Honderdjarige te Elburg - Uitreiking waardebons van de Winterhulp
8isle Jaargang m'fjj jy—")Iweede Blad
Huwelijk met
modern comfort
FEUILLETON
WINTERHULP NEDERLAND is met haar zegenrijken arbeid begonnen in
Asterdorp benoorden het Y, waar vele geëvacueerde Rotterdamsche gezinnen
wonen, werden Vrijdag waardebons uitgedeeld. In het kleine keukentje wor
den de bons overhandigd. Dat het in goede aarde viel,
behoeft zeker geen betoog. (Polygoon)
JAPANSCHE SCHOLIEREN TEEKENDEN VOOR DE DUITSCHE JEUGD.
EEN TENTOONSTELLING DER TEEKENINGEN IN BERLIJN.
(Holland);
VRIJDAG HEEFT DE HEER PETER VAN TONGEREN té Elburg
den leeftijd van 100 jaar bereikt. De heer van Tongeren heeft vijf
kinderen gehad, waarvan er vier nog in leven zijn voorts heeft hij
27 kleinkinderen en 24 achterkleinkinderen. De jubilaris heeft 2
broers, respectievelijk 86 en 93 jaar en een zuster van 88 jaar. De
drie gebroeders zijn allen in December geboden. Hun moeder is
98 jaar geworden. De jarige met zijn jongste achterkleinkind op den
schoot, terwijl twee andere achterkleinkinderen hem
een fruitmand aanbieden. (Polygoon)
AAN DEN VISCHAFSLAG TE SCHEVENINGEN is een zeer zeld
zame visch, n.l. een soort Maanvisch aangevoerd van 40 k.g. Dit
soort visschen kan men doorgaans alleen aantreffen in den Indischen
Oceaan. Het zeldzame exemplaar zal een plaats in het Gemeente
museum in den Haag krijgen. Polygoon
NA DEN KRACHTIGEN STORM van de afgeloopen week is men
te Scheveningen thans weer met man en macht bezig met het in orde
brengen van de strekdammen, welke aardige schade door den storm
hadden opgeloopen. (Polygoon)
LOTERIJ IN PARIJS THANS ELECTRISCH. Onze foto toont een
blik in de trekkingszaal van de Parijsche loterij, waar thans de
trommels met loten electrisch en niet meer met de hand
bediend worden. (Holland)
door
Mr. CORBY STOLZ—VAN DEN KIEBOOM.
59)
Ze weten geen van beiden, dat een depu
tatie van de typekamer, met Lientje Hen
driks aan het hoofd, meneer De Jong in
het middaguur heeft opgezocht en dat deze
uit de verwarde en verontwaardigdebewe
ringen van de meisjes over „Riekje Maar-
tens dit en Nick Lenswaerdt datna
veel en geduldig gevraag genoeg te weten
is gekomen om hem een half uur onrustige
en onplezierige overpeinzingen te bezorgen.
'Vant de heer De Jong kent óók de draag
wijdte van lasterpraatje en intriges in het
wereldje op zichzelf, dat kantoor heet. En
dan zijn er een paar factoren, waarmee hij
in dit geval speciaal rekening moet hou
den. In de eerste plaats moet hij den heer
Wessels sauveeren. Wessels, die zijn zilve
ren jubileum in den dienst van de Ven
nootschap al achter den rug heeft. En die
nu in zijn onschuld de formeele me
deplichtige is aan de misschien wèl, mis
schiet niét onschuldige escapades van juf
frouw Lenswaerdt.
En vervolgens is er, door het rigoureuze
optreden van de Directie in het geval-Maar-
tens, een precedent geschapen.
En tenslotte is er nog een derde factor.
De heer De Jong heeft vanmorgen bericht
uit Stockholm gekregen, dat er daar reeds
met 1 Mei op zijn komst wordt gerekend.
Voorloopig zonder zijn gezin, want de di
recteurswoning komt niet voor Augustus
vrij, maar mét zijn particulier-secretaresse.
En de heer De Jong is getrouwd. En het
spook van de knappe typiste of secretaresse
waart niet alleen rond in het brein van
verhaaltjes- en scenario-schrijvers, maar
ook in dat van ontelbare directeursvrouwen.
Vier jaar lang heeft hij nu een verloofde
secretaresse gehad. En rust. En nu een
meisje met een reputatie, waaraan de chro-
nique scandaleuse van het kantoor te
recht of ten onrechte niet veel heeft
heel gelaten. Hij kan zich het enthousiasme
voorstellen, waarmee Mevrouw Fabrieksdi
recteur en Mevrouw Hoofdingenieur zich
van het nieuwtje meester zullen maken- Om
het zoo gauw mogelijk aan zijn vrouw te
gaan vertellen. Hij kent de zijige beminne
lijkheid, waarmee onder dames zooiets
wordt ingeleid: en ik hoor zoo, dat
je man een nieuwe secretaresse heeft
even goed als de tactvolle jovialiteit van
de vrienden op echtparenavondjes: „ja, ja,
jullie kantoormenschen hebt maar een le
ventje. Dat houdt er maar van die knappe
tikjuffertjes op nahè mevrouwtje? Ja,
ja jaGéén vooruitzicht gewoonweg..
Ja. het is alles bij elkaar geen gemakke
lijk probleem' voor den heer De Jong en hij
besluit juffrouw Lenswaerdt te ontbieden.
Klokke twee bromt in de typekamer de
huistelefoon. Juffrouw Lenswaerdt bij
meneer De Jong komen, zegt meneer Lam-
mers.
Nick gaat. Ze voelt de veelzeggende blik
ken in haar rug. Ze weet, hoe het gepraat
opnieuw zal beginnen, zoodra de deur ach
ter haar is dichtgevallen- Maar ze houdt
zich kalm. Misschien is het maar een toeval
misschien wil hij alleen over werk spre
ken, probeert ze zichzelf gerust te stellen.
Maar de koele en rustige stem van me
neer De Jong beneemt haar al gauw die
illusie. Hij pakt Nick heel voorzichtig aan.
Hij heeft zelf ook dochters, meneer De
Jong, en juffrouw Lenswaerdt lijkt, zooals
ze daar tegenover hem zit, met haar bleek
en behuild gezichtje, niet erg op het licht
zinnige meisje, dat'hem door haar collega's
is voorgeschilderd.
Hij spreekt over den goeden naam van
een jong meisje, waarop zoo héél licht een
smet kan vallen en blijven kleven. Over het
wereldje in het klein, dat het kantoor is
en waarin andere en strengere normen
moeten worden inachtgenomen, dan in de
groote wereld daar buiten precies Oom
Victor en de opinie van de Doornenburg-
sche soos, denkt Nick dof. Over het feit,
dat een mooi meisje het in de kantoor
wereld altijd nog veel moeilijker heeft en
veel voorzichtiger moet zijn dan een col
lega zonder uiterlijke charmes. Een
meisje, dat carrière wil maken, dat vooruit
wil komen, zooals een man vooruitkomt,
moet óf onaantrekkelijk óf ongenaakbaar
zijn, doceert meneer De JongDan be
gint hij over de betreurenswaardige om
standigheid, dat hoezeer hij persoonlijk
van het tegendeel overtuigd is er nu
eenmaal bij een deel van het personeel de
schijn is gewekt ook al in verband met
zekere eigenaardige geruchten rondom
haar benoemingover het precedent, dat
geschapen is en over niet mogen meten
met twee matenEn dan doet hij met
al zijn voorzichtigheid Nick toch pijn, wan
neer hij vaderlijk hoofdschuddend zegt:
zoo jammer, dat het nu juist me
neer Robberts moest zijn een bekwaam
advocaat zeer zeker, maar iemand, wiens
particuliere leven nu juist nietiemand,
die nu niet bepaald een héél goeden naam
heeftenfin, u begrijpt mij wel.
Nick begrijpt het. Het érge. Nu kan de
rest haar niet veel meer schelen. Ze hoort
zichzelf om haar ontslag vragen. Ze ziet
de merkbare opluchting op het gezicht van
meneer De Jong en ze antwoordt „heel
graag" en „buitengewoon vriendelijk van
u" op zijn aanbiedingen van „uitstekend
getuigschrift" en „drie maanden salaris".
Het is haar allemaal volmaakt oriverschil-
lig. Ook dat ze hier weg moet, voorgoed, nu
vanmiddag al. Ze hoeft niet meer terug
naar de typekamer. Een loopjongen brengt
haar hoed en mantel. Voor de rest zal juf
frouw de Ruyter wel zorgen, belooft me
neer De Jong. Het gaat hem toch genoeg
aan het hart, haar zoo te zien vertrekken.
Een prima kracht, een kind. waar ie^s in
zat, een aardig, beschaafd meisje boven
dien. Een, die carrière had kunnen maken.
En nuJa, maar er zijn tenslotte gren
zen, verdedigt meneer De Jong zichzelf. En
er moeten voorbeelden gesteld worden- Dat
geval van gisteren en nu dit weerwaar
zou het heen moeten met de moraliteits
begrippen van de employé's en met de kan
toordiscipline, als we onze typistes maar
ongestraft slippertjes lieten maken in kan
toortijd en met kantoor-relaties?
En mevrouw De Jong kan gerust zijn. Als
meneer De Jong eind April naar Stockholm
gaat, neemt hij een jongmensch mee als
secretaris. Voor hém geen meisjes meer.
Knap of leelijk, met of zonder liaisons met
getrouwde mannen hij moet er niets
meer van hebben. Eén keer heeft .hij het
goed getroffen Juffrouw De Ruyter was
een witte raaf. maar die trouwen vroeg of
laat allemaal. En nu waagt hij er zich niet
meer aan. En zijn dochters, ze kunnen doen
wat ze willen, maar op een kantoor komt
er geen één, nooit ofte nimmer
Nick ligt moegehuild op haar divan, als
de kostjuffrouw haar hoofd om de deur
steekt.
Ken u effe komme, juffrouw? D'r is
een meneer voor u.
Wie? vraagt Nick, te moe om op te
kijken.
Die lange knappe, waar u verleden
mee bent uitgeweest. Toen zeg ik 's aves
nog tegen m'n man nou, zeg ik, zoo'n knap
pe galant as de juffrouw nóu toch bij zich
hadmaar hij wil niet bove komme,
onderbreekt ze zichzelf.
Nee, goed, zegt Nick Ik kom wel.
Op de mat staat Frank.
Nick, ik moet je spreken, kun je even
meegaan? Dan kunnen we ergens gaan
zitten.
Ja, best, zegt Nick apathisch. Even
mijn jas aantrekken.
Op den hoek van de straat is een rustig
buurtcafé. Enkele krantenlezende heeren
een paar biljarters verder is er niemand.
De zitjes langs de wanden, tusschen de
glas-in-lood-schotjes, zijn allemaal leeg.
(Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).