De krant voor de Jeugd
LEIDSCH DAGBLAD, Zaferdag 8 Februari 1941
Vierde Blad
No. 24808
glsfe Jaargang
CORRESPONDENTIE
De wijze koning Geluk
Rietje's avontuur
Roetje in de sneeuw
ANEKDOTEN
Oplossingen
Goede oplossingen
RAADSELS
Beste raadselnichtjes en -neefjes,
i Het blijft maar winter! Jullie kunnen je hart
ophalen, hoor! Dan weer schaatsen, dan in
eens weer sneeuw, en fijne glijbaantjes maken,
eh zo gaat het maar door! Alleen het slot. van
I dit alles zullen Jullie ook niet prettig vinden:
baggeren door papperige sneeuw in vieze stra
ten. Daar moeten we allen doorheen, prettig
of niet. En daarna? Dan willen we aan het
voorjaar gaan denken. Wie crocusjes of
sneeuwklokjes in den tuin heeft, zal al wel ge
keken hebben, of de groene puntjes boven de
aarde uit komen kijken. En jullie bollen moe
ten nu ook langzamerhand uit de donkere
kast te voorschijn komen, en in het licht wor
den gezet. Dan halen we het voorjaar toch
alvast in onze kamer! Hebben jullie ook bollen
van school, die je mag laten zien, als ze in
bloei zijn? Vertel me eens, hoe het er mee
staat. -
Het 1ste raadsel is weer groot, en telt dus
voor 2 goede oplossingen. Ieder kan het vinden;
het is groot, maar niet moeilijk.
Met de zieken mindert het gelukkig weer.
Beterschap voor hen, die het nog te pakken
hebben.
Nu de briefjes.
Ella Meinema Beterschap met alle grie
perigheid, en tot volgende week.
Corrie v. Weizen Je had het deze keer
dus niet makkelijker door je eigen raadsel!
Dik v. Weizen Toen ik dit mooie post
papier zag, begreep ik het al. Je bent inge
spannen. En je kunt naar hartelust lezen.
Joke de Vos" Jij verdient een versje, dub
bel en dwars.
Doe één ding tegelijk,
Maar met al je macht.
Wie te veel onderneemt,
Die versnippert zijn kracht.
Ida Schophuizen Alweer een nieuw raad-
Bei! Jij wordt een goed hulpje voor mij.
Bernard v Vliet Bij jullie is het nu de
lijd van de verjaardagen. Fijn. dat dit elk jaar
terugkomt! M. zal in haar schik zijn met haar
cadeau. En jij bent het met je boek.
Stien'tje de Ru Ik heb vele raadsels; dus:
geduld, meisje!
Corry de Roon Hertoge Al je oplossingen
zijn goed; knap! Het was hier net als bij jullie
met de sneeuw.
Drietal v. d. Plujan Jij handelt twee ziek
ten achter elkaar af, Koos, Beterschap. Hoe
welkom je broertje ook is, hij moet toch
wachten tot zijn 7de jaar. Nu heb ik voor één
keer zijn naam erbij gezet, omdat hij had
mee opgelost,
Loes Horstmann Dat mooie ringetje kreeg
je door veel helpen; en nu zal dat ringetje jou
steeds helpen in slechte oogenblikken, als je
geen zin hebt in Iets, wat moet Dan kijk je
gauw naai* je ringetje, en denkt er aan, hoe
prettig het was, te helpen! De meeste kin
deren hadden je raadsel goed.
Bianca Horstmann Nu die lastige ziektes
achter de i-ug zijn, kunnen jullie weer geregeld
insturen. M. ha'd het veel te druk, om aan
de briefjes te denken!
Truusje v. Weizen Jullie hebben het allen
flink te pakken gehad. Ik kreeg gelukkig geen
beurt.
Pim v. Weizen jy behoefde je niet te
vervelen met je nieuwe cadeaux. En je had nu
ïang de tijdbom te bedenken,, wat je voor je
geld-cadeautje zult kopen,
Ans Voorma Aldoor maar mooi postpapier!
Je behoefde niet eens tot het volgend jaar te
wachten met rollen in de sneeuw! En je kon
nog schaatsenrijden op de koop toe!
Coba v. d. Meys Ik schrijf heel wat brief
jes in mijn leven! Wat je vraagt, mag je eens
raden Misschien weet je het niet eens meer,
want je vraagt zoveel!! Vertel me eerst, eens,
moeten jullie een toneelstukje opvoeren?
Johan v. Dijk Ik zou hetzelfde willen
als jij!
Reyer Bolderdijk Wat gezellig, dat ik nu
elke week een praatje met je kan maken. Zelfs
zonder dat we elkaar zien! Ik verlang met je
mee naar de lente. Het is nu stilletjes thuis.
Anny Feynenbuik Ik heb ook gehoord,
dat het een fijn baantje was, waar jij reed.
M. en V. zagen jou op een leuke manier.
Koos Flaman Jij had een heerlijke middag
verleden Zaterdag. Dat was leuk: padvinders
keken naar padvinders!
Mijntje Mol Weer hartelijk welkom; prettig
je terug te zien.
Lenie Brocaar Ja, jammer van de vorige
brief. Zoiets overkomt ieder op zijn tijd! Je
maakt een vrolijk schortje. Bedankt voor je
raadseltje.
Hannie Brocaar Van harte welkom. Je
schrijft nu al netjes, dus je kunt het best zelf
doen. Mag'jij ook zo'n mooie schoolfoto hebben?
Kora Key Ik denk. dat de sneeuw het
schaatsen wéér in de war stuurde Zondag. Heb
je toen van de „witte ekster" genoten? Ik denk,
dat deze bijzondere vogel je boek ook bijzonder
boeiend maakte!
Jaap Haasnoot Ik ben blij, dat je weer in-
zendt. Het zijn moeilijke dagen voor je. Je hebt
het druk met school en werk; dat is nu heel
goed. Houd je flink.
Rudi Arkeveld Elk sneeuwbuitje is weer
welkom bij jullie!
Nellie Braggaar Je vorige brief ontving ik
te laat De 2e keer was je er vlugger bij! Natuur
lijk ben ik nu je- Tante; dat hoort bij een
nichtje! Het oplossen gaat best. Je mag ook zelf
nieuwe raadsels insturen.
Ali en Koos Stikkelorum Nu Ali, daar voel
ik ook wel wat voor, om „zo maar eens wat"
te krijgen. En dan zo iets moois! En wat zal
Koos allemaal te vertellen hebben? Eén cadeau
weet ik al; hoe, denk je?
Annie v. d. Vos Veel lezen, is de prettige
kant van ziek zijn. Maar het prettigst is toch.
weer opgeknapt en gezond naar school te gaan.
Gerda Teljeur Natuurlijk behoor jij bh de
getrouwen; wees daar gerust op. Jh raakt nu
thuis in de boeken. Bedankt voor je raadsels.
Bep. van Woudenberg Het babbeltje gaat
je best af. Je zuster is al wat te groot, om met
je te spelen. Maar gelukkig zijn er nog vrien
dinnetjes. De sneeuw schijnt maar geen af
scheid van ons te willen nemen.
Grietje Deegenaars Je hebt een flinke
raadseloogst; het gaat je best af. Ja, het is nu
volop raadselweer.
Nanny Nauta Nu hopen we, dat de ziekte-
tjes ons niet meer dwars zitten de verdere
winter.
Pim Metselaar Jij bent al een echte Hol
landse schaatsenrijder. Aan vallen en „ploe
teren" doe jh niet meer! Integendeel, jh helpt
°P het ijs de volwassenen zelfs!
Nellie Trap Jh hebt een leuk raadseltje uit
je mouw geschud, bedankt. Bedank Moeder
voor haar brief, en zeg, dat ik heel prettig vond,
dat zij mij schreef.
Marijtje van Rijn Gelukkig, dat jh deze
Veek v;eer naar school stapt. Voor versje en
Raadseltje nog even geduld. Aan het versje mag
3e mij nog eens herinneren. Jij boft dus ook bh
Johanna's boek.
Maartje Schaart Mijn kinderen zijn jouw
raadsel nichtjes; hoe vind je dat? Zoek haar na
tten maar op in de krant. Groet Corrie alvast
van mij; over 2 jaar mag zh meedoen, De griep
hebben wij achter de rug. Bedankt voor de
postzegel.
Johanna v, d. ZWan Je boek viel in de
«naak; ik denk: ook bij je vriendinnen. Alleen
Een verhaaltje uit de oude doos.
Er v/as eens een koning, die regeerde over
een groot, prachtig land. En die koning had
een geweldige macht: al de grond was zijn
persoonlijk eigendom en hij was ook de
eigenaar van al het goud en zilver, dat het
land bevatte, van de paarlen en edelge
steenten; kortom niemand in dat land
bezat iets of hij had het van den koning
gekregen.
„Nu Tom?" vroeg de koning.
En nu zul je misschien denken, dat zulk
een machtig vorst ook zelfzuchtig, trots en
wreed was. Neen, juist het tegenoverge
stelde. De koning hield van al zijn onder
danen of het zijn eigen kinderen waren en
met milde hand deelde hij zijn schatten
uit. Aan de een gaf hij geld, aan de ander
een goede betrekking, aan een derde een
mooi stuk land.
De naam van dezen machtigen koning
uit de oude tijd was Geluk.
En nu denk je zeker, dat al zijn onder
danen dien braven, vriendelijken koning op
de handen droegen. Mis! Hij kon het hen
zelden naar de zin maken. Ze vonden hem
grillig, wispelturig en nukkig en waren van
mening, dat hij zijn gunstbewijzen zomaar
blindelings uitdeelde. Tegenover één mens,
dat tevreden over den koning was en veel
van hem hield, stonden er altijd wel min
stens tien, die over hem mopperden.
Maar de koning trok zich daar niets van
aan. En eens, toen hij in een bizonder best
buitje was, beval hij zijn eersten ipinister
alle mopperaars en klagers, die zoveel op
hem aan te merken hadden, voor zijn troon
te brengen.
Toen de eerste minister dit hoorde, keek
hij erg verbaasd en riep uit:.
„Maar Sire, het zijn er zo vreselijk veel,
dat ze vast en zeker niet allemaal in het
paleis kunnen."
„Nu'' zei de koning lachend „breng dan
maar alvast de ergste mopperaars hier."
En zo gebeurde het. Eerst verscheen een
zekere Tom Traag. Hij maakte een diepe
buiging voor den koning en deze zei:
„Wel Tom, ik schijn jou te hebben ver
geten. Vertel me nu maar eens, wat ik voor
je doen kan.''
„Ik begeer niets anders, heer koning, dan
een flinke zak geld" zei Tom.
„Zoveel als je wilt", antwoordde de ko
ning. „Kijk vriend, daar op die tafel ligt
en grote stapel goudstukken. Die is voor
jou, als je kunt uitrekenen, hoeveel rente
dat geld heeft tegen 4y2 procent per jaar."
Om zo'n onnozel sommetje moeten jullie
natuurlijk lachen! Maar Tom vond het
vreselijk moeilijk, want hij droeg de naam
Traag niet tevergeefs. Op school had hij
van zijn leven nog nooit opgelet en aan
rentesommen had hij altijd een dodelijke
hekel gehad.
„Nu Tom?" vroeg de koning,
„Het geld wil ik dolgraag hebben", stot
terde Tom, „maar die moeilijke som uitre
kenen neen, dat kan ik niet!"
En Tom werd buiten het paleis gezet.
De tweede mopperaar, die voor den ko
ning verscheen, was Dirk Doeniets, die zo
dolgraag bestuurder van een provincie
wilde worden.
„Ga zitten, waarde heer" zei de koning
tot hem, „ik heb juist een gouverneur no
dig. Het enige wat je te doen hebt, is zelf
je benoemingsbrief te schrijven en de hoge
functie is voor jou."
„Uitstekend, sire" zei Dirk. Hij trok een
vel papier naar zich toe en klom in zijn
penhouder. Maarhoe hij ook peinsde
en voorhoofdfronsde, er kwam geen letter
voor den dag. De kwestie was, dat Dirk nooit
van zijn leven de moeite had genomen om
behoorlijk te leren schrijven. Envijf
minuten later stond hij naast Tom Traag
op straat.
De derde mopperaar, die door den koning
ontvangen werd, heette Piet Zonderzorg. Hij
vertelde den koning, dat hij niets vuriger
verlangde dan een-goed bezoldigde betrek
king in de stad waar hij woonde.
„Prachtig" zeide koning „ik heb je vader
goed gekend en ik weet, dat hij Je een uit
stekende opvoeding heeft gegeven. Zelfs
heb je aan de universiteit gestudeerd. Je
zult dus zeker wel ruimschoots knap genoeg
zijn voor deze betrekking. Kijk, daar ligt je
benoeming al, in het Latijn geschreven.
Wees zo goed. me die eens voor te lezen en
te vertalen."
En nu denk je zeker, dat Piet een voet
in de lucht sprong en meteen begon te
lezen? Mis! Hij stond met de mond vol tan
den, want in zijn studententijd had hij wel
erg veel pret gemaakt, maar nooit Latijn
willen leren. Ook hij werd haastig het pa
leis uitgestuurd.
De vierde ontevredene was Willem Werk
zaam. Hij was wel geen echte mopperaar,
maar toch had hij nog heel wat onvervulde
wensen. Toen de koning hem vroeg, wat
zijn verlangen was, sprak hij beleefd en
vriendelijk:
„Heer koning, een eis kan ik niet doen
gelden. Ik heb altijd in mijn leven flink
mijn best gedaan, maar toch ben ik er nog
niet in geslaagd, vooruit te komen in de
maatschappij. Uwe Majesteit zal mij zeker
wel geven wat goed voor mij is."
Nu vroeg de koning hem,, of Willem eens
wilde berekenen, welke rente de som, die
op tafel lag, kon opbrengen tegen 4y2 pro
cent. Hij deed dit in een ommezien en
het geld was zijn eigendom.
Toen hij liet zien, dat hij keurig schrij
ven kon, ontving hij bovendien een benoe
ming tot een hoge betrekking. En nadat hij
had getoond vlug Latijn te kunnen verta
len, gaf de koning hem nog een mooi land
goed als toegift.
Wat denken jullie, was die koning Geluk
niet rechtvaardig?
jammer, dat je het niet zelf kon halen. De
sneeuw geeft telkens Zondagsverrassingen.
Maartje Stavleu Ik kan mijn ogen haast
niet geloven: dat jij al zo'n grote tocht hebt
kunnen meemaken. Kranig, hoor! Jij hebt een
echte ijstocht gemaakt.
Marti Bakker Kind, wat heb jij weer veel
gekregen! Ik zal maar niet gaan tellen, hoeveel
cadeaux het wel zijn. En zulk mooi postpapier!
JÜ bent meer dan tevreden!
Joop Schalks Jij kunt oplossen, hoor! Jij
ziet nu liever ijs dan sneeuw, denk ik. Bedankt
voor je raadsel en anekdote.
Èlly Punt Ik verlang mee naar het eind
van de vorstperiode. Als zelfs jullie, de kin
deren, er genoeg van krijgen, is het zéker lang
genoeg geweest. Wat griep betreft, ben ik tot nu
toe de dans ontsprongen, evenals jij.
Rudolf David Fijn, dat ik toch je raadsels
ontving. Beterschap,
Plonie de Geus Ik dacht wel, dat je
ziek was, want jij ontbreekt maar niet zonder
reden. En nu weer druk aan het werk op school.
Rie en Bep v. d. Laan Jullie tijd wordt
heel prettig in beslag genomen nu: handwerken
en orgelspelen. Houd me maar op de hoogte
van de vorderingen.
Anny Everink Probeer nu weer geregeld
present te zijn.
Peter Westerbeek Aan ijspret geen gebrek
deze winter. Jij houdt er mooi postpapier op na.
Olga Derksen Dit wordt dan een gewichtig
rapport. Je zorgt maar, dat het lukt met de
schoolplannen! Jij houdt van naaien!
Marietje Lagerwij Zo'n schemeruurtje is
echt gezellig. Nu maken jullie van de nood een
deugd. Weet je al iets van de foto?
Willy Roest Toen je vrij van. school had.
heb jij je wel warm gemaakt met schaatsenrij
den. Hoe langer ijs, hoe liever het jou is. Groe
ten voor Rudie.
Simon van Meygaardejn Wat je eerst ver
telt, is jammer. Wat je daarna vertelt, bevalt
me beter!
Rietje Brandt Je loopt dus al bijna in je
nieuwe vestje rond. Als Ellie naar het schooltje
gaat heb jij ook weer nieuwtjes voor mf)!
Loesje Sloos Hartelijk welkom in onze
kring.
Lydia Botermans Ook al een ex-patientje!
Nu had je Zondag nog een nè-pretje van je
verjaardag; dat was leuk.
Anny Bekooy Wat de dag betreft, tref ik
het beter dan jij met mijn feestdag. Sneeuw op
het ijs. brengt menig schaatsenrijder van de
wijs!
Tini Rakers Dat is mooi postpapier, ter ere
van je beterschap! Prettig, dat je je huiswerk
thuis kon maken; dan kom je niet zo achter.
Je hebt alle oplossingen goed; een extra
pluimpje daarvoor.
Dieneke van Ewijk Ook alles goed. en dat,
terwijl je nog maar half beter was. Gelukkig
dat Vader de brief met al die oplossingen voor
je wegbracht. Verdere beterschap.
Dientje Veendorp Je hebt een goed rap
port; je doet je best. Deze week ben je dan
twee keer present. Begrijp je me?
Elsje Verlind Jouw feestdag nadert met
rasse schreden. Wat schiet jij al op, naar de
4e klas!
Coba Verlind De brief is maar het veiligst
bi) jezelf.
Hannie en Geertje Linschoten Ja zeker.
Mijn Rietje is mijn schatje.
Mijn zoete kleine kind.
'k Weet best, wie ik van allemaal
Het liefste popje vind.
Dat is mijn kleine Rietje
Met ihaar speel ik het meest
Als 'k haar zoo stil op schootje neem,
Dan is 't voor Rietje feest.
Maar och. hoe vreeslijk zielig!
W^t 'n héél "erg ongeluk!
Mijn Rietje viel van 't stoeltje af,
En brak haar hoofdje stuk.
Het viel In vijf, zes stukken,
Het hoofdje van mijn pop.
Ik raapte met de scherven ook
Haar bruine oogjes op.
Twee oogjes op een steeltje.
Ik snikte van verdriet!
Zou 'n Moedertje niet huilen als
Ze zó haar kindje ziet?
Maar Oma is gekomen
Die zei: „ik neem haar mee
Ze gaat nu uit logeeren, zeg!
Wees jij maar heèl tevree.
Ik breng haar naar den dokter,
Naar 't poppenhospitaal
Daar ligt ze in een bedje in
Een gróte ziekenzaal.
En als ze dan terugkomt
Dan zul je eens wat zien!
Dan heeft z'een heel nieuw hoofdje, hoor!
Véél mooier nog misschien!
Wat Oma zei, gebeurde
Mijn Rietje kwam heel gauw.
En.zal 'k j'eens wat vertellen zeg?
Haar oogjes zijn nu blauw!
MARIE MICHON.
ik herinner mij je nichtje nog. Ook, dat zy een
klein zusje kreeg, dat dus al weer twee jaar is.
Groet je grote nicht van mij terug.
Henny Favier Prettig, dat je mocht lezen
in bed, en dan in zo'n boeiend boek. Ik hoop.
dat je nu weer op de been bent.
Elsje Verhoef Jij verheugt je al op de ver
jaardag van je vriendin. Heerlijk, die filmver
toning op school. Ik begrijp best, dat Jullie
„hè" riepen, toen het uit was; dat zou ik ook
gedaan hebben! Waar biyft Marijkè nu? Dank
voor de raadsels.
Jettle Goudsmit Jij hebt een feestelijk
vooruitzicht. Dan kunnen jullie net allen beter j
zijn. Bedankt voor het le raadsel; het 2de is i
wel aardig, maar ik meen het al te hebben.
Wim Nieboer Je hebt een echt boeiend
jongensboek. Voor je raadsel: geduld.
Piet Beugel Wat je schrijft, is heel verdrie
tig voor jullie allen.
Jan de Mooy Hartelijk welkom. Je moet
echter als grotere (1116 jaar) minstens 4 op
lossingen hebben. Je hebt het al druk. Bedankt
voor je raadsel.
Atze v. d. Kooi De winter is grillig de
laatste weken. Jullie zagen op school een inte
ressante film.
Paul Rienstra Met dit sneeuwijs gaat de
pret er af. Langzamerhand verlangt niet alleen
oud. maar ook jong naar dooi!
Bea v. d. Kooi Jij hebt ook genoeg van de
sneeuw. Van de film las ik net bij Atze.
Wim Rienstra Gelukkig, dat het zo gauw
genezen is met de 'hahden. Jullie konden nu
alleen in gedachten bij je broertje zijn.
Eveline Doorn Jij moest 28 Jan. op twee
plaatsen tegelijk zijn. En lag je. in plaats daar
van. rustig in je bed?
Coba van Duyvenboden Je behoeft alleen
maar de oplossing op te schrijven met de
woorden, die je er voor moet vinden; maar niet
het hele raadsel er bij. Dé sneeuw heeft het ijs
wel bedorven.
Annetje Mokkenstorm Oh, v/at deed Jantje
jullie schrikken op de avond vóór Vaders ver
jaardag. Later moest Vader er zeker om lachen!
Lientje Mokkenstorm Je Tante heeft snoe
zig postpapier uitgekozen. Kun je al zwieren
op je nieuwe schaatsen?
Zusjes Hartevelt Was Cobie die gelukkige
prijswinnares? Gefeliciteerd daarmee. Ja. voor
velen is het lastig; al die sneeuwboel in de
straten.
Bep en Jan Cram a Deze week schoot er
dus een raadseluurtje over, dat jullie goed be
steed hebben. Bedankt voor alle raadsels en de
Paul Blangé Hartelijk gefeliciteerd met je
feestdag. Veel genoegen; naar ik hoop: zonder
Annie en Nel Boon Jullie waren er bijna
met raadsel II. Jullie zijn beiden een stapje
verder: de een in de kamer, de ander naar
school. Verdere beterschap!
Ik ben de rij weer langs geweest. Voor nieu
welingen schrijf ik nog eens: meedoen mogen
alle kinderen, die dit blad lezen, van 7—16 jaar;
kleineren 711 jaar en groteren 1116 jaar.
Hoe meer. hoe liever!
Tot de volgende keer.
Allen hartelijk gegroet door jullie Raadsel
tante,
MEVR. M. J. BOTERENBROOD.
'k Zit te kijken voor mijn raam
Buiten is de wereld wit
Bomen, struiken, alles saam
Onder 't wit verborgen zit.
Kijk, ons pikzwart poesje Roetje
Komt daar door de sneeuw gegaan
Met haar fijne zwarte snoetje
Kijkt ze me bedenk'lijk aan.
Tip, tip, tip, een soor van kuiltjes
Laat ze in het zachte dons,
Roetje, dat is niets voor jou zeg!
Roetje, Roetje, kom bij ons!
Op je kussen achter 't haardje
Rol je j'op en spin je wijs,
Slaap je straks en droom je heerlijk
Van een sneeuwwit ijspaleis.
MARIE MICHON.
Ingezonden door Jetty Hooghuis.
Eerlijk.
„Staat u er voor in, dat het helemaal een
wollen broekje is?" vroeg de moeder, die voor
haar zoontje inkopen deed.
„Mevrouw," zei de winkelier, ,4k mag en ik
wil u niet bedriegen; de knopen zyn van koper."
der raadsels uit het vorige nummer.
1. 1. Meubelmaker; 2. Metselaar; 3. Schilder;
4. Kruidenier.
2. De drie g-men en hun gasten.
Dries, gaten, Deen, menu, negen, drie, hengst
3. Een portret.
4. Wie het kleine niet eert, is het grote niet
weerd.
5. Om het hoofd.
6. Ommen, dommen.
7. Den Haag; den, haag.
8. Papaver, Schagen.
der raadsels ontvangen van:
Koos Flaman, Mijntje Mol, Adie Mol, Lenie
en Hannie Bocaar, Nico en Dickie Optendrees,
Kora Key, Jaap Haasnoot, Gé de Jong, Rudi
Arkeveld, Nellie Bragaar (ook van vorige keer),
Elsje Boterenbrood, Ali Stikkelorum, Koos Stik
kelorum, Annie v. d. Vos, Gerda Teljeur, Jopie
v. Heuven, Betsie v. Heuven, Bep v. Wouden
berg, Grietje Decenaars, Nanny Nauta, Mientje
Uitdenboogaard, Pim Metselaar, Nellie Trap,
Coba Heusen, Joop Schalks, Niek Bakker, Marti
Bakker, Elly Punt, Johanna v. d. Zwan, Marijtje
v. Rijn, Maartje Schaart, Maartje Stavleu, Ru-
dolf David, Plonie de Geus, Rie v. d. Laan, Bep
v. d. Laan, Anny Everink, Peter Westerbeek,
Nel Meinema, Ella Meinema, Corrie v. Weizen,
Dik van Weizen, Joke de Vos, Ida Schophuizen,
Piet Oudshoorn, Marietje v. Vliet; Bernard van
Vliet, Stientje de Ru, Nellie Dorrepaal, Corry de
Roon Hertoge, Jannie v. d. Pluym, Koos v. d.
Pluym, Nico v. d. Pluym, Chris v. d. Pluym, Leni
van Loef, Trineke v. Loef, Ria de Nle, Loes
Horstmann, Bianca Horstmann, Truusje v. Wei
zen, Pim v. Weizen, Ans Voorma, Süze de Geus,
Jacques de Geus, Coba v. d. Meys, Evert v. Dijk,
Johan v. Dijk, Reyer Bolderdijk, briefje met
goede oplossingen zonder naam (waarin ver
teld wordt, dat Moeder en Vader 12jaar ge
trouwd zijn; van wie?), Afke Neuteboom, Toni
Neuteboom, Anny Feynenbuik, Olga Derksen,
Marietje Lagerwij, Willy Roest, Rudie Bos,
Simon v. Meygaarden, Rietje Brandt, Loesje
Sloos, Lydia Botermans, Anny Bekooy, Maartje
v. d. Voort, Geertje v. d. Voort, Tine Rekers,
Dieneke v. Ewijk, Dientje Veendorp, Coba Ver
lind, Elsje Verlind, Hannie Linschoten, Geertje
Linschoten, Henny Favier, Elsje Verhoef, Jettie
Goudsmit, Wim Nieboer, Piet Beugel, Atze v.
d. Kool, Paul Rienstra, Bea v. d. Kooi, Wim
Rienstra, Leny de Graaf, Fini de Lange, Ineke
Boterenbrood, Hansje Boterenbrood, Eveline
Doorn, Coba v. Duyvenboden, Annetje Mokken
storm, Lientje Mokkenstorm, Bep Crama, Jan
Crama, Jannie Hartevelt, Cobie Hartevelt, An
nie Boon, Nel Boon.
vier, de kleineren tfrie goede oplossingen
voor allen om uit te kiezen; de groteren
Let wel: De oplossing van raadsel I mag voor
twee goede oplossingen tellen.
Ingezonden door Marietje Lagerwij.
Ik ben een spreekwoord van 40 letters.
8, 39 is een bolgewas, 5, 22, 25, 26 een zwem
vogel, 7, 1, 2, 7 vindt men in de thermometer,
38, 33, 4, 27, 23 komen in veel sprookjes voor,
29, 39, 18, 19, 31 is een muziekinstrument, 35, 13,
40, 26 vindt men bij de zee, 16, 21, 34, 6, 3, 8, 35,
36, 40 is een plaats in Zeeland. Zeeland bestaat
bijna geheel uit 27, 39, 10, 14, 23, 26, 3, 40. 11,
20, 13, 24, 15, 32 is een vorm van het werkwoord
graven. 30, 12 is een vervoermiddel in de winter,
9, 23 de tegenstelling van uit, 37, 19, 28 een an
der woord voor vod, 17, 9, 6 een deel van een vis.
II.
Ingezonden door Nico Optendrees.
Mijn lichaam is van hout, gemakkelijk te breken,
Mijn hart kan zonder stem, voortreffelijk met
U spreken.
ni.
Ingezonden door Ali Stikkelorum.
Welke klokjes klinken niet?
IV.
Ingezonden door Nico v. d. Pluym.
Ik ben een plaats van de aardbeienoogst, van
8 letters.
1, 2, 2, 5 is een sterk dier, 6, 7. 8 een stadsge
deelte, 7 ls een groot water ln Neêrlands hoofd
stad, 3 is de 22e letter van het alfabet. Verloren
4, 4, 5 keert nimmer weer.
V.
Ingezonden door Annie v. d. Vos.
Mijn eerste is een persoon, mijn tweede is
een dier; mijn geheel is Iets, dat veel gebruikt
wordt.
VI.
Ingezonden door Aukje v. d. Walle.
Wie is knapper, een zwarte kip of een witte?
VII.
Ingezonden door Nelly Stouten.
Vorm uit de volgende lettergrepen 10 woor
den van 2 lettergrepen: an - ap - bal - ca -
gel - ha - 1 - maas - pel - pet - ris - ro - sleu -
tel - teu - to - ton - trom - ver - vik.
Zijn de juiste woorden gevonden, dan moeten
de eerste letters, van boven naar beneden ge
lezen, de naam aangeven van een onzer pro
vincies.
1. wordt bij het mazen gebruikt
2. vrucht
3. jongensnaam
4. gebruikt men om iets te openen
5. muziekinstrument
6. dief
7. bloem
8. meisjesnaam
9. vogel
10. waarmee men een rijdier bestuurt.
Ingezonden door Lenie Brocaar.
Papa (tot ongehoorzaam dochtertje): „Elsje,
voor je ongehoorzaamheid zal ik je vanavond
eens in het kippenhok moeten opsluiten".
Elsje: „Ja, Papa, maar eieren leggen doe ik
niet!"
Ingezonden door Annie Verloop.
Op school.
Meester tot Jantje: „Wanneer maakt Moeder
de kamer-altyd schoon?"
Janje: „O, als er visite komt!"
Ingezonden door Gerda Teljeur.
Mama: „Betsy, weet je, hoeveel koekjes Je al
genomen hebt? Twaalf!"
Betsy: „Dan mag ik toch nog wel de dertiendef
Ik ben helemaal niet bijgelovig. U wel?"