.
COMMISSIE INZAKE HUISHOUDELIJKE
VOORLICHTING EN GEZINSLEIDING.
Jaarverslag over 1940.
Aan bovengenoemd verslag is het volgen
de ontleend:
De Commissie heeft zich in deze verslag
periode wederom belast met het geven van
voorlichting, niet alleen op naai- en kook-
gebied, maar nu ook op gebied van kinder
verzorging en opvoeding, terwijl in Februari
op aandringen van het Departement van
Sociale Zaken, een cursus werd gegeven
voor z.g. vertrouwenspersonen, d. w. z. af
gevaardigden van alle in Leiden op sociaal
gebied werkende vereenigingen, sociale
werksters en wijkverpleegsters.
Geplaatst werden in 1940: Kookcursussen
a. (gelijk aan 1939) 102; idem b. (voeding
in oorlogstijd) 165; Naaicursussen 168; Kin
derverzorging- en opvoedingscursussen 58;
Cursus voor vertrouwenspersonen 38. Totaal
531 personen.
Ter propageering van de actie „Voeding
in Oorlogstijd" werden op 17 Juli en 6 Nov.
kookdemonstraties gehouden, waarvoor het
Leidsche Volkshuis welwillend de groote
zaal afstond. Medewerking hierbij verleen
den voorts leeraressen en leerlingen der bei
de hier gevestigde huishoudscholen.
Behalve door de kookdemonstraties heeft
de Commissie door het inrichten van een
adviesbureau getracht de huisvrouwen be
hulpzaam te zijn bij het oplossen der vele
vraagstukken op het gebied van koken, voe
dingsleer, waschbehandeling, brandstof be
sparing, verdeeling van het inkomen, naaien
en verstellen.
Het adviesbureau werd door 250 dames
bezocht, w.o. leerlingen der huishoudschool.
Plannen voor het houden van een groote
tentoonstelling op gebied van voeding, klee
ding, waschbehandeling en verdeeling van
het inkomen, konden 2 dagen voor de ope
ning, door omstandigheden geen doorgang
vinden.
Van de Gemeente Leiden werd evenals
in 1939 aanvankelijk een subsidie van
f.500— ontvangen, later verhoogd met
f. 200.—. Van het Werkcomité werd een be
drag van f. 300.— ontvangen.,Wederom werd
e en beroep gedaan op de verschillende ver
eenigingen, instellingen en particulieren,
teneinde de noodige gelden bijeen te bren
gen. Ook dit jaar heeft de Commissie, n.l.
in Juli, een speldjes verkoopdag gehouden,
die een flink batig saldo opleverde.
De ontvangsten bedroegen f. 2.062.451/2,
de uitgaven f2.178.77, zoodat er een nadee-
lig exploitatie-saldo is van f. 116.31V^.
HANDELSREGISTER
KAMER VAN KOOPHANDEL.
Nieuwe inschrijving:
J. M. Samson, Hooge Rijndijk F. 34, Zoe-
terwoude. Aannemers-, transport- en over
slagbedrijf. Eigenaar: J. M. Samson, Zoe-
terwoude.
Wijziging:
A. v. d. Berg, Hoofdstraat 78, Noordwijk.
Schoenmakerij en -winkelier. Overleden
eigenaar: A. v. d. Berg, Noordwijk a. Zee,
d.d. 9 Febr. 1941.
Woensdag a.s. hoopt de heer J. Arnol-
dus den dag te herdenken, waarop hij voor
50 jaar in dienst trad bij de firma J. J.
Krantz en Zn., lakenfabrikanten alhier.
Leidsche Schouwburg.
ZEVENDE
ABONNEMENTSVOORSTELLING.
Tooneelgroep Het Masker.
Rebecca, spel in drie bedrijven van
Daphne du Maurier.
Kunstenaarsbloed verloochent zich niet:
verraste destijds George du Maurier de we
reld met „Trilby", uit welke roman even
eens een dankbaar tooneelwerk is gefa
briekt, diens kleindochter Daphne heeft
furore gemaakt met den roman „Rebecca"
die ongetwijfeld tot de bestsellers behoort
en zijn weg heeft gevonden over vrijwel de
gansche aardbol. Te verbazen was het der
halve niet, dat ook uit dezen roman een
tooneelspel is vervaardigd. Feitelijk is dit
echter niet geheel juist uitgedrukt, want de
schrijfster heeft zelf het tooneelstuk be
werkt, weliswaar met handhaving van den
inhoud in groote lijn, doch niet klakkeloos
dezen inhoud volgend. Daardoor mist dit
tooneelspel dan ook het fragmentarische,
meestal aan roman-uittreksels eigen, is het
een nieuwe levende editie geworden van het
roman-gegeven. En evenals het boek trekt
ook dit spel, hoewel eerlijk moet worden
erkend, dat het wel wat erg overhelt naar
het ouderwetsche melodrama. Niettemin,
het leeft en biedt alle gelegenheid tot ka-'
rakteriseering der rollen; men kan er in
„spelen" en Het Masker heeft onder regie
van Ko Arnoldi zich deze kans niet laten
ontnemen. Dankbaar heeft een bijkans uit
verkocht Huls van dit krachtige en warm
bloedige spel der executanten genoten, et
telijke malen moest worden gehaald. Voor
de zooveelste maal is weer eens bewezen,
dat het publiek in groote massa nog wel
belangstelling heeft voor tooneel, maar
dan tooneel, dat iets „doet".
Op den Inhoud zullen wij niet ingaan, we
mogen dezen als algemeen goed beschou
wen. Voor de opvoering alle lof.
In een gelukkig getroffen decor was di
rect de „sfeer", die dit werk eischt in zoo
groote mate, bijzonder raak getroffen. Men
voelde, hoe de doode nog altijd heerschte
in haar vroegere huis, waarop zij zoozeer
haar stempel had gedrukt. Dat maakte veel
terstond aannemelijk, waar men anders
ietwat onwennig zou staan tegenover de
handeling. Geen moment ging die sfeer ver
loren, prachtig bleef zij gehandhaafd boven
alles uit. Daarnevens gaven de hoofdver
tolkers stuk voor stuk echt doorvoeld, warm
aanslaand spel.
In John Gobau leefde Maxim de Winter
ten voeten uit in zijn gefolterde ziel, speci
aal zijn bekentenis tegenover zijn tweede
vrouw was een hoogtepunt. Hij vond in
Heieen Pimentel een prachtige tegenspeel
ster; eerst de groote schuchterheid, later de
gelouterde en alles begrijpende liefde, beide
kwamen fraai tot uiting zonder overdrij
ving, waarvoor juist alle kans bestond.
Haar hoogtepunt lag wel in de trapscène
met mrs. Danvers, door mevr. Royaards-
Sandberg met strakke lijn getypeerd. Rond
haar hing van den beginne af aan die
drukkende stemming, hier zoozeer vereischt.
Zij was een waardige plaatsvervangster
voor Nel Oosthout, die door ziekte haar rol
moest overdragen. Een gemakkelijke op
gave was het niet voor mevr. Royaards,
doch zij heeft zich geheel ingeleefd.
Cruys Voorbergh en Ko Arnoldi leverden
uitmuntende prestaties ln de betrekkelijk
kleine rollen van den afperser en van den
justitie-ambtenaar en dit geldt evenzeer
voor Jan Retel als de voor het gesticht
vreezende idioot Ben. Trouwens alle bijrol
len waren ln goede handen; speciaal
Georgette Reyewsky en Lucas Wensing ver
dienen nog genoemd evenals Adolf Rij kens.
Het was een kostelijk geheel, dat volko
men de waardeering vond, die het ver
diende.
GEBOREN:
Matthys, z. van M. Ouwerkerk en J. van Hou
ten Maria Elisabeth Antonia, d. van C. P.
van Veldhuizen en A. J. Warmerdam Adriaan
Johari, z. van J. de Roode en C. Buur.
ONDERTROUWD:
J. v. Evert, jm. 31 jaar en M. Maurits, jd. 28
jaar A. Laman, wedr., 46 jaar en A. A. de
Goeij, Jd. 44 Jaar H, E. Schreuder, jm, 23 jaar
en J. Rijsbergen, jd. 20 jaar L. O. J. A. Vol
kers, jm. 23 jaar en J. T. v. Griensven, jd. 19 jaar.
OVERLEDEN:
A. van Rijn, wed. van F. P, C. Cornelisse, 74
jaar J. A. M. Langeveld, dr., 2 jaar.
CHR. GEREF. KERK.
Bedankt voor Ede ds. J. G. van Minnen te
Huizen (NIL).
VISCHPRIJZEN.
IJMUIDEN, 24 Maart.
Groote bot 49.00—45.00, kleine bot 39.00—33.00,
kleine schol 60.0035.00, pufschol 31.0019.00,
groote griet 100.00, middelgriet 104.00—92.00,
kleine griet 73.00, wijting 56.0030.00, kleine wij
ting 28.5026.00, groote schar 50.0046.00, kleine
schar 34.00—17.00, pufschar 14,00—7.50, poontjes
26.00—24.00 (alles per 50 K.G.). Tarbot 5.00—4.70, -
tongen 3.70—2.10 (per kg.) Kabeljauw 16.009.00
per stuk.
Snoekbaars 1.521.34, spiering 0.630.61, bra
sem 0.560,51 (ales per kg,).
Besomming loggers: KW 47 f,3814 en KW 144
f. 1419.
Uitgesproken:
Joh de Groot, Voorhout, 's-Gravendamsche-
weg 22. R.-c.: mr. A. Hilbingh Prins; cur.: mi'
M. B. Vos, Leiden.
In de week van 17 t/m. 22 Maart werden la
Nederland 8 faillissementen uitgesproken.
2—1