Keuring op Duindigt - Houtüerkoop - De haven te Bussum wordt gedempt
81 iie Jaargang LE'&SCH DAGBLAD Tweede Blad
FEUILLETON
Het Noodlot van de
Ransome Rovers
OP DE RENBAAN DUINDIGT WERD WOENSDAG VOOR HET EERST EEN KEURING GEHOUDEN VAN
DRAVERHENGSTEN EN VOLBLOEDS. OVERZICHT TIJDENS DE KEURING VAN DEN DRAVER KOZIN B,
EIGENAAR BARON DE SMETH UIT DEURNE. tPoliiw*
IN DE WIKRINGERWAARD, een der mooiste polders van ons land. vond Woensdag een groote houtverkoop,
of boelhuis, plaats. Pl.m. 1000 iepenboomen, staande aan de diverse wegen in dezen polder, werden op stam
geveild. Een der koopers overtuigt zich van de dikte der stammen van een partij, 10 stuks, iepen. De bórst-
invang van deze iepen varieerde van 70170 c.M. (Polygoon)]
„RUSTTIJD" IN DE HAVEN BETEEKENT ARBEID. Mijnenvegers hebben
hun „rusttijden", dan moet het schip nagekeken worden. Het zeewater, dat op
de stormachtige dagen vaak hoog over het dek spoelde, heeft de verf van de
dieptebommen eveneens aangetast. Zij moeten dus gereinigd en opnieuw
met verf bestreken worden. Holland
r"t
Een roman uit de voetbalwereld,
door J. WILMAN.
(48
De bediende ging voor, klopte aan een
deur en opende haar na den roep: „Ja!"
Hanley en Curtis stapten de kamer binnen.
Ze was groot, comfortabel ingericht, op het
weelderige af, een soort van bibliotheek. Er
waren althans heel wat gevulde boeken
planken; een haardvuur knetterde aange
naam en de clubfauteuils noodden tot een
zitje uit. Het licht werd door een zware
groene lampekap getemperd; toch was het
geenszins donker in het vertrek. Thomas
Bowser k\yam overeind uit een fauteuil bij
den haard, wees zijn bezoekers zitplaatsen
®n nam er zelf zijn gemak weer van. Hij
bevestigde de microphoon aan het rechter
oor.
..Mr. Peter Swane?" vroeg hij Hanley.
..Juist, sir."
..Particulier detective uit Londen?"
..Juist, sir."
..En u," dit tot Curtis, „bent Mr. Dixon,
eveneens uit Londen?"
..Zooals u zegt, sir."
-De heeren hebben er een heele reis voor
°'er gehad om mij 10 minuten te spreken".
.Die limiet werd door u gesteld, Mr. Bow-
to. Wel, als u het mij vraagt, behoeven wij
haar niet belangrijk te overschrijden. De
kwestie isHanley sprong op, was met
twee groote geluidlooze stappen bij de deur
en rukte haar open. Het scheelde weinig,
of de gigantische bediende was de kamer
ingetuimeld. „Foei, Turns!" zei Steve be
rispend. „Dat valt me tegen! Neen, ik ge
loof toch niet, dat ik je kan gebruiken als
Mr. Bowser je opdoekt. Is het een chroni
sche kwaal van hem, sir?"
„Naar de keuken, Turns!" beval de heef
des huizes op strengen toon. „Waag het
niet je te laten zien vóór ik heb gescheld!"
Hanley wachtte tot Turns de deur achter
zich had gesloten en ging naar zijn plaats
terug. Hij bleef nu staan, beide handen op
den bovenkant van zijn fauteuil. „De kwes
tie is, Mr. Bowser, dat mijn opdrachtgever,
Mr. Dixon, zich bij vlagen als querulant
ontpopt. Vanmiddag stond hij opeens voor
me, sleurde me zoowaar uit den familie
kring en sommeerde me, hem met den trein
van 5.12 naar Ransome te vergezellen. Hij
had van een helderziende dame moet u
den onzin hooren! vernomen, dat een
Henry Slater, achter wien hij al een eeuwig
heid aan zit, In Shields zou zijn neerge
streken en daar de villa „Pluk wien je
plukken kunt" zou bewonen. Dat was vol
gens de helderziende dame de vrije verta
ling van het latijnsche „Carpe Diem." Zoo
als u snapt informeerde ik in Shields al
lereerst, hoe de bewoner van die villa heette
en iedereen zei: Thomas Bowser, een erg
beproefde, maar daarom niet minder nette
heer. In plaats dat dit Mr. Dixon overtuig
de, beweerde hij, dat een schurk even ge
moedereerd van naam verandert als een
coquette vrouw van japon. En zoo zijn we
hier."
Mr. Bowser antwoordde op een toon
■waaruit van alles was te maken: „Mr. Dixon
is eh een merkwaardig persoon."
„Heb ik hem al honderdmaal voorgehou
den, Mr. Bowser en nog gelooft hij het
niet."
„Hij zoekt naar een Henry Slater, zegt u?
Wat voor iemand moet het zijn?"
„Een zwendelaar. Zou er zijn werk van
maken, fantastische bouwplannen voor vil
laparken in, elkaar te schroeven met geen
ander doel, dan om goedgeloovige zielen af
te zetten. Bij geval van hem gehoord, Mr.
Bowser?"
„Nooit. Tot vóór drie jaar heb ik een heel
eenvoudig leven in Ransome geleid. Ik was
toen eh allesbehalve gefortuneerd.
Onverwachts kreeg ik wat geld. Om het
ronduit te zeggen: eigen geld, dat ik jaren:
geleden uit mijn bescheiden verdiensten had
geleend aan iemand van wien ik allang niet
meer verwachtte, ooit een penny terug te
zien. Op zijn sterfbed kwamen de betere
gevoelens boven en hij liet me het geleende
bedrag met rente op rente overmaken. Ik
ging speculeeren
„In bouwgrond?"
„Neen, neen! In Steel's, Anaconda's en
zoo. Ik had geluk en kreeg mijn schaapjes
op het droge. Toen eh bekroop me de
lust, eens wat van de wereld te gaan zien.
Ik was nog nooit uit Ransome geweest."
Steve schonk zijn gastheer een breeden
glimlach. „Tja, een sterfbed en inkeer
mirakel zoo dikwijls als dat samengaat! Ik
heb meermalen gedacht: hoe jammer, dat
menig schavuit een lang leven is beschoren.
Wanneer hij wat gauwer had willen op
stappen was er alle kans geweest, dat an
deren ook eerder van zijn inkeer geprofi
teerd hadden. Enfin, u hebt in dat opzicht
nogal geboft. En toen ging u wat van de
wereld zien. Groot gelijk. Zal ik eens wed
den, welke stad u het meest aantrok? San
Francisco!"
Had de pseudo Bowser tot nu toe een
gevoel van onbehagelijkheid, van onrust
weten te verheimelijken, nu was het hem
te machtig geworden. Hij verried het door
een kort nerveus schokje van het hoofd.
Onmiddellijk werd hij zich de fout bewust
en trachtte haar weg te lachen in een on-
noozel gegrinnik.
„Hihihi! Zóó ver niet! San Francisco
het idee!" Hij kwam overeind, zijn gezicht
verstrakte. „U hebt uw- tien minuten gehad,
Mr. Swane, meer zelfs. Het spijt me, dat ik
den heeren niet van dienst kon zijn."
„Wie weet, Mr. Bowser, wie weet!! Vóór
ik ga nog een vraag hoe oud bent u?"
„Zes en veertig." Het antwoord was er
uit, eer de pseudo Bowser een verklaring
had kunnen vinden voor het waarom van
de vraag.
„En de gezondheid hoe staat het daar
mee?"
„Dank u. Patent." De heer des huizes
wierp een blik naar zijn schrijfbureau, ver
volgens keek hij in de richting van de deur.
De laatste afstand was de kortste om een
schelknop je te bereiken en aldus Turns te
ontbieden. Hij wist nu beslist, dat het mis
was. Doch hij kon niet meer dan één stap
doen. Steve weerhield hem.
„U vindt me een raren Chinees, niet, met
al dat gevraag! Belangstelling, pure be
langstelling! U bent precies iemand om
scheef te gaan onder een karrevracht onge
rechtigheden en nu wou ik alleen maar we
ten of het nog lang kan duren vóór bij u
den inkeer arriveert."
„Dat overschrijdt de grens van het beta
melijke, Mr
„Tata! Geen reden om ons op te vinden!
Het is goed bedoeld! Sla toe!' Steve reikte
hem de vijf.
Inplaats van den verwachten handdruk
ontving de pseudo Bowser echter een
prachtiger treffer tegen de kin, welke hem
zou hebben gevloerd, zoo Steve hem niet
had opgevangen. Hij legde den schavuit, die
van zijn stokje was gegaan, languit op den
grond. „Sluit de deur af, Cyril!" zei hij op
gedempten toon. „Gauw!"
Neerhurkend, ging Hanley onverwijld
aan het werk. Hij verwijderde de micro
phoon en den blauwen bril en deponeerde
de voorwerpen op tafel. Vervolgens deed hij
den man de bovenkleeding uit en legde hem
voorover ter verder onderzoek. Na een
oogenblik kwam een vreemd-gevormd soort
kussen te voorschijn, opgevuld met een
harde substantie in een omwikkeling van
zwaar grof trijp. Het zat met linnen banden
„Dit was mijn eerste operatie en het
mooie is, dat ik er geen druppel bloed bij
vergoot!" grinnikte Steve. Overeind komend
legde hij den kunst-bochel eveneens op
tafel. „Mr. Dixon en Mr. Swane kunnen
verdwijnen. Treed nader, dan zal ik je be
hulpzaam zijn, Curtis! Je loopt gevaar je
huid te beschadigen als je den rommel er
onbesuisd aftrekt. Ik heb vaseline bij me."
(Wordt vervolgd).
DE HAVEN DER BEURTSCHIPPERS TE BUSSUM welke momenteel gedempt
wordt, is gedeeltelijk reeds drooggemalen, om, wanneer de modderlaag is wegge-
graven, te worden volgestort. De uitgegraven bagger zal worden gebruikt om den
grond te bemesten van het gazon, dat op de plaats zal komen waar eens het water
van de haven klotste. (Polygoon)
DE PLAATSVERVANGER VAN DEN FÜHRER BIJ JIET D.A.F'. De plaats-
vervanger van den Führer. Rijksminister Rudolf Hess, bezichtigde verscheidene
instellingen van het Duitsche Arbeidsfront. Hier begroet Rudolf Hess de
leiders van het D.A.F. in het Gemeenschapshuis van het D.A.F., die aan hem
door Rijksorganisatieleider dr. Ley (links) worden voorgesteld. (Holland),
AAN HET STADHUIS ALHIER is een prachtig
beeld gereed gekomen van Johan Polet, n.l. de Godin
Ceres, dat hoog boven den achteringang staat.
(Schimmelpenningh)