Geallieerde ministers
aan het woord
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 11 April 1940
Derde Blad No. 24553
Engeland merkt niet veel van
den oorlog
GEBRUIK SUNLIGHT ZEEP
Geallieerde propaganda-
successen tijdens den
wereldoorlog
81ste Jaargang
UW WAS
GOED OP VEILIGE WIJZE PRACHTIG HELDER
6n dtAdteZu ftio, doet Uur ^oedl deun Aurftd
Halifax
Het vijfde oorlogswapen (II)
De ineenstorting van de Donaumonarchie
en de actie tegen Duitschland
De organisatie tijdens
de jaren 1914t-1918
Reynaud
Eden
Er is aan niets gebrek en de vreemdeling behoeft er
zich niet druk over te maken, dat vleesch, suiker en
boter alleen op bons verkrijgbaar zijn.
Prof. P. Ceyl.
L
Engeland terugzien, na vier Jaar, Enge-
ind waar Ik zoo'n groot deel van mijn
fcven doorgebracht heb, en dat ln deze om-
andlgheden, het ls wel een .eigenaardige
t-varlng geweest! Wat merkt men er van
jrii oorlogstoestand? Voor mij was Londen
ilvast een heel ander Londen, omdat dc
|niversltelt gedeeltelijk geschorst en voor
rest over allerlei provinciesteden (tot
het afgelegen Aberystwyk toe!) ver
breid Is. University College (mUn eigen
college") en Kings College staan daar leeg
verlaten Andere „colleges" zijn voor
tgeeringsdoolelnden ln beslag genomen en
i het geweldig groo
nieuwe gebouw.
6a t hoog achter het
putsch Museum ver-
Ijst en dat bestemd
voor de centra-
werkzaamheden
an de universiteit
het was nog maar
auwclUks ln ge-
irulk genomen en
nog niet vol-
old), hulst nu het
Ministry of Infor
mation. Mijn vrlen-
Jcn en oud-collega's
[en nog maar zeer
decltelUk (en dan
pus ln allerlei ult-
Joeken van het
and) hun gewone werk. De een zit ln dit,
I ander ln dat ministerie, en een heel ge-
al werkt te Oxford voor het Royal Insti
tute of International Affairs (dat ln Lon-
In Chatham House gevestigd was en
laarnaar ook nu nog vaak genoemd wordt)
jat befaamde studie-centrum, dat sedert
leptembei door het Foreign Office overge
komen ls. Als men door Londen dwaalt.
|Uet men trouwens de teekenen van den
lorlog aan alle kanten. In de bekende stra-
hebben alle winkels hun kelders be-
cherind met zandzakken, vaak keurig ln
planken betimmering gevat, en ook de rui
en ingangen van winkels, theaters.
uirants zijn meest ingetlmmerd of al-
hans aan de randen afgedekt om bij dc
[verduistering 's avonds alle kleren te .stop
ten dat geeft overdag ook al een Ietwat
(rukkend aspect. Die verduistering is
■een kleinigheid! Zonder zaklantarentje
[(„toorts" zeggen de Engelschen) komt men
pc straten waar taxi's en bussen met half-
t'edoofde lichten spookachtig overheen
ichleten, waar men de trottoirbanden, wlt-
j?emaakt ais ze zijn, niet kan onderschei-
tien, niet levend over. Mijn zaklantarentje,
pat lk uit Holland meegebracht had, zou
nlj duur te staan hebben kunnen komen:
lvijfhonderd pond boete en zes maanden
gevangenisstraf", zei mij een polltle-agent.
Bie het overigens goedmoedig bij die me-
drdreling liet; en dat omdat het lampje
bulten de metalen koker uitstak en het
licht dus te veel naar boven .scheen!
Verder, om even bij het uiterlijk aspect te
blijven, wemelt de stad natuurlijk van uni
formen. De daagsche uniform van de nieu-
We recruten, die Iets boezeroenachtigs heeft
[trof mU aLs meer practlsch dan fraai, maar
wat nog het meest opvalt, zijn de talrijke
neisjes en vrouwen ln khakl, in blauw, ln
kleed ljen van allerlei soort naar gelang
fan de formaties waartoe zij behooren, die
nee aan den oorlog doen. Er zijn er die er
Z» zakelijk en militair uitzien, dat men ze
[enkel in termen als korporaal of sergeant
(ou kunnen onderschelden; maar de mees-
blijven zoo coquet als haar niet-gemlll-
alrlseerde zusters, en men ziet boven die
(uniformen heel wat roode lipjes en ge
golfde haren, men ziet ook heel wat man
nelijke en vrouwelijke uniformen klaarblij
kelijk teeder gepaard al worden dc de
monstraties die in niet- of half-milltalre
Verbindingen toelaatbaar zijn, vermeden.
Oorlogstoestand maar oorlogsernst?
Neen, hoe zou het eigenlijk kunnen? Dc
orlog heeft voor de Engelschen nog Iets
[onwezenlijks. Die evacuatie van Londensche
ichoolkinderen en studenten, die krachtda
dige voorzorgsmaatregelen tegen luchtaan
vallen (overal handwijzers naar de naaste
[schuilkelder of schullloopgraven), men kan
dat alles zoo heel ernstig niet meer nemen
hu de luchtaanvallen al zeven maanden uit
gebleven zijn. De schoolkinderen keeren
erug; mijn verbannen oud-collega's hopen
na de groote vacantle de vertaten ..colle-
iges" weer ln gebruik te mogen nemen. Er
porden nu Jongelui voor den dienst opge
roepen, telkens nieuwe honderdduizenden,
niet uitzondering van den vorigen oorlog
het Engelsche leven iets onbekends,
naar naar verhouding zijn er toch nog
nog lang zooveel Engelschen niet onder de
wapenen als Hollanders, om van de
Franschen niet te spreken; en vechtendoen
zij Immers totnogtoe nauwelijks meer. Er Ls
aan niets gebrek. Er zijn levensmiddelen
kaarten ingevoerd voor vleesch. suiker
en boter; maar lk heb de moeite niet geno
men er een aan te vragen en ln hotels of
restaurants wordt er niet naar gevraagd;
in de gezinnen zit men ook zoo krap niet.
Alleen met suiker ls men overal zuinig.
Maar dring door de donkere en met zand
zakken gebarricadeerde deur een restau
rant binnen, en het gaat er net zoo toe
Bals vroeger. In het befaamde Simpson's, ln
het Strand, rijden de koks nog dezelfde
kostelijke schapenbouten en stukken rund-
Ivleesch rond en snijden u porties, die niets
minder zijn dan lk mij herinnerde. Duur
lis het Londensche leven ook niet. voor ons
IblJ de bestaande koers zelfs goedkoop En
|vol en druk. precies als in vredestijd Er
mogen nog zooveel Londenaars ln dc pro
vincie zitten, niet minder groot ls het getal
van hen die in verband met den oorlog
[voor korter of langer tijd naar Londen ge
trokken worden.
Als men wat nauwkeuriger rondkijkt, ziet
men de sporen van oorlogsdruk wel dege-
Mct de publicatie van bUcaand
artikel vangen w(| een aerte van
vier artikelen aan van de hand
van prof. P. Geyl, hoogleeraar in
dc Algemeene Geschiedenis en dc
Vaderlandschc Geschieden!» van
den nieuwen tijd aan de Univer
siteit te Utrecht. In dere artike
lenreeks zal prof. Geyl. die zeer
lang In Engeland heeft gewoond.
z(jn Indrukken weergegeven over
een recent bezoek aan dit land,
speciaal wat betreft den oor
logstoestand.
^IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIillllllllllllllllilllllllHI
lijk. Een financleele druk. die zich voor-
looplg vooral op het rijkere weeldeleven
laat gevoelen. Dc clubs staan weer voor
een moeilijken tijd, net als ln den vorigen
oorlog. Dc dure dokters ln Harley Street
klagen. Hier en daar ziet men een fijn res
taurant gesloten. In een aristocratische
wijk als Eaton Square kan men haast even
veel borden met te huur of te koop als
hulzen tellen.
Maar voor de groote meerderheid betce-
kent het gebeuren misschien wel verande
ring, opschudding zelfs, maar geen narig
heid. geen ontbering; nog. De toon van
het Engelsche leven is dan ook hoofdza
kelijk dezelfde gebleven. Er ls geen opwin
ding, geen overspanning, geen felheid. Een
eerste verschijnsel van oorlogshysterle zou
men kunnen zien in de revues waarbij
vrouwelijk naakt en de geleidelijke onthul
ling daarvan de voorname attractie vor
men: de foto's die lk bulten een theater ln
de middenstad zag, vormen voor Londen
een werkelijk verbluffend schouwspel.Maar
men heeft hier blijkbaar te doen met de
speculatie van wat heel voorbarige onder
nemers. In de „Daily Telegraph" en andere
bladen is een levendige lngezonden-stuk-
kcn-campagne tegen het euvel gevoerd en
men bereidt al ingrijpen voor. Overigens
treft het, hoezeer de vriendelijkheid, men-
schelljkheid, redelijkheid, die karakteristiek
zijn voor dit hoog beschaafde volk, zich
handhaven. Iedere vreemdeling moet het
opmerken op de vele bureaux waar de
I strenge voorschriften hem noodzaken zijn
I tijd te verkwisten. De voorschriften zijn
streng, maar de beambten hoffelijk en ge
duldig. Het blijkt ook ln de eindelooze dis
cussies over de oorlogspolitiek en haar pro
blemen. Kritiek wordt geoefend en geduld.
Zoo'n eerbied bestaat nog voor de vrijheid
van meenlngsultlng, dat de „Daily Worker",
die in Stalin LstLschen geest den oorlog da
gelijks aLs een Fransch-Engelsehen oorlog
voor kapitalistische oogmerken brandmerkt,
ongehinderd kan verschijnen. De strijders
voor vrijheid en democratie zullen zichzelf
zoo hard moeten aanpakken die vrees
hoort men vaak verkondigen de harts
tocht van hun worsteling die ten slotte ook
een worsteling om het bestaan ls, zal zoo
de overhand op hen krijgen, dat zij in de
overwinning al het waardevolste waarvan
zij nu zoo hoog opgeven, zullen blijken ver
loren te hebben. Dat Ls zeker geen onzin
nige gedachte, al houd ik het er voor, dat
zij het weerstandvermogen van de Wester-
sche beschaving onderschat. Nu in leder
geval zijn de eerste teekenen van zoo'n
gang van zaken nog nauwelijks te onder
scheiden. Maar de oorlog Ls dan ook voor
zooveel Engeland betreft, nog nauwe-j
lljks begonnen.
"Zo\n, doet li tur, acAMuuauJU, uwu>
-Jt Zuf)HET MAAKT I
LAAT UW GOLD NIET BEDERVEN DOOR SCHERPE ZEEP!
EN NOOIT ZEEP VAN ONBEKENDE HERKOMST
2490
(Ingez. Ried
Mede dank z(J de uitstekend gelelde pro-
paganda-actie, dank zij dus een nuttig ge
bruik van het piepjonge vijfde oorlogswa
pen, slaagde Duitschland erin. Rusland als
oorlogvoerende mogendheid uit te schake
len Rusland verhaastte op zijn beurt het
uitbreken van de revolutie in Duitschland
door middel van handige propaganda-actie
Ook de geallieerden kunnen echter op
belanrijke successen wijzen, die zij voor een
goed deel op rekening van dit nieuwe wa
pen kunnen stellen.
Hun eerste succes was de ineenstorting
van de Donaumonarchie, van den roem
ruchte» Habsburgstaat, die eeuwenlang in
de Europeesche samenleving zulk een ge
weldige rol heeft gespeeld.
Lang voordat Duitschland en Rusland
actief werden en hun propaganda direct op
den vijand richtten, hadden de geallieer
den reeds Ingezien, welke mogelijkheden de
beïnvloeding van het leger en de bevolking
van Oostenrijk-Hongarije bood. Lang voor
dat ln Petersburr en Berlijn de revolutie
uitbrak, hadden Londen en Parijs reeds
een fnulkenden propaganda-aanval Ingezet
op den Weenschen Hofburg.
Terdege gaven zU zich rekenschap van
het feit, dat hier een staat als mikpunt
diende, die innerlijk geen eenheid vormde,
waarvan de bevolking een groot aantal zich
verongelijkt en achteruitgezet voelende
minderheden omvatte. Behalve Oostenrij
kers en Hongaren, die het overigens ook
niet al te best met elkaar konden vinden
en elkander afgunstig bespiedden, woonden
in dezen staat: Tsjechen. Slowaken. Slo
venes Polen. Roemenen. Serviërs, Kroaten
Albaneezen, Bulgaren en Italianen. En In
derdaad verkeerden de Dultschers en Hon
garen te midden van dit mengelmoes wel
ln oen sterk bevoorrechte positie. Voort
durend deden zich reeds ln vollen vredes
tijd dientengevolge ernstige moeilijkheden
voor en het was uiterst moeilijk, de Donau
monarchie voor een scheuring te bewaren.
EEN TOOVERWOORD DOET WONDEREN
Welnu de Geallieerden fluisterden dezen
minderheden een tooverwoord ln het oor.
Het tooverwoord: zelfbeschikkingsrecht.
Dit woord bracht de toch al niet veel
voor den „Duitschen strijd" voelende mln-
derhedcn-lciders tot een maximum activi
teit. En de geallieerden bedachten zich
geen seconde, maar stelden deze leiders in
het bezit, van voldoende geldmiddelen, ga
ven hun gelegenheid om vanuit het vijan
delijk land hun geestverwanten in Oosten-
rijk-HongarlJe te steunen en aan te moe
digen.
En deze actie, dit tooverwoord, deed won
deren! t
Spoedig werden ln Frankrijk Tsjechische
vrijcorpsen gevormd, spoedig zaaiden ge
heime agenten onder de bevolking, zoowel
als onder de soldaten van de Donaumanar-
chle het verlangen naar zelfstandigheid uit
en naar aansluiting bij de groote moeder
volken. De verschillende nationaliteiten
vervreemdden van den Oostenrljksch-Hon-
gaarschen staat, de propaganda ^loeg de
wapens uit de handen der soldaten.
VERRAAD!
Vele Tsjechen, Slaven, Polen, Roemenen
begonnen wrijwillig tegen Habsburg te strij
den, werkten naarstig mede aan de front-
propaganda. het aantal overloopers naar
den vijand werd steeds grooter en de Oos-
tenrljksche legerleiding beschikte op het
laatst nauwelijks meer over een legercorps,
dat voor de volle honderd procent betrouw
baar was. Verraders tot in de hoogste krin
gen stelden zich tot taak militaire beslui
ten binnen den kortst mogelijken tijd in
handen van den vijand te spelen en nog
vóór de Oostenrijkers bijvoorbeeld een aan
val op Italië Inzetten, wisten dezen precies
waar en wanneer deze aanval zou ko
men
De gevolgen bleven niet uit. Oostenrijk-
Hongarlje stortte ineen, tengevolge van
den papleren oorlog
TWEE BOEKEN.
Natuurlijk hebben de geallieerden ook in
Duitschland propaganda gevoerd. En zij
deden dit door den Dultschers de zegenin
gen der democratie voor oogen te houden
en het vredesverlangen zooveel mogelijk te
prikkelen. Zoowel door pamfletten, als door
middel van geheime agenten werd de
Duitsche regeering afgeschilderd, vooral
tegen het einde van den oorlog als de eeni-
ge hinderpaal voor een rechtvaardigen vre
de. Alles zou goed worden in de wereld
als de Keizer maar eenmaal verdreven en
een democratisch bewind ingevoerd was.
Na drie jaren oorlog en een felle blok
kade was het weerstandsvermogen van het
Duitsche volk verminderd. Men begon in
derdaad naar vrede te verlangen. Men be
gon zich ontevreden te toonen. Zelfs in het
zoo voortreffelijk gedisciplineerde Duitsche
leger.
Tegelijk met de Britten, die voorname
lijk de bovenomschreven actie voerden, wa
ren ook de Franschen aan den arbeid. Zij
wisten in Zwitserland een groep van Duit
sche literatoren en journalisten te vormen,
die Frankrijk verheerlijkten en Duitsch
land afvielen. Bovendien maakten de Fran
schen op groote schaal gebruik van een
tweetal door Dultschers geschreven boeken
n.l. het befaamde J'accuse van den Jood-
schen auteur Gtelling <1915). dat de gehee-
le schuld aan een oorlog op de schouders
der Duitschers wentelde en op het bekende
werkje „Mijn Londensche missie"' van Vorst
Lichnowsky, die van 191T tot 1914 Duitsch
ambassadeur te Londen was en eveneens
de Duitsche politiek scherp vonniste.
In millloenen exemplaren werden deze
geschriften gedrukt en in Duitschland ver
spreid.
Het resultaat bleef van dit alles niet uit.
Zonder eenigen twijfel Ls het uitbreken van
de revolutie in Duitschland. is de Duitsche
nederlaag voor een belangrijk gedeelte op
rekening van het vijfde oorlogswapen te
stellen.
DE ORGANISATIE.
Ziedaar de voornaamste successen, die
tijdens den oorlog van 19141918 behaald
werden.
Dit overzicht zou echter niet volledig
zijn, als er niet nogmaals op gewezen werd,
dat eerst tegen het einde van den oorlog
de georganiseerde, de doeltreffend geleide
propaganda l.aar intrede deed
In de eerste oorlogsjaren zat in de pro
paganda weinig systeem. Men trachtte zoo
Lord Hallfax sprak zijn rede gisteren uit
als eeregast aan een déjeuner van het co
mité voor Nationale Defensie en openbaar
belang ln Londen.
Behalve hetgeen reeds gemeld ls, zelde
hij om. nog, sprekende over het werk van
de Engelsche vloot: ,.Gij kunt van mij aan
nemen, dat dit werk niet IJdel ls en dat de
meest volledige inlichtingen verstrekt zul
len worden."
Voortgaande verklaarde hij: „Ik denk
dat in deze gebeurtenissen een moraal
ligt voor de neutrale staten. Groot-
Brittannië of Frankrijk hadden op ieder
oogenblik in de afgeloopen zes maan
den iedere haven of basis, die zij wil
den, kunnen bezetten. Dit soort dingen
kan gebeuren, wanneer neutrale staten
niet bereid zijn tijdig te vragen om de
hulp, die zij zoo vaak zoeken, wanneer
het te laat is om die hulp doeltreffend
te maken."
De gebeurtenissen in Scandinavië, zoo
zette hij verder uiteen, bewijzen, dat noch
nlet-aanvalsverdragen. noch de afwezigheid
van provocatie beteeekenls hadden wan
neer de Duitsche politiek Iets anders
eischte.
..Ik vind het moeilijk te gelooven, dat
zelfs dr. Goebbels kan veronderstellen, dat
de wereldmeening represailles als redelijk
zal erkennen welker rechtstreeks doel ls. de
vernietiging van de onafhankelijkheid van
nog twee landen. De waarheid is, dat tegen
over dit soort optreden niemand, die niet
in een positie is om zichzelf te verdedigen
veilig ls."
„Wij moeten de conclusie trekken,
dat reeds vóór deze laatste agressie
degenen, die dachten, dat de tegen
woordige Duitsche regeering ooit be
reid zou zijn een vrede te sluiten, die
voor het geweten der wereld gerecht
vaardigd kon worden, zichzelf misleid
den." Ik heb daarom nimmer geleefd
in de hoop, welke sommigen beweren
te hebben op de mogelijkheid om he
den ten dage een rechtvaardigen en
duurzamen vrede te sluiten, den eeni
gen vrede, dien wij kunnen sluiten.
Ten aanzien van de Brltsch-Russische
betrekkingen zelde Halifax: „Sommigen
wenschen. dat wij Rusland den oorlog ver
klaren, anderen, dat wij toenadering tot de
Sovjet-Unie zoeken. Wij beschouwen deze
kwestie niet alleen tegen den achtergrond
van de Russische willekeurige aanvallen
op Polen en Finland, maar eerder in het
licht van wat naar mijn meening ons eerste
doel moet blijvnn: het verslaan van
Duitschland.
Daaruit volgt, dat onze betrekkingen
met Rusland vooral afhankelijk moeten
zijn van de mate van hulp, die Rusland
om de een of andere reden Duitschland
metterdaad wenscht te verleenen.
Halifax gewaagde vervolgens van de cri-
tiek, welke de Engelsche politiek van de
afgeloopen twintig jaren ondervond ..Som
migen hebben gezegd, dat onze inspanning
gedurende deze Jaren gefaald heeft omdat
we verplichtingen op ons genomen hebben.
welke wij niet in staat waren te vervullen,
anderen, omdat wij naar een internationale
orde op wereldplan gestreefd hebben, zon
der de medewerking van bepaalde groote
gebieden van de wereld. Nog anderen zeg-
zen, dat wij de gelegenheid verzuimd heb
ben voor een vreedzame en noodzakelijke
herziening van de vredesverdragen. Ver
standige menschen zullen met deze critiek
rekening houden bij het opstellen van con
structieve denkbeelden voor de toekomst en
reeds onder den druk van den oorlog zijn
wij begonnen om een vergaande samenwer
king met Frankrijk op te bouwen, welke,
naar lk geloof, aan geen van deze bezwaren
blootstaat."
Herinnerend aan het besluit van den
Oppersten oorlogsraad, dat Engeland en
Frankrijk geen afzonderlijken vrede zullen
sluiten en dezelfde samenwerking na den
oorlog zullen voortzetten, zeide Halifax:
,,Ik geloof, dat de geschiedenis van de laat
ste twintig Jaren misschien anders geloopen
zou zijn. wanneer na den vorigen oorlog een
dergelijke verplichting over en weer aan
vaard was.
Aan het slot van zijn rede zeide de minis
ter: ..De Duitsche leiders zijn bezig de Dult
schers in machines te veranderen en alle
menschelljke waarden, welke door het ge
zinsleven en de christelijke kerk behoed
worden, te doen verdwijnen. Zij schijnen
de mentaliteit te hebben van de groote ver
nielers uit de historie, die opstonden uit
de deelen van Europa, die ontoegankelijk
waren voor den beschavenden invloed van
Rome Indien de nationaal-socialisten deze
negatieve krachten der vernieling verte
genwoordigen, kunnen wij troost putten uit
het feit, dat wij de positieve en opbouwen
de krachten, die tenslotte moeten over
winnen, vertegenwoordigen."
goed en zoo kwaad als Let ging de neutrale
staten te beïnvloeden en slaagde daar ook
wel in, zonder dat echter de neutralen hun
houding wijzigen. Pas laat begon men te
organiseeren.
In Frankrijk werd in Mei 1918 een
algemeen comité voor de propaganda ge
vormd. in Engeland werd in Februari 1918
een ministerie voor inlichtingen ingesteld,
met aan het hoofd lord Beaverbrook, den
befaamden kranten-magnaat, terwijl zijn
zijn collega lord Northcliffe leider werd
van den propagandadienst onder den vij
and.
In Duitschland werd eveneens eerst in
1917 een centraal propaganda-orgaan ge
vormd.
Deze jaartallen zeggen voldoende.
Men heeft in de eerste oorlogsjaren aar
zelend en onwennig het vijfde oorlogswa
pen gehanteerd, men beheerschte de tech
niek niet, men kende d. juiste methoden
nog niet. Men speelde met dit vlijmscherpe
wapen en het Duitsche voorbeeld leert, hoe
gevaarlijk dit was.
Berlijn werd uiteindelijk het slachtoffer
van hetzelfde wapen, waar mede het een
van zyn voornaamste tegenstanders ver
slagen had. Omdat de Duitschers toen ver
zuimden te verhinderen, dat ook het eigen
volk door den vijand werd beïnvloed. Deze
fout ls in den tegenwoordigen oorlog niet
herhaald.
Zorgvuldig wordt ervoor gewaakt, dat
Engelschen en Franschen het Duitsche volk
beïnvloeden. Wel kunnen de Duitschers
thans nog vrij hun vijanden beïnvloeden
Omgekeerd echter hebben de geallieer
den na den wereldoorlog een kapitale fout
gemaakt. Een fout, die. toen de nieuwe
oorlog uitbrak, evenwel nog tijdig hersteld
kon worden. Daarover en over de propa
ganda-actie in dezen nieuwen oorlog ln een
slotartikel.
Bij den aanvang van de zitting van den
Senaat, die gistermiddag om tien minuten
over drie uur werd geopend, heeft Reynaud
uit naam van de regeering, de volgende
mededeeling gedaan:
„Frankrijk heeft een einde willen maken
aan het voortdurend zenden van Zweedsch
ijzererts naar Duitschland. Wij hebben de
Noorsche zeeën geblokkeerd. Aangezien de
neutraliteit niet meer bestond, zijn wij
handelend opgetreden. De regeering neemt
de algeheele verantwoordelijkheid van de
tegen Duitschland verrichte oorlogsdaad
op zich; geen ton ijzererts zal uit Narvik
naar Duitschland vertrekken.
Duitschland ls van zijn kant handelend
opgetreden. Het is zelfs vóór ons hande
lend opgetreden. Het heeft, uit zijn havens,
met bestemming naar Noorwegen, zijn oor
logsvloot laten uitloopen. Duitsche matro
zen. vermomd als koopvaardijmatrozen,
hebben zich van de havens meester ge
maakt.
Voorts heeft Duitschland Denemarken
overweldigd, jegens welk land Duitschland
de verplichting had aanvaard om tot geen
enkel betoon van geweld over te gaan- Aan
den eenen kant ls er een blokkade-operatie
geweest, aan den anderen kant de inval in
Denemarken, die geen enkel verband houdt
met de blokkade.
De nieuwe schending van het recht
door het nationaal-socialistische regime
is voor ons geen verrassing. De blok
kade der geallieerden zal morgen met
alle kracht worden toegepast op de
gebieden, die onderworpen zijn aan de
Duitsche controle. Meer dan de helft
van de Duitsche vloot heeft zich bloot
gesteld aan de Engelsche thuisvloot en
de Fransche vloot.
Het Duitsche legerbericht doet ons van
daag mededeeling van het verlies van twee
Duitsche kruisers, de Blücher en de Karls
ruhe. De andere Duitsche schepen zijn ge
blokkeerd in de Noorsche havens door het
Engelsche en Fransche eskader
Zijn mededeeling beëindigende, bracht
Reynaud hulde aan de Fransche vloot en
marinemanschappen. Wij volgen hen. zoo
zeide hij, in den slag met vurige eensge
zinde harten.
Jeanneney. de voorzitter van den Senaat,
deelde vervolgens mede. dat de agenda in
terpellaties ten aanzien van de defensie
vermeldde. Martin, leider der democratische
linkerzijde, verzocht de geheime zitting uit
te stellen tot Dinsdag om de regeering alle
vrijheid te laten en haar te veroorloven,
handelend op te treden «luid applaus1. Al
dus werd besloten. De vergadering werd
daarna gesloten.
Eden. de Engelsche minister voor de do
minions. heeft in een gisteravond te Londen
gehouden redevoering o.m verklaard, dat
de gebeurtenissen der laatste paar dagen
er slechts toe zullen dienen het Britsche
volk tot grooter Inspanningen aan te
sporen.
„Het kan zijn, dat de actie van Hitier
in de Noord^che landen den **allirer-
den en hun zeemacht strategic he gele-
Tenheden zullen bieden.
Het kan zijn. dat deze laatste en
meest wanhopige worp een maatregel
is van Hitler's eigen harde noodzaak."