LAATSTE BERICHTEN Deviezenverkeer voor grensbewoners LEIDSCH DAGBLAD - Eersle Blad Donderdag 26 September 1940 Deviezenverkeer van en naar het bezette Nederlandsche gebied STADSNIEUWS Wie niet hooren wil, moet voelen Binnenland Doodelijk ongeluk Voorschol op kostwinners vergoeding voor hel aanschaffen van brandstof Een nadere regeling vastgesteld Overspannen zenuwen Verspreide Berichten op baanvak Leiden-Den Haag Aangifte van buitenlandsche effecten WEDEROM ZES PERSONEN AANGEHOUDEN. De politie heeft gisteravond en van nacht wederom zes personen naar het politiebureau gebracht, die zich, zonder in het bezit te zijn van de daarvoor vereischte toestemming, na 10 uur op straat bevonden. Eerst om 4 uur werden zij in de ge legenheid gesteld hun wandeling te vervolgen. JEUGDIGE DIEFJES AANGEHOUDEN. De recherche heeft, twee jongens van 16 en één van 19 jaar aangehouden, die giste ren op klaarlichten dag hebben ingebroken aan de achterzijde van het Luxor-theater aan den Rijnsburgersingel en uit de koffie kamer verschillende goederen hebben ont vreemd, waaronder tafelgerei, een tafel kleed, regenjas. Het gestolene werd terug gevonden op een voormalige begraafplaats, waar de jongens het zorgvuldig hadden verstopt. ACADEMISCHE EXAMENS. Geslaagd voor het candidaatsexamen ge neeskunde mej. A. M. Kerkhof (A'dam) en de heeren L. Kuenen (Leiden), E. van der Wall (Haarlem), C. F. van Mervennée (Den Haag), J. G. W. Loos (R'dam), W. A. Blokhuis (Leiden), F. A. Bonjer (R'dam), C. A. Reichardt (Den Haag), A. J. Jongen burger (Alphen a. d. Rijn), J. F. A. Schip per (Den Haag) en J. Knoppe (R'dam), en voor het doctoraal examen Rechten: de heeren M. Drielsma (Den Haag), A. N. Messchaert (Den Haag* en H. J van Dam (Rotterdam). Voor het cand.-examen ge neeskunde de heer A. A. Kugel (Oegst- geest) Mijnhardt's Zenuwtabletten maken U spoe dig weer weldadig kalm. Buisje 40 en 75 ct. 1165 (Ingez, Med.) AVENOL OVER DE ACTIE VAN GENÈVE. In een gesprek met een vertegenwoordi ger van United Press heeft Avenol, de voor malige algemeene secretaris van den Vol kenbond, zich uitgesproken over de vraag, of de liga bij gewichtige gebeurtenissen an ders had moeten optreden dan ze deed. Avenol somde een reeks gevallen op, waarin Geneve in gebreke gebleven was. Het jaar 1936 na 7 Maart, toen Duitsdhe troepen op nieuw het Rijnland bezetten, is beslissend geweest. Dudtsohland had toen te Genève kunnen terugkeeren, indien het koloniale vraagstuk met wijs beleid geregeld ware. maar Engeland toonde zich onwillig en er gesoïsiedde niets. In hetzelfde jaar na het einde van de sancties stelde Italië eveneens terugkeer in de internationale organisatie in uitzicht, mits de Abessijnsche afvaardi ging er geen deel meer van zou uitmaken. Ook toen bleef elk initiatief uit. Avenol is van meening,. dat internationale samenwerking voor de wereld noodzakelijk is, zij het beperkt tot het economische gebied. ONDERSCHEIDINGEN. De Führer heeft aan kapitein-luitenant Joachim Schepke het riddeiknns van het IJzeren Kruis verleend. Schepke heeft als commandant van een duikboot in de Noord zee en in den Atlantischen Oceaan intotaai 26 vijandelijke schepen met een gezamen- lijken inhoud van 122,443 ton, tot zinken gebracht, waarvan 13, die in beveiligd con- vooi voeren. Voorts heeft de Führer den jachtvlieger majoor Galland het hem bij zijn 40ste luchtoverwinning verleende eikenloof bij het Ridderkruis van het IJzeren Kruis per soonlijk in de rijkskanselarij overhandigd. VERMINDERING VAN BOTERRANTSOEN IN ENGELAND. De Britsche minister voor de voedsel voorziening Woolton heeft meegedeeld, dat van 30 September af de boterrantsoenen in Engeland van vier ounce tot twee ounce per week zijn verlaagd (D.N.B.). ENGELSCH VRACHTSCHIP GETORPEDEERD. Mackay Radio meldt, dat het Engelsohe vrachtschip „Sulairia", groot 5802 ton, op 475 mijl ten Westen van Ierland, volgens een draadloos ontvangen bericht is getor pedeerd. (D.N.B.). HET NATIONALISME IN ZWITSERLAND De „nationale beweging van Zwitserland" heeft thans door haai' perschef een verkla ring laten publiceeren, die behelst, dat de Zwitsersche bondspresident de vertegen woordigers der beweging met medeweten en in opdracht van den bondsraad in offi- cieele audiëntie ontvangen heeft. De ver klaring geeft den tekst weer van een brief dien de drie bezoekers van den bondspresi dent na het verhoor aan hem hebben ge stuurd om hun standpunt samen te vatten. In dezen brief wordt gezegd: „onze trouw aan het vaderland is onvoorwaardelijk. De mogelijkheid van samenwerking met de overheid veronderstelt echter ook een loyale houding tegenover ons. Daarom ver wachten wij. dat de volgende eischen ver vuld zullen worden: 1. Waarborging van grondwettelijke rechten aan „de nationale beweging van Zwitserland" als draagster van de nieuwe politieke en sociale gedachte. 2. Weer toelating van de „nationale pers" of toestemming om terstond een dag- en een weekblad uit te geven. 3. Openlijk eerherstel van de leden der „nationale beweging", die vervolgd en aangehouden zijn. 4. Herstel van de door politiemaatregelen veroorzaakte moreele en oeconomische schade tegenover leden van de „nationale beweging". 0 MEDISCH STUDENT UIT TREIN GEVALLEN. Gisterochtend omstreeks 11 uur is op het baanvak Leiden-Den Haag van de Ned. Spoorwegen een ernstig onge luk gebeurd, waarbij de 24-jarige me dische student F. Poot, wonende te Oegstgeest, wiens ouders aan de Laan van Nieuw Oost-Indië te Den Haag woonachtig zijn, om het leven is geko men. P. bevond zich in den trein op weg naar Leiden. Nabij de gemeente Leidschendam probeerde hij te kijken naar het daar ge lande Engelsclie vliegtuig. Of hij nu te ver uit het raam heeft ge leund, of dat de coupédeur is open gegaan, zal het nader onderzoek nog moeten uit wijzen. In elk geval is P. op het naastliggende baanvak terechtgekomen en door een uit de richting Leiden komenden trein gegre pen en gedood. Het stoffelijk overschot is naar het ge meentehuis te Leidschendam overgebracht. De teraardebestelling zal plaats hebben Za terdagmiddag 1 uur op de Alg. Begraaf plaats te Den Haag. EEN „VOLKSCHE GEMEENSCHAP" OPGERICHT. Naar men ons mededeelt is eenigen tijd geleden „De Volksche werkgemeenschap" opgericht. Deze werkgemeenschap is van meening, dat slechts dan een volksvernieuwing kan plaats hebben, wanneer dit volk weer eerst den weg weet te vinden naar een sterk en gezond leven volgens eigen aard en eigen wezen. Tegenover een opvatting, waarin slechts sprake is van .staatsburgers, onderscheiden naar hun woonplaats in elf soorten pro vincialen, stelt „De Volksche werkgemeen schap" het in de natuur gegeven feit vast, dat onze lage landen bewoond worden door Friezen, Saksen en Franken, wier vesti- gingsgebleden nog immer duidelijk te on derscheiden zijn. Dr. J. Theunisz, te Zwolle, heeft het voorzitterschap op zich genomen. Aan de werkgemeenschap werken mede: „De Friesche werkgemeenschap", „de Sak sische werkgemeenschap", „de Frankische werkgemeenschap", welke zich bezig hou den met: a. volkskunde, b. geschiedenis van stam en landschap, c. "heemkunde, d. volks-(boeren) kunst. Mr. J. LUDEN OVERLEDEN. Na een kortstondig ziekbed is in den ouderdom van 80 jaar mr. J. Luden te Over- veen overleden. Hij was in financieele krin gen een bekende persoonlijkheid, die een belangrijk aandeel had in de ontwikkeling van het Nederlandsche bankwezen. De overledene was president-commissaris van de Nederlandsche Bank, van de Ned. Indische Handelsbank, van de Associadie- kas alsmede van de Rente Cassa. Daarne vens was hij commissaris van de Kon. Pe troleum Maatschappij en van de Culttur- maatschappij Ngredjo. Verschenen is een verordening betreffen de het deviezenverkeer van en naar het be zette Nederlandsche gebied. Hieraan is het volgende ontleend: Artikel 1. 1. Het is aan ingezetenen, die het beaette Nederlandsche gebied tijdelijk verlaten, zonder vergunning van het deviezeninsti- tuut geoorloofd betaalmiddelen en gelds waardige papieren uit te voeren tot de maxima en in de geldsoorten, door het de- viezeninstituut te bepalen. Deze maxima en geldsoorten worden in de Nederlandsche staatscourant bekendgemaakt. 2. Voor het medenemen van registermark- reischeques naar Duitschland gelden geen maxima. Artikel 2 Ingezetenen, die voornemens zijn het bezette Nederlandsche gebied tijde lijk te verlaten en die in het bezit zijn van een geldig paspoort en een geldige „Passier- schein", zijn bevoegd zonder vergunning van het deviezeninstituut van deviezenban- ken buitenlandsche betaalmiddelen en bui- tenlandsche geldswaardige papieren tot ten hoogste de krachtens artikel 1 bepaalde maxima in de aangewezen geldsoorten tegen betaling in binnenlandsche geldsoort te verkrijgen en over de aldus verkregen waarden buiten het bezette Nederlandsche gebied voor reisdoeleinden te beschikken. Artikel 3 1. Het is aan ingezetenen ver boden bij terugkeer binnen het bezette Ne derlandsche gebied binnenlandsche betaal middelen en binnenlandsche geldswaardige papieren tot een hoogere gezamenlijke waarde dan de bij het verlaten van het be zette Nederlandsche gebied door hen uit gevoerde en overeenkomstig de geldende voorschriften opgegeven bedragen in te voe ren. 2. Heeft hun verblijf buiten het bezette Nederlandsche gebied korter geduurd dan j den bij het verlaten van dit gebied opgege ven vermoedelijken duur, dan is de ingeze- t tene verplicht de uitgevoerde waarden we der in te voeren, met aftrek van de bedra- In verband met de kolendistributie-re- geling is gelijk bekend bepaald, dat men vóór 1 October as. 20 pCt. van de hoe veelheid kolen, waarover men den vorigen winter heeft beschikt, kan inkoopen. In afwachting van een nader te ontwer pen regeling inzake de verstrekking van een brandstoffenbijslag in de komende wintermaanden, heeft het hoofd van het afwikkelingsbureau van het departement van defensie aan de burgemeesters mede gedeeld, dat voor kostwinners bijzondere voorzieningen moeten worden getroffen. Deze voorzieningen houden in, dat de verwanten van de dienstplichtigen, ook voor zoover deze bij den opbouwdienst zijn geplaatst, te wier aanzien kostwinnersver goeding -wordt toegekend en die ten tijde van hun opkomststeun genoten of in werkverruiming geplaatst waren, in de ge legenheid worden gesteld om 20 pCt. van hun kolenverbruik in den winter 1939/1940 in te slaan. Te dien einde kan aan de verwanten van de bovenbedoelde dienstplichtigen voor zoover deze als gezinshoofd worden aange merkt, een voorschot op de kostwinners vergoeding worden verstrekt ten bedrage van f. 5.75. Dit bedrag beloopt ongeveer het 1/5 gedeelte van het 'totaalbedrag, waarmede gedurende den winter 1939/1940, terzake van het gemis van brandstoffen- bijslag, de kostwinnersvergoeding is ver hoogd. VERGUNNINGEN VOOR HET BETREDEN VAN GEËVACUEERDE EILANDEN. In de toekomst moeten aanvragen om uitzonderingsvergunningen tot 't betreden van de geëvacueerde eilanden uitsluitend, aan de burgemeesters van die gemeenten worden gericht, waarvoor de uitzonderings- vergunninig zal moeten gelden. Na onder zoek van de aanvragen worden deze dan doorgezonden aan de voor de betrokken provincie bevoegden stafofficier van de Ordnungspolizei bij den gevolmachtigde van den rijkscommissaris, die de uitzonderings- vergunning zal verleenen. Aanvragen, die aan andere instanties worden gezonden, kunnen niet in behandeling komen. AUTO MET INZITTENDE TE WATER GERAAKT. Vanochtend is de 27Tjarige dame S. die per auto op weg was naar Purmereaid, ter hoogte van Het Kalf bij Zaandam, waar de weg niet breed is en vol bochten, vermoede lijk door te krachtig remmen in een der bochten, in de Zaan gereden. Gelukkig was spoedig hulp bij de hand. Omstanders slaagden er in, een gat te ma ken in de linnen kap, waardoor het gelukte de dame, met behulp van een dreg, uit haar gevaarlijke positie te bevrijden. Aangezien zij reeds bewusteloos was. werd terstond kunstmatige ademhaling toegepast, met gunstige resultaat, dat de drenkelinge tot het bewustzijn werd teruggebracht. Haar toestand was echter nog van dien aard, dat zij in het ziekenhuis te Zaandam moest worden opgenomen. gen, waarover hij op grond van de krach tens artikel 1 bepaalde maxima gedurende de dagen van zijn verblijf in het buitenland kon beschikken. 3. De ingezetene is verplicht buitenland sche betaalmiddelen en buitenlandsche geldswaardige papieren, welke door hem bij terugkeer binnen het bezette Nederlandsche gebied worden ingevoerd, binnen drie dagen na dien terugkeer overeenkomstig artikel 9 der deviezenverordening 1940 rechtstreeks of door tusschenkomst van een deviezen- bank aan de Nederlandsche bank aan te bieden. Gelijke verplichting bestaat, wan neer de ingezetene niet binnen veertien dagen na de verkrijging der buitenlandsche betaalmiddelen en buitenlandsche gelds waardige papieren het bezette Nederland sche gebied heeft verlaten. Artikel 4. (1) Het is aan ingezetenen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit tijdelijk bulten het bezette Nederlandsche gebied vertoeven, verboden bij terugkeer binnen dit gebied binnen landsche betaalmiddelen en binnenland sche geldswaardige papieren in te voeren tot een hoogere gezamenlijke waarde dan vijfhonderd gulden. (2) Het deviezeninstituut kan in bijzon dere gevallen het in het vorige lid genoem de bedrag verhoogen. Artikel 5. Het is aan niet-ingezetenen, die het bezette Nederlandsche gebied bin nenkomen, verboden binnenlandsche be taalmiddelen en binnenlandsche gelds waardige, papieren in te voeren tot hoogere bedragen dan de door het deviezeninsti tuut te bepalen maxima. Deze maxima wor den in de Nederlandsche staatscourant bekend gemaakt. Artikel 6. De deviezenbanken zijn be- voegd zonder vergunning van het devie zen-Instituut middellijk of onmiddellijk I ten gunste van een binnen het bezette Ne- derlandsche gebied vertoevenden niet-in- I gezetene Het verordeningenblad bevat een derde uitvoeringsbesluit van de secretarissen-gene raal van de departementen van financiën, van handel, nijverheid en scheepvaart en van landbouw en visscherij betreffende de regeling van het deviezenverkeer. Artikel 1. 1. Voor de toepassing van dit besluit en zijn uitvoeringsvoorschriften wordt verstaan onder: 1. grensgebied: a. het gebied, behoorende tot die Neder landsche gemeenten, die, althans met een deel van het gemeentegebied, niet verder dan 10 K.M. van de Duitsche grens van het bezette Nederlandsche gebied verwijderd liggen; b. het krachtens de Duitsche deviezen- voorschriften als zoodanig aangewezen ge bied aan de Nederlandsche grens; 2. Grensbewoners: Personen, die binnen de grensgebieden hun woonplaats hebben of gewoonlijk al daar verblijven; 3. Grensgangers: Grensbewoners, die van een bedrijf, gele gen in het grensgebied van het natuurland, regelmatig loon (daaronder mede begrepen salarissen, provisies, enz.) ontvangen en die om de plaats te bereiken, waar zij hun ar beid verrichten, regelmatig de grens langs een bepaald kantoor overschrijden. 2. De secretaris-generaal van het departe ment van financiën kan met bindende wer king beslissen, of een bepaalde persoon als grensbewoner of grensganger is aan te mer ken of niet. Artikel 2. 1. Het is aan grensbewoners zonder ver gunning van het deviezen-instituut geoor loofd bij iedere grensoverschrijding binnen landsche betaalmiddel uit te voeren tot ten laagste vijf gulden, ten hoogste echter twintig gulden per maand. 2. Het is aan grensbewoners verboden bij iedere grensoverschrijding betaalmiddelen tot een hooger bedrag dan vijf gulden in binnenlandsche geldsoort in te voeren en tot een hooger bedrag dan twintig gulden per maand. Het deviezeninstituut kan in bijzondere gevallen deze bedragen ver hoogen. 3. Kinderen beneden den leeftijd van veertien jaar mogen bedragen, waarvan de uit- en invoer overeenkomstig de vorige leden geoorloofd is, slechts dan medevoeren, wanneer deze bedragen noodig zijn voor schoolbezoek. DE BESPREKINGEN TE BANDOENG. United Press meldt uit Bandoeng: De directeur van economische aangele genheden, de heer van Mook, is tot gevol machtigd gezant benoemd met het doel, de besprekingen met Japan weer op te nemen, zoodra Kobayasjl weer hersteld is. Verdere gedelegeerden zijn de heeren van Enthoven en van Hoogstraaten, terwijl als raadgever van den heer Van Mook fungeeren de di recteur van handel, van Haeften, de kabi netschef van den gouverneur-generaal ïdenburg, de chef van het Oost-Aziatisch Bureau Lounk, en twee inheemsche per soonlijkheden. 1) Buitenlandsche betaalmiddelen in te wisselen tegen binnenlandsche betaalmid delen. 2) Uitbetalingen te doen op binnenland sche geldswaardige papieren en binnen landsche vorderingen tot de door het de- vlezen-instituut te bepalen maxima. Deze maxima worden in de Nederlandsche staatscourant bekend gemaakt. Artikel 7. (1) Het is aan niet-ingeze tenen zonder vergunning van het deviezen instituut geoorloofd de bij het binnenko men van het bezette Nederlandsche gebied Ingevoerde betaalmiddelen en geldswaar dige papieren weder uit te voeren. (2) Hebben niet-ingezetenen door inwis selingen of uitbetalingen op grond van artikel 6 binnenlandsche betaalmiddelen verkregen, dan is het hun geoorloofd deze in plaats van de door hen ingevoerde bui tenlandsche betaalmiddelen en buitenland sche geldswaardige papieren uit te voeren. Artikel 8. De in- en uitvoer van roe rende goederen als reisbagage is zonder overlegging van documenten, als bedoeld in artikel 22 der deviezen verordening 1940, geoorloofd, mits: 1. Aannemelijk is, dat ten aanzien van die goederen geen betalingsverplichtingen meer bestaan of alsnog zullen ontstaan; 2. Die goederen naar het oordeel van de ambtenaren der invoer re choen en accijnzen niet worden in- of uitgevoerd voor han delsdoeleinden 3. Die goederen naar het oordeel van de ambtenaren der invoerrechten en accijnzen niet worden in- of uitgevoerd, met de be doeling om de bepalingen van de deviezen- verordening 1940 te ontduiken.- Artikel 9. Medegevoerde betaalmidde len of roerende goederen worden ook dan als uitgevoerd aangemerkt, indien in rede lijkheid moet worden aangenomen, dat zij in strijd met de voorafgaande bepalingen voor uitvoer naar het 'buitenland bestemd zijn. Artikel 10. Het verlaten en het binnen komen van het bezette Nederlandsche ge bied met inachtneming van de bepalingen der voorafgaande artikelen, is slechte geoor loofd langs de door den secretaris-generaal van het departement van financiën aan gewezen kantoren. Artikel 11. De voor de uitvoering van dit besluit noodige bepalingen worden door den secretaris -generaal van het departe ment van financiën uitgevaardigd en in de Nederlandsche Staatscourant afgekondigd. Artikel 12. Dit besluit treedt in wer king op den vij fden dag na zijn afkon diging. 4. De secretaris-generaal van het depar tement van financiën kan voorschrijven, dat de uit- en invoer van betaalmiddelen overeenkomstig de- vorige leden slechte langs bepaalde grenskantoren en gedurende bepaalde uren geoorloofd is. Artikel 3. In afwijking van het bepaalde in artikel 2 is het aan grensgangers geoorloofd op grond van loonverklaringen hunner werk gevers betaalmiddelen tot een waarde van ten hoogste hun loon in- of uit te voeren. Artikel 4. Het is grensbewoners geoorloofd zonder overlegging van de in artikel 22 van de de viezenverordening 1940 bedoelde documen ten roerende goederen in of uit te voeren, mits deze goederen naar het oordeel van de ambtenaren der invoerrechten en ac cijnzen: 1. niet bestemd zijn voor handel of be drijf; 2. dienen voor de persoonlijke behoeften van de grensbewoners; 3. contant zijn gekocht, dan wel worden verkocht. Artikel 5. In afwijking van het bepaalde in de ar tikelen 2 en 4 is het aan binnenlandsche grensbewoners, die in het bezit zijn van een vergunning van den inspecteur der in voerrechten en accijnzen, geoorloofd: 1. Zonder overlegging van de in artikel 22 der deviezenverordening 1940 bedoelde do cumenten in het bezette Nederlandsche ge bied voor voortgebrachte roerende goede ren tot een verkoopwaarde van ten hoogste vijftig gulden per marktdag uit te voeren en terug te voeren; 2. De met den verkoop dezer goederen ver kregen opbrengst tot een waarde van ten hoogste vijftig guldén per marktdag in te voeren. Artikel 6. Medegevoerde betaalmiddelen of roeren de goederen worden ook dan als uitgevoerd aangemerkt, indien in redelijklieid moet worden aangenomen, dat zij in strijd met de voorafgaande bepalingen voor uitvoer naar het buitenland bestemd zijn. Artikel 7. De voor de uitvoering van dit besluit noo dige bepalingen worden door den secreta ris-generaal van het departement van fi nanciën uitgevaardigd en in de Nederland sche staatscourant afgekondigd. Dit besluit treedt in werking op den vijf den dag na zijn afkondiging. Het verordeningenblad van heden bevat een besluit van den secretaris-generaal van het departement van financiën betreffende de aangifte van buitenlandsche effecten. Hierin wordt bepaald: Artikel 1. (1) Ingezetenen zijn verplicht van bui tenlandsche effecten, welke hun bij het in werking treden van dit besluit toebehooren, binnen een maand na dit in werking treden aangifte te doen bij de vereeniging voor den effectenhandel te Amsterdam. (2) Het deviezeninstituut kan bepalen, dat buitenlandsche effecten, waarvoor reeds uit anderen hoofde een opgave of registra tie heeft plaats gevonden of die een gerin ge waarde hebben, van de verplichting tot aangifte uitgezonderd zijn. Deze bepalin gen worden in de Nederlandsche staats courant bekend gemaakt. Artikel 2. (1) Ingezetenen zijn verplicht van bui tenlandsche effecten, die door hen na het in werking treden van dit besluit worden verkregen, binnen drie dagen na die ver krijging overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 onder gelijktijdige vermelding van den voorafgaanden eigenaar aangifte te doen. (2) Aangifte overeenkomstig het vorige lid behoeft niet te worden gedaan, wanneer de effecten door de vereeniging voor den effectenhandel op daartoe strekkend ver zoek met opgave der nummers geregistreerd en van een kettingverklaring voorzien zijn en in regelmatig beursverkeer worden ver kregen. (3) Onder verkrijging in regelmatig beursverkeer wordt verstaan verkrijging overeenkomstig de beursvoorschriften 1940 (zie Nederlandsche staatscouant 1940, no. 127) en de reglementen der vereeniging voor den effectenhandel te Amsterdam, van den bond voor den geld- en effecten handel in de provincie te 's-Gravenhage en van de vereeniging van effectenhandelaren te Rotterdam, voor zoover de verkrijging geschiedt door of door tusschenkomst van leden van de genoemde vereenigingen Artikel 3. Personen, die ingezetenen worden, zijn verplicht van de hun op dat tijdstip toebe- hoorende buitenlandsche effecten binnen tien dagen overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 aangifte te doen. Artikel 4. De aangifte van buitenlandsche effec ten, waartegen binnen het bezette Neder landsche gebied certificaten, depotfractie- bewijzen of andere soortgelijke stukken aan toonder zijn uitgegeven, moet geschie den door den ingezetene, die deze stukken heeft uitgegeven. Artikel 5. Deze verordening treedt in wer king op den dag harer afkondiging. DE AANHOUDING DER BEMANNING VAN HET ENGELSOHE VLIEGTUIG. Omtrent de aanhouding van leden der bemanning van een te Leidschendam neer gekomen Engelsch vliegtuig (men zie onder Gemengd Nieuws) vernemen wij nog. dat de arrestatie te Voorschoten geschiedde op die buitenplaats Duivenvoorde. Waarschijn lijk zijn het Tstfechen. 3—1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1940 | | pagina 2