Een oud hoekje in de hoofdstad wordt gerestaureerd - De hoedenmode
LE1DSCH DAGBLAD
ïwaede Blad
Echtpaar z.k.
81ste Jaargang
FEUILLETON
DE HAARLEMMERMEERPOLDER VIERT ZIJN EEUWFEEST. In het Polderhuls te Hoofddorp
is het feit herdacht, dat honderd jaar geleden begonnen werd met de droogmaking van de Haar
lemmermeer. De minister van Waterstaat, Z. Exc. Ir, J. W. Aibarda.
onthult den gedenksteen in het Polderhuis.
HET KOLKJE WORDT GERESTAUREERD.
Eon van do bekendste plekjes van oud-Amsterdam, het „Oudezijds Kolkje" wordt
gedeeltelijk afgebroken en zal in donzplfden trant weder opgebouwd worden.
LENTEBLOEMEN OP EEN EEN DER DRIE VISSCHERSSCHEPEN, D1ETE IJMUIDEN UITGERUST WORDEN ALS
VO?Riv^vl,OE a' r Ecn ROODE KRUISSCHEPEN, IS ZOO GOED ALS GEREED EN ZAL DE VOLGENDE WEEK
aantreKKelijK model voor
UITVAREN, HET SCHIP IN DE VISSCHERSHAVEN TE IJMUIDEN.
warme dagen.
DF. OORLOG IN NOORWEGEN. Een foto gemaakt in Andalsnes, waar de geallieerden
waren geland om Trondheim aan te vallen. Later werden de troepen weer teruggetrokken.
Engelsche matrozen in gesprek bij een door een bom getroffen huls.
KOPPENSNELLERS OP DE BLOEM BOLLENVELDEN t NAUWELIJKS STAAN DE BOLLENVELDEN IN VOLLEN
BLOEI, OF REEDS WORDEN ZIJ WEER VAN HUN BLOEMENPRACHT ONTDAAN, HETGEEN NOODIG IS OM
DEN GROEI VAN DEN BOL TE BEVORDEREN.
door
Mr. KEA BOSSERS.
2D
,Je hoeft niet zoo demonstratief te doen"
plaagde hij. ,,Er ls niemand van het hotel
ln de buurt." Lies grinnikte. „Ik mis de
belangstelling" zei ze. „Ik ben er al heele-
maal aan gewend. Ze zijn toch wel goeiig,
behalve die twee nare wichten."
..Ja, maar die kijken ook alleen naar
mij" blufte Frank.
,.Heb Je het ook gemerkt? Die aanbidden
Jou gewoon. Ik heb nu pas ontdekt, wat JU
allemaal voor charmes hebt." En ze ver
telde hem het opgevangen gesprek.
..Zie je niet, hoe ik bloos?" vroeg Frank.
..Maar zouden we niet eens opstappen? Het
I* nog een flksch eind."
..En lk heb zulke gekke zware beenen"
zol Lies „Dat komt van die nare borrel".
..Ik zal Je wel trekken" beloofde Frank.
•Jk ben wel fit."
Den volgenden dag regen. En den daar-
opvolgenden dag ook. Rondhangen in het
hotel, af en toe tusschen de buien door een
olndje om Oude jaargangen van ..De Prins"
en veel te veel sigaretten.
Woensdagmlddags ontdekte Lies; „Zeg.
die meneer, die op zijn eentje uit ls. begint
2ulke loerende blikken rond te werpen. Wat
zou hij van plan zijn?"
frank draalde zich ijlings om consta
teerde tot zijn geruststelling, dat de loe
rende blikken niet in hoofdzaak voor Lies
bestemd waren en zei merkbaar opgelucht:
..Zie je dat niet? Die man ls op zoek naar
bridgepartners, dat wed lk met je."
Lies veerde overeind. „Bridgen" zei ze
hardop, „geen gek Idee zeg."
De bezoeker schoot toe. nam de vrijheid
enzoovoort, waarop Lies en Frank zich be
reid verklaarden. Twee tafels kregen ze bij
elkaar. Lies kreeg het benauwd, toen ze
haar vriendin van den hoed ook onder de
gegadigden bemerkte. En natuurlUk lootten
ze samen.
„Catastrofaal!" fluisterde Lies, toen ze
langs Frank heen naar haar tafel schoof.
„Wees op je hoede" bromde Frank terug.
Ze kregen het grijze echtpaar tegenover
zich.
„Speelt u ook Culbertson?" vroeg haar
partner onmiddellijk. echt alsof ze voor
de klas stond, dacht Lies.
„Nee, alleen gezelschapsbrldge" gaf ze
bedeesd terug.
„Goed zoo mevrouwtje" viel de oude heer
haar gezellig bij. „Wij houden ons ook niet
op met die malle systemen, hè vrouw. Als
ik zeg één ruiten, dan weet mijn vrouw
mfjn partner bedoel ik, dat ik een sterk
ruitenspel heb. En verder geen onzin van
conventies en hoe die geleerde termen alle
maal mogen heet en. WIJ spelen voor ons
plezier, hè vrouw?"
„Speelt u al lang?" ging aan den overkant
het examen verder
„Een Jaar of drie" zei Lies onverschillig.
Wat was ze begonnen! Ze keek schuin naar
Franks tafel. Daar waren ze al piet animo
aan den gang
„Zullen we ook eens beginnen?" stelde ze
moedig voor.
„Trekken wie geeft" zei de oude heer
„Dat was uitstekend geboden" kwam er
even daarna een genadige goedkeuring van
de overzijde
„Tien met de griffel en een bank vooruit"
zei Lies binnendsmonds en hardop; „We
hebben de manche, niet?"
„Ik dacht dat u geen systeem speelde"
ging de ondervraging onbarmhartig verder.
„Hoe kunt u dan dit spel zoo goed uit-
bieden?"
„Mijn man heeft me het een en ander
bijgebracht. Die speelt uitstekend" blufte
Lies.
„Vier down, kwetsbaar én gedoubleerd"
klonk het zegevierend van de andere tafel.
De eenzame meneer wreef zich vergenoegd
de handen. Frank werd blijkbaar inge
maakt, dacht Lies. Haar partner had een
smalend lachje.
Ontelbare robbers vóór en na tafel. Toen
ze eenmaal op dreef waren, kreeg Lies er
plezier in. Ze wisselden geregeld van part
ners. „Hóéd je voor hooge biedingen"
wreekte Lies zich op Frank, toen hij ook een
keer met haar vriendin mocht spelen.
Er werd nog geanimeerd nagepraat De
heeren staken de hoofden bijeen en lieten
wijn aanrukken. Het werd werkelijk gezel
lig. De dames naderden al gauw het mo
ment van huiselijke confidenties: dienstbo
den. de duurte, de opvoeding, weer dienst
boden. de mode. en nog eens dienstboden.
„Het ls ongehoord" klaagde een der bak-
vischmoeders „Die luiheid en brutaliteit
van de tegenwoordige dienstmeisjes Een
paar weken geleden bracht mijn man
's middags iemand voor de lunch mee. En
toen lk na tafel naar boven ging. wat denkt
u, dat lk vond? Geen énkel bed opgemaakt,
geen waschtafel aan kant. En wat krijg ik
ten antwoord op mijn toch zeer gegronde
aanmerking? Als lk tusschen tien en twaalf
ragoutschelpen en aardappelcroquetjes én
bouillon én vruchtensla met slagroom moet
klaarmaken, kan lk in dien tijd geen slaap
kamers doen. Nu vraag ik u, ls dat niet het
toppunt?"
„Heelemaal niet" flapte Lies er heftig uit.
„Als ik al die dingen klaar moet maken, die
u opnoemt, heb ik lntusschen óók geen tijd
voor ander werk."
Teeder-meewarige glimlachjes van alle
kanten. „Ja maar u. mijn lieve mevrouwtje.
Wie zou dat nu van u vergen? U staat nog
pas aan het begin
Lies keek verwezen om zich heen. O, Ja,
daar had je het was ze bijna uit haar rol
gevallen. Mevrouwtje op de huwelijksreis
o Jawel. Maar stil door laten ketteren, die
mevrouwen, die het allemaal zoo goed
wisten. Als ze op één dag een pudding had
den gemaakt en een kraagje uitgewasschen,
vonden ze zich echte hardwerkende huis
vrouwen. En dat mopperde op dienstboden
Ze zag Ineens de Keuken op „de Wael-
donck" voor een diner. Met de kachel vol
pannen, waar ze allemaal tegelijk op 'etten
moest. Die telkens van de kook gingen of
wilden aanbranden. Die doodsangst iede
ren keer opnieuw. En daarna die bergen
vaatwerk, die afgewasschen. afgedroogd en
opgeborgen moesten worden Tot je niet
meer staan kon. Dienstbode! Wat wisten
ze ervan, die mevrouwen. Maar zij zou ze
niet wijzer maken, ze had zich toch al bij
na vergaloppeerd Een ding wist ze zeker
ze was hartgrondig dankbaar dat ze ten
minste niet bij een mevrouw diende.
Frank, In het heerenhoekje, zag. hoe ze
zich ln stilte zat op te winden. Hij had het
een en ander opgevangen. Arm Lleske,
daar was ze weer terug aan den anderen
kant. in het andere leven, dat nu het
hunne was. „Een echte meneer en me
vrouw. hè Frank." Zouden ze dat nog
ooit worden? En meteen wist hij: hoe hun
omstandigheden zich nog eens zouden ver
beteren, het goede, dat het andere leven
hun geleerd had, zouden ze nooit meer
kunnen vergeten.
„Het is waarachtig half twaalf" ontdekte
Frank, toen ze boven waren.
„Het was echt genoeglijk hè" zei Lies,
haar woede weer vergeten. ..Zeg Frank,
wat denk je, we zijn nu toch zoo'n beetje
ingeburgerd, zou het nu niet gezellig zijn,
als we Vrijdag met dien tocht meegingen?"
„Ja weifelde Frank, „dat konden we
eigenlijk wel doen, als Jij het zoo leuk
vindt. Tenminste als...." hij hield op.
„Als wat?"
.Als het beter weer is" zei Frank.
Donderdagmorgen was het weer opge
klaard en trokken ze er weer op uit.
Toen ze thuiskwamen, kwam Mevrouw
hen tegemoet in de gang.
„Er is een expressebrief voor u geko
men meneer. Ik heb hem op uw kamer
laten brengen."
„Dank u wel mevrouw", zei Frank. ,Ga
Je even mee. Lies?"
Achter hem op de trap vroeg ze „Van wie
kan dat in 's hemelsnaam zijn. Frank?
Niemand weet toch ons adres."
..Vermoedelijk van den Jonker" zei
Frank. ..Die heeft mijn adres gevraagd
voor we weggingen." HU riste de enve
loppe open. ZUn gezicht betrok.
„Wat is er?" vroeg Lies angstig.
(Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).