DINSDAG 19 NOVEMBER 1940 No. 24741 Mussolini over het streven van de spil Siste Jaargang Compromis of tijdelijke oplossing verworpen Commentaren EERSTE BLAD Feiten van den dag LEIDSCH DAGBLAD DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN PRIJS DER ADVERTENTIES 30 ets. per regel voor advertenties uit Leiden en plaatsen waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn. Voor alle andere advertenties 35 ets. per regel. Voor zakenadvertenties belangrijk lager tarief. Kleine advertenties uitsluitend bij vooruitbetaling 's Woensdags en 's Zaterdags 50 ets. bij maximum aantal woorden van 30 stuks. - Incasso volgens postrecht. - Voor opzending van brieven moet 10 ets. porto betaald worden. - Verplicht bewijsnummer 5 ets. Bureau Witte Singel no. 1, hoek Noordeindsplein Telef. nrs. Directie en Administratie 25041 (2 lijnen) Redactie 21507 Postcheque- en Girodienst no. 57055 - Postbus no. 54 PRIJS DEZER COURANT Voor Lelden en gemeenten, waar agentschappen gevestigd zijn: per 3 maanden2.35 per weekƒ0.18 Franco per post ƒ2.35 per 3 maanden portokosten (voor binnenland ƒ0.80 per 3 mnd.) Ter gelegenheid van den vijfden ver jaardag der Volkenbondssancties tegen Italië heeft Mussolini de directoriën van de provinciale federaties der fascistische partij in het Palazzo Venezia bijeengeroepen. De leden van den grooten fascistischen raad, de regeering en het directorium der partij waren aanwezig. De duce, die met groote geestdrift verwelkomd werd, hield een rede, waarin hij zeide: Kameraden, gij zult begrijpen, dat ik dezen dag niet willekeurig heb gekozen voor het bijeenroepen van de provinciale hiërar- ohie der partij. Dit is de dag van de over winning voor het fascistische Italië, van de nederlaag voor de volkenbondscoalitie der 52 belegerende staten. De 18de November 1935 is een beslissen de datum in de geschiedenis van Europa. Het is de eerste poging tot het ondernemen van een aanval op groote schaal vanwege de oude wereld, die in haar woeste zelfzucht en haar ver ouderde ideologieën werd vertegenwoor digd door den volkenbond op de jonge, revolutionnaire krachten van Europa, vertegenwoordigd door Italië en Duitschland. Op dien dag beginnen de scheiding, de antithese en de strijd, die nadat de demo cratieën het compromis van Munchen had den aanvaard alleen om tijd te winnen, moesten eindigen in den oorlog, dien Frankrijk en Engeland Duitschland ver klaard hebben. Men mag hooit vergeten, dat het initiatief tot den oorlog is uitgegaan van Londen en eenige uren later is gevolgd door dat van Parijs. „ENGELAND DE HOOFDSCHULDIGE" Plechtig en zonder vrees, dat ik ooit T tegengesproken zal worden, zeg ik, dat de verantwoordelijkheid voor den oor log uitsluitend op Engeland rust. Men had den vrede kunnen handhaven als niet Engeland met de volledige toe stemming van Frankrijk in plaats van de verdragen op constructieve wijze te herzien, was begonnen met zijn omsin- gelingspolitiek, die niet ten doel had de Polen in het bezit van het volkomen Duitsche Dantzig te laten, maar de herrijzende politieke en militaire macht van Duitschland neer te slaan. Men had den vrede kunnen redden, aJs Engeland niet alle toenaderingspogingen had afgewezen, toenaderingspogingen, ge daan door Duitschland, dat zelfs een vloot - verdra ghad onderteekend, dat het op dit gebied duidelijk en blijvend in de minder heid zou hebben gebracht. Men had den vrede kunnen redden, zelfs nog gedurende de laatste uren van de Augustus-maand 1939, indien niet Engeland, onder druk van den Poolschen ambassadeur, die zich op 1 September 's avonds te 11 uur naar het Foreign Office begaf, voor deelneming aan de door Italië voorgestelde conferentie een voorwaarde had gesteld, die geheel onaan vaardbaar was, omdat ze vernederend was en inhield, dat de Duitsche troepen, die reeds opmarcheerden, niet alleen niet ver der zouden oprukken, maar zelfs naar de uitgangsstellingen zouden terugtrekken. Wat er gedurende de volgende maanden gebeurde weten wij allen, daaraan behoef ik niet te herinneren. In de geschiedenis van het menschdom heeft men nog nooit zoo een reusachtige golf van mystificaties en leugens gezien als die, welke door de regeeringsorganen en de couranten van Engeland werd ontketend gedurende de veldtochten in Polen, Noorwegen, België en Nederland, die eindigden met de nederlaag van het Engelsche en het Fransche leger. Deze nederlaag zoekt haars gelijke wegens de enorme afmetingen en het bijna onbe- grijnelijke snelle tempo. Indien de leugen- oraktijk het geschiktste stelsel is om den ceest van een volk af te stomoen en te ver aarden kan men rustig zeggen., dat het Engelsche volk onbetwistbaar alles op dit gebied heeft geslagen. DE BESLISSENDE STRIJD TEGEN FRANKRIJK. Frankrijk wankelde, maar het lag nog lang niet op de knieën en niemand kon voorzien, dat het leger, dat als het sterkste van Europa bekend stond, als sneeuw voor de zon zou wegsmelten, toen op 10 Juni Italië in den oorlog ging om letter en geest van het bondgenootschapsverdrag na té komen en de tralies van zijn gevangenis in de Middellandsche Zee voor goed te ver breken. Na twee weken werd de wapenstil stand gesloten en Frankrijk staakte den strijd, dien het van tijd tot tijd heeft her- jat, doch uitsluitend om zich te verdedigen tegen de verraderlijke aanvallen van zijn vroegeren bondgenoot, zooals die werden ondernomen bij Oran en Dakar. Sedert 10 Juni zijn meer dan vijf oor logsmaanden voorbijgegaan, maanden van oorlog, die werd uitgevochten op verre en vele gronden, te land, ter zee en in de lucht, in Europa en in Afrika. Staat mij toe uiting te geven aan mijn bewondering voor de Italianen, die thans het voorrecht hebben te strijden. Aan het Alpenfront en het Afrikaansche front heeft het leger getoond, dat zijn moreel zoogoed is als wij maar kunnen wenschen. De Engelsche nederlaag in Britsch So- maliland was totaal. Evenals te Duinker ken zijn de Engelschen uit Berbera ge vlucht en ze hebben zich gewroken door ons to verwijten, dat wij een onherstelbare strategische fout hebben begaan door hen te verslaan. De strijdkrachten in ons Afri- kaansch imperium, dat volgens de ver wachting van den vijand had moeten in een storten, namen overal het initiatief, terwijl de Engelsche pogingen tot het uit lokken van binnenlandsche opstanden jam merlijk mislukten. Ook in Libye hebben wij aangevallen en de bliksemsnelle bezetting van Sidi el Barrani moet niet als het eind maar als het begin worden beschouwd. Het volk kan terecht trotsch zijn op de helden daden van Italiaansche officieren en man schappen op het landfront. De marine doet in stilte en vaak op held haftige wijze haar plicht op verscheidene zeeën en oceanen van den Indischen oceaan af tot den Atlantischen toe. Ze ge hoorzamen aan een streng wachtwoord en hebben de vijandelijke vloot zeer zware slagen toegebracht. De marine beschermt onze verbindingswegen in Middellandsche en Adriatische Zee op zoo doeltreffende wijze, dat de vijandelijke vloot er niet in geslaagd is deze lijnen te verbreken of zelfs te storen. De Italiaansche luchtmacht weet steeds wat haar te doen staat. Ze heeft het luchtruim beheerscht en be- heerscht het thans. Haar bommenwerpers bereiken de meest verwijderde doelen, haar jagers maken den vijandelijken jagers het leven zeer moeilijk. Dit zijn waarlijk man nen van onzen tijd, onverschrokkenheid is hun overheerschendê karaktertrek. En wat het materiaal betreft, elke maand ko men uit onze fabrieken vijfmaal zooveel toestellen als vóór den oorlog. Binnenkort zullen wij, dank zij den massalen aanbouw van nieuwe typen misschien aan de spits staan en zeker de modernste machines van de andere landen evenaren. DE BEPERKINGEN KUNNEN VOOR ITALIË NOG ZWAARDER WORDEN. Vergunt mij ook hulde te brengen aan de discipline, het plichtsbesef en de onwan kelbare flinkheid van het Italiaansche volk. Het aanvaardt rustig de beperkingen, die uit den oorlogstoestand voortvloeien en die nog te dragen zijn, maar die ernstiger kunnen worden. Geleid door zijn duizendjarige politieke intuïtie, begrijpt het, dat dit een be slissende oorlog is, een oorlog als de derde Punische oorlog, die moet eindi gen en zal eindigen met de vernieti ging van het moderne Karthago: En geland. Een sterk volk als het Italiaansche vreest de waarheid niet, maar eischte ze. Dat is de reden, waarom onze weermachtsberich- ten een weergave van de waarheid zijn. Wij vermelden de slagen, die wij toebrengen en die wij ontvangen, de vliegtuigen die wij neerschieten en die de vijand neerhaalt, de dagen die gunstig zijn en die, welke dat weinig of niet zijn. Wij publiceeren elke maand de verliezen aan menschen en ma teriaal. DE ITALIAANSCHE WEERMACHTSBE- RICHTEN SPREKEN WAARHEID. Ik zou mij voor het volk en voor mijzelf kleiner voelen, als ik een andere methode zou toepassen met het doel de goede of slechte werkelijkheid te verbloemen of te verzachten. Dat zou gelijk staan met het volk aan het kwade te wennen en het te vernederen. Ik zal dat nooit doen. Ik heb den commandanten aan het front en den burgerlijken autoriteiten reeds de strenge order gegeven geen berichten naar Rome te zenden, die niet nauwkeurig en per soonlijk gecontroleerd zijn. HET GEBEURDE IN DE HAVEN VAN TARENTE. In dit verband wil ik er aan herinneren, dat in het Lagerhuis kreten van vreugde zijn opgegaan, toen Churchill eindelijk een goede tijding kon brengen, het bericht over de actie der Britsche torpedovliegtuigen in de haven van Tarente. Er zijn inderdaad drie schepen getroffen, doch geen enkel is tot zinken gebracht en aan slechts één schip is, zooals in het weermachtsbericht werd gemeld, schade toegebracht, die her stelwerkzaamheden van vrij langen duur vergt. Volgens de eenstemmige meening der technici zullen de beide andere weldra weer volgens hun oorspronkelijke bestem ming dienst doen. Het is onjuist, dat twee andere oorlogs schepen en twee hulpschepen tot zinhen gebracht of getroffen of zelfs maar licht beschadigd zouden zijn. Het is een bewijs van kwade trouw, indien men een succes, dat door ons het eerst erkend werd, ver groot en met' zes vermenigvuldigt. Om het beeld volledig te maken zou Churchill eenige mededeellngen hebben kunnen doen over het lot van Liverpool en Kent en het lot van de zeer groote sche pen, die onlangs in het centrum van de Middellandsche Zee of in de haven van Alexandrië zijn getorpedeerd door duik- booten of torpedovliegtuigen van de Ita liaansche weermacht. DE SPIL KRIJGT EEN DIEPEREN ZIN. Onze deelneming aan den oorlog heeft aangetoond, dat de spil geen ijdel woord was óf is. Van Juni af tot heden is onze samenwerking met Duitschland waar lijk kameraadschappelijk en totaal. Wij rukken schouder aan schouder op. Deze alliantie tusschen beide volken wordt steeds nauwer en breidt zich tot steeds meer terreinen van militaire, economi sche, politieke en geestelijke werk zaamheid uit. Ten aanzien van heden en de toekomst is de eenheid van in zicht volkomen. Mijn ontmoetingen met den Führer zijn slechts de bekrachtiging van deze volledige eenheid van opvatting. Wanneer ik den Führer ontmoet, zie ik in hem niet alleen het hoofd en den schepper van Groot- Duitschland, den opperbevelhebber van de legers, die in hun overwinningen de be vestiging hebben gezien van zijn geniale strategische plannen, welke vaak meer dan stoutmoedig en wel vermetel zijn genoemd, maar ik zie in hem vooral den bezieler van de nationaal-socialistische beweging, den revolutionnair, die het Duitsche volk heeft wakker geroepen en het heeft gemaakt tot den voorvechter van een nieuwe we reldopvatting, die identiek is aan de opvat ting van het Italiaansche fascisme. De ge lijkheid van inzicht is het resultaat van deze revolutionnaire gezindheid, zij is de viucht van de ontmoeting van twee revo luties, welke zoowel op internationaal als op maatschappelijk gebied nauwelijks be gonnen zijn. Alles wat betrekking heeft op de ontwikkelingen van het driemogendhe- denpact in het Westen, of in het Donau- bekken, is in gemeenschappelijk overleg gebeurd. Dit geldt o.m. voor hetgeen de toekomstige positie van Frankrijk betreft. DE A.S. VREDE. Reeds thans is het duidelijk, dat de spil geen represaille- of rancunevrede wil vestigen, het ligt echter voor de hand dat aan zekere eischen moet wor den voldaan. Deze meer dan wettige eischen hadden het voorwerp kunnen uitmaken van besprekingen, zelfs vóór den oorlog, als men ons niet gesteld had tegenover een even belachelijk als tragisch „nooit". Toen men toespelin gen maakte op een opheffing van dit „nooit" was het reeds te laat. Italië had reeds in Mei 1939 zijn weg ge kozen- De teerling was geworpen. Maar juist op grond van hun wettigheid sluiten onze eischen elk compromis of tijdelijke oplos singen uit, want wij verwerpen die reeds thans met stelligheid. DE A.S. BETREKKINGEN TUSSCHEN ITALIË EN FRANKRIJK. Na deze algeheele opheldering zal het echter mogelijk zijn om binnen het kader van het nieuwe Europa, in het leven geroepen door de spil, een nieuw hoofdstuk te openen in de geschiedenis der betrekkingen tusschen Italië en Frankrijk, welks geschiedenis zoo be wogen is geweest. Het is overbodig te bevestigen, dat de vrede evenals de wapenstilstand voor de spil gemeenschappelijk zal zijn. Om de broederschap der Duitsch-Italiaansche wa penen te bekrachtigen heb ik den Führer verlof gevraagd tot een rechtstreeksche deelneming van onze vliegtuigen en duik- booten aan den slag tegen Groot-Brittan- nië en daarin is toegestemd. Ik voeg hier aan onmiddellijk toe, dat Duitschland onze medewerking niet noodig had. De moed van zijn strijders te land, ter zee en in de lucht, zijn industrieele vermogens, zijn or ganisatorische en technische bekwaamheid, het rendement van zijn arbeid zijn wel be kende feiten. De cijfers der door Duitsch land bereikte productie van vliegtuigen en duikbooten zijn uitzonderlijk en stijgen nog steeds. Intusschen ben ik den Führer dank baar, dat hij mijn aanbod heeft aanvaard: niets stevigt meer dan het gemeenschappe lijk vergoten bloed of het te zamen ge brachte offer de banden tusschen volkeren als ze worden bezield door een volstrekte trouw en door gelijkheid van belangen en idealen. Ik ben er zeker van, dat onze vlie gers en duikbootbemanningen onze vlag zullen eeren. EEN FELLE AANKLACHT TEGEN GRIEKENLAND. Na langen tijd geduld te hebben ge oefend hebben wij het masker afgerukt van een land. welks veiligheid gewaar borgd werd door Groot Brittannië, een geniepigen vijand: Griekenland- Dat is een rekening, die er op wachtte veref fend te worden. Een ding, dat zonder twijfel sommige Italiaansche classicis- ten, die bij hun tijd ten achter zijn, zal verbazen, moet worden gezegd. De Grieken haten Italië als geen ander volk. Het is een haat, die op het eerste gezicht onverklaarbaar lijkt, maar hij is algemeen, diep en ongeneeslijk in alle klassen, in steden en dorpen, hoog en lag, overal. Is het misschien, omdat Santo Rosa, uit Piemont geboortig, heldhaftig voor Grie kenland ging sterven? Misschien, omdat de Garibaldiaan, Antonia Fratti ditzelfde ge baar van sublieme naïveteit zeventig jaar later herhaalde, toen hij sneuvelde bij Do- mokos? Het is een mysterie, maar het feit be staat. Op dezen haat, dien men grotesk kan noemen, was de Grieksche politiek van deze laatste jaren gegrondvest. Een politiek van volstrekte medeplichtigheid met Groot-Brittannië. Dit kon niet anders, gezien het feit dat de koning een Engelsch- man is, de politieke klasse Engelsch en de beurs in letterlijken en figuurlijken zin Engelsch is. De medeplichtigheid, die op verscheidene manieren aan den dag trad, waarvan t.z.t. bewijzen zullen worden ge publiceerd, die onweerlegbaar zijn, vormdc- een daad van voortdurende vijandigheid tegen Italië. Uit de documenten, die de Duitsche generale staf in Frankrijk te Vitry la Charité heeft gevonden, blijkt, dat Griekenland sedert Mei al zijn lucht- en vlootbases aan de Franschen en Engelschen had aangeboden. Aan dezen toestand moest een einde worden gemaakt. EPIRUS LEENT ZICH NIET VOOR EEN BLIKSEMOORLOG. Dit is gebeurd op 28 October, toen onze troepen de Grieksch-Albaansche grens overtrokken. De bergen van Epirus en hun modderige dalen leenen zich niet tot een bliksemoorlog, zooals zij. die onverbeterlijk trouw zijn aan de strategie, welke vlagge tjes op kaarten prikt, zouden willen. Geen enkele daad, geen enkel woord van mij zelf of de regeering noch van een enkel verantwoordelijk element had een bliksem oorlog laten verwachten. Ik geloof niet, dat het de moeite waard is alle berichten tegen te spreken, die in omloop gebracht zijn door de Grieksche propaganda of haar Engelsche luidsprekers. De befaamde divisie Alpenjagers Julia zou enorme verliezen hebben geleden, zou ge vlucht en in de pan gehakt zijn door de Grieken. Maar deze divisie heeft een be zoek gehad van generaal Soddu, die mij na zijn bezoek op 12 November een tele gram van den volgenden inhoud zond: „Ik heb vanochtend de divisie Alpenja gers Julia bezocht Ik moet u, Duce, mel ding maken van den schitterenden indruk, dien ik heb gekregen van deze prachtige, trotsche eenheid, die hechter is dan ooit in de gelederen van zijn granieten Alpen jagers." „WIJ ZULLEN DEN GRIEKEN DE LENDENEN BREKEN." Is er onder u, kameraden, iemand, die zich de niet gepubliceerde redevoering herinnert, welke ik heb uitgesproken in Juli 1935 te Eboli vóór den aanvang van den Abessijnschen oorlog? Ik zeide, dat wij den negus de lendenen zouden breken. Thans met dezelfde volstrekte zekerheid, ik herhaal, volstrekte zeker heid, zeg ik u, dat wij Griekenland de lendenen zullen breken. In twee of twaalf maanden, dat is van weinig be lang. De oorlog begint pas, wij hebben voldoende mannen en middelen om el- ken Griekschen weerstand te vernieti gen. De Engelsche hulp zal niet kunnen ver hinderen, dat dit vastberaden besluit ten uitvoer wordt gelegd en zal den Hellenen de ramp niet besparen, die ze hebben ge wild en die ze bewezen hebben te verdie nen. Iets anders denken of twijfelen, be- teekent mij niet te kennen. Eenmaal begonnen, laat ik pas los bij het einde. Ik heb het reeds bewezen en wat er ook gebeuren zal, wat er ook gebeuren kan, ik zal het nogmaals be wijzen. De 372 dooden, de 1081 gewon den, de 650 vermisten der eerste tien dagen strijd aan het front van Epirus zullen gewroken worden. Kameraden. Op dit historische, waarlijk plechtige oogenblik, dat de vaste landen tegenover elkaar plaatst of naast elkander stelt, moet de partij, die revolutie verdedigt en voortzet, alle vormen van haar activiteit tot het hoogste peil opvoeren. In het be gin van den oorlog stond een zekere ver traging der activiteit der partij in verband met het vertrek van alle chefs. Nu zal het niet meer noodig zijn. GEEN ALGEMEENE MOBILISATIE. Er is geen algemeene mobilisatie en die zal niet komen. Er zijn slechts twee lich tingen onder de wapenen geroepen en er zijn er nog een dertig beschikbaar. Wij hébben een millioen mannen onder de wa penen. Zoo noodig kunnen wij nog acht millioen mannen oproepen. Onder deze omstandigheden moet de partij haar functie met ongewijzigde en toenemende kracht hervatten door moedig haar strijd aan het binnenlandsche front aan te binden op politiek,, economisch en geestelijk terrein. De partij moet zichzelf en de natie be vrijden) aan wat nog kleinburgerlijke bal last kan blijken in de ruimste beteeke- nis, die wij aan dit woord kunnen geven. De partij moet het klimaat der harde tijden handhaven en accentueeren. Wederom, nog meer en beter dan te voren tot het volk gaan om zijn moreele gezondheid en materieele bestaan te beschermen. Een zeker pacifisme, dat de pseudo-vcrstandelijk en pseudo- universeel karakter aanneemt, moet aandachtig nagegaan en bestreden wor den. Daar is geen plaats voor in een tijdvak van ijzer en kanonnen. Niets bestaat en niets anders mag bestaan dan het hoogste doel, waarvoor wij de wapens hebben opgenomen. Duitschers en Italianen tezamen vormen een blok van 150 millioen vastberaden en eensgezinde menschen die met beide voeten op den grond staan, van Noorwegen af tot Libye en het hart van Europa. Dit blok heeft de overwinning reeds in handen. IN ITALIË. In zijn commentaar schrijft de „Popoio di Roma" o.a., dat de Duce alle valsche voor stellingen heeft weggenomen, waarmede de Britsche propaganda de wereld sinds Augustus 1939 heeft overstroomd, en dat hij duidelijk heeft aangetoond, hoe zeer Enge land volkomen de schuld draagt aan den oorlog. Van de Noordzee tot de Middellandsche Zee, van West tot Oost, is Europa bezig zich te scharen rondom de as in een nieuwe organisatie, overeenkomstig de behoeften en aspiraties der verschillende volkeren. Terwijl die nieuwe Europeesche organisatie steeds hechter wordt, blijven de wapenen van de as beuken op het verzet dat Enge land nog biedt. Na er op gewezen te heb ben, dat een vrede door compromis niet mogelijk zal zijn en dat den vijand geen respijt verleend zal worden zoo lang hij niet volkomen ter neer ligt, onderstreept het blad de volledige samenwerking der beide asmogendheden, die verbonden zijn door de banden van twee roemvolle revolu ties. De „Messaggero" wijst er op, dat de op rechtheid waarmede de Duce de werkelijke draagwijdte zoowel van de gunstige als de ongunstige gebeurtenissen aangaf een de monstratie is voor het feit, dat Italië niet behoeft te liegen om zich sterk te gevoelen. De leugen laat het over aan zijn vijan den, die haar noodig hebebn, want alleen de leugen kan een volk tot verzet brengen, dat reeds sinds maanden zich tevergeefs weert. Vervolgens herinnert het blad aan de door Mussolini aangegane verplichting. Griekenland „den nek te breken" en wijst er op, dat welke natuurlijke hinderpalen Italië op zijn marschroute ook zal ontmoe ten, de Grieken verslagen zullen worden, en Griekenland onschadelijk gemaakt. Ten slotte betoogt het blad, dat ook de Engel schen verslagen zullen worden en dat Groot-Brittannië zal ineenstorten, in zijn val meesleepend de oude orde en de hege monie der plutocratieën. Indien de Duce zegt, dat de as de overwinning in de hand heeft, beteekent dat, dat niemand ter we reld in staat is haar die te ontrukken. De Corriere della Sera schrijft, dat de rede van Mussolini een speciale beteekenis heeft, want dat zij opnieuw bevestigt, dat de militaire en politieke overwinning reeds stevig in handen is van de as. Een vijand Dit Nummei bevat DRIE Bladen Binnenland Het bezoek der Nederlandsche Vakvereeni- gingsleiders aan Duitschland (3e Blad) Belangstelling voor de actie van Winter hulp Nederland (Binnenland, 3e Blad). Buitenland Rede van den Duce (Ie Blad) Ook Göbbels spreekt (le Blad) De Fuehrer ontvangt Ciano, Suner en koning Boris (le Blad). ZIE VOORTS „LAATSTE BERICHTEN" EERSTE BLAD. MEN ZIE VOOR ONS KORT VERHAAL PAG. 1 VAN HET DERDE BLAD.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1940 | | pagina 1