De strijd tegen het bederf
De Leidsche
Bioscoop-Programma's
KWALITEIT
WINT ALTIJD!
LEIDSCH DAGBLAD - Eerste Blad
Zaterdag 4 Januari 1941
OFFICIEELE KENNISGEVING
C. F. MEERPOEL's
KERK- EN SCHOOLNIEUWS
Doelmatig bewaren van levensmiddelen
W* Alléén BREESTRAAT 171
BURGERLIJKE STAND
VAN LEIDEN
0
ARTIKEL VAN DEN VOEDINGSRAAD.
Door het onoordeelkundig opbergen van
levensmiddelen gaat veel waardevols ver
loren. Daarom willen wij het nu eens heb
ben over zuinigheid in verband met een
doelmatige wijze van bewaren.
Als de huisvrouw aan het begin van een
nieuwe distributieperiode de aangeschafte
■hoeveelheid op de keukentafel legt, verte
genwoordigt deze niet alleen een bepaalde
geldswaardA maar tevens een belangrijke
hoeveelheid voedingsstoffen. Uit beide oog
punten is een goede verzorging noodig.
Men begint met alles in de daarvoor be
stemde bussen of potten weg te bergen. Al
ls de voorraad kleiner dan men vroeger ge
wend was, toch komt alles op zijn vaste
plaats. Dit geeft niet alleen een goed over
zicht. maar is bovendien zuiniger dan 't uit
den zak gebruiken. Een zak valt gemakke
lijk om of scheurt open. Soinimige stoffen
als suiker en zout, trekken veel vocht aan,
kleven zoo aan het papier vast en gaan
voor een deel daarmee verloren. Dit alles
beteekent verlies.
Men zorge er echter voor geen nieuwen
voorraad bij een oude rest te storten om
dat een begin van bederf zich dan aan het
geheel zou mededeelen -Ir. een schoone
jampot of bus bewaart men het versche
product totdat de oude hoeveelheid op is.
Grutterswaren kan men beter in katoe
nen zakjes bewaren dan in bussen of fles-
schen, omdat zij in die zakjes nog wat na-
drogen als men de zakjes op een luchtige,
droge plaats ophangt, b.v. op een goed ge-
ventileerden zolder. De kans op bederf is
dan uiterst gering.
Bovendien kan men die zakjes in een vorst
periode een poosje buiten hangen. Het
blijkt n.l. dat mijten en andere insecten
die wel eens van een voorraadje mee eten
en het daarbij zeer onaangenaam verande
ren. een vorst-kuur van een goede week
niet overleven. Men kan het meel, de grut
ten, gort of andere waar daarna gerust
weer gebruiken.
HANDELSREGISTER
KAMER VAN KOOPHANDEL.
Opheffingen:
K. Wielinga Ezn. voorheen J. G. v. d. Mark
Azn., Hooigracht 42, Leiden, detail- en
engroshandel in huishoudelijke artikelen,
speelgoed enz.
W. H. Meijburg, Hoogl. Kerksteeg 4, Lel
den, handel in wijnen, limonades, enz.
OECUMENISCHE DIENST VAN DE
EVANG. LUTH. GEMEENTE.
Morgenochtend zal in de Luthersche Kerk
een oecumenische dienst worden gehouden,
waarin de Luthersche gemeente in haar ge
heel zal samenkomen en waarin de predi
kanten der beide richtingen, ds. J. Ph. Mak
kink en ds. J. N. Bieger zullen voorgaan. Het
besluit tot dezen gemeenschappelijken
dienst werd door den grooten kerkeraad ge
nomen met de bedoeling in deze tijden meer
eenheid en saamhoorigheidsgevoel in de
gemeente te brengen.
Het ligt daarom ook in de bedoeling in
de toekomst deze eenheid der Evang.
Luthersche geloofsgemeenschap bij voor
komende gelegenheden door dergelijke ge
meenschappelijke diensten te demonstree-
ren. In de huidige omstandigheden dringt
het besef steeds meer door, dat de richtin
gen niet zoover van elkander staan als men
wel denkt en als zoodanig wil ook de dienst
van morgen iets van de oecumenische ge
dachte trachten te verwezenlijken.
De aangeschafte peulvruchten komen
soort bij soort n katoenen zakjes op een
droge plaats te hangen. Is de kelder goed
droog dan is die geschikt, anders is de
zolder beter.
Gedroogde appeltjes enz. worden even
eens, het liefst in katoenen zakjes, op een
luchtige plaats gehangen.
Bloem blijft in de origineele verpakking.
Losse bloem komt in niet geheel afgesloten
bussen.
Havermout mag ook niet geheel van de
lucht afgesloten worden. Men bewaart ze
op een koele, luchtige plaats. Is de haver
mout sterk verpulverd, dan is de kans op
mijt erg groot.
Vleesch Verschillende slagers leveren
al het vleesch voor een dlstributleperio''
tegelijk af aan hun klanten. Deze nemen
dat voor alle zekerheid maar aan. Daarom
is het goed ook over het bewaren van
vleesch even te spreken. In ongebraden toe
stand kan men het vleesch zelfs in een
goeden kelder maar één dag bewaren. Door
het te zouten of te marineeren kan men
deze periode rekken. Bij het zouten trekt
echter veel vocht uit het vleesch, welk
vocht men alleen bij het afmaken van de
jus kan gebruiken. Het marineeren (met
water, azijn en kruiden overgoten wegzet
ten) is alleen voor taai rundvleeseh en voor
lamsvleesch aan te raden. Beter is het, het
vleesch kort na ontvangst te braden, in een
kleine pan of kom over te zetten, vlug af
te koelen en met de jus te overgieten. V
neer het geheel onder jus of vet staat,
blijft het op een koele plaats wel een paar
weken goed.
Heeft men misschien, nu er weinig vleesch
te krijgen is, op de bonnen rookworst ge
kocht voor de stamppot? Denk er dan aan,
dat deze zachte worst beslist niet langer
bew ard kan worden dan twee weken. Al
leen de harde, droge worsten zijn duurza
mer. Deze moeten dan op een koele, toch
tige plaats opgehangen worden. De witte
uitslag, die soms ontstaat, is afkomstig van
het zout of van een onschadelijke schim
mel. Zij wordt met een drogen doek er afge
veegd en de worst met wat vet ingewreven.
Bij een aangesneden worst bestrijkt men de
snljvlakte met een weinig boter of vet.
Gebruikt men de voor het gezin bestemde
eieren niet direct, dan komen zij op een
eierrekje te staan. Eieren hebben een po
reuze schaal en nemen gemakkelijk geuren
uit hun omgeving over. Plaats ze daarom
nooit in de buurt van sterk riekende stof
fen. Wie wat eieren in kalk of waterglas
heeft, zorge er voor dat deze een „vorst-
vrije", maar koele standplaats hebben. Met
de feestdagen, of als er geen vleesch ls.
moet men er direct maar aan beginnen,
daar zij niet langer dan gedurende den
winter bewaard moeten worden. Alleen zeer
versch in waterglas ingemaakte eieren kun
nen in een koelen keider in een volgenden
winter nog gebruikt worden. Een overge
bleven eierdooier bewaart men in een kopje
met water, anders droogt hij te veel uit.
Hierbij nog een waarschuwing voor het
gebruik van eendeneieren bij de spijsberei
ding. Eendeneieren kunnen ziekte overbren
gen. Zij moeten daarom uitsluitend in hard
gekookten toestand gebruikt worden. In de
bakkerij mag men ze alleen voor de be
schuitbereiding gebruiken, omdat geen an
der gebak voldoende verhit wordt om de
ziektekiemen in het eendenei te dooden.
Koop alleen eendeneieren voorzien van een
stempel.
Op de flesch slaolie, die men voor de op
gespaarde bonnen aangeschaft heeft, is men
bepaald zeer zuinig. Deze komt op een koele
donkere plaats te staan. Als de flesch ge
sloten blijft, is de olie onbeperkt houdbaar.
Vóór het gebruik moet men haar zoo lang
in een warm vertrek of in wat warm water
zetten, totdat de olie geheel vloeibbaar is.
Boter kan zonder speciale voorzorgen niet
lang worden bewaard, vooral niet, wanneer
zij wordt blootgesteld aan licht, lucht of
warmte, omdat deze de kwaliteit van het
botervet kunnen doen verminderen. Men
bewaart de boter daarom liefst niet in de
keuken, doch op een donkere, koele plaats.
Dit geldt voor boter die men koopt, als
roomboter, natuurboter of melkboter, al
dan niet van een of meer officieele merken
voorzien Heeft men wat boter overgespaard
of in het voorjaar in een potje ingemaakt,
verversch dan geregeld het laagje pekel-
water. Indien het inleggen oordeelkundig
is geschied, kan men de „inleg"-boter zoo
wel op de boterham als in de keuken lan
gen tijd gebruiken.
Is dit echter niet op de juiste wijze ge
schied, dan kan deze boter thans min of
meer in kwaliteit achteruitgegaan zijn (o.a.
ranzig zijn geworden). Ook kan dit het ge
val zijn met boter, welke geruimen tijd ge
leden „in blik" is ingekocht, omdat zulke
boter na afloop van dezen winter in vele
gevallen niet goed meer zal zijn. In kwali
teit achteruitgegane boter behoeft echter
volstrekt niet als „bedorven" te worden be
schouwd en te worden weggedaan, want
deze is als regel in de keuken uitstekend
bruikbaar. Bij verhitten van en braden
met deze boter verdwijnen n.l. de vluchtige
stoffen en aldus verdwijnt ook een „ran
zige" smaak. Men kan dergelijke boter ook
op een zacht vuur gedurende ongeveer een
uur verhitten terwijl men ze af en toe zacht
omroert tot het dan verkregen botervet
helder is en dit dan in een zeer goed ge-
reinigden, drogen Keulschen pot gieten. Na
stolling sluit men het botervat met droog
perkament-papier goed af en bewaart het
op een koele, droge plaats. Dergelijk kan
voor keukengebruik zeer lang bewaard blij
ven. Meestal zal men minder goed gewor
den boter het eenvoudigst bij het bakken
of braden kunnen opgebruiken. Na de
flinke verhitting zal zij uitstekend bruik
baar en weer goed van smaak kunnen zijn.
Kaas, in plakjes gesneden gekocht, be
waart men het beste in vetvrij papier op
een schaaltje. Stukken kaas kan men onder
een stolp, mits niet geheel luchtdicht af
gesloten: of in een dekschaal bewaren (een
lepeltje of een propje papier tusschen
stolp en schaal kan schimmelen van de
kaas tegengaan). Grootere stukken kaas
worden op een niet te droge koele plaats
bewaard, nadat de aangesneden kanten
met boter en vet zijn bestreken. Zij, die
nog in het bezit zijn van een heele kaas,
kunnen deze langen tijd bewaren, mits zij
de kaas af en toe omkeeren en de korst
inwrijven met een in olie gedrenkt doekje.
Zij. wordt het best op een ongeschilderde
plank bewaard, welke eens per week met
heet water wordt schoongemaakt en ge
droogd. Men kan ook een snij- of brood
plank gebruiken.
Volle melkpoeder kan niet in grootere
hoeveelheden dan b.v. 1 kg. en als regel
niet langer dan 3—6 maanden worden be
waard in liefst luchtdicht afgesloten blik
verpakking. Is de bus of een pak (ook de
z.g. perkamenten bekprs) aangebroken, dan
doet men er goed aan, het poeder regelma
tig op te gebruiken, daar het poeder na
eenigen tijd ranzig wordt door het daarin
aanwezige melkvet.
Taptemelkpoeder kan vrij langen tijd
worden bewaard en is minder gevoelig voor
aanraking met lucht. Men beware dit poe
der eveneens liefst luchtdicht op een droge
koele, vochtvrije plaats, om klontvorming
te voorkomen.
Gecondenseerde méldt (gesuikerde volle
of taptemelk) moet eveneens op een koele,
droge plaats worden bewaard. De busjes
moeten regelmatig worden omgekeerd.
Deze blikjes kunnen ongeveer 6 maanden
worden bewaard. Men doet goed, eventueele
voorraden, welke in het voorjaar of in den
zomer worden ingekocht, langzamerhand,
in elk geval dezen winter op te gebruiken.
NIEUWE UITREIKING.
(Uitknippen en bewaren!)
Van Donderdag 9 Januari tot en met
Zaterdag 18 Januari a.s. (om 1 u. n.mj zul
len de volgende distributiekaarten opnieuw
uitgereikt worden:
Het algemeen distributiebonboekje (het
A.D.B.B., waarop de suiker-, de koffie- of
theebon enz, voorkomen), de bloemkaart, de
heele broodkaart, de halve broodkaart en
de 1/5 broodkaart (voor jongelieden van
1421 jaar), de papkaart (rijst en haver
mout voor jonge kinderen), en de heele en
halve vleeschkaart. Verder nog de bonnen
„een rantsoen zeep" (blokjes voor zes bon
nen vqor kinderen tot 8 Jaar) en de bonnen
„een rantsoen toiletzeep" (blokjes van zes
bonnen voor kinderen tot 2 jaar). En ten
slotte de extra rantsoenen voor hen. die
zwaren en zeer zwaren arbeid verrichten.
Deze extra rantsoenen zullen tegelijk met
de andere doch afzonderlijk uitgereikt wor
den.
Ieder ontvangt een enveloppe met de hem
toekomende kaarten. Alleen de kaarten
voor zwaren en zeer zwaren arbeid zullen
los worden uitgereikt. Aangezien het aantal
uit te reiken kaarten verschilt naar den
leeftijd der belanghebbenden, zijn deze in
gedeeld in de volgende 6 groepen:
lo. Groep A., geboren voor 1 Februari 1920
1 A.D.B.B., 1 bloemkaart, 1 broodkaart, 1
vleeschkaart. Hiervoor wordt afgekrulst het
vakje T2 van de distributiestamkaart. Op
de enveloppes staat gedrukt A en T2, en
aangezien aan groep C (d.w.z. aan hen. die
geboren zijn na 1 Februari 1927 doch vóór
2 Februari 1933) hetzelfde aantal kaarten
is toebedacht, staat op de enveloppe even
eens gedrukt IC en T4. De geheele opdruk
ls dus A-C-T2-T4
2o. Groep B., geboren na 1 Februari 1920,
doch voor 2 Februari 1927. 1 A.D.B.B., 1
bloemkaart, 11/5 broodkaart, 1 vleesch
kaart.
Afgekrulst wordt het vakje T3. De opdruk
van de enveloppe is dus B. T3.
3o. Groep C„ geboren na 1 Februari 1927,
doch vóór 2 Februari 1933, Voor deze groep
worden geheel dezelfde enveloppes uitge
reikt als voor groep A.
4o. Groep D., geboren na 1 Februari 1933,
doch vóór 2 Februari 1937. 1 A.D.B.B., 1
bloemkaart, 1 broodkaart, 1 vleeschkaart
en 6 bonnen „één rantsoen zeep". De op
druk van de enveloppe is dus D. T5.
5e. Groep E„ geboren na 1 Felbruarl 1937
doch vóór 2 Februari 1939. 1 A.D.B.B., 1
'bloemkaart, '/2 broodkaart, 1 papkaart,
V2 vleeschkaart en 6 bonnen „een rantsoen
zeep". De opdruk van de enveloppen is dus
E.T. 6.
6e. Groep F., geboren na 1 Februari 1939.
1. A.D.B.B., 1 bloemkaart, broodkaart, 1
papkaart, V2 vleeschkaart. 6 bonnen „één
rantsoen toiletzeep" en 6 bonnen „één rant
soen zeep". De opdruk van de enveloppen
is dus F.T. 7.
Voor iedere groep wordt slechts één vakje
van de distributie-stamkaart afgekruist.
Het is dus onmogelijk latere reclames in
ontvangst te nemen. Teneinde vergissingen
onmogelijk te maken, zal de met het afge
ven der enveloppen belaste ambtenaar den
inhoud der enveloppe in aanwezigheid van
den belanghebbende controleeren. Om nu
zeker te zijn van zijn zaak zal ieder goed
doen aan de hand van de hierboven ver
strekte gegevens een lijstje op te maken
van de enveloppes, waarop hij voor zich
zelf en zijn gezin recht heeft. (Men kan dit
beter nalaten voor zwaren en zeer zwaren
abbeld, omdat de kaarten daarvoor afzon
derlijk uitgereikt zullen worden en niet in
enveloppen)
Bij het opmaken van dit lijstje moet na
tuurlijk zorgvuldig gelet worden op den
leeftijd der kinderen. De stamkaarten moe
ten, om een vlugge uitreiking te bevorde
ren, weer naar den leeftijd worden gerang
schikt, die van Vader en Moeder bovenop,
de jongste geheel onderaan. Men zorge er
voor dat op het lijstje dezelfde volgorde
DAAROM NAAR
NAAIMACHINEHANDEL
5748 (Ingez. Mod.)
GEBOREN:
Elisabeth Cornelia dr. van J. I. Eradus en A.
v. d. Plas Marie, dr. van G. B. A. Herkes
en P. Lasschuijt Maria Antonia, dr. van N.
J. van Gijlswijk en A. Smit Johanna Maria
Cornelia, dr. van J. Otte en A. Rolvers Jo
hannes, zn. van J. v. d. Lee en C. v. d. Leede
Teunis zn. van T. van Leeuwen en A. Bloemen-
daal Johannes Martinus Hendrikus zn. van
W. Mulder en J. W. v. d. Meer Adrianus, zn.
van J. A. Jacobl en C. A. van Benten Jo
hannes Maria, zn. van Ph. C, v. d. Klaauw en
A. H. Tegelaar Theo Hendrik, zn. van B. de
Bruin en M. H. v. d. Biezen Neeltje. dr. van
M. van Nood en S. de Jong Johannes Huber-
tus zn. van J. A. van Leeuwen en H. C. Strjn-
man Robert Johannes zn. van G. J. v. Kam
pen en A. S. Barendsen Louisa Dina dr. van
F. Fillppo en J. Stam Trijntje dr. van J. P.
v. d. Knijff en H. Molenaar Johannes zn. van
J. Brussee en M. C. Schaart.
OVERLEDEN:
H. van Es wed. van L. J. de Ridder. 85 jr.
L. I. van Leeuwen dr. 5 mnd. F. Dubbelaar dr.
23 jr. J. C. Colpa hsvr. van H. J. Wallaard
68 jr. P. L. Bakker, m., 72 jr.
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te Oldemarkt, ds, E. Dijkhuis te
Wijnjeterp (Fr.).
GEREF. KERKEN.
Beroepen: Te Twijzel, cand. J. F. Colenbran
der. hulpprediker te Montfoort.
CHR. GEREF. KERK.
Bedankt: Voor Oosterbeek, ds. J. G. van
Minnen te Huizen.
GEREF. GEMEENTEN.
Beroepen: Te ScheveninBen, ds. H. Llgten-
berg te Kampen.
wordt in acht genomen. Voor de gezinnen,
waarvan een of meer leden recht hebben
op extra kaarten voor zwaren of zeer zwa
ren arbeid, zullen zoowt. de gewone als de
extra kaarten in hetzelfde lokaal uitgereikt
worden.
Nadere mededeelingen over deze uitrei
king zullen spoedig volgen. Men verzuime
dus niet in de eerstvolgende dagen de Leld-
sche couranten zorgvuldig te lezen.
De Burgemeester,
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN.
Lelden, 4 Januari 1941.
Lido-theater Schoonmoeders moeten
het vaak ontgelden en vormen dan ook dik
werf het onderwerp van tallooze films en
tooneedstukken. Hoewel de film die deze
week in Lido draait „De familie van mijn
vrouw" heet, is het ook hier wel zeer
speciaal schoonmama die op den voorgrond
treedt en de rest van de familie dient slechts
om haar gedragingen te accentueeren. De
schoonmama waarvan hier sprake is, me
vrouw Goedhart is een degelijke dame en de
naam Goedhart is meer van toepassing op
haar man die aanzienlijk minder soliede en
zelfbewust optreedt. Het is te begrijpen dat
schoonmama er zich allerminst bij neerlegt
dat haar dochter in het huwelijk treedt met
een losbandig individu als een romanschrij
ver. wanneer het huwelijk voltrokken is
blijft zij hardnekkig pogingen in het werk
stellen het werkelijk gelukkige echtpaar van
elkaar te vervreemden. Het toeval komt
haar hierbij te hulp evenals een zekere dr.
Nix (Joh. Kaart) die onbewust helpt de
situatie steeds penibeler te maken. Het
einde is gelukkig goed en schoonmama
wordt genoodzaakt den aftocht te blazen.
De grootste verdienste van deze film is de
örganinaliteit waarmee de komische scènes
zijn samengesteld. Door nooit in herhaling
te vallen en werkelijk goeden humor weet
zij tot het einde toe den lachlust op te wek
ken. Het spel van Joh. Kaart als dr. Nix. is
meesterlijk en Sylvain Poons. de familie
Bouwmeester en alle andere op den voor
grond tredende Hollandsche artisten weten
deze Barnstein-film tot een waardige ver
tegenwoordiger van'onze filmkust te maken.
Voor de pauze verschijnt ten tooneele of
liever gezegd in de ruimte erboven de touw-
duivel Cubanos terwijl voorts Cherry en
Brandy voor de vroolijke noot in het pro
gramma zorgen.
Casino-theater Deze week brengt
Casino de reprise van de film Boefje, ver
vaardigd naar het overbekende gelijk
namige tooneelstuk. Annie van Ees en an
dere Nederlandsche acteurs zijn de spelers
in deze geslaagde film, die een reprise zeker
verdient.
Trianon-Theater Schrijvers plegen
veelal hun stof voor een roman of tooneel
stuk in het „volle leven" zélf op te doen
en het verhaal, gekruid door een dosis eigen
fantasie den lezer te presenteeren.
Zoo gaat ook de beroemde auteur Alexan
der Patou (Hans Soehnker) te werk: als de
eenvoudige, dood-arme dichter Peter Par
ker kómt hij door een toeval in aanraking
met het pittige, temperamentvolle volks
zangeresje Nanette, maar ook met haar
reusachtlgen beschermer Gustav, wiens
herculische gestalte, maar bovenal wiens
hevige jalousie want hij heeft weinig
hersens, maar wèl een hart iedereen
schrik inboezemt, behalve Peter.
In de omgeving van Nanette en geïnspi
reerd door haar lieftalligheid doet hij de
noodige indrukken op voor een nieuw volks
stuk, dat hem wederom roem bezorgen zal:
hij verhuist na de eerste kennismaking met
Nanette uit zijn eigen luxueuze omgeving
naar haar huis en Nanette begint zich hoe
langer hoe meer voor dezen dichter te in
teresseeren, ja, zij gaat zelfs van hem hou
den. Of dit met Patou ook het geval is, laat
zich aanvankelijk nog niet duidelijk onder
kennen. al heeft zijn vriend Miller, bekend
theater-directeur daar toch wel een ver
moeden van.
Het is Nanette, die, na zich meester ge
maakt te hebben van de eerste acte van
Peter's nieuwe tooneelstuk, tot Miller tracht
door te dringen, om hem te bewegen Peters
werk op te voeren: hoe zij, met dlle energie
waarover zij beschikt, daarin slaagt, is een
hoofdstuk op zich zelf.
Nanette, natuurlijk volkomen onkundig
van het feit, dat Peter de beroemde Patou
en de beste vriend van Miller is, brengt
beiden met elkaar in kennis en nu is het
Miller, die Peter de vraag stelt, wat hij
eigenlijk van plan is met het charmante
volksmeisje, dat blijkbaar innig van hem
houdt, te doen. Daarover blijven wij tot
het eind toe in het onzekere, maar als Na
nette ontdekt, hoe zij door Peter bedrogen
is zint zij op een zoete wraak. Het volksstuk
zal zijn première beleven: nu trommelt zij
al haar vrienden, die dankbare sujetten
voor den auteur waren, op en zij zullen het
stuk uitfluiten, zoo hard ze maar kunnen!
Het stuk zal vallen en Nanette zal zich op
Peter gewroken hebben. Zóó ver komt het
eohter niet: Nanette wordt bijtijds door
Miller in de directiekamer opgesloten, maar
welk een ontzettende schade zij daar in een
hartstochtelijke woedebui aanricht, is niet
te beschrijven! In tusschen raakt het gan-
sche vriendenstel zóó onder den indruk van
het ontroerende volksstuk, dat zij de sleu
tels, waarmee zij zoo heerlijk konden flui
ten, ganschelljk vergeten en aan een diepe
ontroering ten prooi vallen. Het stuk oogst
het uitbundigste succes van Patou's carrière
en na afloop blijken ook Peter en Nanette
elkaar voor goed gevonden te hebben: alle
woede is uit Nanette's'hartje en Patou-
Peter heeft haar in zijn armen gesloten.
Het humoristische gegeven is even hu
moristisch uitgewerkt: men volgt geamu
seerd de grappige gebeurtenissen, die zoo
veel opwinding veroorzaken en waarbij de
kordate en toch charmante Jenny Jugo als
de bekoorlijke Nanette in het centrum staat.
Voor de pauze gaan uitgebreide journals
en een leerzame cultuiirfilm over het
radium.
Rex Theater - Reeds door alle eeuwen
heen heeft men getracht langs kunstmati-
gen weg goud te maken en ook deze film
behandelt dit onderwerp. Dat 'deze weg
niet altijd over rozen gaat, ondervond Prof.
Achenbach. Juist toen hij op het punt stond
deze ontdekking door een proef te bewijzen,
vindt er sabotage plaats in zijn laborato
rium en vliegt de heele machine de lucht in,
waarbij Prof. Achenbach gedood wordt en
zijn naaste medewerker zwaar gewond.
Wanneer het ongeval bekend wordt, worden
prof. Achenbach en zijn medewerker
(Hans Albers) uitgescholden voor fantas
ten, dwazen en wat dies meer zij. Dat hun
plan echter zoo dwaas nog niet was, blijkt
wel uit het bezoek dat de ingenieur na zijn
herstel ontvangt van twee vertegenwo rdi-
gers van John Wills, een millionair die er
ook zijn zininen op heeft gezet goud te ma
ken en daarbij voor niets terugdeinst. Het
blijkt dat hij het plan in elkaar gezet heeft
om de machine van Prof. Achenbach te ver
nietigen. John Wills verzoekt den inge
nieur bij hem in dienst te treden en na wat
deze meegemaakt heeft weet hij dat er voor
hem niets anders opzit, dan toe te stem
men. Hij begeeft-zich met Wills naar Schot
land, waar diens werkplaatsen gevestigd
zijn.
Wanneer hij het laboratorium bezoekt en
de machine ziet, merkt hij al spoedig, dat
deze een getrouwe nabootsing is van die
van Achenbach. Hij koestert slechts één
wensoh, n.l. wraak te nemen op den moor
den ar van zijn ouden vriend. Hij wordt
eohter geheel In beslag genomen door zijn
werk en inderdaad slaagt hij erin goud te
maken. Dit brengt over de geheele wereld
een geweldige reactie teweeg en iedereen is
het er over eens dat, wanneer dit plan door
gang vindt, het een verpletterende slag zou
beteekenen voor de geheele wereld. Wan
neer Wills echter door wil zetten én men op
een dag met de fabricage van goud wil gaan
beginnen houdt Hans Albers een rede,
waarin hij Wills beschuldigt van moord en
diefstal en zijn ouden vriend Achenbach
eere herstelt, tevens kondigt hij aan, dat cr
van fabricage van goud niets komt en dat
binnjn enkele minuten de heele machine in
de luöht zal vliegen. Wills heeft echter kans
gezien om de automatisch sluitende deuren
uit te schakelen en zoo zullen, wanneer de
machine springt, alle arbeiders jammerlijk
omkomen. Dank zij echter het ingrijpen
van den ingenieur wordt dit onheil voorko
men en gaat alleen Wills met zijn machine
ten onder. Een spannende film waarin
winstbejag en misdaad den boventoon voe-
Luxor-Theater. Het- tragische leven
van Maria Stuart, de ongelukkige Koningin
van Schotland, heeft reeds meermalen ro
man- en scenarioschrijvers tot onderwerp
gediend en ook de uitbeelding, welke de
Ufa-staf geeft aan den dramatischen le
vensloop van deze beklagenswaardige vor
stin, doet ons weer diep onder den indruk
komen van het groote leed, dat de geschie
denis haar toebedeelde
Ditmaal wordt haar rol vertolkt door
Zarah Leander, terwijl als haar voornaam
ste tegenspeler optreedt Willy Birgel, haar
talentvolle partner in meerdere films; in
dit verhaal graaf Bothwell, aanvankelijk
haar grootste tegenstander, later haar
minnaar en echtgenoot, die ten slotte, wan
neer allen, die haar trouw waren, onscha
delijk zijn gemaakt, haar eveneens trouwe
loos in den steek laat. Hij ontgaat de straf
voor zijn verraad niet
Men kent de geschiedenis: Maria Stuarl
opgevoed in Frankrijk, keert eerst na den
dood van haar ouders naar haar geboorte
land terug om de regeering op zich te ne
men. Zij heeft Schotland en de Schotten
hartelijk hef en is met de beste voorne
mens bezield om een rechtvaardige en
goede koningin te zijn. De meer dan koele
ontvangst, welke haar van de zijde van den
Schotschen Adel ten deel valt-, doet haar
al heel spoedig tot het inzicht komen, dat
haar taak niet gemakkelijk zal zijn. Vooral
haar half-broer Jacob, die vóór haar komst
als regent is opgetreden, stelt alles in het
werk om haar het leven ondraaglijk te
maken en haar van den troon te stooten. De
weinige getrouwen, die haar omringen,
worden successievelijk uit don weg geruimd
en wanneer zij ten slotte haar leven bindt
aan dat van den prins Henry Darnley, ten
einde aldus de toekomst der dynastie te
verzekeren, brengt dat haar allerminst het
zoo vurig begeerde levensgeluk. Wel wordt
uit hun echt de kroonprins James geboren,
doch het noodlot voltrekt zich steeds meer
over deze veel-getergde vrouw. Haar echt
genoot wordt vermoord, haar kind ontvoerd
en achter heel dit diep-tragisch gebeuren
staat als een sombere schaduw de heersch-
zuchtige figuur van koningin Elizabeth van
Engeland, die in Maria slechts een gevaar
voor den Britschen troon ziet. Onder het
mom van vriendschap noodigt zij Maria
uit in Engeland rust en ontspanning te
zoeken voor haar smartelijk getroffen ziel.
Maria aanvaardt die uitnoodiging, doch
in werkelijkheid betreedt zij daarmede den
kerker, dien zij niet meer zal verlaten dan
cm naar het schavot te gaan. Tevergeefs
schrijft zij van hier uit brieven naar Ko
ningin Elizabeth, teneinde haar van haar
onschuld te overtuigen; Elizabeth neemt er
niet eens inzage van. Het is voorbeschikt,
dat Maria den lijdensbeker tot den laat-
sten druppel zal ledigen en na een jaren
lang verblijf in de gevangenis, beklimt zij
op een grauwen morgen het schavot om
het moede hoofd op het blok te leggen
Een leven vol van nameloos lijden heeft
een einde genomen.
Zarah Leander is de juiste persoon om
aan de diep-traglsche figuur van Maria
Stuart het ware relief te verleenen. De film
teekent haar als eenzame vrouw, vechtend
tegen de haar omringende intrigues in een
tijdperk, waarin het Schotsche volk dcor
godsdiensttwisten was verdeeld. Kramp
achtig klampt zij zich vast aan de weinigen
die haar trouw zijn en steeds luider spreekt
tot den toeschouwer de tragiek van haar
leven, wanneer de een na den ander, betzij
door moordenaarshand valt, hetzij dat hij
bezwijkt voor de verleidelijke aanbiddin
gen. waarmede verraad wordt beloond.
In het voorprogramma trekt vooral een
filmpje over de vervaardiging van waspro*
ducten de aandacht.