M jSÈÊ, t INN jjlr Het hooge water bedreigt Limburg - De \erk te Weesp wordt gerestaureerd LEIDSCH DAGBÜO Twsede Blad iyp^ -i'j 1 I» ?V- i Ifc'I 1P .1'" 81ste Jaargang FEUILLETON Het Noodlot van de Ransome Rovers t. r j OOK DE WATERWOLF IN LIMBURG. DE MAAS BLIJFT. MET O VERSTRO OM INGEN DREIGEN. EEN OPNAME TE BORGHAREN BIJ MAASTRICHT. (Het Zuiden) HET ALOUDE KASTEEL. „HOENSBROEK" wordt ontspanningsoord en museum. De vijvers en de terreinen worden een openluchtontspanningsoord voor de bevolking en'het kasteel, zoowel als de bijgebouwen worden inge richt als museum voor geschiedenis en nijverheid, waarbij de mijnindustrie een voorname plaats zal innemen. (Het Zuiden) DE BERLIJNSCHE RADIOGROEP VAN DE HITLER-JUGEND, WELKE DE SOLDATEN IN DE BEZETTE GEBIEDEN KOMT AMUSEEREN, BIJ EEN VAN DE VROOLIJKE DUITSCHE VOLKSDANSEN. (Holland) DE NED. HERV. KERK TE WEESP, dateerend uit de 15de eeuw, zal worden gerestaureerd onder leiding van den gemeente-architect, den heer Breyer. Deze belangrijke restauratie, waarmede reeds een begin is gemaakt, hoopt men gereed te hebben tegen het najaar. (Holland) ZIEN WAS TIJDENS DE BERLIJNSCHE MODEWEEK. Het is gemaakt van witte crêpe-marocain met zwarte versiering. (Holland) WINTER IN DEN AMSTERDAMSCHEN DIERENTUIN „ARTÏS". DE BIJTEN VOOR DE ZWEMVOGELS WORDEN NAUWGEZET OPEN GEHOUDEN. (Hólland)] Een roman uit de voetbalwereld. door J. WILMAN. 6 (31 „Bedoelt u, dat u tipsy was?" „Laat naar je kijken, kerel! Die mij tipsy heeft gezien, moet nog geboren worden, 's Middags een paar cocktails, een goed glas wijn aan tafel, daar drie of vier whis- ky's-soda op dat alles door elkaar werkte als een patent slaapmiddel." „U, dokter Ryan." „Ik v/as om kwart over twaalf op mijn kamer en werd met e.en feilen bliksemstraal begroet. Daar de bui nog betrekkelijk ver af was, kroop ik in bed, maar kleedde me niet geheel uit. Dien voorzorgsmaatregel neem ik 's nachts bij onweer altijd sinds ik op een reis door het Schwarzwald een minder prettig avontuur beleefde. In een klein dorp werd het hotel, waar ik logeerde, door den bliksem getroffen en in eep oogwenk brand- be het als een fakkel. Gelukkig kon ieder een zich redden, maar ik was alles kwijt geld, kleeren, bagage. Dat heeft me voor- zichtig gemaakt. Ik lag zoo'n beetje te soezen toen de bui naderde en meteen begon het te gieten. De regen stond pal op de ramen zoodat ik ver plicht was ze te sluiten. Beseffend, dat den eersten tijd van slapen geen kwestie zou zijn, liep ik naar de bibliotheek om lectuur te halen. In de tuinkamer zag ik licht. Ik klopte, stapte binnen en vertelde Sullivan wat ik beneden kwam doen. Samen gingen we naar de bibliothéek, ik pakte voor vorst en vaderland een boek, zocht mijn kamer weer op en las tot bijna half drie. Toen was het onweer bedaard, ook de regen had op gehouden. Ik schoot onder de v/ol en werd tegen achten wakker door het kloppen aan mijn deur. Je dient met mijn relaas genoe gen te nemen, Hopkins. Ik zou moeten fan- taseeren om er iets aan toe te voegen." „Merci, dokter. Nu u, Mr. Curtus." „Ik kan kort zijn. Nadat ik een minuut of vijf met mijn verloofde aan de deur van haar kamer had gepraat, ging ik naar de mijne en trok een stoel bij het raam om naar buiten te kijken. Dat heb ik gedaan van ongeveer tv/aalf uur tot zoowat half drie. Het schouwspel boeide me ongemeen, de bliksem was j^en moment van de lucht. Het eenige storende intermezzo vermeldde ik reeds Mrs. Goldman met haar kaars." „Is dat alles?" „Dit is alles." „Uw slaapkamer ligt precies boven de wapenkamer Hebt u niets gehoord?" „Niets." „Merkwaardig, terwijl u toch op was." Curtis schokschouderde. Wat de pias al dan niet merkwaardig vond, liet hem koud. „U vertrok met den eersten trein naar Londen Wat had u daar te doen?" „Een privé aangelegenheid die u niet raakt." „Mét andere -.voorden:, u v/eigert mee te deelen wat u in Londen moest uitvoeren?" „Natuurlijk. Wilt u weten of ik den bra celet wegnam, dan is mijn antwoord: neen, neen en nogmaals neen! Daar moet u tevre den mee zijn. Ik erken u niet als een auto riteit die het recht heeft mijn doen en la ten te controleeren." „Dat staat te bezien. U vergeet, dat ik handel in opdracht van Mrs. Sullivan, wier gast u bent. Er zijn eenige dingen, die op heldering behoeven. Gisteravond hebt u nog al grof gekaart; u verloor althans ruim drie honderd pond. Een exorbitant bedrag voor iemand, die moest bekennen geen ka pitalist te zijn, ver van dat zelfs. U bezat niet voldoende en schreef daarom Mr. Rus sell een schuldbekentenis. Later hoorde een van de' gasten u tot Miss Grasham zeggen, dat u heusch wel wist, hoe aan die driehon- honderd pond te komen. De zaak is ernstig Mr. Curtis. In de wapenkamer toonde u bij zondere belangstelling voor den bracelet van keizerin Poppea. U nam het kostbare sié- raad ter hand en bestudeerde het nauw keurig u alleen. Beseft u niet, hoe me nigeen verband zal zoeken tusschen dien diefstal en het feit, dat u bij terugkeer uit Londen over voldoende contanten beschikte om de speelschuld aan Mr. Russell te vol doen?" Eer Cyril zóó ver had verwerkt, dat hij den pedanten kwast van repliek kon dienen was Nora naar Hopkins gerend. Haar ge balde vuisten raakten bijna zijn gezicht. „Jou vlegel!" Nora's stem sloeg over van drift. „Hoe durf je een fatsoenlijk man be- leedigen jij, een fortuinjager, eert Curtis vatte het meisje bij een arm en trok haar naar de vensterbank terug. „Be- heersch je, liefste! Per slot van rekening is is Hopkins maar een papegaai, die napraat wat anderen hem voorv/auwelen." Hij wend de zich tot Wade. „Zoo, waait de wind uit jouw hoek? Jij luisterde du^ het gesprek tusschen Miss Grasham en mij af?" „Niet met opzet", bekende-Wade grijn zend. „Je zult je herinneren, dat ik een'si garet aanstak. Ik hoorde toevallig wat niet voor mijn ooren bestemd was. Vanmorgen vernam ik van den butler, dat de bracelet was verdwenen. Combineer zelf je bezit geen driéhonderd pond, je verklaart wel te weten hoe er aan te kom.en, de armband wordt gestolen, je reist naar Londen en keert met een zak val ponden terug. Duide lijk of niet?" In Cyril's oogen lichtte een gevaarlijke glans. „Jij kunt het niet weten, dat ik op zekeren dag de gelofte aflegde, je een frisch pak op de broek te geven voor een beleedi- ging, Miss Grasham aangedaan. Tot nu toe moest ik het uitstellen, Wade, voor de insi nuaties aan mijn adres komt je óók wat toe, en dus-staat je een dubbel rantsoen te wachten. Ga vannacht slapen in het aan gename vooruitzicht, dat het feest zeer na bij is. Ik garandeer je, dat de aframmeling je minstens veertien dagen zal beletten om op het daartoe bestemde lichaamsdeel te zitten." Wade lachte honend. „Hoe jammer. Cur tis, dat die vrome wensch niet in vervulling gaat. En ik heb zoo het idee dat het spoedig met je bluf gedaan zal zijn! Nu wil ik eens iets vertellen wat jij nog niet weten kunt. Je vertrok met den trein van 7.42. Welnu, ik nam mijn racewagen en kwam nog op tijd in Ransome voor het ochtendvliegtuig naar Londen. Toen jij aan King's Cross S ation arrivee'de, was ik daar al lang en breed. Ik voglde je naar een huis in De vonshire Street; vandaar .ging het op de juwelierszaak van Davidson in Gower Street aan. Door een winkelruit zag ik al les: je wikkelde een bruin papier los en daaruit kwam een cassette te. voorschijn, die een bracelet van massief goud bevatte met een breede sluiting in den vorm van een hoefijzer, waarop acht steenen: twee pur peren, twee roode, twee groene, twee blau we. Jullie marchandeerden een poos en toen ging Davidson naar een achter den winkel gelegen kantoor. Curtis, bluf nog eens!" Cyril wist zich het. middelpunt van aller belangstelling. Negen paar oogen waren op hem gerieht. Vijandige oogen vol leedver maak behalve die van Nora. Zij was on der Wade's beschuldigingen bleek geworden en had een pols van haar verloofde gegre pen;. Curtis voelde haar vingers beven. Even schrijnde hem pijn, dat ook zij aan hem kon twijfelen, maar direct vergaf hij haar. Wade's aantijgingen moesten wel een verbijsterenden indruk hebben gemaakt op ieder, die niet op de hoogte was. Cyril vatte beide handen van het meisje en keek haar diep in de oogen. Zij zag den glimlach om zijn mondhoeken verschijnen, breeder en breeder worden, tot zijn heele gezicht leek, te glanzen. Met een snik van verlossing' wierp zij zich in zijn armen en kuste hem. Haar blik was uitdagend: zij hadden ge dacht te triomfeeren zij zouden het zijn, die de nederlaag leden! Curtis zei, zijn stem één en al spot: „Dat jij zoo'n haast moest hebben, Wade, en niet tot het eind kon wachten! Ja, ik begrijp het! Je.popelde van ongeduld om het groo- te nieuws op „Dragon's Castle" uit te ba zuinen!" (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1941 | | pagina 5