IWaar de Vrouw belang in stelt de Greet* LEIDSCH DAGBLAD - Derde Blad Donderdag 28 December 1939 Lr De geboorte van de eerste viool Poppenmoedert j e's lief en leed Wij en onze kleeding Donkersteeg 1 - Telef. 20706 Hoe we van oud nieuw maken Jaar-Einde Goedkoop en toch smakelijk Een goede raad uit Boekelo Kerstnacht in de Karpathen. De houthakkers en hun vrouwen hebben de lange zwarte pijpen aangestoken. De scherpe rookgeuren mengen zich met de goede dlerenlucht van de schaapsvachten, die ze nog bij het binnenkomen in de houten herberg om de schouders hadden geslagen en met den geur van brandewijn met abri kozen. Ergens uit dien rommeligen nevel vol ge zelligheid duikt een klein zigeunerorkest op, een tamboerijn en twee violen. En als de avond nadert, treedt op eens een boerin naar voren. Zè draagt hooge roode laarzen, een geborduurd Jakje en on telbare felgekleurde rokken. Ze zingt het oude, schrijnende lied van Roslka, dat hier beter dan iets anders het lief en leed van de aarde symboliseert. Het lied van de geboorte der allereerste viool klinkt door de nevelige ruimte, en als de stem zwijgt, klagen en zuchten de violen van datgene, wat een stem niet meer uit spreken kan Eens, heel lang geleden, in den tijd toen nog nimmer een trilling van vioolsnaren een menschelljk hart had ontroerd, leefde ergens diep ln dit bosch, een mooi hout hakkersdochtertje, dat Rosika heette. En vlak bij het huisje, waar zij met haar ouders en haar broers woonde, lag het kas teel met den knappen burchtheer. Hoe het kwam, dat deze beeldschoone jongeling nooit naar de kleine Rosika omkeek als zijn weg hem op een van zijn wilde Jachtpar tijen door het bosch en voorbij het hout hakkershuisje voerde, weet ik niet. (Mis schien was hij zoo fijngevoelig om het lied niet te willen bederven). Maar hoe het zij: Rosika was hopeloos verliefd; zij weende en zuchtte haar da gen door en stak ontelbare kaarsjes aan ln het kapelletje van het dorp. Toen dit alles niets hielp, riep zij den duivel te hulp. De duivel zwerft altijd zoo'n beetje over al rond. Maar ln de groote Hongaarsche bosschen is hij dag en nacht bij de hand als Iemand hem roept. Op het eerste tee- ken, dat Rosika gaf, liet hU zich uit een boom voor haar voeten glijden onhoorbaar als een regendruppel in den hersft. Hij was jong en knap en zag er bizonder opge ruimd uit. „Wat wensch Je, mooi meisje?" vroeg hij met zijn vleiendste stem En Rosika vertel de hem van haar verdriet. „Och, och" zei hij „als het anders niet is! Slechts vier of vijf, hoogstens zes kleinig heden heb ik noodlg en ik zal een onfeil baar middel scheppen om den jager aan je voeten te brengen. Het eerste, wat je me moet geven is al héél gering, het ls haast de moeite niet waard om te noemen: het zijn de paar dagen, de enkele uren, die Je vader nog te leven heeft. Er zijn dingen, die vreemd klinken ln de ooren van een liefhebbend dochtertje, zelfs uit den mond van den duivel. Rosika aarzelde, weende, zuchtte en stemde tenslotte toe, zooals u natuurlijk wel gedacht had. En de duivel greep den goeden man onverhoeds bi) een been, zwaaide ermee door de lucht en legde ein delijk een kleine houten kast met een steel, gevormd uit het been, dat hij in de hand gehouden had, voor Rosika neer. De stem van het meisje beefde, toen ze vroeg: „En wat wil Je nu nog meer?" „Je vier groote broers, Rosika". Ze snikte, wrong de handenmaar ze had reeds zóóveel gegeven! Zou ze nog te rug hebben gekund? Tusschen de groene dennen lagen de vier broers van Rosika vast in slaap. Maar reeds had de duivel zijn werk gedaan. Hij pakte de broers een voor een beet en draaide ze om zijn vingers, tot ze niets meer waren dan bundeltjes pezen. Dan bevestigde hij naast elkaar de vier snaren op de viool, precies zóó als de vier broers van Rosika naast elkaar ln het bosch hadden gelegen. „Kijk" zei hij „ls dat geen aardig kunst je?" „Is het nu klaar?' vroeg Rosika sidde rend. „Nog niet heelemaal". En de duivel nam haar mee naar het houthakkershuisje, waar haar oude moeder met de sneeuw witte haren voor het vuur knielde. Met één handbeweging had hU van de vrouw een strijkstok gemaakt, waarop hij de witte haren spande. „En nu" zei hij tegen Rosika. terwijl hij I naar de viool overhandigde „nu hoef je alleen maar te strijken en Je ridder zal je I slaaf zijn". En toen hij dit gezegd had, was hij ver- chvenen als sneeuw voor de zon. Rosika speelde en speelde.... En eens I op een dag toen de burchtheer haar huisje Ik sla haar gade in haar teedere zorg voor het zieke kindje. Een week geleden maakten we achter elkaar twee rampspoeden mee: Liesje en Dleneke raakten achtereenvolgens haar beenen kwijt. Toen het eerste beenenstel opeens los ln de wieg gevonden werd, heeft Ietje ge huild. Het is ook griezelig: zóó is je kind nog gezond en zóó bestaat ze enkel uit een rompje met hoofd en armen. De Grootmoeder van Liesje heeft het moedertje getroost en haar gewezen op het vroolijke gezicht van het slachtoffer en op haar permanent, die er nog prachtig ln zat. Kun Je glimlachen en Ijdel zijn, als je zóó'n vreeselljke pijn in Je beengewrichten hebt op de plaats, waar gisteren nog je bee nen zaten? Neen immers! Ietje heeft zich laten overtuigen en heeft haar tranen gedroogd in den mooien nieu wen zakdoek van Sinnlklaas. En toen lag het op Grootmoeder's weg om onverwijld Liesje naar den poppendok ter te brengen. Moes heeft gezegd: „Ja, die zal vast wel heel lief zijn tegen Liesje Nee, hij ls niet boos op haar, verbeeld je: ze kan toch zeker niet helpen, dat haar bee nen zijn los gegaanOf het lang duurt? Nu, zeker een paar dagen zal Liesje bij den poppendokter moeten logeeren O ja, een biscultje krijgt ze vast wel maar een slaapliedje? Nu, ik weet niet, of de poppendokter goed zingen kan. Liesje zal moeten wachten, tot ze weer bij haar moedertje is." Met een diepe zucht heeft Ietje haar kind aangekleed met haar warmste pyama'tje. De beenen zijn apart in een papiertje ge pakt en Ietje heeft het zielige dochtertje gekust met de woorden: „Dag, mijn arme lieverd. Nu word Je gauw heelemaal weer beter." Als ik op visite kom. vertelt ze mij het verhaal ln geuren en kleuren. Ze zit op haar klein stoeltje voor den haard en heeft Dieneke op haar schoot, stevig gewikkeld ln een dekentje. „Tante, zijn losse beenen besmettelijk?" vraagt ze wijs. „Welnee, Prul, hoe kom je daarbij?" „Daarnet was lk zóó bang, dat Dienke's beenen ook los zouden gaan. Ik durfde er niet naar kijken." „Laat mij eens zien." „Zult U er niet aan trekken. Tante?" vraagt ze angstig. Ik beloof haar, dat het onderzoek pijnloos zal plaats hebben. Ik wikkel de deken los enhoud Dleneke's beenen in mijn hand. In Ietje's oogen trillen de tranen alweer, maar ik neem haar met kind en al op mijn schoot en heb er gauw iets op bedacht. „Vanmiddag ga ik Liesje halen en breng meteen Dieneke weg. Is dat goed?" „Ja, fijn", zegt Ietje en is alweer ge troost. Ik sla haar gade ln haar teedere zorg voor het zieke kindje. Dat krijgt een extra dekentje en mag terwijl het Inslaapt, moe dertjes hand vasthouden. Als straks de jongens binnenkomen, wijst Ietje met de vinger op de lippen naar de wieg en zegt angstig-vriendelijk: Kunnen Jullie niet, als jeblieft een beetje stil zijn? Ze slaapt pas! Het December-weer lokt niet tot uitgaan. Maar ik overwin m'n traagheid en flets in een vliegenden storm naar den poppendok ter, waar ik Dieneke aflever en Liesje op- visch uit een chaos van poedelnaakte pop- penlljven. Ik ben blij, dat het teergevoelige moederharje dit niet te verwerken krijgt.... Als lk thuis kom, hoef ik niet te bellen. Ietje staat onr het hoekje van de deur, met handjes blauw van de kou. Het standje versterft op mijn lippen als lk de stralende oogen zie en de armen, die Liesje met papier en al aan het moeder- hartje trekken. „Dag mijn zoet kind! Dag mijn eigen schatje", hoor ik Ietje fluiste ren. En ik denk: „Zoolang er nog moeders zijn, ls de wereld nooit heelemaal trooste loos. Ja, zóó zijn moeders en zóó zijn alle vrouwen met een moederlijk hart: als het verdriet komt, zal de liefde Inniger worden en de offers grooter." Ik betrap mezelf erop, dat lk echt stil ben, als Liesje dien avond vroeg in bed wordt gestopt om „eens heelemaal bij haar eigen moedertje uit te rusten." MAJA. voorbijkwam, ontsnapte aan de viool een lange snikkende klacht, zooals nimmer nog menschenooren gehoord hadden. Het paard stond stil, de honden zwegen. Rondom Rosika en haar burchtheer wa ren enkel lentegeur en bloemen. En zelfs dat alles verdween: de wereld bestond voor hen niet meer. Hoelang de liefde tusschen die twee ge duurd heeft, meldt de legende niet. Waar schijnlijk even kort als alle bevliegingen, waar de duivel de hand ln heeft. In leder geval: eens kwam er een einde aan. Het kasteel verviel, het huisje verdween, al leen de vloo) bleef bestaan. Die werd ge vonden door een zigeuner, die haar volgens de zede van zijn ras, mee nam naar zijn tent En sindsdien hebben de zigeuners met dit wonderinstrument de macht gekregen om het hart van den ongevoeligsten luis teraar sneller te doen kloppen en om de verliefden nóg vuriger verliefd te maken. Als het lied uit is, komt uit alle hoeken van de herberg de jeugd te voorschijn en danst. Gracieus zich wiegend tegenover el kaar, zonder elkander ooit te raken, draalen en springen de paren. Ze slaan met de hakken op den grond, klappen met de vingers, leggen de armen sierlijk gevou wen achter het hoofd. De jongens dragen Kerstrozen op den hoed, de meisjes laten haar wijde rokken zwieren, terwijl de dikke vlechten op de ruggen dansen Maar dan opeens klinkt buiten het pure geluld van de kerkklok, die roept tot de nachtmis. De herberg loopt leeg en de zi geuners spelen onderweg met evenveel vuur de gewijde melodieën ter eere van het Kerstkind als zooeven hun smartelijk lied van het lief en leed dezer oude aarde.... Wat moeten we kiezen om er op ons voordeeligst uit te zien? Vele dames worden, als ze zoo bij de etalages van groote confectiezaken staan te kijken of een modeshow bijwonen, wei eens even wanhopig bij de gedachte, dat bepaalde fouten of foutjes in haar eigen figuur het haar onmogelijk zullen maken dit of dat japonnetje dat toch zóó schat tig ls! te dragen. Ze denken er dan echter niet zoo gauw aan, dat de Fransche mode-ontwerpen, die ln de meeste gevallen den grondtoon ook voor onze confectie hebben aangegeven, heusch wel hebben gedacht aan die minder volmaakte figuren en hiermee geducht re kening hebben gehouden bij het scheppen van de diverse modellen. De kunst van een goed mode-ontwerper bestaat niet alleen in het creëeren van leuke dingen in het vage, maar bovenal ln het aanpassen van het ideaal aan de, meestal niet volmaakte, werkelijkheid. Hij mag nooit vergeten, dat zijn hoofdtaak is, de vrouwen, die zijn modellen in het dage- lijksch leven zullen dragen, aantrekkelijker te maken. Vooral de modekoning Lucien Lelong heeft dit punt uitvoerig bestudeerd en ln zijn collecties, die altijd zeer gevarieerd zijn, komt dit streven tot aanpassing dui delijk naar voren. Uit de overgroote keuze van modellen, die ieder seizoen haar aan dacht vragen, moet echter iedere vrouw voor zichzelf de juiste weten te kiezen. Zij moet weten, wat haar flatteert en wat haar charme zou verminderen. En als te dit eenmaal goed weet, dan moet ze zich ook aan die regels houden, hoe aantrekke lijk een Japonnetje of costuumpje, dat haar nu eenmaal niet staat, verder ook moge zijn. Wilt u een paar gulden regels voor een goede kleedingkeuze, in verband met uw eigen figuur? Hier volgen ze dan: Als u lang en mager bent draagt u bij voorkeur: glimmende, niet te dunne stof fen, horizontale lijnen aan kraag en cein tuur, lange, wijde mouwen. Mantelcostuums met blouses zijn zeer geschikt. U vermijdt zorgvuldig: verticale streepen, puntige hals uitsnijdingen, hooge taille, tè lange of tè korte rokken. Hebt u korte beenen dan kiest u: eenigs- zins langere rokken dan de huidige mode aangeeft, nauwsluitend om de heupen en van onderen uitspringend. Taille van ach teren op zijn plaats en van voren iets hooger. Vermijd vooral alle horizontale lij nen, volant aan den rok, te korte rokken, te lage taille, breede schouders. Is uw buste iets te zwaar draag dan: wijde blouses met golvende lijnen, punthals, los gedragen vesten. Kies bij voorkeur heele japonnen of don kere blouses. Neem nooit: strak zittende blouses of truien, jabots, het contrast van lichte blouse of donkeren rok, tè sterk betoonde taille, waardoor het bovenlichaam nog forscher HJkt. Als u groot en dik bent draag dan liefst: donkere of gedekte kleuren, simpele lijnen en zooveel mogelijk stoffen, in de schuinte verwerkt Voor 's avonds verdient een iets lager décolleté de voorkeur. Vermijd vooral: schelle kleuren, dikke stoffen, volants en alle relief-effecten als borduurwerk, groote bloemen, sommige be drukte stoffen en steeds alle ruiten. Bent u daarentegen klein en dik draag dan: japonnen van één kleur met lange verticale lijnen, punthals, iets verhoogde taille en iets langere rokken. Draag echter geen horizontale effecten, geen japonnen in twee kleuren (rok en blousei geen te lichte tinten, geen wijde mouwen. Hebt u een jongensfiguur, kies dan: zeer jeugdige, echt vrouwelijke Japonnen, hoog aan den hals en versierd met Jabots of gedrapeerd over de buste. Draag de taille op haar plaats. Vermijd: alles wat naar het manlijke zweemt, zooals boordje, dassen, vierkante schouders enz. enz. Hebt u smalle schouders en breede heu pen? (Deze fout komt vaker voor, dan men denkt) draag dan: kopmouwen, rokken, die niet te strak zitten om de heupen en ronde halzen Vermijd: alle raglanachtlge modellen, punthalzen, lichte ceintuurtjes, die de taille min of meer inrijgen en daardoor de heu pen nog sterker doen uitkomen. Houdt u zich aan deze regels, dan zult u zeker goed kiezen! FELICITAS. vooi /zehjecte ^a}idi>ko6e tncüke-ufjf 5067 (Inaex. Med.) Jurkje met ingebreide mouwen voor kleine Zus. Heel vaak gebeurt het, dat de kinder jurkjes van onze kleine meisjes heel vlug aan de mouwen versleten zijn, terwijl de rest nog goed ls. Wat nu gedaan? Korte mouwtjes ln het jurkje maken ls een niet afdoende oplossing, want dan wordt het jurkje voor den winter te koud, terwijl het in den zomer te „win- tersch" staat. Het beste ls in zoo'n geval, het jurkje geheel „om te bouwen" en wel met mouwen en schouderstukjes van brei werk. Dit geeft een zeer origineel effect en het maakt, dat het jurkje weer een of meer Jaren mee kan. Artistieke moeders zullen hier vast wel een aardige kleurencombinatie weten te bedenken. Ik zie b.v. voor me een lichtgroen jurkje met beige mouwtjes, waar op later bloemetjes worden gemaasd in twee kleuren groen; een blauw jurkje met zacht gele mouwtjes of een donkerrood jurkje met mouwtjes In een mooie kleur grijs. Eenig vindt u niet, om zelf voor uw dochter tje een aardige combinatie uit te zoeken. Het breien gaat heel eenvoudig. Er wordt eerst even een papieren patroon geknipt van schouderstukjes en mouwen en volgens dit patroon wordt dan gebreid. Het wijst zich vanzelf. Het onschatbare voordeel van deze op- knapmethode is, dat we nu met succes het volgend Jaar het Jurkje kunnen verlengen met een aardlgen rand breiwerk in de tinten van mouwen en schouders. Peinst u eens mee, hoe het het aardigste kan worden? LATEN VETWOBMPJES puistjes of vlekken Uw uiterlijk niet ontsieren. Geef Uw gelaat regelmatig een Radox zuurstofbad. - De zuurstof, vrijgemaakt door oplossing van Radox ln warm water, maakt Uw wangen weer frleeh en teer. Bij Apofh. en Dreg. is 5046 40 d per pak en 15 ct per klein pakje. (Ingez. Med.) Bont verscheiden zijn de winterfeesten in het warmste hoekje van het jaar Sinterklaas troont in de huiskamers. Kerstmis schijnt ln de harten. Oudejaars avond. genoeglijk-stemmig voorbereid bij warme punch, slemp en oliebollen, vindt zijn culminatie op straat, onder den sterren hemel. Het ls de avond, zwaar van herinne ring. De avond, die koesterend en soms wei verstikkend-warm bedolven ligt onder de schimmen van al die andere Oudejaars avonden, waarvan de kleuren verschillen, maar de sfeer dezelfde bleef. Daar ls de Oudejaarsavond dat het menschje, pas „ik" geworden, voor het eerst op mag blijven: een heet-begeerde duizelig- zware verrukking! En de Oudejaarsavond met het dikke pak sneeuw, stuivend opgewaaid tegen de kerk. Het vroom omhoogbloeiend kaarslicht, pin kelend in de gouden en zilveren kappen van Frlesche vrouwtjes en de geur van warme stoven en brandschoone, Noordsche roman tiek. En dan is er de Oudejaarsavond van het eenzame menschenkind met het hart boordevol heimwee en levenswellust, dat zich heel alleen tusschen feestende men- schen en glerflultende schepen, even voelt opgetild ln de geheven ure, bulten Jaren en dagen. Er is ook de Oudejaarsavond met het goedburgerlijke geluk, dat tintelt in de ge heven glazen en in de oogen, vochtig van spot-goedkoope ontroering. En de donker stille, die maar niet voorbij wil gaan, omdat de pijn om wat het leven heeft vernield él te zwaar drukt. Altijd wentelt het lichtende zonnewiel nieuwe Ouwejaarsavonden, vol warmte en levensintensiteit, op ons af. En altijd weer is daar de Nieuwjaarsmor gen: vreemd spooksel, karakterloos als een verschbehangen leeg huis vol stijfselgeur; traag als de pols van een kind na een koortscrisis. Blikkerig-nuchter, met visioe nen van schele hoofdpijn, gure wind en visites makende echtparen in een stil stadje. Bont verscheiden zijn de winterfeesten in het warmste hoekje van het jaar, ons op voerend tot de goed-aardsche volheid van het Jaar-einde. Als de twaalf slagen van den toren klin ken gaan de deuren open en de menschen, duizenden, mlllloenen menschen, staan on der de sterren. Mlllloenen menschen als één menschen kind. Het zwijgt en voelt den warmen klop van zijn hart den koelen wind om zijn voor hoofd, in het wondere oogenblik, dat tijd en eenwigheid elkander schijnen te raken. Zijn ziel ademt in de oneindige ruimte en zijn voeten drukken de eeuwig-smartelijke, ln- nig-dlerbare wereldbol. Aardeklnd hemelkind ls hij. En hij weet dat het goed ls. RHÉMONDA. Een praatje over verschillende slasoorten In den zomer ls men er wel aan gewend, geregeld rauwe groente te eten. Sla, to maten, komkommers komen op tafel, dik wijls ook als tweede groente. Tegenwoordig kan men in het najaar deze groenten heel lang krijgen, maar eens worden ze toch te duur, voor den een vlugger dan voor den ander. Men is er aan gewend geraakt, eiken dag wat rauwe groente te eten en weet dat dit bij een goede, volledige voe ding hoort. Gelukkig kan men ook van allerlei win tergroenten heel smakelijke slasoorten maken en deze behalve de gekookte groente opdienen. Ook kan men ze geven als enke len schotel. Geeft men er dan goed warme aardappelpuree, gebakken aardappelen zoo uit de pan, of gekookte aardappelen met warme botersaus bij. dan zal men ook tege moet komen aan het bezwaar van sommige menschen, die een maaltijd met koude groente alleen ln den zomer lekker vinden. En op heele koude dagen laat men de sla achterwege; erwtensoep en stamppotten zijn dan meer op hun plaats. De groente moet aangemengd worden met een saus. Slappe groenten, die veel en vlug vocht loslaten, maakt men kort voor het gebruik aan, de andere soorten een uurtje van te voren, zoodat de saus er ln kan trekken. Natuurlijk moet alle groente die rauw gegeten wordt extra goed gewasschen wor den en heel fijn gesneden, geraspt of ge schaafd. (Overijssel): Uit hygiënisch oogpunt ge- bruike men voor alle spijzen Jozo of Nezo. Zuiverder keukenzout bestaat er niet. 4737 (Ingex. Med.) RECEPTEN. Slasaus, le recept. Benoodigdhedenéén ei, vier lepels sla olie, twee lepels azijn of wat citroensap, zout, peper, soya, mosterd.' Bereiding: Het ei vier minuten koken, pellen en fijnmaken in den slabak. De olie en de droge bestanddeelen toevoegen en roeren tot de olie zich goed gemengd heeft met den half zachten eidooier. Daarna de azijn of het citroensap er mee vermengen. Slasaus, Ze recept. Benoodigdheden: een dl. melk. een lepel maïzena, een el, drie lepels gesmolten boter, anderhalve lepel azijn, een theelepel zout, peper, aroma. Bereiding: De maïzena aanmengen met wat van de melk, bij de rest doen en even al roerende door laten koken. De azijn toe voegen. De gesmolten boter al roerende bij het sausje gieten en alles bij het los geklopte ei schenken. Het sausje op smaak afmaken met zout, peper en aroma. Zuurkoolsla met appelen. Benoodigd: een pond zuurkool, vier ap- eplen, slasaus volgens een der recepten. Bereiding: De zuurkool even afspoelen en uit laten lekken. Het slasausje klaar maken. De appelen in blokjes snijden of raspen en vlug door de saus roeren, om verkleuren zooveel mogelijk te voorkomen. De zuurkool er bij doen en pijn. drie kwar tier laten staan voor het gebruik. Gemengde sla I. Benoodigdheden: twee struikjes Brus- selsch lof, twee kleine winterwortelen, een gekookte biet, een halve selderyknol, sla saus. Bereiding: Het lof schrappen, ln dunne reepjes snijden, vlug wasschen en uit laten lekken op een vergiet. De wortelen was schen en raspen, de biet stroopen, was schen en klein snijden, den selderyknol schillen en in blokjes snijden. Alle groente voorzichtig door de slasaus roeren. Gemengde sla II. Benoodigdheden: een groote rauwe biet, drie appelen, een ui, slasaus. Bereiding: De biet afborstelen, schillen en raspen. De appelen raspen of in blokjes snijden en alvast in de slasaus doen. De ui heel fijn snipperen. Daarna alle groente goed met de slasaus mengen. Gemengde sla III. Benoodigdheden: een kleine knolseldery. twee kleine gele struiken andijvie, slasaus. Bereiding: De selderyknol schillen, in blokjes snijden of raspen, van de andijvie de buitenste bladeren verwijderen en het gele gedeelte heel fijn snipperen. Goed wasschen en uit laten lekken. Daarna met den selderyknol de slasaus vermengen. De saus eenigen tijd ln laten trekken. Zondag: Groentesoep, gehakt, Brusselsch lof, aardappelen, vanille vla met bitter- j koekjes. J Maandag: Biefstuk, groene kool, aard- appelen, appelbeignets. Dinsdag: Stamppot van snijboonen met I rookworst, chocoladepudding, vanillesaus Woensdag: Erwtensoep, rijst met appelen. Donderdag: Ribstuk, savoyekool, aardappe len, citroenrUst VrijdagBokking, roode kool, aardappelen, rijst met boter en suiker. Zaterdag: Kerryschotel (van rest ribstuk en rijst van den vorigen dag), vruchten- gruel. 3—3

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 11