De Leipziger Voorjaarsmesse - Duitsche troepen in Boelgarije Blad Moord op kasteel Entzberg 82sfe Jaargang LTOCH UWK) FEUILLETON HET BUITENWERK OP DE BOERDERIJEN vangt weer aan, nu „de hêl uit den grond is", d.w.z. de vorst is geheel uit den grond, en het water kan weer filtreeren. Met drie dubbelstel paarden is men bezig het weideland van een staatsboerderij in den Wieringermeer- poldet te scheuren. Dit is noodig om van den weidegrond akkerland te kunnen maken. (Polygoon) door PETER PAUL BERTRAM. (5 „Drie maal," verbeterde professor Pri bram. „Als u alle getallen bij elkaar optelt krijgt u eveneens dertien." „Het toppunt"! riep Daisy Grabner uit. „Geen wonder dat we dan zoo veel ongeluk hebben." „Deze autocar is al twee jaar met dit nummer in bedrijf en we hebben er nog nooit het kleinste ongeluk mee gehad," ver dedigde Wieninger zijn wagen. „Maar een keer moet de eerste zijn." meende Daisy Grr.bner koppig. „Het nood lot laat zich niet tarten. Driemaal dertien! Nou, ik zal blij zijn als .deze tocht zonder Verdere ongelukken afgeloopen is." „Ik ook," mompelde Wieninger zacht, zoo dat alleen professor Pribram hem kon hoo ien. „Domme kletskous. Probeert de ande ren gek te maken met haar bijgeloof!" En hij klom weer in den wagen terug en ging achter het stuur zitten. Duschinsky en mevrouw Fechner waren ook uitgestapt. De fabrikant maakte een Paar foto's toen wendde hij zich tot Von Ghetaldi. „Wel, mijnheer de reisleider," vroeg hij spottend, „waarheen zult u ons nu leiden?" Hij gelooft, dat hij mij daarmede in ver legenheid kan brengen, dacht Von Ghetaldi en glimlachte. „We rijden alleen maar er gens heen," antwoordde hij en keek op de kaart. „En waarheen?" vroeg Duschinsky op uit- dagenden toon. „Boven is de weg versperd en hier is de brug weggesleurd. Daartus- schen ligt een onherbergzame bergstreek." Felix von Ghetaldi keek op de kaart. De zijweg verderop, die naar kasteel Entzberg leidde, was zijn laatste hoop. Maar ook deze was van geen nut, want de weg leidde slechts naar het kasteel in een zijdal, van waar geen wegen verder gingen. Wat kon hij doen? De situatie was werkelijk wan hopig. Hij kon toch niet van de menschen verwachten, dat ze hier den nacht zouden doorbrengen, zonder voedsel, van de rest vaji de wereld afgesneden? Kij moest iets doen. Kasteel Entzberg, waar Beate'woon de? Kon hij daar met Wieninger en zijn touringcar vol vreemde menschen aanko men en om onderdak en verzorging vragen? „Wel, mijnheer de reisleider?" drong Du schinsky aan. „Mag ik om opheldering vra gen? Ik geloof namens alle reisgenooten te spreken wanneer ik u verzoek ons mede te deelen, hoe u voor ons denkt te zorgen." Felix von Ghetaldi mat den spreker met een koelen blik. Toen zeide hij, zonder zijn stem te verheffen, maar voor ieder ver staanbaar: „Het schijnt aan uw opmerk zaamheid ontsnapt te zijn, dat het hier een geval van force majeur is, dat ons in een onaangenaam en moeilijk parket gebracht heeft. Als ik van u en de andere dames en heeren moest verlangen hier te blijven tot er hulp kwam, kon u ook niets beginnen. In ieder geval zou uw onbehoorlijke optreden,; dat ik niet langer toe kan staan, daar heel weinig aan veranderen. Maar ik wil pro- beeren een oplossing te vinden. Ik kan u niet beloven dat het zal lukken maar ik hoop van wel. Ongeveer twaalf kilometer van hier bezit een kennis van mij, graaf Vestic-Falkenberg, een kasteel. We zullen daarheen rijden en ik zal hem verzoeken ons op te nemen. De wanhopige situatie waarin wij ons bevinden zou dit ongewone verzoek kunnen rechtvaardigen." Felix von Ghetaldi keerde zich om. Hij zag nog, hoe een glimlach, die tegelijker tijd bewondering voor hem en medelijden voor Duschinsky uitdrukte, over het anders zoo onverstoorbare gelaat van 'Mathilde Fechner gleed. „Keeren en terug tot den zijweg en dien inrijden," zei hij tegen Wieninger. Kasteel Entzberg lag op een steil vooruit springenden bergrug, die het dal scheen af te sluiten. Van deze zijde kreeg men den indruk, dat er een oude, trotsche roofburcht stond. Volgde men evenwel den weg langs de rots, dan veranderde het beeld volkomen Het dal verbreedde zich hier en men kon zien, dat het landschap langzaam tegen den bergrug opglooide. Daar boven stond het kasteel, een omvangrijk bouwwerk uit het einde van de achttiende eeuw. Daar onder lagen de bijgebouwen en tuinen Von Ghetaldi liet den wagen bij den park ingang stoppen. „Ik verzoek- u hier te wachten tot ik terug kom," zei hij. „Naar ik hoop duurt het niet lang," riep Feldmann hem na, „want wij sterven van den honger." „Ik zal voortmaken." Het hek was open, Felix von Ghetaldi liep door een prachtige kastanjelaan, die naar een breede stoep leidde. Hier werd hij ontvangen door een bediende. „Is graaf Vestic-Falkenberg te spreken?" „Wfen kan ik aandienen?" Von Ghetaldi greep zijn portefeuille en gaf den bediende zijn kaartje. De bediende bracht hem in een hall, die met tallooze jachttropheeën versierd was en liet hem alleen. Eenige minuten *ater hoorde Von Ghe taldi stappen, de deur werd geopend. „Felix!" riep een heldere vrouwenstem. „Wat een verrassing! Dat is fijn dat je je eindelijk eens laat zien!" Beate gravin Fes- tic-Falkenberg was binnengekomen, gevolgd door graaf Adalbert en zijn dochter Angela. „Jullie zult straks wel minder geestdrif tig zijn," zei Ghetaldi, nadat hij den dames de hand gekust en den slotheer de hand geschud had, „als ik vertel, aan welke om standigheden mijn verschijning hier te danken is. Ik kom namelijk niet als be scheiden particulier, doch om zoo te zeggen als afgezant." En hij vertelde den verbaasd luisterendén het. doel van zijn bezoek. „Daar hoeven we niet lang over te den ken," verklaarde graaf Vestic-Falkenberg. „we kunnen die arme lieden bij dit weer toch niet laten verhongeren en bevriezen. Ga ze maar halen, we zullen wel voor ze I zorgen." „Hopenlijk zul je geen spijt hebben van je hartelijkheid." „Vooruit, Felix, haal je menagerie!" riep Beate vroolijk. „Eindelijk eens wat afwisse ling hier. Er is wei bezoek, zelfs exotisch bezoek, maar dat geeft weinig vertier." „Goed," zei Von Ghetaldi,- „over een paar minuten rijden we voor. Tot straks en nog maals hartelijk bedankt!" Gespannen gezichten, achter de drijfnatte ruiten keken herrn aan toen hij op den wa gen afstapte. „Ik mag u de uitnoodiging overbrengen van graaf Vestic-Falkenberg, dames en heeren," kondigde hij vroolijk aan. „De moeilijkheden zijn voor het oogenblik over wonnen. We zullen een dak boven het hoofd en stellig een goede verzorging hebben. We hebben geluk gehad." Hij ging naast Wie ninger zitten en de touringcar reed het park binnen. Enkele oogenblikken later stapten .uit den wagen voor de stoep vijftien passagiers. Na de voorstelling maakte het personeel zich van de bagage meestér. „Ik zal u uw thee op de kamers laten brengen," zei gravin Beate. „Om half acht zie ik u gaarne voor het diner. Drink jij met ons thee, Felix? Kom mee, dan zal ik je je kamer wijzen." Ze ging met Von Ghetaldi de trap op die van de hall naar de eerste etage leidde. Een breeze gang, waarvan de wanden met uit- heemsche wapenen en jachttropheeën be hangen waren, kwam uit op een dwars- gapg. De gravin wees op een deur. ,Ik heb je hier ondergebracht." Von Ghetaldi trad binnen. Er 11 kleine sa lon. met links een openstaande deur naa- p°v <*w-me slaap kam-t Een tpdiende had zijn koffer op een standaard gezet. /-hhpn in dp ^i^liothnek op ie, Fe lix," zei gravin Beate. Ze knikte hem .oe en sioot, de cieiu. „De badkamer is hier.' zei de bediende, op een deur achter een gordijn wijzend. .(Wordt vervolgd). ALS DE LENTE IN AANTOCHT IS knapt men allerwege zijn liefhebberijen op. De een zijn tuin, de ander zijn boot. Ook de speel tuinen voor de jeugd krijgen een extra beurt. De glijbaan wordt in orde gebracht. (Polygoon) DE OUDSTE BROER VAN DEN ZWEEDSCHEN KONING VIERDE ZIJN SOEN VERJAARDAG. Prins Karei, de oudste'broer van Koning Gustaaf, vierde zijn 80en verjaardag in den kring der Koninklijke Familie. Onze foto toont v.l.n.r. Prins Karei jr. met gemalin, Prins Wilhelm, Prinses Ingeborg, de Kroonprins, de 80-jarige Prins Karei en zijn dochter Prinses Margaretha. (Scherl) ;IET BINNENRUKKEN DER DUITSCHE TROEPEN IN BOELGARIJE. Weermachtsvoertuigen van allerlei soort, waaronder zware pantserauto's, gaan over een door Duitsche pioniers gebouwde brug over den Donau naar den aan de overzijde gelegen Boelgaarschen oever. (Hoffmann) DE LEIPZIGER VOORJAARSMESSE GEOPEND. Aan het Mess- haus am Ring in Leipzig toonen de vlaggen der'landen de groote be- teekenis, welke de Leipziger Voorjaarsmesse ondanks den oo*rlog in de wereld heeft. - (Hoffmann) DE BEKENDE GROOTE KERK TE MONNIKENDAM dateerend uit de 15e eeuw, toont teekenen van verval. Het regenwater en de vorst hebben de steenen uit het cement gelicht, zoodat eenige dagen geleden groote stukken uit den buitengevel vielen, gelukkig zonder ongelukken te veroorzaken. De gemeente krijgt van het Rijk een subsidie voor spoedige restauratie. (Polygoon)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1941 | | pagina 5