Hplomatieke trein uit Denemarken in de residentie - Brand op de „Maartje Echtpaar z.k. 81ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON yy DE INTOCHT VAN DE DUITSCHE TROEPEN IN DE NOORSCHE HOOFDSTAD. MET EEN MUZIEK CORPS AAN HET HOOFD TREKKEN DE SOLDATEN DOOR DE STRATEN VAN OSLO. IN DE STUUR HUT van den kustvaarder „Maartje", liggen de in de Maasha ven te Rotterdam, brak brand uit Eén persoon kwam om het leven. DE ENGELSCHE GEZANT IN KOPENHAGEN arriveerde met zijn familie en le- gatiepersoneel in Den Haag. Links de Engelsche gezant in de residentie, Sir Nevile Bland, die ter begroeting aanwezig was. Met koffertje Sir Howard Smith, de Engelsche gezant in Kopenhagen. I OP EEN VLUCHT BOVEN NOORWEGEN maakte de Engelsche I luchtmacht deze foto bij Bergen. Men ziet de Duitsche Heinkel-vlieg- I booten liggen met in de nabijheid schépen met brandstof. De witte vlek links is een vallende bom. DE AANKOMST TE DEN HAAG VAN DEN TREIN MET KRANSCHE EN ENGELSCHE DIPLOMATEN UIT KOPEN HAGEN. Een aardig tafereeltje: Een der Franschen met zijn jongste spruit TE AMSTERDAM WERDEN GROOTE LUCHTBE3CHERMINGS- OEFENINGEN GEHOUDEN. EEN BRANDWEER-DEMON STRATIE OP DE HEERENGRACHT. door Mr. KEA BOSSERS. S) ..Wat heerlijk zeg, dan loopen we de in trede van Soesah mis! Maar zeg. kan dat? Kunnen we de boel hier zoo maar achter laten?" „Natuurlijk, kindje. Ik ben nu direct van den trein naar ..Royal" gestapt en heb haar verteld dat we een paar dagen eerder gingen enzoovoort en dat ze morgen de sleutels krijgt. Dus dat is in orde". „Dan opschieten met pakken". Lies rende weg „We gaan verhul-zen" schalde haar stem door de gang. Even later kwam ze de trap afhollen. ..Zeg, nu hebben we hier van niemand afscheid genomen". ..Ook erg", vond Frank. ..We zullen de tantes en een stuk of wat andere menschen van Amsterdam uit schrijven, dat we voor een tijd op reis gaan en ons huis gemeubeld verhuurd hebben Dat spaart een boel las tige explicaties uit". ..Practlsch ben je" prees Lies. „Dus dan maar mot de stille trom. En help nu eens mee pakken want je hebt wel veertig over hemden". „Hoe ver ben je?" vroeg Frank om het hoekje van de slaapkamerdeur. „Over tien minuten komt de taxi". .Bijna klaar", zei Lies schor. „Alleen mijn hoed nog". Ze draalde zich om, Niet aan Frank laten merken, dat ze huilde. Nog even rondkijken. Alles was keurig in orde. Soesah mocht komen. Krankzinnig idee dat er nu morgen vreemde men schen aan hun tafel zaten. Hun radio aan zetten, in hun kasten rommeldenZe ging de suite binnen. Wel een beetje ont takeld. zooiets als op kamerdag. Maar toch zoo gewoon. Onbegrijpelijk was het. Ver huizen, dat was: een verhuiswagen, die volgepakt werd met Je bezittingen en een leeg huis. dat Je als een vreemd ding ach terliet. Zonder spijt. Maar dithier veg- trekken, waar alles achterbleef haar eigen stoeltje ln haar eigen hoekje bij het raam, de cactussen in de vensterbank, ha divan kleed, dat ze elkaar met Sinterklaas ge geven haddenLies beet op haar Lan den. Ze wóu niet huilen. En toen was daar ineens Franks arm om haar schouders „Kindje toe", zijn mond trok ev?n. ..Vind Je het zoo erg lieveling? We blijven toch bij bij elkaar". „Welja", zei Lies. Ik lijk wel mal. Stoe len en tafels genoeg op d wereld En cac tussen ook. Heb je de gask.aan afgedraaid, Frank? En de schakelaar van het licht?" „En de waterleiding" zei Frank. „Alles O.K. Daar hoor ik de taxi. Heb Je alles? Vooruit dan maar". Terwijl de chauffeur de koffers inlaadde, keek Lies toe, hoe Frank den huissleutel uit zijn zak haalde en de voordeur afsloot Tweemaal omdraaien dicht. Afgeloopen Voor goed. „Niet meer omkijken", dacht ze, toen ze de straat uitreden. Ze kneep Franks arm. „Volgende week zit JU daar" fluisterde ze en wees op den chauffeursrug voor haar. Vooruit maar. het nieuwe leven ln. Het groote avontuur ging beginnen. HOOFDSTUK III. „Gerard, geef dat kind nog eens een stuk cake" zei Tilly Scholten van achter het theeblad. „Lies je ziet er zoo overmoedig uit, net of Je een spannend geheim met je ronddraagt". „Ik voel me alleen maar zalig, omdat ik zoo verwend word", zuchtte Lies uit de diepte van haar stoel. „Ja, thuis heeft ze het hard, de stakker", beklaagde Gerard, „zóó erg, dat ze de heele huishouding maar voor een tijdje heeft opgedoekt. Hè. Lies, dat plan ls zeker van Jou uitgegaan?" „Mis, jongetje, van ons allebei eendrach telijk te zamen". „Hoe roerend", vond Tilly. „En wat gaan meneer en mevrouw nu doen? Een beetje reizen zeker? Gaan me neer en mevrouw nog naar het Zuiden dezen winter?" vroeg Gerard. Frank keek al onrustig, zag Lies. daarom zei ze maar gauw: „We hebben nog maar vage plannen, hoor. Frank is bezig met solllciteeren en nu gaan we eerst een beetje overal logeeren." „Fatsoenlijk klaploopen bU jullie en an dere oude vrienden", bekende Frank. „Dan een borrel", besliste Gerard. „En vanavond gaan we naar den Schouw burg" kondigde Tilly aan. „Galavoorstel ling. Heb je gewaden bij Je, Lies?" „Bendes" stelde Lies haar gerust. Toon Frank en z(j 's avonds ln smoking en avondjurk van de logeerkamer afdaal den, zag Lies door de halfopen keukendeur dikke Trui en de hit ln de weer met sta pels afwasch .Mijn voorland" zei ze zacht- tjes en ze rilde even. In den Schouwburg hadden Gerard en Tilly plezier om haar verrukking. „Je straalt dulmendik" zei Tllly. „Vind Je me niet een erg provinciaaltje, Til? Maar lk kan er heusch niets aan doen, lk geniet gewoon van alles hier. We gaan thuis toch ook genoeg uit, maar ln Amsterdam gedij lk altijd pas echt." „Zeg" ontdekte TUly. toen ze in de pau ze bij hun kopje koffie zaten, „als jij het hier in Amsterdam zoo buitengewoon vindt, waarom vestigt Frank zich dan niet hier als advocaat?" De mannen schaterden en Tilly keek be teuterd. „Is dat zoo gek?" vroeg ze. „Heelemaal niet" zcl haar man. „Alleen betwijfel ik. of ze dan wel erg zouden ge dijen, zooals Lies het noemt". En toen Tilly het nog niet dóór scheen te hebben, ging hij verder „Lieve meld. van alle ho- pelooze toekomsten ln deze genoeglijke tij den is die van een jong Jurist wel onge veer de meest miserabele Frank heeft ge lukkig een voorsprong doordat hij een jaar of vijf op een groot fabriekskantoor heeft gewerkt en dus een betere kans heeft om weer in Iets dergelijks terecht te komen. Maar een practijk beginnen als advocaat cn dan in Amsterdam, nee jon gen, ga dan maar liever stempelen." „lk denk er ook niet over," stelde Frank hem gerust „Maar ik vind het erg harte lijk van Til. dat ze ons graag ln de buurt zou willen hebben. En bovendien zouden jullie ook niet bang zijn, dat onze Lies hier veel te wereldsóh zou worden? Ik wel hoor." „Gelijk heb je", zei Lies in stille be wondering voor de handigheid, waarmee Frank voor de zooveelste maal het ge vaarlijke onderwerp: hun toekomst, had omzeild. Maar na afloop, thuis. bU de whisky, kwam Gerard er onverwachts weer op terug. „Zeg, kerel, als ik je soms helpen kan. met connecties of zoo Ik ken wel niet veel menschen ln Jouw branche, zal ik maar zeggen, maar als ik iets voor je doen kan „Nee," weerde Frank af, „ik apprecieer het erg, maar zooals ik straks al zei, wij willen alleen klaploopen op jullie gastvrij heid en voor de rest zullen we het zelf wel klaarspelen. Maak jullie niet beaorgd over ons. Als alles in kruiken en kannen is, zullen we het jullie wel uitvoerig laten weten." „Eigenlijk toch onaardig." tobde Lies la ter op de logeerkamer „om zoo geheim zinnig te doen tegen Til en Gerard, ze zijn zoo hartelijk." „Lieve schat, het ls volgens mij het eenige dat er opzit, om deze dagen voor ons en ook voor hen niet te bederven. Stel je voor. dat ze medelijden met ons kregen en dat lieten merken Juist omdat het zulke echte goeierds zijn, kunnen we het hun niet vertellen. Gerard zou misschien financieel willen helpen en zou jij dat kunnen aannemen, zelfs als we het mo menteel noodig hadden?" (Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1940 | | pagina 5