BINNENLAND tfllêt(joudbehoond' Wtujen Met de marine op patrouille UYLENSPIEGHEL J LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 28 November 1939 Derde Blad No. 24442 80ste Jaargang Dag en nacht gaat het spiedend oog over de zee In den De Nieuw Guinea expeditie een succes „Johan de Witt" aangekomen Het incident aan de grens bij Venlo De spoorwegtekorten VRAGENRUBRIEK (Van een specialen verslaggever). Het Nederlandsche leger ls paraat, onze landmacht staat aan de grenzen. Ook el ders ln den lande zijn de noodlge voorzie ningen getroffen, om, mocht het noodig blijken, de neutraliteit en de onafhanke lijkheid van het vaderland te kunnen be waren. Maar hoe staat het met de Marine, wat is haar aandeel ln deze taak. Dat is de vraag, die wij ons hebben gesteld en toen ons onlangs de gelegenheid werd ge boden in nader contact te komen met de Koninklijke Nederlandsche Marine, heb ben wij deze met beide handen aangegre pen. Heeft de Marine wel de belangstelling, welke zij verdient? Zeker een zee-officier ls dank zij zijn donkere uniform gemakke lijk te onderschelden van zijn collega van de Landmacht, maar, om het populair uit te drukken: wat doen hij en zijn onderge schikten. kwartiermeesters, bootslieden, konstabels en hoe zij allen mogen heeten. Dag en nacht gaat het spiedend oog van de Marine over de zee: weer of geen weer, haar piloten zoeken de lucht af om te zien of zich geen vreemde vliegers binnen de territoriale wateren begeven en binnenloo- pende schepen worden onderzocht of zij geen ongewenschte munitie of menschen binnen onze grenzen trachten te brengen. Ook van het duin af en van andere hoog gelegen posten, bijv. vuurtorens dwalen voortdurend de blikken van het Marine personeel over de Noordzee en brengt deze rg. kustwacht rapport uit van hetgeen zij heeft opgemerkt. Allerlei soorten vaartuigen als kruisers, mijnenleggers, mijnenvegers, torpedoboo ten. onderzeebooten enz. zijn te allen tijde gereed om een eventueelen vijand den weg te versperren, mocht daze trachten ons land van de zeezijde af aan te vallen. Wij bevinden ons in een der zeehavens. Langs de kaden liggen talrijke visschers- vaartuigen gemeerd, deels door het mijnen gevaar. deels tengevolge van exportmoei- Bjkheden vinden zij geen emplooi. Mast aan mast liggen ze, de loggers en treilers. Haar wat is dat van de treilers zijn er vele grijs geschilderd, Marine-officieren loopen op het dek heen en weer, de equipage heeft een oranje gekleurden band om den linkerarm. Nijdig steken de loopen van een dubbel- mitrailleur naar boven. Alles wijst erop, dat deze schepen niet bestemd zijn om er mede uit visschen te gaan. Neen, zij zijn in gedeeld bij de Marine en vervullen een dubbele rol. Eenerzijds dienen zij als mij nenveger, buitendien zijn ze ingedeeld bij den bewakingsdienst. De treilers zijn gere tireerd, zij staan onder commando van een Marine-officier en zijn bemand deels met Marinepersoneel, deels met vrijwilli gers. die echter bij de Zeemacht zijn inge deeld. Dagelijks gaan ze naar buiten om een oogje in het zeil te houden bij het bln- nenloopen der koopvaardijschepen. Tevens hebben ze paravanes aan boord en veeg- tuig om. zooals dit woord reeds aanduidt, mijnen te kunnen vegen. Regelmatig wordt dit vegen beoefend. Het zijn voortreffelijke zeeschepen, die in gewone tijden op zeer grooten afstand van het vaderland worden gebruikt voor de visscherij, doch als er een beetje zee ttaat slingeren ze, dat het een lieve lust is. Ja, er werd ons verzekerd, dat hoe zee vast men ook mag zijn, men het op een treiler „licht voor zijn kiezen krijgt", als het ruw weer ls. Comfort bieden deze sche pen heel weinig, alleen het vlaggeschip van de flottielje, dat indertijd den naam droeg 'an een gezocht zeebewoner, doch nu ter onderscheiding slechts een letter heeft met (en cijfer, beschikt over een vrij aardige hut voor den schipper. In het achterschip Is de Kajuit voor de bemanning, boven de banken langs de zijwanden bevinden zich dr kooien. Onwillekeurig moeten we er aan denken hoe het leven moet zijn aan boord van een dergelijk scheepje als de zee hol staat, Ohs Plan om met een treiler mede naar buiten te gaan is bezwaarlijk ten uitvoer te 'often, de stormwind giert, telkens jagen schuimwolken over de havenhoofden. In plaats daarvan wordt een bezoek ge bracht aan een batterijschip, een vaartuig, dat indertijd den naam droeg van een ou ter historische zeehelden. Het heeft als Khlp door zijn ouderom geen enkele ge- vechtswaarde meer, maar het in de pant sertorens opgestelde zware geschut is nog Ptttha en zoo dient dit schip om het vuur 'aa het aan den haveningang gelegen fort bij een aanval te kunnen ondersteunen. Na ons bezoek op de treilers doen de ruime dekken, de breede gangen, de ruime hutten voor de officieren en het logies voor de bemanning, heerlijk verwarmd, welda dig aan. Neen, zij die op dit schip zijn on dergebracht hebben het nog zoo kwaad niet. Men is dan misschien een eind van moe der de vrouw verwijderd, maar overigens is het aan boord best uit te houden. Daarbij wordt getracht den matrozen in hun vrijen tijd wat afleiding te bezorgen. In het vroe gere verblijf van de adelborsten staan en kele schaafbanken opgesteld, twee instruc teurs geven hier timmerles. De jongens moeten het hout voor de te vervaardigen voorwerpen zelf koopen. maar mogen ze daarvoor, als ze klaar zijn mee naar huis nemen en zoo wordt menige vrouw, als de man thuis komt met verlof, verblijd met een aardige kast of etagère. Vol trots too- nen de matrozen ons allerlei voorwerpen, waarvoor in een huishouden altijd wel een plaatsje is te vinden. Meer dan een vierde van het personeeel van het batterijschip heeft zich voor deze lessen aangemeld. En de stemming? Ze is uitstekend, maar er is één lid van de bemanning, dat veel zorgen geeft, een lid op vier beenen, Kobus Knor genaamd. In het conduiteboekje le zen we onder de rubriek: beroep of hand werk vóór de opkomst in werkelijken dienst leerling-muizenvanger. Kobus Knor heeft, zooals we op het identiteitsplaatje om zijn hals lezen stamboeknummer Z1, hij be hoort tot de bloedgroep X. Wilt u, lezer, zijn signalement: lengte 30 c.maangezicht leuk, voorhoofd laag. neus klein, mond ge woon, haar grijszwart met roode strepen, wenkbrauwen blond. Hij ls in soldij voor twee porties vleesch en eventueel verval. Maar Kobus Knor heetf een slechten con duitestaat, de proef voor muizenvanger 3e klasse heeft hij niet alleen op onvoldoende wijze afgelegd, hij heeft een berisping op- geloopen wegens het opschaften van lever worst van de tafel der adelborsten en voor een ander feit 21 dagen licht arrest onder gaan. Bij de beoordeeling betreffende ge drag. plichtsbetrachting, bekwaamheid en bruikbaarheid in het algemeen, militairen aard en eigenschappen lezen we dan ook, dat hij een bijzonderen aanleg voor slapen heeft in diensttijd, zeer speelsch ls en den geheelen dag zint op kattekwaad. daarbij ongehoorzaam en lui is en n.b. van het raarste voorwerp een zit- of ligplaats weet te maken. Is het wonder, dat Kobus Knor is voorge dragen voor ontslag uit den militairen dienst? Het geval Knor interesseert ons der mate, dat een der officieren ons een blik gunt in het geheime rapport, dat hij van dezen milicien heeft opgemaakt. Wij ont- leenen hieraan het volgende. Op zekeren dag werd Kobus Knor des morgens te onge veer 11 uur. dus in scheepstijd. aangetrof fen slaoend in een leuningstoel in de long- room. Knor werd gepord, doch maakte geen aanstalten om op te slaan, resp. de militaire houding aan te nemen. Ja. zelfs een terechtwijzing had geen succes, hij knipoogde even en daarmede was het uit. Weet Kobus, wat hem boven het hoofd hangt? We gelooven het nauwelijks, want gedurende den geheelen tijd, dat wij in de longroom zijn. slaapt hij op den schoor steen den slaap der onschuldigen en hij kan zich dit ook veroorloven, want hij is de lieveling van alle officieren. Adverteer actueel. Alles wat de mobilisatie betreft, staat in de couranten in het middelpunt der belangstelling. U kunt van deze. reeds bestaande, belangstelling profiteeren door met Uw advertenties aan te knoopen bij het nieuws. 3416 Adverteer met actueele annonces in de dagbladpers, het eenige reclame- middel, waarin derce zoo effectvolle reclame-vorm geheel tot haar recht komt. LEIDENAARS LE ROUX EN PROF. BOSCHMA KEEREN MET SCHAT VAN GEGEVENS TERUG. Omtrent de expeditie naar centraal Nieuw Guinea, welke dit jaar onder leiding van den heer C. C. F. M. Ie Roux (uit Lei den) door het Koninklijk Nederlandsch aardrijkskundig genootschap is uitgezon den, om met de wisselmeren als basis, de meest Westelijke en tevens de grootste der witte plekken van de kaart van Nieuw Guinea te doen verdwijnen, nadert haar einde. De deelnemers zullen tegen het eind dezer maand Nieuw Guinea verlaten. Het gestelde doel mag als bereikt worden be schouwd. Het is den heer Le Roux gelukt om, uit gaande van het grootste meer, het Paniai meer langs de Araboe- en Kemaboe-val- leien in Oostelijke richting door te dringen tot de Delorivier en daar aansluiting te krijgen met het gebied, dat hij zelf in 1926 in kaart had gebracht, toen hij met de AmerikaanschNederlandsche expeditie, doctors Van LeeuwenStirling, van de Rouffaerrivier uit het hooggebergte was binnen gedrongen. Daarmede is dus de hierboven genoemde „witte plek" in haar grootste lengte door sneden. Het is daarbij niet gebleven. Er zijn verschillende uitstapjes in alle wind richtingen gemaakt, waarbij de luit. ter zee, Hagdorn verscheidene belangrijke punten astronomisch kon vastleggen, ter wijl de beide aan de expeditie toegevoegde inlandsche topografen Saleh en Hocka zich ijverig met karteeringswerk hebben kun nen bezighouden. Ongetwijfeld kan een uitstekende kaart van dit deel van centraal Nieuw Guinea worden tegemoet gezien. Naast het topografisch-onderzoek, dat uit den aard der zaak den hoofdschotel vormde, is het andere wetenschappelijke werk niet vergeten. De zoöloog prof. Bosch- ma uit Leiden heeft rondom de meren eenige maanden rustig kunnen arbeiden en zal met een schat van gegevens naar Leiden kunnen weerkeeren. De officier van gezondheid dr. Brouwer heeft vele honderden berg- en dwergpa poea's anthropologisch kunnen meten en fotografeeren. daarbij smaakproeven ne mend, vingerafdrukken makend en bloed groepen bepalend. Ongetwijfeld zal hij met de verkregen uitkomsten het zoo belangrijke Papoea- vraagstuk aanmerkelijk nader tot zijn op lossing kunnen brengen. Een menigte ethnografische gegevens en museumobjec ten zijn door Le Roux bijeengebracht. MET PASSAGIERS VAN DE „ORANJE". Gisteravond om half zeven is het s.s. „Johan de Witt" met passagiers van het m.s. „Oranje", dat uit Indië komende de op varenden in Lissabon aan de „Johan de Witt" had overgegeven, in IJmuiden bin- nengeloopen. Kort na half elf heeft de „Johan de Witt", onder commando van kapitein van der Laan, de Amsterdamsche haven bereikt en ligplaats genomen aan de etablissementen van de maatschappij „Nederland" aan de Sumatrakade. Zooals men weet, was de „Johan de Witt", die zelf ook van paravanes was voorzien, een van de schepen, welke van de Duins af door de sleepboot Zwarte Zee met haar pa ravanes door de gevaarlijke zones zou wor den geconvoyeerd ter beperking van het mijnengevaar. De bedoeling was geweest, dat men in konvooi zou gaan varen met de „Maaskerk" de „Amstelkerk" en de „Nigerstroom", maar deze schepen kwamen niet tijdig gereed. Er is gevaren met de sloepen gestreken, de equipage hield er de wacht bij, de pa trijspoorten geblindeerd. De passagiers had den order, zich gekleed gereed te houden. Niemand mocht zich in de hutten bevin den. de zwemvesten waren aangegord, de waterdichte schotten dichtgedraaid. Toen het duister werd, gingen de zoek lichten dienst doen. Men was op alles voor bereid bij dezen tocht over de Noordzee. De stemming onder de reizigers was vrij goed, ondanks het feit, dat men des och tends was ingelicht omtrent het lot van de „Spaarndam". De „Zwarte Zee", waarachter men op een afstand van 500 meter veilig gevaren heeft, draaide bij IJmuiden om, om bij Duins de andere schepen te halen. het onderzoekingsvaartuig zijn eenige stuks 3.7 c.M. geschut opgesteld, om tueel schepen, die niet op het stopsignaal willen stoppen, te dwingen. VRAGEN AAN DE REGEERING. De heer De Marchant et d'Ansembourg heeft aan de ministers van algemeene za ken en buitenlandsche zaken de volgende vragen gesteld: 1. Is het waar, dat op 9 Nov. 1.1. eenige leden van de Duitsche geheime politie ge wapend de Nederlandsche grens bij Venlo hebben overschreden en op Nederlandsch territorium onder bedreiging met wapen geweld de inzittenden van een auto. waar onder een Nederlandsch officier, overmees terd hebben? 2. Is het waar, dat de genoemde Duit- schers een aantal der inzittende personen evenals de auto met geweld over de grens naar Duitschland gebracht hebben? 3 Indien de beide voorgaande vragen in bevestigenden zin worden beantwoord, heeft de regeering dan van de Duitsche regeering volledige genoegdoening voor deze schending van onze souvereiniteit ver langd en daarbij de onmiddellijke invrij heidstelling van de ontvoerden van welke nationaliteit ook, gcëischt? SCHUILLOOPGRAVEN VAN RIETPAKKEN De algemeene vereeniging voor de riet- cultuur, heeft in samenwerking met de Nederlandsche Heidemaatschappij, onder Wilnis proeven genomen, om, ter vervan ging van stroopakken. riet in pakken te persen voor het maken van schuilloopgra- ven. Dit proefpersen is goed geslaagd Rietpakken hebben o.a. het voordeel bo ven stroopakken. dat zij een langeren levensduur hebben. Verder van belang is het, dat het riet, noodig voor het vervaardigen van pakken, in hoofdzaak voorkomt in het Westelijk gedeelte van ons land, waar in de omgeving groote steden liggen. Bekroon ook Uw geluk met een- edel- gouden HDZ-ring! De verlovings* en trouw ring zonder voegnaad, gesmeed uit het zuiverste goudHet HDZ-teeken naast de rijkskeur is Uw hoogste garantie: Drijfhout's waarborg voor de zuiverheid van het goud. Uw winkelier toont U gaarne, zonder eenige verplichting, de fraaie HDZ-ringencollectie. W««f Mist verkrijgbaar, «anda mpn tick em edreiien te» DrijJhoot. Peilbui 686. Amsterdam. 3392 (Ingez. MeU.) VERBETERING VAN FRIESCHE KANALEN. Aan de memorie van antwoord aan de Tweede Kamer inzake de wetsontwerpen: wijziging en verhooging van het negende hoofdstuk der Rijksbegrootlng voor het dienstjaar 1938, wijziging en verhooging van de begrooting van inkomsten en uitga ven het verkeersfonds voor het dienstjaar 1938, en wijziging en verhooging van de be grooting van inkomsten en uitgaven van het Zuiderzeefonds voor het dienstjaar 1938 is het volgende ontleend: Zooals reeds werd medegedeeld, is de verhooging van den gewonen dienst met ruim f. 4.500.000 in hoofdzaak het gevolg van de verhooging van het bedrijfsverlies van de Nederlandsche Spoorwegen met ruim f. 2.400 000 en van de uitkeeringen aan de provinciën ingevolge de wet van 27 December 1937 ten behoeve van de ter tiaire wegen tot een bedrag van rond f. 2.300 000. De meening. dat de te lage raming van het bedrijfsverlies er op wijst, dat te groote verwachtingen zijn gekoesterd betreffende de grootere rendabiliteit der Nederlandsche Spoorwegen, zou juist kunnen zijn. ware het niet, dat uit het begrootingsartikel voor 1938 bestreden wordt het bedrijfsverlies over 1937, zijnde het laatste jaar vóór de reorganisatie van het spoorwegbedrijf in werking trad. De raming der uitgaven voor het volgen de jaar pleegt te worden samengesteld aan de hand van gegevens over de eerste maan den van het loopend jaar in vergelijking met de uitkomsten van de overeenkomstige maanden van het voorafgaande jaar. Te genvallers door minder snelle toeneming der ontvangsten in de volgende maanden zijn bij het opmaken der raming allerminst uitgesloten. Een regeling, om de kapitaalrekening der Nederlandsche Spoorwegen met de werke lijkheid in overeenstemming te brengen, maakt een punt van interdepartementaal overleg uit. Zooals bekend, ligt het in het voornemen eerlang zoo mogelijk een annuïteit van f. 16 millioen op de begrooting te bren gen ter geleidelijke dekking van het tekort in het spoorwegpensioenfonds. Liquidatie van dat fonds en verandering in de wijze van financiering zullen derhalve niet meer overwogen behoeven te worden. De vermindering van het voor de verbe tering van de Overijsselsche Vecht toege stane bedrag vindt haar oorzaak in vertra ging in den grondaankoop. Het ligt niet in de bedoeling, de verbetering in vertraagd tempo uit te voeren. Gezien het belangrijke bedrag, dat is uit gegeven aan werken voor wegenaanleg en andere waterstaatswerken, ten behoeve waarvan vóór 1937 credieten uit het Werk fonds waren toegezegd, zullen nog ettelijke jaren posten aan rente en aflossing tot een niet onaanzienlijk bedrag op de desbetref fende bëgrootingen moeten worden uitge trokken. Volledigheidshalve wordt nog medege deeld, dat. verschillende bijdragen in door anderen uit te voeren waterstaatswerken, zooals de verbetering van de Friesche ka nalen. uit het Werkfonds zullen worden ge financierd. Voorgeschoten werd een bedrag "an f. 81.805,14, waarvan f. 2782.52 is besteed voor de stichting van een gemaal in den polder Walcheren en f. 79.022,62 voor de verbetering van het buitenland van den zeedijk van het waterschap Nes-Buren op Ameland. Hoe komt het, dat wij in onze prille jeugd zooveel goedgelóóvlger waren, dan thans onze kinders? Misschien, omdat ons meer werd bevolen en minder werd uitgelegd. Tegenwoordig geldt dat weer voor hyper-modern het komt wel eens meer voor, dat het beschim melde als kersversch wordt opgedischt maar ons kroost blijven wij toch maar liever opvoeden met beroepen op verstand en hart, dan met gesnauwde bevelen. Zoo is nu eenmaal de aard van het Nederland sche beestje Ik piekerde eenvoudigweg niet over Sin terklaas, zoo herinner ik mij uit mijn kindsheid. Dat-ie over de daken reed op een schimmel en cadeau'tjes door roc kende schoorsteenen en lustig-brandende haarden in de gereedstaande schoentjes wist te mikken, ik aanvaardde het gelijk zoovele raadselachtige natuurverschijnse len. De groote menschen zeiden het zoo en was het niet héérlijk? Die vroolijke. kleurige Zwarte-Pieten en Sinterklaas' oude mannen-wijsheid en heilige goedheid en dan nog zoo kranig te paard! Nee. ik twijfelde niet alleen geen oogen- blik, ik dacht er zelfs niet over na. Sinter klaas was Sinterklaas en ik vond zelfs een sigaar voor Pa in mijn schoen „Gemeen bedrog", hoor ik sommige ouders mompe len, ja, dat is zéér verlicht, mevrouw, mijn heer. maar hoe zoet en hoe goed was dit bedrog! Wat verleende het een glans, een bekoorlijke spanning aan den laten herfst, wat was het een kermisachtige inleiding tot de witte stilte van het Kerstfeest.... Het kleine menschje is echter een mo- dèrn klein menschje. Zij vraagt tekst en uitleg en tekst en uitleg zijn zéér moei lijk vereenigbaar met den ouden Sint „Gooit-ie dan wat in mijn laarsje?" „Ja! Door den schoorsteen Stilte. Dan: „Zit-ie op het dak?" „Ja, met z'n paardje en Zwarte Piet!" „La's kijke!" „Dat kan niet, het is al donker!" .Als Sinniklaas in donker op het dak zit, rolt-ie er af!" Ja, we zitten er maar mee.... Maar het schoentje is bij den schoorsteen gezet. ,ïki nou gaan we zingen!" ,,Hoort-le dat?" „Nou en of!" „Waar is-ie dan?" „Hij is er nog niet maar hij kómt straks!" „Als Sinniklaas er niet is, kan-ie niet hooren zingen!" Tóch zingt ze maar ik heb zoo'n idee, dat ze dat meer doet, om ons, onnoozelen ouders, een plezier te bezorgen Tevergeefs heb ik geprobeerd haar aan nemelijk te maken, dat Sinniklaas per boot plus waaiende wimpels uit Spanje onder weg is en tegelijk wél en niet op het dak staat en desondanks hóórt hoe het kleine menschje zingt van kapoentje Maar vanmorgen weigerde ze subietelijk „Dank je Sinterklaasje!" te roepen voor een doos met kraaltjes en een chocolade hondje „Is Sinniklaas er dan nog?" „Nee. die is al weer verder gegaan, om andere kindertjes cadeau'tjes te geven!" „Dan hoort-ie tóch niks Als uiterste concessie heeft ze alléén maar „Dag Sinniklaas!" willen roepen. Meer bij wijze van symbolischen groet.... Vroeger ging dit alles toch véél gemakke lijker en is dit nu winst of verlies? Waarschijnlijk beide....! Moderne service: Halt jongens, ik wou jullie alleen den weg naar het dichtstbij zijnd hotel vragen. Dr. B. te O. Hij is niet verplicht, den In specteur met het feit in kennis te stellen. Deze bron van inkomen is ontstaan na, 1 Mei 1939 en komt dus niet in aanmerking voor het be lastingjaar 1939 40. W. te O. De inkomstenbelasting bedraagt in de gemeente O. in totaal f. 102,56. De perso- neele belasting f. 47.27. Wat de andere door U genoemde gemeenten betreft, beschikken wy niet over de noodige gegevens. AANGEWEZEN GROEPSCOMMANDANTEN. De opperbevelhebber van land- en zee macht heeft in verband met het sedert ge wijzigde Koninklijk Besluit van 4 Mei 1933, Staatsblad No. 246. waarin voor de uitoefe ning van het militair gezag, bedoeld in de wet van 23 Mei 1899. mede zijn aangewe zen. wanneer oorlog of oorlogsgevaar is ontstaan, de commandanten van een groep, in het gebied van het front, waartoe die groep behoort, ter algemeene kennis ge bracht. dat zijn aangewezen als groeps commandanten le. Binnen het gebied van het Oostfront, de commandanten van: a. groep Merwede; b. groep Lek: c. groep Utrecht; d. groep Nieuwersluis. en e groep Naarden 2e. Binnen het gebied van het Zuidfront de commandanten van: a. groep Hellevoet- sluis, en b. groep Numansdorp 3e. Binnen het gebied van het vVestfront de commandanten van: a. groep Alkmaar; b. groep Haarlem; c. gröep Leiden, en d. groep 's-Gravenhage.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 9