HOOFD VERSTOPT? Aabo, de Finsche stad zonder kinderen.... UYLENSPIEGHEL J Jaargang LEID5CH DAGBLAD, Vrijdag 16 Februari 1940 Derde Blad No. 24508 h Finland ln In den J. KAMSTEEG - OEGSTGEEST PARLEMENTAIR OVERZICHT Vicks Va-tro-nol DAGBLADRECLAME I villa in Aabo: de bom sloeg op den hoek In en was eigenlijk een misser 1 ofschoon hij. zooals de foto laat zien, lang niet zonder uitwerking bleef. Ier zijn de menechen als het opge- ilde wild, dat elke seconde opge krikt kan worden door loeiende UUR IN EEN SCHUILLOOPGRAAF BIJ 21 GRADEN VORST Aabo, 8 Februari. t ls diep ln den nacht. Na meer dan - sporen rolt mijn trein die het in goed drie uur afkan het kleine atlon van Aabo binnen. Ik stap uit: duisternis is er om mij heen. Geen s brandt, geen menach is te onder- Waar moet ik heen? Ik ken de van een paar hotels, maar van het ■werd mij gezegd, dat het door een per geruïneerd ls. En waar ligt het Ik ga op pad, op goed geluk al klantaarn heb ik bij ml), maar het r. ervan ls verboden, De straten zljh i verlaten. Ik neem mijn rugzak over ders en begin aan wat voor mij een ls. Ik loop recht toe recht aan: brandt warempel een rood pitje, [maar op aan! Het is niets dan een relljk gal in den grond, waarvoor ïtje mij waarschuwt: hier sloeg een bom den grond ln. Verder strompelend over .stoepen en ggen. Hoor ik iemand? Ik roep iri pweedsch: kunt u me hier misschien g wijzen? Jo, det kan Jag, hoor Ik ie, dat helpt. De man uit de duister- irreit naar mij toe: een korporaal ij te zijn Wij zetten de nachtelijke n~ voort, terwijl mijn metgezel mij hoe erg de Russen hier schier da- i huishouden. Helsinki la. bij Aabo Hen, een doodrustig oord. Hier wor- menschen dag aan dag opgejaagd et geloei van de sirenen, hier zijn al prden gebouwen in puin gestort of t 'oesohadigd. Aha, daar Ls het hotel! het alleen nooit gevonden hebben. I geen glimp verraadt zijn aanwezig- [Op oe kamer, die Ik te pakken km hangt een waarschuwing bij i rennen naar den kelder, want de loeit vaak pas op het allerlaatste u,lk. Als het lage bewolking is komen *n op drie, vierduizend meter hoog. hun motoren af, en glijden ln ra- "aart op de stad aan: wee dengeen. j niet ln weinige seconden weet te Ik neem de hier gebruikelijke voor- taatregelen- leg wat kleeren. een wts, mijn geld en mijn paspoort voor '"*n. Maar het blijft stil, gelukkig, volgenden morgen trek ik er vroeg t Op mijn wandeling zie ik telkens *lde huizen, gaten in den grond, ver- i hekken, Ingestorte daken. Ik oriën- tolj op de oude Domkerk, die midden groot wijd plein ligt Al de Got.hl- M^rkramen zijn kapot Op hooge lad- staan werklieden, die planken spij- waar eens glad-in-lood was. Naas* Jlgt een groot gebouwgerechtshof vinclale administratie. Het dak is J ^gescheurd, en alle ruiten zijn ver- gewerkt wordt er tóch. II: "nsohen ln- en uitgaan. Langs den ik in een villawijk: weinig hul- tuinen en parken Hier Ls het klimmende zon verlicht de duizen- "pegels, die langs de dakgoten han- heel de sfeer is zoo vredig, dat lk jn oorlog door vergeten zou Ik kijk [ton horloge: tien uur. Alsof lk er het had gegeven, begint op hetzelfde ik het loeien van de sirene: alarm daarheen? Ik weet nergens een 1 uF vinden. Even sta lk beslui dekking zoeken hier. in een park? er is niets dat er zich toe leent. Daar ^Jwee mannen rennen. Ik zet het op Wn. Hierheen, hierheen, schreeuwt 1 Wij racen. Boem. boem. hoo in de verte Hardloopen roep' bi h vlerde- die ook nog geen heen b> ®°em F(,n donderslag valt oi Sum?11 voltreffer? Menschenlevens" in(, vliegen voort: daar ls het ver F bordje: Vaestönsuojaan! Hijgend L" naar binnen. Den man van dr l7"cherming wijst ons den weg: over |»nnenplaats. cn dan duiken in den van een drukkerij. Het ls er vol Iri* ^nden een staanplaatsje met L, 'en en blazen uit Zoo ls voor den Hier zijn de menschen opgejaagd wild. Elke seconde kan het loeien van de sirenen beginnen. Zeker vijftig menschen hebben hier op straat den dood gevonden, omdat zij niet op tijd uit den weg konden komen. Verleden week sloeg een voltreffer ln c-en tramzeven passagiers waren op slag dood, vijf andere liggen hier ergens ln een zie kenhuis. Na drie kwartier komt het bevrijdings signaal. Ik hervat mijn wandeling en be geef mij naar het huLs van deri gouver neur der provincie Aabo-BJorneborg, waar van Aabo de hoofdstad is. Een Amerikaan, die hem kent. en dien lk toevallig ont moette, heeft mij een introductie voor hem gegeven, cn ik word met Finsche gastvrij heid door gouverneur Kytta ontvangen. Zijn statig, uit hout opgetrokken huis er zijn hier veel houten hulzen en daardoor is de uitwerking van brandbommen hier zoo verschrikkelijk heeft hij. zooals hij lachend zegt, gedeeltelijk geëvacueerd. In den tuin ligt zijn schuilkelder: hij heelt dien Juist verlaten, maar houdt alles voor don volgenden gang gereed. Dat doet hier ledereen Winkelpersoneel loopt achter de toonbanken ln pelsjas en met muts op. Soms is het moeilijk, bij het binnenkomen klant en bediende te onderschelden. Gou verneur Kytta bestuurt een van de zwaarst getroffen provincies van Finland. Hij ver telt mij, hoe het provinciehuis de pro vinciale griffie, zouden wij zeggen zwaar is beschadigd en hoe branden op talloos» punten verwoestingen hebben aangericht. Maar u zult het zelf zien. Ik zal den po- lltleprefect vragen, u den weg te wijzen: hij kan u het allerbest van dienst zijn". Het duurt niet lang, of de vlce-gouverneur. te vens politieprefect Mauno Nummi ver schijnt De gouverneur heeft inmiddels voor koffie laten zorgen, en gedrieën praten wij over het ongeluk van deze stad, de tweede ven Finland naar haar grootte, met een 70.000 Inwoners Dan stappen de prefect en ik ln een dienstauto: een trieste tocht be gint, door het geteisterde Aabo Stop, beveelt de prefect den chauffeur. Wij stappen uit. Op den hoek van een straat zie lk een heele rij ingestorte huizen Daar was een tennishal, zegt de profeet: ik zie een stapel verwrongen ijzeren staven en ge roosterde balken. Dit is het huls van een particulier: ik zie een ingestort pand, waar van de plafonds naar beneden hangen. Een Stei n way vleugel ligt op zijn rug. De drie pooien steken uit den rommel omhoog, het blad is afgescheurd en ligt een eind verder. De man, die hier woonde, verloor alles op één dag: zijn huis en zijn zaak kregen beide een voltreffer Men verzekert hier tot nu toe alleen huisschade, geen ver lies van meubilair, geen schade door be- drijfsstilstand. De getroffene, over wien ik het nu heb, was welvarend: nu heeft hij niets meer over dan een verzekeringgssom, maar wie begintonder deze omstandigheden te bouwen? Wij rijden verder. Kijk. wijst mij de prefect: ik zie een rij sohoorsteenen, die eenzaam in de lucht steken: de huizen, die ze eens verwarmden, zijn weggeslagen. Uit de puinhoopen kringelt nog rook. De prefect vertelt, hoe de brandweer hier voor een veelal onvervulbare taak staat: soms dertig branden tegelijk. Kijk, daar staat het gebouw van de Aabosche krant: Aabo Un- derrettelser (onderrichting, tijding). Het voorgedeelte, waar redactie en administra tie hulsden, ls leeggebrand. Zwartgeblakerd en behangen met zware Ijspegels van het blusschingswcrk. staat het ln de huizenrij. Maar de krant verschijnt: drukkerij en zet terij zijn gespaard gebleven, redactie en administratie hebben daar nu haar intrek genomen. Voort gaat de rit. Hier, zegt pre fect Nummi, en hij wijst op het gebouw van de Finlandsche Bank. zijn acht men schen omgekomen. Het alarm kwam op het laatste 'ogenblik. Ze renden de straat op naar den naastbijen schuilkelder, maar acht haalden het niet: een Russisch toestel schoot omlaag, opende mltraillcurvuur en hier. vlak voor dit gebouw, vonden zij den dood Aabo ls trotsch op een ouden burcht, aan den buitenkant van de rtad. Nog on langs voteerde het stadsbestuur 6000.000 Mark voor restauratie van dit historisch monument. Steigers werden klaar gelegd, steenen aangevoerd. Toen kwam de oorlog 'Iegenover den burcht lagen groote opslag plaatsen. De Russen verschenen. Een heftig bombardement: de veemen waarin o.a. mlllloenen sigarettendoosjes lagen opgo- j slagen waren grondig verwoest, de oude i burcht, die in den loop der eeuwen zijn bewoners zoo vaak tegen aanvallers be schermde, was niet bestand tegen de mo derne vernlellngsmlddelen: een van zijn torens stortte in, het dak werd gedeeltelijk weggeslagen, en een paar muren vielen on der donderend geraas Ineen. In het park I naast den burcht stond een oud houten landhuis. Eens was het het buitenverblijf van een vooraanstaand Aaboër, en om zijn karakteristieke architectuur werd het tien Jaar geleden naar hier overgebracht Er is niets van over dan een trieste puinhoop Waartoe tot het einde het relaas van I al die woestenij? Waartoe het eentonig verhaal van kapot gebombardeerde huizen, van heele blokken, die nu rookende puln- massa's zijn? Ik zou, zegt de prefect mis troostig. nog uren met u kunnen rond rijden, maar overal zoudt u hetzelfde zien In Hangö is het minstens even erg. Maar daar valt het zoo mogelijk nog méér op, omdat de stad zooveel kleiner Ls. Och nee, zeg lk, ik weet het nu welWIJ nemen afscheid van elkaar, en lk ga naar .Ham burger Bors", waarvan mij verteld was en op het gezag van mijn zegsman heb lk dat, naar ik meen, u ook bericht dat het gansch en al werd verwoest. Zóó erg Ls het gelukkig niet: één verdieping heeft zwaar geleden, maar de rest staat, en het bedrijf draalt. Ik ga er wat eten en schrijven, maar de Inkt is nog niet droog, of voor den zooveelsten keer loeien de sirenen: Jas aan, muts op. rennen. De straat op, een pijl volgen: ik zit weer gevangen ln den schuilkelder. Het duurt een half uur. Als lk teruggekeerd ben om af te rekenen bij alarm laten wij hier alles maar zooals het Ls, het eenigc dat we doen Is: wegren nen! zoek ik het station op: lk heb het overdag nog niet gezien. Maar de Russen hebben het vandaag op Aabo begrepen: w4ér gillen de sirenen, wéér zoek ik ber ging. Wéér zitten wij een klein uur opgesloten, dezen keer ln een loopgraaf, die in een park Ls aangebracht. Buiten vriest het 21 gra den. In de loopgraaf is het bitter koud. Wij zetten onze beenen tegen den wand aan de overzij, hoog opgetrokken, maar het baat niet; de kou kruipt door alle naden en kieren en langzaam verkillen wij, hier onder den kelharden grond. Als het einde lijk voorbij is, ga ik maar draven om warm te worden Op het station, waarvan een bijgebouw ook al een bomscherf heeft ge had, staat een trein: frontsoldaten, die terugkeeren van hun verlof. Vrouwen en meisjes doen uitgeleide. Ze praten opge wekt en als de trein zich in beweging zet wulven ze lachend met zakdoeken Maar dan Ineens zie ik achter den schijn de bit tere werkelijkheid. Dezelfde zakdoeken, die zooeven moedig gezwaaid werden, drogen nu tranen weg. Een Jonge vrouw staat in mijn buurt: bewegingloos kijkt zij de twee kleine roode lampjes na, die de laatste wa gon voert. Het worden 2 stippen, kleiner en kleiner Dan komt de eerste bocht,* weg ls het licht. De menschen keeren naar huls. do soldaten keeren naar het front. Oorlog is wreed en gruwelijk. Ik loop de stad weer in, deze gewonde stad zonder kinderen Nooit heb ik geweten, dat ik zoo gewend ben aan kinderen ln een stadsbeeld! Hier zijn zij niet. Bij dit harde oorlogsbe- staan, met zijn oneindige alarmen, met zijn gerèn naar kelders en kluizen, hoort het vroolijke kleine volk niet Het leeft ..ergens in Finland", of in Zweden, en het speelt en lacht, onbewust van de ver schrikkingen, die groote menschen over groote menschen brengen kunnenen brengen. Want dit Aabo is meerendeels verschrikking, en ontkenning van alle menscheUJkheid. In den nachttrein naar Helsinki zitten de schaarsche passagiers weggedoken ln een hoekje. Als wij Karls na eindeloos boe melen bereikt hebben, gaat de coupé open: een man stapt binnenmet een klein kind op den arm! En ineens interesseert zich ons heele gezelschap voor dien éénen peuter; hij is de vertegenwoordiger van een voorbijen tijd, toen het hier nog vrede was en veiligheidDicht tegen zijn vader aan slaapt hij als een steen. Maar wij, ouderen, praten over oorlog en bommen, totdat wij elkander verliezen in het dichte duister van Helsinki's stationsplein. (Nadruk verboden. Auteursrecht voorbehouden kj. J HAFT N1BBRJC 4 GREEVT N V DEN HAAG PA*KST*AAT 9IO TEl.11764? Agent voor Leiden en omgeving 7514 (Xngez. M«l.) Eerste Kamer. BEGROOTING VAN FINANCIEN. (Van onzen parlementairen medewerker). Vanouds levert de begrooting van finan ciën geen groote en belangwekkende dis cussies op, omdat het eigenlijke flnancleele beleid er nimmer bij ter sprake komt. Toch leek ons het debat ditmaal langs iets breeder lijn te gaan dan anders, maar tenslotte was het toch een fragmentarische behandeling van enkele grooterc onderwer pen, waar zich kleinere om heen groepeer den. Van „groot" gesproken, ook nu weer ver schenen de „groote gezinnen" ten tooneele. Zooals bekend voelt de minister er niet veel voor, om deze verder tegemoet te ko men in de belasting-regeling. Maar de heer Fleskens, die zich hun lot had aangetrok ken, meende dat de tegemoetkoming jegens die gezinnen op verschillende wijzen dient te geschieden; niet alleen bij de regeling der directe belastingen, maar ook wat de Indirecte betreft; nu de lasten van deze laatste geregeld zwaarder worden, dient daartegenover aan de groote gezinnen een compensatie te worden gegeven, zij mogen, wat deze lasten betreft niet op gelijken voet worden behandeld met de kleine gezin nen en de ongehuwden, gelijk ook minister De Wilde in zijn groote belasting-ontwerp een zekere restitutie had voorgesteld. Maar later op den dag kwam de heer De Zeeuw zich tegen dit denkbeeld verzetten; hij voelde niets voor zulke „uitdeelingen" en meende dat er voor de groote gezinnen reeds veel wordt gedaan. Onze flnancieele en economische toestand leidde enkele sprekers er toe. opnieuw aan te dringen op zuinigheid en soberheid. We moeten den buikriem nauwer toehalen! meende de heer Heldring, er dient van staatswege drastische bezuiniging te ko men. En de heer Von Bönninghausen hield een pleidooi voor soberder leven. De klan ken zijn bekend; ze werden al uit den treure vernomen. Wie moeten de mobilisatie-kosten dra gen? Het nageslacht? En tot hoever? Ook deze vraag is niet bepaald gloednieuw. De heer De Zeeuw kon zich over het algemeen wel met het regeerlngsbeleid in dit opzicht vereenigen, omdat het den middenweg kiest en de lasten verdeelt. Dat wij ook voor de hoogste belangen van de komende gene raties waken, staat als een paal boven wa ter en daajom ls het niet meer dan billijk, een deel van de flnancleele lasten op hen af te schuiven. In verband met de flnan cleele politiek kwam ook het beleid van den Beleggingsraad ter sprake, dat door den heer Van Lanschot krachtig werd verde digd De heer De Zeeuw vond het eigenlijk niet het oogenblik, om tot herwaardeering van den goudvoorraad der Nederlandsche Bank „Verschrikkelijk", zei mijn vrouw en sU legde haar krant neer. „Kind ln tobbe?", informeerde ik gevoel vol. „Nee..." „flehip getorpedeerd?" „Nee...." ..Duizend Finnen „Nee...." „Vijf duizend Russen ..Ook niet ..Honderdduizend Chineezen?" Zij schudde het hoofd ..Lees zélf sprak zij verwijtend en zij reikte mij het blad. Ik 14s. „Puffend Nederland" stond er boven en dan: .Voor 146 millioen gulden ging in 1939 ln rook op".... „Hoeveel guldens waren daar van Jou bij?", Informeerde zij verwijtend. Ik draaide let of wat onrustig op mUn stoel. „Laat er een millioentje van mij bij zijn geweest, dan zou er tóch nog 144 millioen de lucht zijn Ingeblazen, als lk het rooken had gelaten", vergoelijkte ik vriendelijk „Zestien gulden zes en vijftig per hoofd van de bevolking....", peinsde mijn gade overluid. „Per Jaïr ..Nou", triomfeerde lk. althans, méénde ik te triomfeeren. „Dan heb ik dus verleden Jaar zestien-zes en vijftig opgerookt, das een dikke gulden in de maand. Vlnd-Je dat zoovéél? La's kljke, in 1930 was dat nog drie en twintig gulden en een kwartje... Toen rookten we minder, maar duurder „Per hóófd, sukkel!", rekende mijn gade mij gestrengelijk voor „Dat ls zuigelingen, kleuters en grijze dames meegerekend' Jij een dikke gulden ln de maand? Ik zal het góed met je maken ..Alsjeblieft!", knikte ik timide Tenslotte is 145 millioen een aardig sommetje om neer te tellen voor kistjes en doosjes met een pakje lucifers toe Als Uw vrouw haar portie daarvan omzette ln kersenbonbons „Voortaan neem JIJ twéé gulden per maand uit de kas voor Je rookerij'. Blijf Je nog zeven gulden en vier en veertig cent boven het algemeen gemiddelde „Hm", retireerde ik voorzichtig „Kijk es, voor twéé gulden kun Je wel rooken. maar geen goed spul! Slecht voor m'n gezondheid en een nare, benauwde lucht ln huls „Tja, dan kun Je ook eigenlijk véél beter het rooken meteen maar laten Ik heb er verder het zwijgen toe gedaan. Hopelijk bloedt de affaire dood maar lk heb wel een pampieren brief op pooten naar mijne vrienden van het Centraal Bureau voor de Statistiek te 's Graven hag e gezon den. Het epistel eindigt aldus: „Het publiceeren van deze gegevens brengt ernstig de neutraliteit in het gezin ln gevaar; ln geval van herhaling zal lk mij genoodzaakt zien een klacht tegen U in te dienen wegens huisvredebreuk. Alleen al een elementair gevoel van mannelijke solidari teit had U er toe moeten brengen deze com promittante cijfers in portefeuille te hou den. Géén dank, waarde lezer, ik profiteer er zélf ook van BH Het is verbazend, hoe snel de ver- clende verstoptheid bij hoofdverkoudheid of neuscatarrh te verhelpen is wanneer U een paar druppels Va-tro-nol in de neusgaten doet. U voelt de tin telende geneeskracht, die zich snel door de dieper gelegen neuskanalen verspreidt. Spoedig verdwijnt bet hinderlijke slijm en verminoert de zwelling der slijmvliezen. De irriteerende prikkeling in den neus houdt op en het schoonhouden der neusholte wordt erdoor bevorderd. U kunt weer frisch en gemakkelijk adem halen. Voorkomt ook volo verkoudheden Maar dat is niet alles. Vele verkoudheden kunt U nu geheel voorkomen of in het eerste stadium afweren, wanneer U slechts Viclcs Va-tro-nol bij het eerste waarschuwende niezen gebruikt. Dit merkwaardige middel is speciaal bereid voor neus en ked, waar verkoudheden ontstaan. In'deze gevaarzóne" helpt Va-tro-nol de natuur verkoud heden af te weren, vóórdat zij kunnen doorzetten. 7523 over ie gaan. maar nu het geschiedt, vroeg hij of ook niet de gemeenten een deel van de zoete winst kunnen verkrijgen Hebben is hebben en binnen ls binnen. Een speciaal belang, dat ook al vele ma- l^n ter sprake kwam vond in den heer Van Rappard een vertolker: de zware be lastingdruk op groote landgoederen. Reeds vroeger is er eenige verlichting voor de eigenaren in uitzicht gesteld, b.v. door mid del van een lageren aanslag in de perso- neele belasting, maar er ls niets van geko men, klaagde de afgevaardigde, die het denkbeeld aan de hand deed om die land goederen en hun opbouw ten deele als mo numenten te beschouwen, teneinde zoo tot belastingvermindering te geraken Dit is het voornaamste uit het gevoerde debat. De vergadering eindigde vroeg; vandaag spreekt de minister, die dan ook zijn ieening-ontwerp behandeld en aangenomen zal zien. Met dit laatste toont het parle ment weer eens, hoe snel het kan werken, \ls het wil. to Aabo Iedere dag. Links. „Eenzaam steken de schoorsteenen in de lucht: de huizen, die ze eens verwarmden, zijn weggeslagen." Rechts. De springbom sloeg dwars door het hoogste huis; de ontploffing, die volgde, verwoestte tevens een heele rij huisjes van bescheidener omvang waarvan deze foto enkele laat zien. VonciDtrnr cphat krachtigste reclame-middel

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1940 | | pagina 9