Wereldrec ord 500 met er schoolslag ve rbeterd - Mom iment voor geve dienen \mm ÖAGB1AD Tweede Blad I ■■■■BB Huwelijk met modern comfort FEUILLETON v v» vAc=i r IN HET GOOI WORDT EEN GROOT BARAKKENKAMP GEBOUWD VOOR DE OPLEIDING VAN DE LEIDERS VAN DEN OPBOUWDIENST. Men verricht zelf allen handenarbeid. Overzicht van het kamp in aanbouw. (Polygoon) JOPIE WAALBERG verbeterde In het A.M.V.J.-bad te Amsterdam het wereldrecord 500 meter schoolslag, dat op naam stond van Inge Sörensen (Denemarken). Zij zwom den afstand in 7 min. 49.9 sec. Jopie tusschen haar vriendinnen na de overwinning. (Polygoon) EEN DÜITSCHE ONDERZEEBOOT komt van een succesvollen tocht terug op haar basis aan de Fransche kust. De boot is binnengeloopen en de commandant meldt zich bij den commandant van de duikboot-basis. (Polygoon) HET MONUMENT VOOR DE GEVALLEN NEDERLANDSCHE SOLDATEN AAN DE HAAGSCHE SCHOUW is bijna gereed. De platen met de namen der gesneuvelden worden aangebracht, Het monument werd ont worpen door den Rotterdamschen kunstschilder Aart Glansdorp. (Holland) EEN STUK ZWAAR GESCHUT WORDT OPGESTELD. Een Marine- Bouwcompagnie bij de montage van een der vele stukken zwaar geschut, welke de Hollandsche kusten beschermen tegen Engeland. Omvangrijke werkzaamheden zijn noodig om het reusachtige kanon in stelling te brengen. Scherl door Mr. CORRY STOL2VAN DEN KIEBOOM. 26) Ja lieve kind, zegt Gerrie bedachtzaam. wsat maar één recept voor. 't Is «ni ataoende recept, maar ik vrees, dat jij h'et aan zult willen. ?ermoed vraagt Lies met een vaag Beneden in de straat toetert een claxon, v.». naar het raam, buigt zich wui- enu naar beneden. Lie. I' zelf maar> zegt ze, .zich naar rent ?m°raaiend. Daar heb je mijn re- p in levenden lijve. Zlet een ^gen open wagen. „Swal- heett ^"eert ze ouder gewoonte. Frank in t ar 111 z^n chauffeurstijd getraind ppikenkennis. Een meneer In sportpak de? i„ stuur. die Gerrie wenkt naar bene- slent.L men- Die gooit als antwoord haar trarSf'oos.uit het raam. Hoef ik al die Vi'nnnf3" niet afi 'ogt ze Lies uit- Parterre street/811 ouae mevrouw, die constant de kers 7Ur ook afsluit. Bang voor inbre- it- n z? haar hand op Lies' arm ten'n.s.0PT ni3t' dat me verkeerd begre- Diaar -uï' wil wel graag over je dokteren, recept is voor mezelf bestemd. I j. Je voor. Lies voelt zich kleuren. ant gerust zijn, zegt ze hoog. De deur van de zitkamer gaat open en de meneer van de auto stormt binnen met uitgestoken handen, die hijconstateert Lies ijlings terugtrekt, als hij haar in het oog krijgt. Gerrie stelt voor: Meneer Eloembsrg Grimmestein mevrouw Ecbberts. De naam heeft een bekenden klank, peinst Lies. In Almelo of Enschedé of di_ar ergens zijn fabrikanten, die zoo heeten. Misschien familie van Gerrie die kom; immers ook uit die buurt. Ze lacht even. Wat heeft ze zichzelf voor den gek te hou den, je kunt goed genoeg zien, dat dat geen familie-Innigheid is. Gerrie is in de weer met thee en sigaret ten. Wel Muis, wat doen we? hoort Lies meneer Bloemberg, die Wim blijkt te hee- ten, vragen. Gerrie's oogen lachen in de zijne. Ik weet niet, zeg jij het maar. Heb je veel tijd? Tot een uur of elf minstens. Ik ga naar huis vanavond. Kan ik stomweg doorjak keren, zonder ponten en dat geduvel. Be ter dan verleden week. Toen moest ik nog naar het Zuiden, legt hij Lies beleefd uit. Die ellendige Moerdijk over. Flip is nu naar het Zuiden. Tot mor genavond. Dat heeft Gerrie haar straks cok verteld, weet Lies. Maar nu blijven de woor den hangen, lijkt het, alsof ze in de stilte, die volgt, een andere beteekenis krijgen. Lies voelt zich onbehaaglijk worden. Als ze haar thee op heeft, zal ze maar weggaan. Hier is ze toch te veel. Haar huis alleen. Alleen. Alleen. De middag. En de avond. En de nacht. En morgen den heelen dag. Flip is naar het Zuiden. En Frank is naar het Noorden. Jawel, maar da/t beteekent voor hen allebei iets verschillends, voor Gerrie en voor haar. Gerrie's heldere lach doet haar opschrik ken. Zeg, wat ben jij mijlenver. Ik heb je al twee keer iets gevraagd. Zeker in het hooge Noorden? plaagt ze. We zullen er de paarde-kracht van den wagen bijsieepen, vindt Gerrie. Hoe is het, Lies, voel je er voor om een eindje mee te gaan rijden? Mevrouw Robberts heeft voornamelijk verlangen naar de schoone natuur, verduidelijkt ze. Dat verlangen kan bevredigd worden, belooft meneer Bloemberg bereidwillig. Laten we nu even plannon maken. Ik heb tijd tot elf uur, maar ik heb geluncht met een troepje Arnhemmers, waarvan ik er vanavond twee of drie moet meenemen. Ik heb beloofd, dat ik om half vijf in „Lido' zou komen of af te spreken. Mooi, dan gaan wij ook mee, hè Lies. Jij wou toch met alle geweld buiten zitten? Ja., graag, zegt Lies aarzelend. Uitgaan met Gerrie en dien wildvreemden meneer die het niet onder stoelen of banken steekt, dat het geweldig „aan" is tusschen hen, is dat niet raar? Onzin, vindt ze meteen, die vriendschap dateert blijkbaar rJet van van daag of gisteren, daar kan zij niets aan veranderen gaat haar ook niet aan. Ja maar, als je met hen uitgaat, keur je het stilzwijgend goed. Klets, ze is toch geen oudbakken zeurkous. Vroeger, in die onnoo- zele provinciestad hadden al hun kennis sen onderlinge combinaties, werden Fiank en zij altijd voor antiek en voorwereldlijk gescholden.... Frank.... „je wordt knap vervelend met je gezeur" Ik vind het dol, zegt Lies. Maar Gerrie schrikt ze ineens. Je kinderen, het is kwart voor vier, wil ik ze even halen?. Ik ben toch per fiets. Nu kan er van uit gaan Immers niets komen, denkt ze, even opgelucht, als ze de deur van Gerrie's flat dichttrekt. Gerrie kan de peuters immers niet meesleepen. Aan de deur van 't Montessori-schooltje vangt ze Miesje op, dan gaan ze samen bij de aangrenzende „groote school" Flip junior opwachten. Ze zal nog maar wat chocola met hen gaan koopen, dan duurt het nog even langer voor ze thuis zijnGoedkeu ren, dat van Gerrie? Kom jongens, nu gaan we wat lekkers koopen. Ze neemt Miesje bij de hand. Flip vraagt, of hij haar een arm mag geven, aan een handje loopen is zoo kinderachtig voor een jongen van de grcote schcci. Tante, ik wou een gouten ding met snoepjes, decreteert Miesje. Best, puk, zegt Lies, voorloopig nog in het duister. Wat voor een ding en waar halen we dat? Ginds op den hoek. tante, weet Fiip te vertellen. U weet wel, van die blikken koffiemolens en kolenbakken en zoc. 1,1'esje denkt, dat blik goud is, maar ze is c-ï og zoo klein. Een dubbeltje kosten ze, veegt hij er practisch bij. Na lang aarzelen heeft Miesje haar keus bepaald op een kinderwagentje en een kof fiemolen. Flip heeft liever een plak choco lade, dat kun je tenminste heelemnal opeten. Nou ga ik thuis fijn moedertje speler, zegt Miesje verheugd. Doe je mee, Flip? Niks hoor, ik vraag, of ik op straat mag, ga ik lekker voetballen, wimpelt Flip af. Hè toe nou! Miesje trekt een ptull- lipje. Hè Flip. doe nou mee. Dan was ik moeder en ik ging eten koken en jij was vader en dan ging jij naar het koefee Tanteonderbreekt ze zichzelf, ben jij wel eens in het koefee geweest? Nee, nooit, zegt Lies. Gerrie en Flip zijn allebei stommelingen, denkt ze veront waardigd. Ik wel. praat Miesje verder. In zóó'n grout koefee, tante. En toen bracht de Oc tober mij een glaasje midade. Limonade bedoelt ze, legt Flip v/eer uit En Octobers zijn van die meneeren met zwarte jassen aan. Die brengen gewoon al les waar je om vraagt, tante. Limonad: en biefstuk en borrels en aarpels, ook, echt leuk, tante. Lieve hemel, waar heb jullie al dien tijd gezeten? verwelkomt Gerrie hen aan de deur. Jasses, is dat uitblijven. Ik dacht nog wei, dai je dat leuk zou vind.n, zegt Lies verongelijkt. Gerrie kijkt verbaasd, schatert opeens. Kind. wat doe je menschelijk Je wordt nog absoluut normaal. Nee hoor, hou je jas maar aan, we gaan meteen. Eerst de aapjes parkeeren. Jullie mogen mee, jon gere, met de auto van oc Wim. Ikke voorin, bedingt Flip. Ikke ook vocrin, echo't Miesje. Niks hoor. Jij bent nog veels te klein. Geen ruzie hoor, kalmeert Gerrie. Anders mogen jullie niet naar Tante Carolien. F';n. naar Tante Carolien i Ze zijn de ruzie alweer vergeten. Gaan we weer u:ó logeeren, Mams? Heb je or.ze koffers? Ze krijgen elk een miniatuurkoffertje te dragen. Flip rent de trappen af. Miesje \olgt jubelend op den arm van „Oom Wim". .(Nadruk verboden). .(Wordt vervolgd-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1940 | | pagina 5