Ons Kort Verhaal
LEIDSCH DAGBLAD - Tweede Bied
Zaterdag 8 Februari 1941
Drie maanden Winterhulp
Onderhoud met den heer Piek
KERK- EN SCHOOLNIEUWS
In totaal 3'millioen gulden bijeengebracht
Het hondje
Reizen en avonturen van Mijnheer
Prikkebeen
Kou - Griep - Pijn.
De heer Arie Cozyn
overleden
Onze telefoonnummers
Directie en
Administratie25041
Redactie No. 21507
Naar aanleiding van liet feit, dat de
stichting Winterhulp Nederland nu onge-
reer drie maanden bestaat heeft een ver
slaggever van het A.N.P. een onderhoud
gehad met een der naaste medewerkers
van den directeur-generaal, den heer Piek,
over den gang van zaken en de resultaten
gedurende deze periode.
Hieraan wordt het volgende ontleend:
Toen Winterhulp Nederland eind Octo
ber 1940 werd opgericht was er geen enkele
organisatie, terwijl daar nog bijkwam, dat
dit mooie sociale werk onder de groote
massa van onze bevolking nagenoeg nog
geen bekendheid genoot en de meeste Ne
derlanders hiervan slechts op de hoogte
iraren door de steeds ln succes opklim
mende resultaten van de Wlnterhilfe in
Dultschland.
Doch thans is dit reeds anders gewor
den. Ook in Nederland heeft de gedachte
van de winterhulpactie weerklank gevon
den en geleidelijk heeft het Nederlandsche
publiek zich meer en meer en in steeds
breeder lagen ,met dit werk vertrouwd ge
maakt en er zijn sympathie aan gegeven.
Dit blijkt ook wel duidelijk uit de tot
dusver behaalde resultaten. Want bij een
beschouwing van de binnengekomen gel
den kan. zonder op de juiste uitkomst
vooruit te loopen, gevoeglijk worden aan
genomen, dat in de afgeloopen drie maan
den het Nederlandsche volk ruw geschat
circa 3 millioen gulden heeft bijeenge
bracht.
Daarnaast is het verheugend te kunnen
constateeren, dat op dit oogenblik onge
veer hetzelfde bedrag voor de behoeftige
Nederlanders beschikbaar is gesteld.
De directeur-generaal heeft zich n.l. op
het standpunt gesteld, dat in deze koude-
periode de belangen van de behoeftigen
vóór moesten gaan en daarom heeft hij
geen moment geaarzeld in Januari alle
ingekomen fondsen direct voor uitkeerlng
ter beschikking van de burgemeesters te
stellen, natuurlijk in het vaste vertrouwen,
dat ook de volgende collecten deze ge
dragslijn ten volle zullen rechtvaardigen,
zoodat hij eveneens bij de eerstkomende
uitkeerlng ln staat zal zijn den dringenden
nöod zooveel mogelijk te lenigen. In dit
verband moge de hoop worden uitgespro
ken, dat dit vertrouwen niet zal worden
beschaamd, en dit zal zeker niet gebeuren,
indien iedere Nederlander, die iets kan
missen, naar vermogen zijn bijdrage of
fert ten bate van zijn landgenooten, die
in minder gelukkige omstandigheden ver-
keeren. Dit is een sociale plicht, waarvan
allen moeten zijn doordrongen, terwijl
sen bovendien na het brengen van zijn
offer de voldoening kan smaken, dat mede
daardoor opnieuw een zonnestraal kon
worden gebracht in vele gezinnen, welke
tot dusver helaas dergelijke warmtestralen
veelal moesten ontberen.
Moge daarom de komende collecte op
14 en 15 Februari staan in den zin van
óen volgenden rijm:
Geeft wat ge kunt
Voor arme landgenooten,
Hun zij gegund.
Wat gij reeds hebt genoten.
Schenkt daarom mild,
Om 't lijden te verzachten.
De nood zij dan gestild,
Vervuld het blij verwachten.
In het onderhoud kwam verder ter sprake
óe vraag, hoe het mogelijk is, dat gemeen
ten een grooter bedrag voor uitkeeringen
ontvangen dan de opbrengst van de col
lecten in de desbetreffende gemeente is.
Hierbij moet in het oog worden gehouden,
óat er naast de opbrengst der collecten
ook nog een aanzienlijk bedrag aan giften
bnnenvloeit, Zoo werd b.v, in November
ontvangen 800.000 van de collecte en 600.000
gulden aan giften. Hiervan is toen in De
cember 900.000 gulden uitgekeerd, terwijl
het overgebleven gedeelte in Januari ge
voegd ls bij het nadien ontvangen bedrag
san collecten en giften als gevolg waarvan
óe meeste gemeenten in Januari meer
hebben kunnen krijgen dan de laatste op
brengst der collecte.
Uit het voorgaande blijkt voorts wel dui
delijk, dat en zulks in tegenstelling met
allerlei wilde geruchten in de groel-periode
van Winterhulp Nederland al het door
óe Nederlanders bijeengebrachte geld voor
oehoeftige Nederlanders is besteed.
In dit verband moge er nog even aan
worden herinnerd, dat in het begin der
winterhulp-actie bij een deel van het Ne-
derlandsch publiek het bezwaar bestond,
dat de bezettende overheid behulpzaam is
geweest bij de oprichting der stichting. Uit
de besteding van de gelden kan men ech
ter zien. dat er een Nederlandsch belang
®ee is gediend en aan het eind van deze
eerste drie maanden werken mag toch
wel worden geconstateerd dat de hulp,
welke de bezettende macht bij de oprlch-
nng van deze sociale instelling heeft ver-
,eei]d, allerminst laakbaar, doch integen
deel te waardeeren is geweest.
Een volgend punt van het vraaggesprek
betrof de van sommige zijden gemaakte
opmerking, dat de collecten voor de win
terhulp elkaar te snel opvolgen, als gevolg
waarvan een zekere „collecte-moeheid" zou
ontstaan. Het antwoord hierop was, dat
uit argument geheel en al als onjuist moet
worden aangemerkt.
in de eerste plaats werden vroeger veel
™ecr collecten gehouden en wel in sommi-
vr Plaatsen bijna eens per week, terwijl
mans bij het kleiner aantal inzamelin
gen bovendien voor den gever een totaal
overzicht aanwezig is hoe en waar het geld
*°tdt besteed.
En wanneer dan iemand hoort, dat het
tot
nog toe voor de winterhulp opgebrach
te geld nog slechts een deel Is van de
som, noodig om alle in nood verkeerende
Nederlanders eenigszins toereikend voort
te helpen, dan zal hij toch zeker genegen
zijn zijn offer te brengen voor dit werk
tot instandhouding van de Nederlandsche
volkskracht en het brengen van vreugde
in het leven diergenen, voor wie de mate-
rieele nood zoo drukkend is.
Ten slotte kwam de kwestie der waarde
bonnen ter sprake Helaas bestaan omtrent
deze bonnen nog steeds misvattingen en
wel voornamelijk deze, dat de winkelier
niet direct aan zijn geld zou kunnen ko
men. De oorzaak van dit misverstand moet
gezocht worden in het feit, dat op de
eerste serie der uitgegeven waardebonnen
stond vermeld: „de terugbetaling van de
waarde van dezen bon vindt uiterlijk op
den 15en Mei 1941 plaats bij alle banken
en spaarbanken"
Hieruit heeft men abusievelijk de ge
volgtrekking gemaakt, dat bij inlevering
van de bonnen de uitbetaling op zich zou
laten wachten tot uiterlijk 15 Mei. Niets is
echter minder waar, want in werkelijkheid
beteekende deze clausule, welke in dien
vorm op de nieuwe bonnen niet meer voor
komt, dat iedere waardebon door den be
trokken leverancier onmiddellijk na ont
vangst en voor het volle bedrag bij alle
banken en spaarbanken kon worden ver
zilverd. Aileen de mogelijkheid voor deze
verzilvering werd aan een termijn gebon
den, zoodat bij niet tijdige aanbieding na
15 Mei de bonnen waardeloos zouden wor
den.
PREDIKBEURTEN.
VOOR ZONDAG 9 FEBRUARI.
Leiden Chr. Geref. Gem. (Steenschuur)
voorm. 10 uur (H. A.) en nam. 4 uur (Dankz.)
ds. Joh. Jansen.
Doopsgez. Gem.: voorm. 10% uur-, ds. tén Cate.
Eglise Wallone: dix hemes et demie, Mr. E.
Mlchelin Moreau, pasteur a la Haye.
Evang. Luth. Gem.: v.m. 10*6 uur, ds. Bieger.
Gerek. Kerk in H. V.: geen opgave.
Rem. Geref. Gem.: voorm. 10% uur, ds. Mis
pelblom Beyer.
Ver. van Vrijz. Hervormden (Volkshuis)v.m.
10% uuiy.ds. H. H. Dorgelo van Ndardèfi.
Vrije Kath. Kerk (Vreewykstr. 19)vun. 10%
uur, gez. mis.
Geref. Kerk (Zuiderkerk)voorm, 10 uur,
cand.'G. van Doornik van Delft; nam. 4 uur, ds.
A. Hordijk van Loenen a. d. Vecht.
Geref. Kerk (Heerengracht): voorm. 10 uur
cand. v. d. Schaaf; nam. 4 uur cand. v. Doornik.
Geref. Kerk (Oude Vest): voorm. 10 uur, ds.
Hordijk; nam. 4 uur, dr. Westerink.
Geref. Kerk (Morschweg): voorm. 10 uur ds.
A. Merkeleyn, em. pred.; nam. 4 uur, cand. v. d.
Schaaf.
Hooglandsche Kerk: voorm. 10% uur (jeugd
dienst) ds. J. C. van Apeldoorn.
Aalsmeer Ned. Herv. Kerk: voorm. 10 uur
ds. Y. Alkema; nam. 3 uur de heer E. J. Brug
man van Amsterdam.
Aalsmeer Oost: voorm. 10 uur ds. H. van der
Linden: nam. 3 uur ds. Y. Alkema.
Geref. Kerk: voorm. 10 en nam. 3 uur ds. J.
Knoppers.
Chr. Geref Kerk: voorm. 10 en nam. 3% uur'
ds. J. P. Geels.
Door ABLOVA.
In Newelstreet woont al ontelbare jaren
de oude heer Bavon, een'rijk oud-Indisch
man met als eenig gezelschap een dwerg-
pinchertje. Hij is een zonderlinge oude
baas, vrienden schijnt hij niet te bezitten;
bedienden houdt hij er niet op na. 's Mor
gens komt er een oude werkster die zijn
boeltje schoonhoudt en nog vóór de koffie
weer verdwijnt De maaltijden gebruikt hij
in de stad; met de stiptheid van een klok
verlaat hij op vaste tijden zijn huis en
komt er op vaste tijdén weer terug, een
oude gebogen man. leunend op zijn stok,
Altijd alleen of met zijn hondje, dat naast
hem dribbelt.
Hij moet rijk zijn. schatrijk, de heer
Bavon. Maar dat weten alleen zijn ban
kiers. de Midland Bank en nog een paar
oud-Indischmenschen, die overigens allen
contact met den eenzelvigen stuggen man
verloren hebben. Nog Iemand weet het, Joe
Stevens, de gevreesde barikroover, die se
dert een paar maanden tegenover den heer
Bavon in Newelstreet woont. Hoe hij het
weet. och, langs een van die vele ge
heimzinnige ondergrohdsche kanalen,waar
door de misdaad in een groote stad gevoed
wordt. Hij v/eet alles van den heer Bavon;
hij heeft zijn doen-en laten nu al drie
maanden lang van uur tot uur gadegesla
gen en kent zijn gewoonten alsof hij bij
hem inwoont. Maar dat is nog niet alles;
hij heeft een nauwkeurige studie gemaakt
van zijn loop, zijn manieren, zijn houding.
Urenlang heeft hij voor den spiegel zijn
vorderingen gevolgd; langzaam is er een
tweede heer Bavon ontstaan, tot in de
kleinste bijzonderheden heeft hij zijn le
vend model gecopieerd. Het sikje, de grijze
pruik, de grime, het is alles zoo echt dat
hem niets meer zal kunnen gebeuren.
Het handschrift heeft nog de meeste
moeite gekost. Niet het briefje, dat hij van
Bavon terugkreeg toen hij hem brutaalweg,
een uitnoodiging stuurde om te komen di-
neeren en Indische ervaringen uit te wis
selen. Stel je voor! De prompte weigering,
het begeerde briefje, had het studiemate
riaal gevormd Hoeveel dagen van hard
nekkig oefenen had het wel gekost, voordat
Stevens het schrift en de handteekening
behoorlijk machtig was? De stem en de
kleeren leveren niet veel moeilijkheden op.
De eerste heeft hij niet noodig warit de
heer Bavon is een zwijgzaam mensch; als
hij aan het loket van de Midland bank zijn
chèque int, waagt geen bediende het om
met den zonderlingen man een woord te
wisselen. En de kleeren zal het slachtoffer
zelf moeten verschaffen.
Op een »guren herfstavond zal het gebeu
ren. De oude heer Bavon verlaat om een
uur of negen met het hondje zijn huis om
een blokje om te.looen. Als hij uit het ge
zicht is, schuift éen schaduw in het por
tiek. er klikt een .slot en Stevens staat in
hét donkere huis. Hij sluipt naar de slaap
kamer van den ouden man en verbergt
zich achter het gordijn.
Een half uur later ontdoet hij het .ont
zielde lichaam van den ouden man van de
kleeren. verwijdert zoo goed mogelijk wat
bloedvlekken en trekt ze zelf weer aan. Als
hij de pruik en de bril opzet en zich dan
in den spiegel bekijkt weet hij, dat alles
onfeilbaar klopt Daar staat Bavon
daar st-aat-ie, in levenden lijve, niemand
zal ook maar de geringste achterdocht
kunnen krijgen.
Dan ziet hij het hondje.
Het zit-bewegenloos in een hoek van de
kamer en staart hem onafgebroken aan,
stil, met een paar kleine zwarte glinste
rende oogjes.
De nacht valt; Stevens wacht op den
ochtend, hij zit in een stoel bij het donkere
raam en overziet nog eens voor het laatst
wat hem morgen te doen staat. Om elf uur
naar.de bank, om twaalf uur Croydon; via
Kopenhagen naar Amsterdam, van Amster
dam naar Berlijn, om ze het spoor bijster
te maken. Terwijl de plannen hem door het
hoofd stormen zit het hondje in den hoek.
Het heeft zich nog steeds niet bewogen;
het kijkt hem maar aan van uit de verte
niét zijn felle oogen. Stevens wordt er krie
belig van.
Éindelijk komt de ochtend. Voor de werk
ster sluit hij zich in de slaapkamer op en
bromt wat als ze bij hem aantikt. Dan gaat
ze haar gang zonder argwaan gekregen te
hebben. Om elf uur hoort hij haar de trap
afstommelen en komt hij weer te voor
schijn.
Na een kwartier verlaat de heer Bavon
zijn huls. Een oude gebogen man, geleund
op een stok. Als hij de deur achter zich
sluiten wil glipt er nog juist iets zwarts
naar buiten, zijn dwergpincher. Besluite
loos kijkt de heer Bavon naar het hondje,
dat vreemd genoeg op een afstand blijft
en hem eveneens aanstaart. Het snuffelt
een beetje met opgeheven snuit alsof het
een bekende maar toch verontrustende
lucht in den neus krijgt. Dat zijn de klee
ren van zijn dooden baas, gedragen door
een vreemden man. Als de heer Bavon hem
naar zich toe fluistert met zoete woordje*
doet het een paar vlugge dribbelpasjes ach
teruit.
Dan gaat de oude man verder; zijn doel
is de Midland Bank in Regentstreet. Lang
zaam schuivelt hij door de straten, op een
tien meter afstand volgt het hondje. Als
Bavon stilstaat, blijft ook het dier onbe
wegelijk staan; alleen zijn neusgaten wer
ken. hij snuffelt voortdurend met zijn
snuit omhoog. De man krijgt het er warm
vandie dekselsche hondHij doet een stap
in zijn richting met opgeheven stok waar
op het beestje achteruit springt. Terzelf-
dertijd weet de man, dat hij iets heel doms
heeft gedaan; de oude heer Bavon sloeg
zijn hondje nooit.
Zijn zekerheid is weg; schichtig kijkt hij
voortdurend om naar het zwarte noodlot,
dat hem op enkele passen afstand volgt.
Daar is de bank. De portier maakt een
buiging: morgen mijnheer Bavon. De oude
man schuivelt naar de kas, haalt zijn por
tefeuille te voorschijn. De kassier pakt de
chèque van hem aan en schijnt beduusd
te zijn van het hooge bedrag. Hij wil iets
zeggen, kijkt den heer Bavon even aan en
slikt het dan weer in; er valt met dien
ouden zonderling toch niet te praten. Het
geld wordt zonder aarzelen uitbetaald, sta
peltjes bankpapier liggen in het loket, de
portefeuille wordt volgepropt.
Maar dan maakt de kassier een bewe
ging die den man voor het loket een schok
van angst bezorgt. De beambte buigt zich
voorover en kijkt verwonderd naar de an
dere zijde van het lokaal. Ook nog een paar
andere bedienden zijn opmerkzaam gewor
den
Aan de overzijde staat het zwarte hondje,
onbewegelijk, en staart naar de gebogen
gestalte voor het loket. Waarom blijft het
diertje niet naast zijn meester, zooals
altijd?
Bavon voelt de vragende blikken van de
anderen. Zijn keel wordt dichtgeknepen
van angst. Dat mormel. Er knapt iets in
hem, met een schreeuw richt hij zich op,
zijn stok in de hand en loopt op het hond
je toe. Dit wijkt terug, de staart tusschen
de beenen. De verbaasde bankbedienden
zien hoe de oude heer plotseling jong ge
worden is, hij holt zijn hondje achterna
door het lokaal, schreeuwend, krijschend.
Dan beginnen ze iets te begrijpen; de kas
sier heeft de chèque met het duizeling
wekkende bedrag voor zich liggen; hij
wordt lijkbleek en drukt op een bel naast
zijn lessenaar.
Als Stevens later in de politieauto ge
duwd wordt is het laatste wat hij ziet een
klein zwart hondje, dat op de stoep staat.
Het staart hem met zijn felle oogjes onaf
gebroken aan, zonder te bewegen. Dan zet
de auto zich in beweging en rijdt hij de
gevangenis tegemoet
(Nadruk verboden).
(•Auteursrecht voorbehouden
Doopsgez. Kerk: voorm. 10 uur ds. R. C. de
Lange.
Aarlandcrvecn Ned.-Herv, Kerk: v.m. 10.30
en nam. 3 uur ds. v. "BéUsekom.
Geref., Kerk: voorm«-lU^0..-en nam. 3 uur ds.
Moolhuizert.
Alphen aan den Rijn'Rem. Geref. Gem.
(School Rar.dhulsstr.)nam. 4 uur mej. ds.
Günther.
Ned, Herv. Kerk (Julianastraat)voorm. 10 u.
ds. Scheers (H. D.); nam. 3 uur ds. Stehouwer.
Hulpkerk Góuwsluls: nam. 3 uur de heer Lek-
kerkerk.
Ned. Herv, Kerk (Oudsh. weg)voorm. 10.30
uur dr. J. P. Cannegieter.
Evangelisatie Hoofdstraat: voorm. 10 en nam.
3.30 uur de heer de Jong.
Geref. Kerken (Hooftstraat)voorm. 10 en
nam. 3 uur ds. G, D. ,L. Bredevold van Leiden.
Raadhuisstr.voorm. 10 uur ds. Bosch; nam.
3 uur ds. Mulder,
De Ruyterstraat: voorm. 10 uur ds. Mulder;
nam. 3 uur ds. Bosch.
Martha-Stlchting: voorm. 10 uur ds. Meijer.
Chr. Geref. Kerk: voorm, 10 en nam. 4 uur
'eesdienst.
Oud Geref. Gem. (Lokaal v. Mandersloostr.)
voorm. 10 en nam. .4 uur leesdienst.
110
Teekenlng van Aart van Ewijk.
Naar J. J. A. Gouverneur.
(Reizen en avonturen van
Mijnheer Prikkebeen)
Maar eind'lijk, na den langen tocht,
Heeft 't schip de haven opgezocht,
Maar 't heeft veel averij gekregen,
Toch vaart het door „op hoop van
zegen".
Aan boord ligt alles door elkaar
En niemand is er eig'lijk klaar.
Door hun kóu- koorts- en pijn uitdrij
vende werking helpen hierbij altijd
veilig en vlug een poeder of oachet van
Mijnhardt te Zeist. Mljnhardit's Poeders per
stuk 8 ot. Doos 45 ot. Oachets. genaamd
„Mijiihardtjes" Doos 10 en 50 ct.
7038
(IngCB. Med.)
Benthuizen Ned. Herv. Kerk: voorm. 10.30
uur en nam. 3 uur ds. W. Bieshaar.
Geref. Gem.: voorm. 10.30 uur en nam. 2.30
uur, leesdienst.
Bodegraven Ned. Herv. Kerk: voorm. 10 u.
de heer Dekker; nam. 4 uur ds. Klüsener.
Geref. Kerk; voorm. 10 en nam. 3 uur cand.
W. C. P. den Boer.
Ev. Luth. Kerk: voorm. 10 uur cand. A. J.
Meijer, proponent te Gouda.
Geref. Gemeente: voorm. 10 en nam. 4 uur,
leesdienst.
Evangelisatiekring: nam. 3% uur de heer D.
J. Tesselhof van Driebergen.
Hillcgom Ned. Prot. Bond: voorm. 10% u.
ds. H. J. Kasteln van Hoorn.
De Kaag Ned. Herv. Kerk: voorm. 10% u.
de heer E. L. de Witt van Noordwijk aan Zee.
Leiderdorp Ver. van VrUz. Hervormden
(Lindelaan): voorm. 10% uur, jeugddienst.
Lisse Ned. Prot. Bond (O. L. School)vm.
101/4 uur de heer J. van Nieuwenhulzen van
Leiderdorp (jeugddienst).
Geref. Gem.: voorm. 10 uur (Bed. H. A-)
nam. 4 uur (Bed. H. D.), ds. H. Ligtenberg van
Kampen.
Ned. Herv. Kerk: voorm. 10 uur ds. van Vee-
nen; nam. 4 uur ds. van Niftrik van Rijnsburg
(Jeugddienst).
Geref. Kerk: voorm. 10 en nam. 4 uur ds,
Jac. Andree van Bennebroek.
Chr. Geref. Kerk: voorm. 10 en nam. 4 uur
ds. Ponstein.
Oud Geref. Gem.: voorm. 9.30 en nam. 2.30 u.
leesdienst.
Nieuwveen Ned. Herv. Kerk: voorm. 10.30
uur ds. Kater.
Geref. Kerk: voorm. 10 en nam. 2.30 uur, ds.
Speelman.
Evangelisatie; voorm. 10 en nam. 3 uur, de
heer A. van Scherpenzeel.
Noordwtik-Binnen Ned. Herv. Kerk: v.m.
10 en nam. 3 uur ds. W. W. Siddré.
Geref. Kerk: voorm. 10 en nam. 2.45 uur dr.
H. B. Visser.
Noordwijk aan Zee Ned. Herv. Kerk v.m.
10 uur ds. Streeder van Leiden; nam. 3 uur ds.
Hagendoorn van Haarlem.
Ger. Kerk: voorm. 10 en nam. 3 uur ds. B.
Bouma.
Geref. Kerk (H. V.): voorm. 10 uur ds. K. H.
Kroon.
Oegatfeeat Geref. Kerk (Mauritslaan)Van.
10 en nam. 3 uur, cand. Groen van Aerdenhout
Geref. Kerk (Morschweg)Geen opgave.
Rijnsburg Ned. Herv. Kerk: Voorm. 10 uur,
ds. A Hoekert van Voorburg; nam 5 uur, ds.
F. J. Pop van Delft.
Kerkzaal: Voorm. 10 uur, dr. Van Niftrik;
nam. 5 uur. de heer A. v. Roon.
Ger. Kerk (Rapenburg) Voorm. 10 urn-, ds.
Post: nam. 3 uur, ds. Van der Loo.
Ger. Kerk (Voorhouterweg)Voorm. 10 uur
ds. Van der Loo; nam. 3 uur ds. Post.
Chr. Ger. Kerk: Voorm 10 en nam. 5 uur,
ds. Visser van Midwolde.
RUnzaterwoude Ned. Herv. Kerk: voorm.
10% uur, ds. de Vree.
Chr. Geref. Kerk: voorm. 10 en nam. 3 uur,
leesdienst.
Wassenaar Geref. Kerk (Zijllaan)voorm.
10 uur, dr. Wielenga; nam. 5 uur, ds. Fcrlnga.
Geref. Kerk (Bloemcamplaan)voorm. 10 u.
ds. Feringa; nam. 5 uur dr. Wielinga.
Zoetermeer Geref. Gem.: Maandagnam. 7
uur, ds, Honkoop van Den Haag.
ZEER BEKEND MOLENAAR TE
WARMOND.
Foto-arohie£ „L.D."
Wijlen de heer Arie Cezijn.
Op ruim .76 jarigen leeftijd is te War
mond overleden de heer Arie CozIJn, die
gedurende meer dan een halve eeuw en
tot nog voor kort den molen bediende van
den Zwanenburgerpolder onder die ge
meente.
„Arie", zooals hij in den dagelijkachen
levenswandel werd genoemd, wat vooral bij
de vele watersportbeoefenaars geen onbe
kende en menig zeiler .heeft van hem héél
wat. van de zellsport opgestoken.
Weer of geen weer: Arie was stééds op
zijn post Hij was een weerkenner bij uit
nemendheid en een expert op vlschgebled.
Bij zijn 40-jarig jubileum als watermole-
naar ontving hij een onderscheiding. Op
15 April 1936 herdacht hij onder groote
belangstelling zijn 50-jarlg jubileum als
molenaar. Gaarne hadden wij Arie nog
eên rustige levensavond gegund maar het
heeft niet zoo mogen zijn. Velen zullen
aan hem een prettige en dankbare herin
nering bewaren, want steeds was Arie be
reid te helpen, met woord en daad.
Cozijn zal dan ook stellig te Warmond,
waar hij zulk een bekende figuur was, een
leege plaats achterlaten
(2 lijnen)
3—2