BINNENLAND
Ons Kort Verhaal
81 tie Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 22 October 1940
Derde Blad No. 24717
KERK- EN SCH001NIEUWS
Een lafaard
Mr. P. A. V. baron van
Harinxma thoe Slooten
70 jaar
Anti-Duifsche boeken, tijdschriften,
enz. in bibliotheken
Rede van den
Rijkscommissaris
Schoenen zonder bon
op komst
Nederlandsche Unie
aan het werk in de
Mijnstreek
Suze Groeneweg
overleden
Kou gevat
"„AKKERTJE
FINANCIEN
SINDS 1909 COMMISSARIS VAN
FRIESLAND.
De commissaris van Friesland, mr. P. A. V.
baron van Harinxma thoe Slooten viert
heden zijn zeventigsten verjaardag.
(Foto-archief LD.)
Baron van Harinxma thoe Slooten.
Mr. Pieter Albert Vincent baron
Harinxma thoe Slooten werd op 22 October
1870 te Beesterzwaag geboren. Acht jaar
later verhuisde het gezin naar Leeuwarden,
toen zijn vader commissaris van Friesland
werd. Na in 1888 eindexamen gedaan te
hebben op het gymnasium studeerde hij
rechten te Leiden, waar hij in 1894 promo
veerde op het proefschrift „De gemeente
verordening tegenover de persoonlijke vrij
heid en het recht van eigendom".
In Leeuwarden vestigde hij zich als ad
vocaat en procureur en was ook volontair
op het parket van de officier van justitie.
In 1397 kwam hij aan het departement van
Jusitie waar hij onder Cort van der Linden
en in 1901 onder Loeff werkte. Toen de
centrale raad van beroep werd opgericht in
1903 verliet hij het ministerie om zich in
Utrecht te vestigen. Nadat zijn vader in 1909
zijn ambt had neergelegd, werd hij met in
gang van 1 September 1909 tot commissaris
in de provincie Friesland benoemd.
In Augustus 1938 werd hij staatsraad in
buitengewonen dienst.
Baron Van Harinxma bewoog zich op
velerlei gebied buiten het ambtelijke. Hij is
o.a. geweest voorzitter van het Friesch Ge
nootschap voor geschied-, oudheid- en taal
kunde in 1927 presideerde hii het groote
Friesche congres en opende het met een
rede in het Friesch voorzitter van het
Underwusvuns en curator van den leerstoel
in de Friesche taal en letterkunde aan de
universiteit te Amsterdam, lid van den
Leidschen Universiteitsraad en gecommit
teerde van het Universiteitsfonds, eere
voorzitter van de Pronvinciale Vereeniging
voor Vreemdelingenverkeer, voogd van het
Ritske Boelema-gasthuis, commissaris van
de Ned. Bank, president-commissaris van de
Algemeene Friesche Levensverzekerlngs-Mij,
president-commissaris van de Amsterdam-
sche Hypotheekbank, buitengewoon eerelid
van het Eereteeken voor belangrijke krijgs
verrichtingen en provisor van zeer veel lee-
nen in Friesland.
Verder is hij ridder in de Orde van den
Ned. Leeuw, grootofficier in de Orde van
Oranje-Nassau en ridder der Orde van den
Leeuw en de Zon van Perzië.
De Staatscourant van gisteravond bevat
de volgende beschikking van den wnd. se
cretaris-generaal van het departement van
onderwijs, kunsten en wetenschappen
Ingevolge aanschrijving van de Duit-
sche autoriteiten zijn leiders van alle
bibliotheken verplicht anti-Duitsche li
teratuur achter slot en grendel te ber
gen en dus niet meer uit te leenen.
Voor zoover deze leiders al niet reeds
langs ambtelijken weg bijzondere in
structies hieromtrent hebben ontvan
gen, dienen zij van deze literatuur
binnen drie weken aan het departe
ment van onderwijs, kunsten en we
tenschappen een alphabetisch geor
dende opgave te verstrekken, die schrij
ver, titel en plaats en jaar van uitgave
van de werken vermeldt.
INDIË EN JAPAN.
Domei meldt uit Tokio:
De woordvoerder van het departement
van buitenlandsche zaken heeft gister
avond een mededeeling uitgegeven, waarin
wordt bekend gemaakt, dat de besprekin
gen te Batavia vlot vorderen. Tevens wordt
hierin bekend gemaakt, dat de speciale Ja-
pansche afgezant naar Nederlandsch-Indië,
Kobasjasji. tijdelijk naar Tokio terugkeert
om aanwezig te zijn bij de officieele plech
tigheden ter gelegenheid van den 2600sten
herdenkingsdag der stichting van het Ja-
pansche rijk en tevens om een tusschen-
tijdsch rapport in te dienen en de regee
ring te raadplegen over de onderhandelin
gen van Batavia.
JUBILEUM VAN DE DEUTSCHE
OBERSCHULE TE ROTTERDAM.
BIJ de herdenking van het vijftigjarig
bestaan van de Deutsche Oberschule te Rot
terdam heeft de rijkscommissaris rijks
minister Seyss Inquart vandaag een rede
gehouden.
Hij begon met uitdrukking te geven aan
zijn voldoening over het feit, dat het na de
gebeurtenissen in Mei mogelijk geweest is
het werk van de Duitsche school te Rotter
dam zoo voort te zetten als voor het be
reiken van het doel van deze school ver-
elscht is. Voor deze gelegenheid dankte hij
de schoolvereeniging en haar leiding, de on-
derwfjzers en al degenen, die in denzelfden
zin meegeholpen hebben, ook de Nederland-
sche autoriteiten, die mogelijk maakten, dat
de Duitsche school weldra het huis in de
Westerlaan nr. 1 kon betrekken. Te meer
verheugde hij zich over het bereikte doel,
daar hij toch al groote aandacht besteedt
aan de Duitsche scholen in Nederland. Het
is duidelijk, dat de opdracht, die hij van
den Fuehrer ontvangen heeft, namelijk de
belangen van het Duitsche rijk in Nederland
te vertegenwoordigen, ook de taak omvat
aan de Duitsche scholen hier de haar toe
komende positie te verschaffen.
Vervolgens hield de rijkscommissaris zich
bezig met de omstandigheid, dat de Duit
sche scholen ook Nederlandsche kinderen
herbergen. Hij verheugde zich daarover,
naar hij zei. Toch moet men zich er van
bewust zijn, dat daaraan een bijzondere
verplichting verbonden is: de Nederlandsche
kinderen mogen den samenhang met hun
Nederlandsche volk nooit verliezen. Zij
moeten hun volk en de genoten Duitsche
opleiding tot eer strekken. Dat is voor den
nationaal-soclalist, die de krachten, welke
rechtstreeks uit het volk stammen, nauw
keurig kent, iets dat vanzelf spreekt.
Bij deze gelegenheid roerde de rijkscom
missaris de discussie aan, die ontstaan is
naar aanleiding van de vraag in hoeverre
het onderwijs in het Duitsch ook aan de
Nederlandsche scholen verstrekt moet wor
den. Hij heeft den zin van dit debat niet
begrepen, omdat prof. Snijder, die blijkbaar
door deze discussie aangevallen moest wor
den, immers Juist in zijn tegenwoordigheid
openlijk met nadruk verklaard had, dat uit
gebreide beoefening van het Nederlandsch
hem na aan het hart lag. Dat is ook bij hem.
den rijkscommissaris, het geval en er is
nooit sprake van geweest het Duitsch
eenigszLns ten koste van het Nederlandsch
te beoefenen. Hij kan zich niet geheel aan
den indruk onttrekken, dat deze onvrucht
bare uiteenzettingen, die op een misver
stand berusten, uitgaan van Instanties, die
destijds voldoenden tijd en middelen hebben
gehad om althans het Nederlandsch, dien
ruimeren zorg te doen toekomen, dien hij
zelf beoogt.
Ik geloof anderzijds ,zoo ging de rijks
commissaris voort, dat de Nederland
sche kinderen hun opvoeders in de toe
komst niet dankbaar zouden zijn, indien
zij ook het Duitsch niet werkelijk be-
heerschen, want met Duitsch zal men
in de toekomst niet alleen op het vaste
land, maar ook buiten ons continent
overal terecht kunnen.
MET HOUTEN ZOLEN EN HAKKEN.
Het Alg. Hbld. meldt, dat onze schoen
industrie bij ontstentenis van den aanvoer
van schoenleer uit Zuid- en Middel-Ameri-
ka, Australië en de Kaap, de productie van
schoenen ter hand heeft genomen met hou
ten hakken en zolen.
Waarschijnlijk zal men reeds in het mid
den der volgende maand met den verkoop
zonder bon van dit schoenenfabrikaat een
aanvang maken.
BESPREKINGEN OVER BEDRIJFS-
GEMEENSCHAP.
Zaterdagmiddag zijn onder leiding van
het gewestelijk bestuur der Nederlandsche
Unie besprekingen gehouden in het gebouw
der Unie te Heerlen met vertegenwoordi
gers van arbeiders- en beambtenorganisa-
ties, waar van gedachten gewisseld werd
over het programma der Nederlandsche
Unie: de bedrijfsgemeenschap.
Het ligt in de bedoeling om, met inscha
keling en medewerking van de bestaande
vakbonden en organisaties, te komen tot
een bedrijfsgemeenschap, welke alle arbei
ders, beambten en werkgevers van den
mijnarbeid zal omvatten. In eeh Zaterdag
j.l. aan de mijnbedrijven uitgegeven vlug
schrift zijn deze plannen aangeduid. De
besprekingen met de bestaande organisa
ties zullen onder leiding van het geweste
lijk bestuur der Nederlandsche Unie wor
den voortgezet. Hbld.
KEURINGSDIENST LIET EEN
FABRIEK VERZEGELEN,
Opsporingsambtenaren van de Nederland
sche meelcentrale zijn, in samenwerking
met den keuringsdienst voor waren te Alk
maar en de gemeentepolitie van Zaandam
er toe overgegaan een fabriek te Zaandam
te verzegelen en onder bewaking te stellen.
In deze fabriek werd vroeger cacao ver
werkt tot veevoeder, maar sedert kort werd
de verwerking van dit product voor men-
schelljke consumptie ter hand genomen.^De
verkoop van dit artikel, dat als „magere
cacao" in den handel werd gebracht, leid
de er reeds toe, dat de keuringsdienst voor
waren den fabrikant verbaliseerde, omdat
het vetgehalte slechts 9 tot 10 procent in
plaats van 12 tot 15 procent, zooals wette
lijk is voorgeschreven, bedroeg. Toen na
derhand bleek, dat de verkoop nog niet
gestaakt was, werd opnieuw ingegrepen. De
achterhaalde partijen werden in beslagge
nomen met de bepaling, dat het fabrikaat
onder toezicht van den keuringsdienst voor
waren verwerkt moest worden tot veevoe
der.
Thans kwam aan het licht dat de zegels
van de in beslag genomen partijen ver
wijderd waren. Dit had ten gevolge, dat de
fabriek verzegeld en onder bewaking werd
gesteld, terwijl den eigenaar een achttal
processen-verbaal in het vooruitzicht zijn
gesteld.
DESTIJDS HET EERSTE VROUWELIJKE
KAMERLID.
Op den leafitfjd van 65 Jaar is te Baren-
drecht (Z.H.) overleden mevrouw Suze
Groeneweg, liet eerste vrouwelijke lid van
die Tweede Kamer der Staten Generaal. Zij
was de laatste jaren in Barendrecht woon
achtig.
Te Sfcrijensas aam het Hollamdsch Diep,
wend Suze Groeneweg geboren. Zij kwam
voort uit een GhristeUJfc mttleu em was het
eerste meisje in haai- dorp, dat de normaal
school te Numansd'onp ging bezoeken. Zij
werd onderwijzeres, achtereenvolgens te
Duiivendijke op Schouwen, te Krimpen a. d.
IJsel, te Dordrecht en te Rotterdam. Haar
wekzaamheind in de Maasstad werd onge
veer een jaar onderbroken door haar aifceld
aam het Rijksopvoedingsgesticht voor meis
jes te MonWoort. Reeds in Dordrecht was
zij een vurig strijdster voor vrouwenkies
recht en ook nam zij daar spoedig deel aam
het wenk van. den Bomdi van Nederlandsche
onderwijzers, nadat zij zich bij die SD.AP.
aangesloten had1.
Im Rotterdam was zij mede-oprichtster
der SB. Vrouwenclulbs. Im vele vergaderin
gen trad' zij als vlot spreekster op. Zij ijverde
o.a. voor de vacantiekinderfeesten en vooral
ook voor de dramiklbeetirijdllmg. Toen in 1918
de S.D.A.P. besloot een vrouw naar de
Kamer at te vaardigen, viel spoedig de
keuze op haar. Zij kreeg een goede plaats
op de Rotterdamsohe lijst, werd gekozen en
was toen het eerste vrouwelijke Kamerlid.
In 1919 deed' mevrouw Suze Groeneweg
haar intrede in de Staten van ZTrd-HoT
land en in den RoBterdamschen gemeente
raad, welke laatste functie zij tot Augustus
1931 vervulde. Tot 1937 bleef zij in de
Tweede Kamer, waarin zij in het bijzonder
ijverde voor moedenschapszorg van over
heidswege. Nadat zij zich wegens haar ge
zondheidstoestand allengs meer en meer
uit het openbare leven had) teruggetrokken,
vestigde zij zich te Barendrecht, alwaar zij
j.l. Zaterdag is overleden.
De begrafenis van mevrouw Suze Groe
neweg zal morgen te twee uur op de be
graafplaats „Crooswijk" te Rotterdam ge
schieden.
RADIO-UITZENDINGEN EINDIGEN
OM HALFZEVEN.
Er is met ingang van Zondag JJ. een
wijziging gebracht in de zendtijden van de
Nederlandsche zenders Jaarsveld en Koot
wijk. De radioprogramma's der omroepver-
eenigingen en van het Algemeen Neder
landsch Persbureau eindigen 's avonds om
half zeven.
De uitzendingen van de nieuwsberichten
hebben nu om zes uur via Kootwijk en 6.15
via Jaarsveld (herhaling) het laatst plaats.
Deze regeling is echter nog niet defini
tief. daar nog nadere besprekingen zullen
worden gevoerd.
BURGEMEESTER VAN ZUID- EN
NOORDSCHERMER IN DE N.S.B.
Naar de persdienst der N.S.B. bericht is
de heer Kolb, burgemeester van Zuid- en
Noord-Schermer toegetreden tot de natio-
naal-socialistische beweging.
2280
(In se z. Med.)
OPGAVE VAN VOORRADEN
SLACHTGEVOGELTE.
In aansluiting op het op 1 October j.l.
gepubliceerde persbericht betreffende de
opgave van de voorraden slachtgevogelte
deelt het rijksbureau voor de voedselvoor
ziening in oorlogstijd nog mede, dat het
verbod om gevogelte af te leveren of aan
te wenden in eigen bedrijf tenzij men hier
toe machtiging heeft verkregen van de Ne
derlandsche centrale voor eieren en pluim
vee te Beekbergen, van toepassing is op
alle geslacht gevogelte, onverschillig of dit
in vrieshuizen is opgeslagen, op eehigerlei
andere wijze is verduurzaamd, of in on-
verduurzaamden toestand verkeert. Onder
slachten moet hier mede worden begrepen
het dooden van gevogelte, dit tevens met
het oog op het afgekondigde verbod om
behoudens machtiging van bovengenoemde
centrale kippen, eenden, kalkoenen en
ganzen te slachten.
L. FRÖGER OVERLEDEN.
In den ouderdom van 69 Jaar is Zondag
in Den Haag overleden de heer L. Fröger,
gep. hoofdinspecteur van politie in Den
Haag en oud-strijder in den Zuld-Afri-
kaanschen boerenoorlog.
De overledene was drager van de oor
logsmedaille.
door
M. BECKERS—ZÜRCHER.
Van Bladel, de groote criticus, gevreesd
en gehaat bij degenen, die, in het zweet
van hun geschminkt aanschijn, op de plan
ken hun brood moeten verdienen, geëerd
en au serleux genomen door het meeren-
deel der kunstlievende krantenlezers, is in
werkelijkheid in het geheel niet de gewel
denaar, waarvoor men hem in het alge
meen verslijt. Integendeel, je zoudt kunnen
zeggen, dat van Bladel au fond een een
voudig burgermannetje is, gesteld op een
werkzaam, doch rustig leven en eenvoudige,
goed-toebereide spijzen. Vandaar dat van
Bladel in het geheel niet ingenomen is met
die dwaze bedreiging van Hubertus, den
jongen tooneelspeler, die gezworen heeft,
de kleur zijner oogen te zullen doen ver
anderen in een diep, indigo-blauw en die
zijn overmoedige plannen vertelt aan wie
het maar hooren wil. Naar de meening van
van Bladel is Hubertus niet meer dan een
matig-begaafde beginneling, die weinig
voor de toekomst doet verwachten. Indien
alle tooneelspelers, waarvan van Bladel in
den loop der jaren weinig enthousiaste, of
afbrekende critieken heeft gegeven, met
dergelijke voornemens gingen rondloopen,
dan zou er al spoedig geen van Bladel meer
zijn, om het publiek eerlijk en betrouwbaar
voor te lichten. Aan den eenen kant maakt
de bedreiging van Hubertus den criticus
nerveus en beangst, doch voor het overige
voelt hij zich een martelaar, een slachtof
fer van zijn plicht. Nietwaar, je schrijft
critieken, eerlijk en zonder aanzien des
persoons, of je wordt een onbelangrijke ja
broer, een speelbal van geraffineerde, veel-
eischende prima-donna's, een betaalde
vriend van Jjdele, onbelangrijke acteurs. Er
is immers geen tusschenweg?
Op zekeren middag wandelt van Bladel
in de lommerrijke lanen van het stadspark,
teneinde zijn door de emoties der laatste
dagen geschokte zenuwen wat tot bedaren
te brengen. Na een half uur geloopen te
hebben, voelt hij zich reeds aanmerkelijk
rustiger. Hij fluit zelfs een deuntje, ter
wijl hij op een bankje plaats neemt en zijn
courant ontvouwt, om nog een uurtje van
den koelen vrede in het plantsoen te ge
nieten. Maar al spoedig laat hij het papier
zakken en verdiept zich in het beschou
wen der voorbijgangers. Menschen leeren
kennen, gezichten bestudeeren is zijn groot
ste hartstocht. Zijn uitgebreide kennis van
de menschelijke physionomie is een ele
ment, dat hem niet voor een gering deel
behulpzaam is bij het schrijven van zijn
rake karakterontledingen.
Naast hem heeft een jonge moeder met
een kinderwagen plaats genomen. Het
vrouwtje heeft een aardig, vriendelijk ge
zicht, meent van Bladel. Geen hoogvlieg-
ster, geen vrouw, om koningen het hoofd op
hol te brengen of keizerrijken in den af
grond te storten, maar zoo'n eenvoudig,
goed moedertje, een zegen in haar kleinen
kring.
En in den wagen ligt het kind.
Nu heeft van Bladel zich nog nimmer
voor baby's geïnteresseerd. Hij gaat van
den stelregel uit, dat een mensch pas een
mensch wordt, wanneer hij niet langer het
blanke, onbeschreven blaadje papier is,
doch het gecompliceerde, moeilijk te be
grijpen wezen, dat van de vreugden, de
nooden en de hartstochten van het leven
zijn deel heeft gehadMaar deze kleu
ter wekt de., schrijvers belangstelling. Van
uit zijn comfortabel nestje ligt hij den
criticus aan te kijken. Maar niet met den
wazigen, snelafgeleiden blik, die heel jongen
kinderen eigen is, doch met groote, expres
sieve oogen, die alles trachten te zeggen,
wat zijn ongeoefend mondje nog niet sta
melen kan. Van Bladel krijgt het warm
onder die doordringende blikken- Hij neemt
zich den hoed van het hoofd en wischt met
zijn zakdoek een paar maal zijn slapen af.
De baby glimlacht! „Wat ben je leelijk".
schijnen zijn oogen te zeggen, „en hoe be
lachelijk met je bijna kalen schedel en dat
malle, glinsterende knijp-brilletje". Van
Bladel fronst zijn wenkbrauwen, tracht
met een kwaad gezicht dien schaamteloo-
zen kleuter te intlmideeren. Maar de klei
ne is onverstoorbaar. „Al ben Jij nu de be
roemde criticus, mij maak je niet bang, ik
blijf mezelf, al zaten er honderd van die
ridders van de vulpen naar me te kijken.
Werp nu eens een blik naar boven, van Bla
del", zeggen die oogen, „zie je die twee
wolken, die elkaar achterna zitten? De eene
is de wolf en dat kleine wolkje, dat daar
zoo snel wegvlucht, is een schaapje". En
van Bladel, die in zijn veeljarige loopbaan
de taal der oogen heeft leeren verstaan,
heft onwillekeurig zijn hoofd omhoog.
Merkwaardig is dat, denkt onze vriend,
wiens belangstelling voor den minimalen
wereldburger voortdurend groeit. Wat een
mimiek, wat een expressie!
Hij begint zich nu werkelijk voor den
zuigeling te interesseeren. Hij buigt zich
een weinig voorover, teneinde dat wonder
kind wat meer van nabij te bekijken.
„Een aardig kindje, mevrouw en wat
kijkt het wijs uit zijn oogjes, 't Is toch een
Jongen?"
„Natuurlijk is het een jongen", ant
woordt het vrouwtje stralend van moeder
trots, „natuurlijk is het een jongen, hij
moet immers later in de voetsporen van
zijn vader treden!"
„Nu ja", mompelt van Bladel, een weinig
verwonderd om dien overtuigenden toon
van de moeder, „ik bedoel, hm.ik meen.
het had ook een meisje kunnen zijn".
Haar eenige antwoord is een triomfee-
rend glimlachje; zeker het had een meisje
kunnen zijn. Maar je moet dan ook een
mal, eigenwijs, oud heertje zijn, zeggen de
oogen van het kleintje, om met dergelijke
pietluttige opmerkingen voor den dag te
komen.
„Hij heeft een aardig, expressief ge
zichtje", meent van Bladel het gesprek te
moeten voortzetten.
Opnieuw knikt de moeder met dat over
tuigende air van: dat spreekt immers van
zelf!
„Weet U, mevrouwtje", vervolgt de repu
tatiebreker, „als U het mij vraagt, dan
groeit er uit dien jongen een tooneelspeler.
Hij acteert warempel nu al".
„Meent U dat?'' vraagt het vrouwtje met
nauw-bedwongen enthousiasme. „O, me
neer, U weet niet, hoe heerlijk we dat zou
den vinden".
„Zoo", doet van Bladel droog, „dat ver
wondert me. De meeste ouders zijn juist
doodsbank voor Thalia en Melpomene".
„Neen, bij ons is dat niet het geval, mijn
man is zelf een bekend acteur.
„Wel, wel", doet van Bladel verheugd,
„Uw zoontje, mevrouw, is dan toch het
levend bewijs van mijn theorie, dat groote
acteurs steeds voortkomen uit families van
beroemde tooneelspelers. Ik kan nu al bijna
met zekerheid zeggen, dat Uw man een
groot talent moet zijn. Hoe is Uw naam, als
ik vragen mag, ik interesseer me namelijk
in hooge mate voor het tooneel".
„Ik ben mevrouw Hubertus", antwoordt
zij.
Insiders beweren, dat van Bladel ten
slotte toch bang is geworden voor de be
dreiging van Hubertus. Een criticus van
formaat wijzigt zijn inzichten niet van den
eenen dag op den anderen.
En van Bladel laat ze in dien waan. Hij
kan toch moeilijk erkennen, dat hij zijn
oordeel heeft moeten herzien onder den
drang van een paar groote, sprekende kin-
deroogen?
Dan heet hij nog liever een lafaard.
(Nadruk verboden.)
(Auteursrecht voorbehouden).
PREDIKBEURTEN.
VOOR WOENSDAG 23 OCTOBER.
Alphen aan den Rfln Chr. Geref. Kerk: n.m
3 uur, prof. Wisse.
WaddJnxveen Zuldkade 18: nam. 7 uur, ds.
de Rover van VIaardingen.
NED. HERV. KERK.
Beroepen te Oldebroek d6. J. W. van der Lin
den te Kootwijkerbroek.
Aangenomen naar Angerlo (toez.) cand. H.
Beker te Haarlem, naar Lettelbert-Enumatil
(Fr.) cand. E. T. van der Brugh te Meppel.
Bedankt voor Lienden dr. M. H. A. L. H. van
der Valk te Wijngaarden, voor Otterloo en Hars
kamp ds. J. van de Poll te One. voor Vorden
(toez.) ds. J de Groot te Eek en Wiel, voor
Roordahulzen (Fr.) ds. J. A. Swart te Schoon-
dljke.
Benoemd tot godsdienstonderwijzer te Baarn
de heer H. Ververs, aldaar.
CHR. GEREF. KERK.
Beroepen te 's Gravenhage-Oost ds. J. M.
Visser te Midwolda.
DS. VIS OVERLEDEN.
Te Heelsum is overleden ds. P. A. Vis,
emeritus doopsgezind predikant.
Ds. Vis was achtereenvolgens predikant
in de Beemster, te Edam en te Irnsum
(Fr.) Hij was een der oprichters van den
bond van staatspensioenneering, waarvan
hij tot zijn dood penningmeester was.
N.V. DE BIJENKORF.
Gisteren vond, aldus de Tel., te Amsterdam
plaats een buitengewone vergadering van aan
deelhouders der N.V. Magazijn de Bijenkorf.
Voorzitter was mr. G. H. A. Grosheide, die
constateerde, dat 1156 aandeelen waren gedepo
neerd, uitbrengende 1156 stemmen.
Waar het vereischte quorum niet aanwezig
was, kon over de voorgestelde statutenwijziging
niet gestemd worden. Dit zal gebeuren in een
tweede vergadering, welke gehouden wordt op
31 October a.s.
Den heer A. Goudsmit werd eervol ontslag
verleend als generaal-dlrecteur. Over het aan
gevraagde ontslag van den raad van beheer --
welke onder de nieuwe statuten verdwijnt kon
niet gestemd worden, aangezien ook hier het
quorum ontbrak.
Tot directeuren werden benoemd de heeren
E. O. Wolsheimer en dr. G. van der Wal. tot
commissarissen de heeren mr. G. H. A. Gros-
helde, E. A. W. Emmer. mr. W. M. Houwing,
D. de Jong en prof. G. A. Ph. Weijer.
WOENSDAG 23 OCTOBER.
Jaarsveld 414,4 M. NCRV-Uitzending. 8.00
Nieuwsberichten ANP 8.10 Schriftlezing en
meditatie 8.25 Gewijde muziek (opn) 8.35
Gram muziek 10.30 Morgendienst 11.00
Grammuziek 11.25 Hobo met pianobegelei
ding en gram.muziek 12.00 Molto Cantabile
12.45 Nieuws- en economische berichten ANP
1.00 Molto Cantabile en gram.muziek 1.45
Orgelspel en gram.muziek 2.30 Gram.muziek
3.00 Cello, piano en gram.muziek 3.45
Gram.muziek 4.00 Bijbellezing 4.30 Gram.
muziek 5,15 Nieuws- en economische berich
ten ANP 5.30 Gram .muziek 5.40 Voor de
kinderen 6.30 VPRO: Cyclus „Het geestelijk
karakter van ons volk" 6.45 Actueele repor
tage of gram .muziek 7.00 Vragen van den
dag (ANP) 7.15 Berichten 7.20 Utrechtsch
Stedelijk orkest (opn.) 7.45 Reportage of mu
ziek 8.00 Nieuwsberichten ANP 8.10 Gram.
muziek 825 Causerie „De kleine zelfstan
digen" 8.45 Gewijde muziek. Hierna: Schrift
lezing 9.00—9.15 Nieuwsberichten ANP, slui
ting.
Kootwijk 1875 M. AVRO-Uitzending: 7.00 Be
richten (Duitsch) 7.15 Berichten (Engelsch)
7.30 Gram.muziek 8.00 Nieuwsberichten
ANP. grammuziek (9.00—9.15 Berichten
Duitsch) 927 Grammuziek 10.00 Morgen
wijding 10.15 Grammuziek 10.30 Sylvestre-
trlo 11.15 Berichten (Engelsch) 11.30
Gram.muziek 12.00 Berichten, eventueel
grammuziek 12.15 Grammuziek 12.30 Be
richten (Duitsch) 12.45 Nieuws- en economi
sche berichten ANP 1.00 De Romancers en
soliste 2.00 Berichten (Duitsch) 2.15 Om
roeporkest 320 Berichten (Engelsch) 3.45
Gram.muziek (met toelichting) 4.15 Omroep
orkest 5.00 Berichten (Duitsch) 5.15
Nieuws- en economische berichten ANP 5.30
Onderwijsfonds voor de Scheepvaart: Taalles en
causerie „De waterwegen van West-Europa"
6.00 Grammuziek 6.15 Berichten (Engelsch)
6.30 Grammuziek 6.45 Berichten gram.mu
ziek 7.00 Vragen van den dag (ANP) 7.15
Grammuziek 7.30 Berichten (Engelsch)
7.45 Grammuziek 8.00 Berichten (Duitsch)
8.15 Nieuwsberichten ANP 8.25 Gram.mu
ziek 8.30 Berichten (Engelsch) 8.45 Gram.
muziek 9.00—9.16 Nieuwsberichten ANP,
sluiting.