BINNENLAND [tfDSCH DAGBLAD - Tweede Blad Maandag 2 December 1940 Prol. Van Dam over zijn taak Verkoop van landbouwgrond verboden Pleidooi voor „heemkunde", die de kennis der Nederlandsche cultuur zal verspreiden Een woord tot de studenten Tenzij men toestemming heeft Eischen voor etalage-lichten Gemachtigde voor de prijzen Toelichting JAPAN EN NEDERLANDSCH-INDIË. De woordvoerder van het Japansche mi nisterie van buitenlandsche zaken heeft medegedeeld, dat de onderhandelingen met Nederlandsch Indië, die in September zijn begonnen, te Batavia zijn voortgezet, na dat korten tijd geleden de eerste gedele geerde Itsjizo Kobajasji, was teruggekeerd. De Japansche regeering heeft thans De- sloten, Kenkitsji Josjizawa, oud-minister van buitenlandsche zaken en thans lid van het Hoogerhuis, naar Batavia te zenden om als opvolger ran Kobajisji aan de on derhandelingen deel te nemen. Josjizawa zal op 12 December met Na- gaiwa, secretaris aan het ministerie van buitenlandsche zaken- en den vice-consul Mijosji aan boord van de „Nissjo Maroe" uit Kobe vertrekken. ROTTERDAM KRIJGT WEER EEN PASSAGE. Naar wij vernemen, aldus de „Tel.", zal de Passage Maatschappij te Rotterdam, zoo spoedig de omstandigheden zulks mo gelijk maken in het kader van het plan- Witteveen, overgaan tot den bouw van een nieuwe passage aan den Coolsingel op de zelfde plaats als de oude. Het complex, dat in belangrijke mate zijn stempel zal drukken op dat deel van het nieuwe Rotterdam, zal bestaan uit twee torengebouwen met kantoren en flats en daartusschen een zeer moderne winkelga lerij, benevens een groos badinrichting en een restaurant. De kosten van het bouw werk zullen ongeveer één mlllioen gulden bedragen. HONDEN- EN KATTENBROOD. Van 1 tot en met 31 December wordt op bon no. 11 van de voederkaart voor honden beschikbaar- gesteld voor: groep 1. 10 kg. hondenbrood; groep 2. 10 kg. hondenbrood; groep 3.8 kg. honden brood; groep 4. 5 kg. hondenbrood; groep 5. 4 kg. hondenbrood; groep 6. 3. kg. hon denbrood. Op bon 11 van de voederkaart voor katten wordt over dezelfde periode l1/; kg. katte- brood beschikbaar gesteld. Na 31 December is bon no. 11 van bedoelde kaarten ongeldig en mag deze niet meer worden aangenomen. VERSPREIDE BERICHTEN. De agenda der a-s. raadsvergadering van Amsterdam vermeldt een voordracht van B. en W. om aan dr. J. Berg, met ingang van gisteren, ingevolge zijn verzoek, eervol ontslag te verleenen als bibliothecaris der un i versiteitsbiblioth eek. Te Naarden is overleden, 66 jaar oud, dr. P. A. Meerburg, oud-directeur van het Centraal laboratorium voor de volksgezond heid te Utrecht. In de week van 25 t/m 30 Nov. wer den in Nederland 16 faillissementen uitge sproken. Voor de radio heeft naar het A.N.P. meldt de heer prof. dr. J. van Dam, secretaris-generaal van het departement van opvoeding, wetenschap en cultuurbe scherming een rede gehouden, waarna hij wees op de moeilijkheden, die ons volk doormaakt en die vooral van geestelijken aard zijn. Spr. wees er daarbjj op dat de revolutie welke zich thans voltrekt, vol strekt niet zoo bloedig en heftig is als vroe gere wel waren omdat zij voltrokken werden door den wil van 'n macht, die in de eerste plaats op ordening, niet op wanorde en chaos is gericht. Wij Nederlanders kunnen aan de ontwikkeling van die revolutie niets af of toe doen. Het eenige, wat wij kunnen en naar mijn overtuiging moeten, is, ervoor zorgen dat de gevolgen van deze revolutie voor ons volk, voor onze kinderen, zegen rijk worden Daartoe moeten zij worden opgevoed, in een geest, waarbij het Nederlandsche element met allen behoorlijken nadruk wordt geaccentueerd, maar die niet wil, dat de verhouding tot andere volkeren, met name het Duitsche volk, en de verhouding van de verschillende volksgroepen onder ling, die immers alleen in de middelen, niet in het doel verschillen, wordt vertroebeld. Wij zijn allen Nederlanders en willen dat blijven. Wie bij zijn kind thans, in plaats van liefde en.saamhoorigheidsgevoel, haat en onverdraagzaamheid kweekt, schaadt daarmede niet alleen zijn eigen kind, maar ook de Nederlandsche volksgemeenschap, waarvan het later deel zal uitmaken. In dit licht moet men ook een maatregel zien, die onder alle betrokkenen veel op winding en misverstand heeft veroorzaakt, de kwestie van de z.g. „verboden" school boeken. In werkelijkheid zijn er geen school boeken verboden. Er zijn twee groepen van boeken, die één of meer in de tegenwoor dige situatie ongeschikt of, wat meer voor komt dan men aanvankelijk zou meenen, voor het Duitsche volk en zijn leiders kwet sende passages bevatten en daarnaast die boeken, die de daartoe ingestelde controle commissie tengevolge van tijdgebrek op den daarvoor gestelden termijn nog niet had kunnen controleeren. Deze boeken zuilen zoo spoedig mogelijk aan het onderwijs worden teruggegeven, zoo noodig, nadat de noodzakelijke wijzigingen met medewerking van de uitgevers en het doceerend perso neel der scholen zijn aangebracht. Ik ben ervan overtuigd aldus spreker dat ik op de medewerking van deze beide groepen geen vergeefscïi beroep doe. Tot de opvoeders in meer special en zin, tot hen dus, die aan een Nederlandsche school onderwijs geven, kan mijn raad en dringende bede geen andere zijn: bederft de resultaten van uw onderwijs niet door af te breken, inplaats van op te bouwen en duldt niet, dat anderen, b.v. sommige van uw leerlingen, dat onderwijs ondermij nen. Ik heb het ambt van secretaris-gene raal op mij genomen in de overtuiging dat het Duitsche bestuur, dat thans ons land regeert, wenscht, dat ons onderwijs in strikt Nederlandschen zin wordt gegeven en naar behoefte wordt uitgebreid en verbeterd. Het streven naar verbetering van het onderwijs in het Nederlandsch en naar verdieping van ons besef van Nederlander schap zal door hen niet worden belet, wel, uit den aard der zaak en voor iederen wel denkende volkomen begrijpelijk: een onder wijs, dat vijandschap en wanbegrip kweekt tegenover het Duitsche volk en zijn leiders. Tegen dit laatste moge ik u zoo nadruk kelijk mogelijk waarschuwen! Uitwisseling van denkbeelden en methodes op het gebied van het onderwijs tusschen Neerland en Duitschland, verbetering ook van het onderwijs in de Duitsche taal en cultuur zal voor ons volk zoowel geestelijk als meaterieel heilzame gevolgen hebben. Maar vooral zal het onderwijs in Neder landsche taal en cultuur een aanzienlijke uitbreiding en vernieuwing moeten onder gaan, wil het bijdragen tot 'de vorming van een vernieuwd en doelbewust Nederlandsch volk, dat bereid is, zijn volle energie in de wereld in te zetten. Ik denk aan een vorm van onderwijs, waarbij taal en letterkunde, cultuur- en kunstgeschiedenis, aardrijks kunde en volkskunde zullen worden ver- eenigd tot een heemkunde, als ik dit be trekkelijk nieuwe woord mag gebruiken, die de kennis omtrent de schatten der Neder landsche cultuur zal kunnen verspreiden. Dat naast deze uitbreiding het thans reeds overbelaste onderwijs een zekere ver sobering zal moeten ondergaan, spreekt, dunkt mij, vanzelf. Van u, Nederlandsche leeraren en onderwijzers," moet het Neder landsche volk het offer vragen, zoo noodig met terzijdestelling van uw persoonlijke gevoelens en overtuigingen ten aanzien van leerstof en methode, de aan uw hoede toe vertrouwde kinderen mede op te voeden tot Nederlanders, die in staat zijn, zich har monisch in te passen in de nieuwe wereld, die door dezen oorlog zal ontstaan. Tot de leerlingen der lagere en middel bare scholen richtte spr. de opwekking niet meer over politiek, enz. te praten. En dan, aldus prof. Van Dam, een woord tot de studenten! Het valt mij gemakkelijk, tot u te spreken, zeide hij, omdat ik door jarenlange practijk gewend ben, met u om te gaan en in dien omgang nooit eenige wanklank heb ervaren, ja, uit den omgang met u steeds weer nieuwe kracht heb geput! Maar het valt mij ook moeilijk, om dat het experimenteele beeld, dat ik mij van u, studenten, heb gevormd, zoo weinig schijnt te kloppen met de werkelijkheid, zooals ik die uit mededeelingen van de meest verschillende uiniversitaire centra meen te moeten opmaken. Het heeft geen zin, struisvogelpolitiek te spelen: er zijn reeds hoogescholen door de Duitsche overheid gesloten en er zullen WANNEER AFGESCHERMDE VERLICHTING MAG BRANDEN. De Rijksinspecteur voor de bescherming rcn de bevolking tegen luchtaanvallen heeft ,je volgende voorschriften betreffende de verlichting met kunstlicht van uitstalkas ten en daarmede gelijk te stellen ruimten voor de periode tusschen zonsopgang en -onsondergang uitgevaardigd: Ontheffing van het verbod om bij dag (tusschen zonsopgang en - zonsondergang in uitstalkasten verlichting ontstoken te hebben, kan slechts door den burgemees- Ier worden verleend in die gevallen, waar in ie uitstalkasten aanwezige voorwerpen bij helder daglicht niet te onderscheiden zijn, rooals bijv. bij winkels in donkere overdekte passages en diepe donkere portieken het ge- va! kan zijn. Winkels en bedrijven, welker uitstalkas ten aan open straten of pleinen liggen, ko men voor een dergelijke ontheffing niet in aanmerking. Slechts indien zulks met in achtneming van de bovenstaande voor vaarden gerechtvaardigd is te achten', kan een naar de straatzijde afgeschermde ver lichting met kunstlicht, welke overigens ge heel voldoet aan de in punt 3 nader om schreven eischen, worden toegelaten in dat gedeelte der uitstalkast of daarmede gelijk te stellen ruimte, welke ten minste 6 meter binnen de rooilijn gelegen is. Ontheffing van meerbedoeld verbod kan slechts worden verleend met inachtneming eer volgende voorwaarden: a. De toegepaste lichtbronnen en arma turen mogen geen direct licht buiten het gebouw werpen en moeten naar buiten zijn sfgeschërmd. b. Het totaal aantal decalumen van de roor de verlichting te gebruiken lampen mag niet meer bedragen dan 15 maal het grondoppervlak (in vierkante meters) van de uitstalkast. c. De verlichting van de uitstalkast mag niet zoo onregelmatig zijn, dat plaatselijk een te groote verlibhtingssterkte van het grondvlak ontstaat (maximum waarde 200 lux.) Ook overigens mag de verlichting uit een oogpunt van de luchtbescherming geen gebreken vertoonen. d. De verlichting moet worden gedoofd wanneer de winkel gesloten wordt en in elk geval bij zonsondergang, terwijl onmid dellijke dooving moet plaats vinden bij luchtalarm. De verleende ontheffing kan onmiddel lijk worden ingetrokken, zoodra mocht blij ken, dat de aan deze ontheffing verbonden voorwaarden worden overtreden, dan wel de algemeen geldende verduisteringsvoor schriften onvoldoende worden nageleefd. VERZEKERING VAN DE PRIJS VORMING. Het Verordeningenblad bevat een besluit van de secretarissen-generaal van de de partementen van Handel, Nijverheid en Scheepvaart, van Landbouw en Visscherij, van Waterstaat, van Binnenlandsche Za ken, van Financiën, van Sociale Zaken en van Justitie in zake de benoeming van een gemachtigde voor de prijzen. Dit besluit luidt als volgt: Artikel 1 Tot regeling van de prijzen voor alle goederen en diensten, benevens van vergoedingen van iederen aard, alsme de tot handhaving van deze prijzen en ver goedingen wordt een gemachtigde voor de prijzen (hierna „gemachtigde" te noemen) aangesteld, die door den secretaris-generaal van het departement van Handel, Nijver heid en Scheepvaart wordt benoemd en ont slagen. De gemachtigde heeft in het bijzon der bemoeienis met de prijzen voor alle goe deren, van belang voor de dagelijksche be hoeftevoorziening, de huurprijzen voor roe rende goederen en de prijzen, huren en pachten van onroerende goederen, de ver- voerstarieven, de gas- en electriciteitstarie- ven en de renten. Artikel 2 De wettelijke voorschriften tot regeling van de prijzen worden door de secretarissen-generaal, na overleg met den gemachtigde, uitgevaardigd. Artikel 3 De gemachtigde heeft tot taak een met het algemeen belang in over eenstemming zijnde prijsvorming te verze keren. Te dien einde kan hij in het bij zonder algemeene richtlijnen voor de prijs vorming vaststellen en den ambtenaren, die door de secretarissen-generaal met de be handeling van prijsaangelegenheden zijn belast, ter zake aanwijzingen geven. Artikel 4 De gemachtigde zorgt voor de naleving der prijs voorschriften. Hij kan aan de ambtenaren, die, met de opsporing en vervolging van overtredingen van deze voorschriften zijn belast de bevelen geven, ftelke hij met het oog op de handhaving 'an deze voorschriften noodzakelijk acht. .Artikel 5 De gemachtigde wordt bij de uitvoering van zijn taak bijgestaan door een door den secretaris-generaal van het depar tment van Handel, Nijverheid en Scheep vaart te benoemen commissie, waarin de departementen van Handel, Nijverheid en Scheepvaart, van Landbouw en Visscherij, ^n Waterstaat, van Binnenlandsche Zaken, 'an Financiën, van Justitie en van Sociale Zaken vertegenwoordigd zijn. WINTERHULP NEDERLAND. De collecte voor Wintcrhu.p Nederland, tike in Amsterdam is gehouden, bracht °ngeacht de stortingen op giro- en bank leningen, f. 42.000— op. Gespecificeerd ''as het resultaat: f. 25.000.— voor straat collecte en f. 17.000.vooi de huiscollecte, het hoogste bankbiljet, dat men in een bus 7°nd, bedroeg f. 1000. Te Utrecht heeft de huiscollecte f.4300 °Pgebracht, terwijl tijdens de straatcollecte °P Zaterdag een bedrag van f. 2540 werd °Psehaald. Er was een ongemotiveerde stijging der prijzen. In het Verordeningenblad is opgenomen een besluit van de secretarissen-generaal van de Departementen van Landbouw en Visscherij, van Financiën en van Justitie, houdende regelen met betrekking tot het vervreemden van landbouwgronden. Daarin wordt het volgende bepaald: Artikel 1. Dit besluit verstaat onder: (1) „Land": land, waarop eenige vorm van bodemcultuur als bedrijf wordt uitge oefend, met de daarbij behoorende gebou wen. (2) „Landgebruiker": degene, die recht streeks en zonder tusschenpersoon de lei ding van het bedrijf heeft. Artikel 2. (1) Het is verboden land onder bezwarenden titel of om niet over te dragen zonder vooraf een schrif telijke verklaring van een overeenkom stig artikel 59 van de Pachtwet erkend pachtbureau te hebben verkregen, waaruit blijkt dat tegen de tegenpres tatie, indien deze bedongen is, de voor waarden en den verkrijger geen be zwaar bestaat en dat de algemeene of bijzondere landbouwbedrijfsbelangen niet worden geschaad. (2) Deze verklaring wordt niet afgege ven tenzij gebleken is: le. dat de tegenprestatie niet hooger is aan in het jaar 1939 voor soortgelijke goe deren in dezelfde streek had kunnen zijn bedongen; 2e. dat de toekomstige verkrijger land- gebruiker is. (3) Het verbod, bedoeld in het eerste lid, geldt niet voor executorialen verkoop en anderen, verkoop in het openbaar, indien het pachtbureau vóór den verkoop heeft verklaard, dat tegen de veilingsvoorwaar- den geen bezwaar bestaat en dat de alge meene of bijzondere landbouwbedrijfsbelan gen niet worden geschaad. Artikel 3. In bijzondere gevallen is de secretaris-generaal van het departement van Landbouw en Visscherij bevoegd, na overleg met het pachtbureau, de toestem ming tot overdracht te geven, ook indien aan de in het vorige artikel bedoelde eischen niet Is voldaan. Deze toestemming treedt alsdan in plaats van de in het vo rige artikel bedoelde verklaring. Artikel 4. (1) De overschrijding in de daartoe bestemde openbare registers van een akte van overdracht van onroerende goederen wordt geweigerd, tenzij in de akte of in een verklaring aan den voet daarvan door een notaris is vermeld, dat het overgedragen onroerend goed al dan niet Is land in den zin van dit besluit en, indien zulks wel het geval is, de in ar tikel 2 bedoelde verklaring van het pacht bureau of de in artikel 3 bedoelde toestem ming is overgelegd. (2) De notaris, met standplaats binnen het arrondissement, waarin het over te dragen onroerend goed is gelegen, is tot afgifte van de verklaring, als bedoeld in het eerste lid, verplicht. In geval van twij fel kan de notaris de afgifte der verklaring weigeren, totdat door het bevoegde pacht bureau, op verzoek van belanghebbenden, is beslist, dat het over te dragen onroerend goed al of niet als land in den zin van dit besluit valt aan te merken. De beslissing van het pachtbureau is ten aanzien van de voorgenomen overdracht bindend. (3) In de openbare registers wordt aan- geteekend, dat de verklaring bedoeld in het eerste lid, is overgelegd. Artikel 5. (1) Hij die in strijd handelt met het bepaalde in de artikelen 2 en 3, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste tienduizend gulden. Het feit wordt beschouwd als overtreding. (2) Land, hetwelk In strijd met het in de artikelen 2 en 3 bepaalde is overgedra gen, kan worden verbeurd verklaard, onge acht of het den veroordeelde toebehoort. Artikel 6. De bepalingen van dit be sluit zijn niet van toepassing óp onteige ning ten algemeenen nutte. Artikel 7. (1) De secretaris-generaal van het departement van Landbouw en Visscherij is bevoegd de voor de uitvoering van dit besluit noodige voorschriften en voor het pachtbureau bindende algemeene richtlijnen te geven. (2) De secretaris-generaal van het de partement van Justitie stelt het honora rium ter zake van ambtsverrichtingen van een notaris, als bedoeld in Artikel 4, vast. Artikel 8. Dit besluit treedt in werking op 3 December. Het geldt niet ten aanzien van overdrachten, welke het gevolg zijn van overeenkomsten, welke reeds voor den dag van inwerkingtreding een zekere dagteekening hadden. Van bevoegde zijde is ons de volgende commentaar verstrekt op dit besluit van de secretarissen-generaal. In de laatste maanden is in het ge- heele land een gestadige stijging van de prijzen van landbouwgronden op te merken, welke niet in overeenstemming is te brengen met de echte, op de be hoeften van de geheele volksgemeen schap afgestemde productiecapaciteit van den cultuurgrond. De omzetten en belangrijke prijsverschuivingen op de markt van cultuurgrond hebben een bijzondere bcteekenis, want de natio nale bodem is niet zoo maar een koop waar, doch de basis voor een gezonden landbouw en daarmede ook het uit gangspunt voor een gezond volksleven. Op grond van dit inzicht heeft de Rijks commissaris voor het bezette Ned. gebied, die de heele ontwikkeling met bijzondere aandacht heeft gevolgd, geruimen tijd ge leden opdracht gegeven, het verkeer van landbouwgronden te regelen. Het doel van de dientengevolge uitgevaardigde verorde ning is daarin gelegen, dat voor de eerste maal in Nederland de landbouwgrond aan een regeling wordt onderworpen, die met zijn principieele beteekenis in het econo mische en volksche leven overeenkomt. Daardoor beteekent deze verordening ook een verwerkelijking van inzichten, zooals zij reeds vroeger in andere kringen, in de eerste plaats in de kringen van de N.S.B., Landbouw en Maatschappij en Boerenfront waar men de hooge beteekenis van het boerenland reeds lang had ingezien, steeds naar voren zijn gebracht. Om haar doel te bereiken, onderwerpt de verordening iedere eigendomsverandering van een stuk cultuurgrond, welke naar aanleiding van een verkoop, een ruil of een schenking of wegens executie of een ande ren openbaren verkoop geschiedt, aan een vergunning. De eigendomsoverdracht wordt slechts dan goedgekeurd, als de tegenprestatie, gelet op alle andere voorwaarden, het prijsniveau van het jaar 1939 niet over schrijdt en als de verkrijger een zelf het bedrijf uitoefenende boer is. Bovendien mogen door de eigendoms verandering dc algemeene en bijzon dere belangen van den landbouw niet geschaad worden, Vooral cclitcr en daarin is de groote beteekenis van de verordening voor de toekomst gelegen zijn principieel niet-boeren van de verkrijging van den grond uitgesloten. In een land als Nederland met een bij zonder groote en gezonde boerenbevolking moet het verkrijgen van land tegen gepaste meer volgen wanneer gij niet na de Kers*» vacantie tot bezinning bent gekomen. Gij zijt ontevreden en gij uit dat op een wijze, waarmed gij niemand in het land, ook niet degenen, voor wie gij optreedt, eenig goed doet en waarmee gij niemand in het land meer schaadt dan juist u zelve, want de sluiting der universiteiten betee kent niet siechts, dat aan u het voorrecht ontnomen wordt, aan onze voeten te zitten Foto Polygoon Prof. dr. J. van Dam. en aan ons,, om u wijsheid mede te geven. Dat ware te verdragen, vooral omdat u in dat opzicht aan lange vacanties bent ge wend. Maar het heele werk staat stil, het practische werk, dat voor velen de weg naar de maatschappij beteekent. Uw eigen ontwikkeling wordt ernstig geschaad! Uw houding is negatief en afbrekend. Kijk eens in rustige tijden wil ik graag aan studenten het recht toekennen, onte vreden te zijn met den gang van zaken. Als gij dat niet was, dan zou er van u later in de maatschappij geen vernieuwing uit gaan. Gij moogt ook nu nog gerust aan ons ouderen verwijten, dat wij ons te weinig hebben verzet tegen de sleur, die de dingen liet komen, zooals ze kwamen. Maar dit is geen tijd voor mopperen en opstandigheid. Het is een tijd, waarin veel werk moet wor den verzet, waarin opgebouwd moet worden daartoe is tucht noodig, en tucht is verre weg het best te verdragen in den vorm van zelftucht! Ik hoop en venvacht van u, Nederlandsche studenten, dat u in deze vacantie den weg naar deze mooiste eigen schap zult vinden. De maatschappij wacht op u, zij heeft u noodig, om mede te werken aan den op bouw van Nederland, van Europa, ja, van geheel de wereld. Dit geldt voor ons allen, ouders en kinderen opvoeders en opgevoeden. Wij allen, Neder landers, moeten ons voorbereiden op een wereld, die anders zal zijn dan zij vroeger was, en die, naar wij vurig hopen, beter zal worden dan de wereld die in Versailles werd geconstrueerd. Ik doe daarom een beroep op u allen, Nederlanders, om positief te willen zijn en mede te werken aan ons aller toekomst! en met de opbrengstmogelijkheden over eenkomende prijzen den boeren zélf voor behouden blijven. Ook de on-economisehe verbrokke ling van bedrijven door verkooplngen van vitale perceelen kan door deze ver ordening worden verhinderd, want door zulke gedeeltelijke verkoopen worden de algemeene belangen van den land bouw en de bijzondere belangen van het betrokken bedrijf benadeeld. Ofschoon juist in den begintijd aan een strenge uitvoering van de verordening waarde moet worden gehecht, Is toch een al te starre uitvoering bij de groote scha keeringen der toestanden niet In het alge meen belang. Daarom is in de verordening de mogelijkheid geschapen, dat in afzon derlijke gevallen van bijzonderen aard door den secretaris-generaal van Landbouw en Visscherij uitzonderingen kunnen worden toegestaan. Een bijzonder voordeel van de verorde ning is dóarin gelegen, dat de nieuwe rege ling van het verkeer in landbouwgronden kan worden uitgevoerd, zonder dat een nieuw bestuursapparaat in het leven be hoeft te worden geroepen. Als de instan ties. die voor elke eigendomsoverdracht van landbouwgronden vergunning moeten ver leenen zijn de Pachtbureaux aangewezen, welke door de Pachtwet zijn erkend en die, samengesteld uit rechtsgeleerden en land bouwdeskundigen, reeds twee jaren erva ring hebben met de behandeling van pachtovereenkomsten. De Pachtbureaux zullen op grond van de hierbij opgedane ervaring zeker in staat zijn de prijzen voor de verschillende landbouwgronden te bepa len, prijzen, welke aan een bekwamen boer veroorloven met 't verkregen stuk land een redelijk bestaan te verwerven. Naést de Pachtbureaux zijn slechts nog de notaris sen ingeschakeld, die moeten vaststellen, of men met een stuk landbouwgrond, dat aan de verordening is onderworpen, te doen heeft of niet, en die verklaringen moeten afleggen, voor het geval men met eigen domsoverdracht van cultuurgrond te doen heeft, omtrent de verleende vergunning het Pachtbureau. Slechts wanneer een notaris zulk een verklaring heeft verstrekt, kan de over schrijving van de eigendomsoverdracht in de openbare registers plaats vinden. Om iedere ontduiking van de verordening te gen te gaan, zijn ook de strafbepalingen opgenomen en voorts de bepaling, dat landbouwgronden, die tegen het bestaande verbod of zonder vergunning worden over gedragen, in beslag genomen kunnen wor den. Ongetwijfeld kan worden verwacht, dat de Pachtbureau, wanneer zij eenigen tijd als vergunningsinstanties voor het verkeer in landbouwgronden werkzaam zijn ge weest, een nieuwe ordening op de markt van het landelijk grondbezit hebben ge schapen. Zij zullen dan met bevrediging kunnen zeggen, dat mede door hün werk zaamheid de Nederlandsche boerenstand in moeilijke tijden gezond is gehouden. 3—2

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1940 | | pagina 7