SmeÜB BINNENLAND """Akkertje Herziening van Begrafeniswet en Bioscoopwet UYLENSPIEGHEL J LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 16 November 1939 Derde Blad No. 24432 PARLEMENTAIR OVERZICHT 80ste Jaargang Bloemen van H. M. de Koningin voor Belgische Koninklijke familie Paniek zonder eenige reden Naar het einde van het cadeaustelsel Schele hoofdpijn Tweede Kamer. Weldra bijzonderheden omtrent evacuatie 0__ In den Dagbladreclame is niet te vervangen 40-jarig jubileum te Voorschoten Naar wij vernemen zijn dezer dagen ter ultplanting in het Koninklijk park te Laeken verzonden, een groote hoeveelheid bloembollen (narcissen, tulpen en hyacin- theni uitmakende het geschenk, dat H.M. de Koningin aan Z.M. den Koning der Belgen aangeboden heeft bjj Harer Majes- teits bezoek aan Brussel in het afgeloopen voorjaar, benevens een verzameling z.g. bloeiende heesters, bestemd voor H.M. Ko ningin Elisabeth. HAD MINISTER DE GEER NIET EERDER KUNNEN SPREKEN? Het Eerste Kamerlid, Ridder van Rappard, heeft den voorzitter van den Raad van Ministers de volgende vragen gesteld WH de minister mededeelen, waar om Zijne Excellentie zijn geruststel lende radio-rede naar aanleiding van den internationalen toestand pas Maandag, den dertiende dezer, des na middag te één uur, heeft uitgesproken? Ware het, ter voorkoming van de paniekstemming, welke in de laatste dagen der vorige week in sommige gedeelten des lands, met name in Over ijssel en Gelderland naar thans is gebleken volkomen noodeloos heeft geheerscht, niet beter geweest, zoo Zijne Excellentie zich, onmiddellijk nadat de regeering voornemens was. verscherpte militaire maatregelen te treffen, tot het Nederlandsche volk had gewend? Is de minister bereid, in den vervolge, voor zoover zulks noodig mocht blijken, bijtijds de natie in te lichten? Dr. D. J. HISSINK GEHULDIGD. In breeden wetenschappelljkcn kring, vooral van bodem- en landbouwkundige zijden Is gistermiddag in hotel Wittebrug te Den Haag dr. D. J. Hisslnk, die wegens het bereiken van den 65-jarigen leeftijd per 1 October J.l. zijn functie als directeur van het bodemkundig instituut te Gronin gen en tcrzelfdertijd zijn werk in verschil lende commissies heeft neergelegd, gehul digd. Ir. A. L H. Roebroek, directeur-generaal van den landbouw, deelde namens de re geering mede, dat het H.M. de Koningin had behaagd, dr. Hissink te benoemen tot ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw. MAATREGELEN VAN DEN MINISTER GEVRAAGD. De bestrijders van het cadeaustelsel, samenwerkend in het „Nationaal Co mité tot beteugeling van het cadeau stelsel" waarbij ruim 3300 organisaties en instellingen zijn aangesloten, heb ben, naar het comité schrijft, sinds de laatste weken een onvorwachten helper gekregen bij hun strijd. Door de tijdsomstandigheden is het cadeaustelsel thans n.l. zoowel over bodig als onbruikbaar geworden. Juist bij de artikelen van dagelijksch gebruik waarbij het cadeaustelsel wordt toegepast, is door de veranderde ver houding tusschen vraag en aanbod dit verkoopsysteem overbodig geworden. De eenie cadeau-gevende firma na de andere schaft deze methode thans af. Or ders voor cadeau-artikelen worden er bijna niet meer geplaatst bij Nederlandsche fa brikanten, waarvan vele bovendien thans druk bezet zijn met opdrachten uit de tóngen van den bona-fiden handel. Op grond van deze omstandigheden is het bij de regeering bestaande bezwaar tegen wettelijke beteugeling van het ca deau-stelsel t.w. ontneming van werkgele genheid aan fabrikanten van cadeau artikelen komen te vervallen. Het comité heeft er bij den minister van economische zaken op aangedrongen, thans zoodanige stappen te willen nemen, dat JPoedig wettelijke bepalingen aanhangig kunnen worden gemaakt. De minister heeft inmiddels het boven- HET UNIFORMVERBOD OVERTREDEN? Het Eerste Kamerlid jhr. De Savornin Lohman heeft den minister van justitie de volgende vragen gesteld: Is de minister bereid te onderzoeken, of het juist is, dat op Zaterdagavond 28 Octo ber 1.1. te ongeveer 8 uur, tijdens de pauze van een vergadering der Natlonaal-Socia- listlsche Beweging, gehouden li) het ge bouw „Musis Sacrum" te Arnhem, een zeer groot aantal bezoekers dier vergadering, geheel of ten deele gekleed in de uniform der genoemde beweging, zich heeft bege ven naar het aan dat gebouw verbonden openbare café en daar in het publiek eeni- gen tijd heeft vertoefd? Indien dit feit zich aldus blijkt te heb ben toegedragen Is de minister dan bereid te bevorderen ten eerste, dat tegen de on der de eerste vraag bedoelde massale over treders van het uniformverbod alsnog ten krachtigste worde opgetreden, en ten tweede, dat maatregelen worden genomen om te voorkomen, dat zich ln Arnhem of elders dergelijke onwettige demonstraties zouden herhalen? 2733 (Ingez. Mrd.) UITVOERVERBOD VOOR EIEREN EN PLUIMVEE. De lijst van uitvoerverboden is thans uitgebreid met een uitvoerverbod voor eieren en pluimvee. Onder het verbod voor eieren vallen kip pen- en eendeneieren in schaal, bevroren eieren zonder schaal, bevoren eidooiers, be vroren eiwit, gedroogde eieren, gedroogde eidooier, gedroogd eiwit, vloeibare eieren, vloeibare eidooier, vloeibaar eiwit, bewerkt of onbewerkt, terwijl het verbod voor pluim vee geldt voor kippen, eenden, kalkoenen, duiven en ganzen, levend of geslacht, be werkt of onbewerkt, verwerkt of onverwerkt. Het verbod is echter niet van toepassing op levende duiven, welke voorzien zijn van een genummerden, vaster! voetring aan een der pooten, alsmede op ganzenlever en ganzenleverpastei. Al deze producten vallen reeds onder een monopolieregeling krachtens de landbouw- crisiswct. De bedoeling van het betrekken van deze crisisproducten onder de uitvoerverboden is het scheppen van de mogelijkheid de alge meen geldende regelen voor het transito- en entrepotverkeer, welke ln verband met de uitvoerverboden worden gesteld, ook voor deze crisisproducten te doen gelden. DE „OEHOE" VERTROKKEN. De „Oehoe" Is vanmorgen van Tjililitan naar Europa vertrokken met medeneming van 290 Kg. post, 1 Kg. pakketpost en 69 Kg. vracht. Eén passager is bestemd voor Nederland, terwijl tien passagiers zijn ge boekt voor tusschentrajecten. SPOEDIG WEER VEILING VAN THEE. Naar wij van de Pakhuismeesteren van de Thee te Amsterdam vernemen, zal bin nenkort een toewijzing plaats vinden van ongeveer 13 a 14.000 kisten. VERSPREIDE BERICHTEN. Gisteren is te 'sGravenhage in den onderdom van 74 jaar overleden Jhr. mr. L. den Beer Poortugael. De overledene was oud-voorzitter en eere voorzitter van de Maatschappij Zeebad Schevenlngen, lid van den Raad van Beheer der H.T.M. en voorzitter van den Raad van Beheer der Haagsche Buurtspoorwegen. Voorts was hij commissaris van de Prov. Hypotheekbank en van diverse rubbermaat schappijen te 'sGravenhage. Warme melk mei SAiELTA, vlug-oplossende anijsblokjes. De heerlijke familiedrank voor herfst en winter. Smelta anijsblokjes zijn verkrijgbaar in cartonnetjes a 12 stuks voor 10 cents. FA. TONNEMA CI6. SNEEK Fabrikanten van KING pepermunt er\ ondere kwaliteitsarlikelen 2721 (ingez. Med.) Begrooting van Binnenlandsche Zaken. Minister van Boeyen deelt in de Me morie van Antwoord over de begrooting van Binnenlandsche Zaken aan de Tweede Kamer mede. dat de vertraging, welke de verwezenlijking van verschil lende voornemens van den minister op wetgevend gebied heeft ondergaan, in hoofdzaak te wijten is aan de kabinets wisselingen, welke dezen zomer hebben plaats gevonden. De minister vertrouwt, dat ten aanzien van de wijziging van de Begrafeniswet en de Bioscoopwet bin nenkort de noodige voorstellen bij de Staten-Generaal zullen kunnen worden aanhangig gemaakt. De regeering stelt zich niet op het stand punt, dat onderwerpen als de herziening van de Zondagswet, onder de bestaande om standigheden zullen moeten blijven rusten. Naar haar oordeel eischen vraagstukken als zich te dezen en op het stuk van de Be grafeniswet voordoen, een oplossing. Met grond mag van den wetgever worden ver wacht, dat hij in staat is deze tot stand te brengen. De minister acht ten aanzien van deze onderwerpen oplossingen mogelijk, genoemd comité verzocht op de hoogte te welke in breeden kring voldoening zullen ''orden gehouden van de ontwikkeling van «en toestand. schenken, zonder dat men vervallen moet in de weinig aanlokkelijke figuur van het zoe ken naar den grootsten gemeenen deeler van alle wenschen. VERDUISTERING OP DEN RIJKSWEG SASSENHEIM—AMSTERDAM. Heden en morgen zullen verduisteringS' eeieningen worden gehouden in Haarlem mermeer, als gevolg waarvan het verboden 1 ziin „„Hooifo h„„ -ln,,nee puDiieicrecnteiijE ticnaam. waai to-snelverkeer tusschen de brug over de dlenst is' heeft de volle aandacht var> den 'jngvaart by Sassenlfeta" n de brug over de 1 minister. Hij Is bereid over dit vraagstuk Het vraagstuk van de aansprakelijkheid van den ambtenaar wegens onrechtmatige termeer, als gevolg waarvan" het "verboden ^fd'zhTTrl zal zijn een gedeelte van den rijksweg voor publiekrechtelijk lichaam, waarbij hij in auto-snelverkeer tusschen de brug over de Span bij hefdö^'sio'en mbct'L°to'sr en 1 £ettrz^nambtgeno0t van Justitie ln overleg Motorrijwielen te berijden, tenzij de lichten °P behoorlijke wijze zijn afgeschermd. Aangezien het rijden op dezen grooten 'erkeerstteg dan zeer gevaarlijk is wordt «pngeraden dezen weg op de beide «'enden tusschen 8.30 en 10 uur niet te IDENTITEITSBEWIJZEN VOOR SPOORWEGPERSONEEL. Hi verband met de smokkelarij van uniformen. Haar wij vernemen heeft in verband met smokkelarij var. uniformen, waaronder die van personeel der Nederlandsche poorwegen. de directie besloten voor het K personeel- van hoog tot laag identi- asDewijzen in te voeren, voorzien van n» ,en handtcekening van den houder bewijzen zullen zoo spoedig mogelijk hJ?te" uitgereikt. Ieder van het personeel «an het recht en bij gemotiveerd .-"houwen den plicht een hem onbekend «t50on, die zich voordoet als spoorweg- jSotenaar om -beambte, naar zijn iden- «witsbewijs te vragen. De invoering van een regeling, volgens welke de wachtgelders ambtenaren ln den zin der Pensioenwet blijven, kan de minis ter niet bevorderen. Hij acht het niet juist, dat een actief dienend ambtenaar en een op wachtgeld gesteld ambtenaar, wat de pensioensuitzichten betreft, gelijk zouden worden gesteld. Tegen een regeling, waarbij recht op uit gesteld pensioen zal worden verleend aan den ambtenaar, die vóór 1 Juli 1922 op eigen verzoek is ontslagen, bestaan overwegende bezwaren. Wat den afloop van den werkingsduur van de Wet op het Werkloosheidssubsi- diefonds betreft, kan worden medege deeld, dat een voorstel tot verlenging van den werkingsduur met één jaar spoedig kan worden verwacht. Alleen ten aanzien van één onderdeel zal een wijziging van materieelen aard worden voorgesteld. Deze uitzondering betreft de laatstelijk ln de Millioenennota-1940 aange kondigde ontlasting van het Werkloosheids-1 suhsidiefonds van de z.g. subjectieve bijdra gen. In afwachting van de voorgenomen, meer algemeene herziening van de wettelijke regeling der gemeentefinanciën, zal worden voorgesteld deze bijdragen voorloopig te ver strekken ten laste van een afzonderlijken post op de begrooting van Binnenlandsche Zaken. Op dezen post, welke zal worden uitgetrokken naast dien voor de noodlijden de gemeenten, zal een gelijk bedrag worden geraamd als tot nog toe werd beschikbaar gesteld voor bijzondere bijdragen en deze bijdragen vervangen de rentelooze voor schotten uit het Werkloosheidssubsidiefonds, De indruk, als zou bij de benoeming van burgemeesters in het algemeen de voorkeur worden gegeven aan gegradueerden, vindt geen steun in de feiten, zoo verklaart de minister. Tijdens zijn ambtsperiode zijn tot nog toe 122 burgemeesters benoemd. Onder dezen waren 80 academisch gevormden, van wie reeds 16 te voren in een andere ge meente als burgemeester werkzaam waren. Een niet onbelangrijk deel der benoemden was afkomstig uit de kringen der gemeente administratie. Tusschen den minister van Justitie en den minister van Binnenlandsche Zaken is over eenstemming bereikt over de instelling van een commissie, die tot taak heeft, een onder zoek in te stellen met betrekking tot de vraag of de voorschriften van de gemeente wet en andere wettelijke voorschriften op het stuk van de handhaving van de open bare orde nog wel voldoen aan de eischen, welke daaraan dienen te worden gesteld. De regeering blijft vasthouden aan het standpunt, dat de luchtbescherming in de eerste plaats een gemeentelijke aangelegen heid is. De voorbereiding van de geneeskundige verzorging van patiënten tengevolge van luchtaanvallen wordt thans overal in den lande Intercommunaal geregeld. De onderscheidene gemeenten zijn tot dit doel ln kringen samengebracht. Met de militaire autoriteiten is overeen gekomen, dat. zoodra van militaire zijde een ziekenhuis wordt gevorderd, het aantal bed den met 25 wordt uitgebreid. Van dit nieuwe totaal aantal bedden wordt 2/3 ter beschikking van de militairen gesteld en 1/3 van de burgerbevolking. Daarenboven wordt in de gemeente, waar de chirurgische behandeling plaats vindt, een noodzieken- inrichting voor opname van geopereerde patiënten in daarvoor ln aanmerking ko mende gebouwen Ingericht. Met betrekking tot de beschikbaarstelling van gasmaskers voor de burgerbevolking kan de minister niet Inzien, dat de daartoe ge troffen maatregelen onvoldoende en verwar ringstichtend zouden zijn. Zoolang van de zijde van de burgerij de aandrang om zich van een gasmasker te voorzien, niet grooter wordt, zullen geen maatregelen worden getroffen om de in- dustrieele capaciteit voor den aanmaak van gasmaskers te verhoogen. In antwoord op de vragen, gesteld ln verband met eventueele evacuatie van burgerbevolking, kan de minister mede deelen, dat de betreffende plannen zich thans in een zoodanig stadium bevinden, dat verwacht mag worden, dat zeer binnenkort aan de gemeenten, die even tueel voor een ontruiming ln aanmer king komen, kan worden medegedeeld, naar welke vluchtoorden de bevolking in dit geval zal worden afgevoerd. ONZE ECONOMISCHE POLITIEK. (Van onzen parlementairen medewerker). Het is toch werkelijk te erg,, veel te erg. Tot-nog-toe: 26 sprekers. En nog steeds zijn we niet aan het eind. Zeker, Economische Zaken en Landbouw crisisfonds zijn belangrijke begrootingen, vooral in dezen tijd: zij omvatten onze eco nomische politiek, maar ongeveer 30 spre kers, neen, dat is veel te bar, dit ls een par lementair-oratorische uitwas. En welk een herhalingen kwamen (natuurlijk) in dit debat Voor. Dezelfde onderwerpen als op den eersten dag werden besproken enop dezelfde wijze liepen de meeningen uiteen, al bleek men over het algemeen met het beleid van Minister Steenberghe wel ingenomen. Niet allen. De heeren Weitkamp en Wijnkoop b.v. verklaarden zich met de politiek des Minis ters niet te kunnen vereenigen. Deze ver klaring van eerstgenoemde betrof in het bijzonder de landboyw-politiek. Er wordt nog te weinig voor de boeren gedaan: hun positie is nog steeds onvoldoende; zij ver- keeren in dienstbaarheid en moeten uit het diensthuis worden uitgeleid en erkenning vinden allerwege. In wezen doet men maar een schimmetje voor hen en de heer Weit kamp gaf allerlei wenken, om in hun lot verbetering te brengen. De -oppositie van den heer Wijnkoop echter was van algemee- nen aard; hij oordeelde dat er te weinig was gedaan aan voorraadvorming voor mensch en dier; te weinig ook om prijs opdrijving tegen te gaan, en hij bepleitte een behoorlijke distributie van allerlei artikelen. Aan het betoog van den heer Wijnkoop ontbloeiden twee moties, maar zij werden beide onvoldoende ondersteund en kwamen dus niet in behandeling. De heer Rost van Tonningen ondersteunde wel de eerste, maar niet de tweede motie: deze had na melijk ook op medezeggenschap der vakbe weging betrekking en de leiders daarvan noemde de heer Rost „bandieten", wat na tuurlijk een schermutseling en een tot-de- orde-roepen van den Voorzitter tengevolge had. Indien de heer Rost een dergelijk woord in het openbaar gebruikt, komt hij weer bij den strafrechter. Tegenover hen, die zich nog al scherp tegen 's Ministers beleid verklaarden, ston den verscheidenen die er hun Instemming mede betuigden, maar niettemin tallooze adviezen gaven. Wij zien echter geen re den na ons overzicht van gisteren ook maar een poging te doen om die alle of grootendeels te vermelden. Er waren sprekers, zooals de heer Schilt- huis, die de gevoerde politiek inzake de voorraad-vorming Juist achtten en oor deelden dat we ln dat opzicht, dus wat onze voedselvoorziening betreft, er beter voor staan dan in 1914. Ook 's Ministers optreden inzake de prijzen vond hij goed. Van den heer van den Heuvel had de Minister een dankbetuiging voor de getroffen maatrege len in ontvangst te nemen, en van anderen evenzeer. Deze afgevaardigde verklaarde zich voorstander der oprichting van een afzonderlijk Ministerie van Landbouw, maar daarvan ls thans geen sprake. De sociaal-democraat ir. Vos verweet den Minister, dat hij een opportunistisch beleid voerde: de bewindsman doet datgene, wat hij op een bepaald oogenbhk noodig acht. Waarop de Minister prompt per interruptie antwoordde: „En dat zal ik blijven doen!" Wie geeft hem daarin eigenlijk ongelijk? Moet men in de gegeven onzekere omstan digheden niet elke zich voordoende gele genheid aangrijpen om in 's volks behoeften te voorzien? Met practische maatregelen moet in crisis-tijd geregeerd worden; met principieele en planmatige economie komt men daar niet verder. Dankbaar bleken verschillende leden voor den steun aan de bloembollen-cultuur en dc bloemkweekerijen en voor de prijzen-po- litiek inzake de landbouw-producten. Voor den middenstand hebben ir. Vos en dc heer Stumpel het woord gevoerd: voor een goede bedrijfs-ordening de heer van der Goes van Naters; over allerlei zaken pleegden nog allerlei sprekers allerlei op merkingenmaar wij zetten hier een punt en wachten maar op den Minister. Ik sta er eenvoudig van versteld, hoe veel menschen op eens een neefje hebben gekregen bij het opperbevel, bij den gene- ralen staf, of maar da's véél minder bij het ministerie van defensie, van bui- tenlandsche zaken alsmaar minder of van binnenlandsche zaken da's bijna zooveel als nix. En spraakzaam, dat die neefjes zijn strikt vertrouwelijk natuurlijk, dat spreekt vezélfs en de nééfjes van die neefjes houden zich daar natuurlijk precies aan behalve jegens mij en dat vleit me zoo! Stelt U vóór, dat zóó maar bekend werd, wat er bij den generalen staf verhapstukt wordt! Dan begrijpt U natuurlijk, hoe voorzichtig bij voorbeeld de broer van den verloofde van mijn nicht Claziena opbelt en haar akelig-vertrouwelijk „Denk er om, Ciazien, landsgeheim!" vertelt, waarom maar dat mag ik U niet overbrieven, want Ciazien heeft het mij weer nóg akeliger-vertrouwelijk ingebla zen Ik weet niet precies wat die broer van Clazien's verloofde bij den generalen staf dóet laatst hebben ze me verteld, dat-ie af en toe voor de buitendeur op wacht mag staan nou, en dan hóór je wat, want ik weet uit ondervinding, dat hooge oomes pas in de vestibule goed plegen los te komen en de adembenemendste onthul lingen zóó maar van hun ingewijde lippert laten rollen! Heb ik een heuschen minister niet es met de deurknop in zijn hand hoo- ren verklaren: „Nou, dan ga ik maar"? En öf-ie ook is gegaan een jaar of wat later! Ja, mijn omgeving wemelt van de rela ties. De tantes van de vrouwen van de ad judanten van de medewerkers van de in tieme vrienden van de generaals vertellen mijn achterburen haarfijn alles, wat een half uur geleden nog in de binnenste bin- nenkameren van officieel Den Haag aller- zorgelijkst werd gefluisterd. Heusch, U kunt gewoonweg niet g-e- iooven en daarom gelóóft U het natuur lijk ook niet wat voor 'n ont-zet-ten-de dingen die achterburen van me van die tantes van de vrouwen van de enz. enz. vernemen. Laatst zelfs per open brief kaart, expresse! Toen hebben mijn achter buren vast een doek gehangen over de kooi met Pietje en den hond z'n halsband om gedaan, een en ander ter bevordering van den spoed eener eventueele evacuatie. Ze kwamen óns ook nog waarschuwen, maar mijn vrouw en ik zijn 'n tikkeltje on gevoelig op dat punt. Wij zijn sedert 3 Sep tember 1939, des middags om 4.30 uur, na melijk 123 keer gewaarschuwd. Eerst moesten we binnen een week onze biezen pakken vervolgens binnen twee maal 24 uur en de laatste waarschuwing wacht U effe, daar wordt weer gebeld, misschien is het er wéér een nee, het was een mannetje met Kerstkaarten a 7V; cent en de laatste waarschuwing dan was, toen goede vrinden met de auto voor de deur stonden en inviteerden: „Gaan jullie mee? Als we ons niet ver gissen rammelt de vijand al achter aan de keukendeur Nee, we gingen niet mee. We gaan alléén maar, wanneer iemand ons uitnoodigt voor Hawaii.... Als U es toevallig dien kant op moet. We zijn gewend aan met z'n drieën op de achterbank en om de beurt dokken voor het eten. VAN DEN HEER P. H. BOERMA. 1 Vandaag herdenkt de heer P. H. Boerma, directeur van het P.T.T. kantoor te Voor schoten den dag, dat hij vóór 40 jaren in dienst trad bij de Nederl. Posterijen. De heer Boerma, die sedert 1 Februari De Heer P. H. Boerma. 1939. het kantoor te Voorschoten onder zijn beheer heeft, was o.m. werkzaam te Utrecht en Oegstgeest. In den korten tijd dat de jubilaris in Voorschoten werkzaam is, heeft hij zich doen kennen als een humaan chef, die zoo wel door de ambtenaren van het kantoor, ais door het bestellers personeel wordt ge acht en gewaardeerd. Ook vele ingezetenen van Voorschoten koesteren een groote waardeering voor de zen postdirecteur, die steeds bereid is. voor zoover mogelijk, met de belangen van het publiek rekening te houden en waar maar eenigszins mogelijk verbetering aanbrengt en behulpzaam is. Ongetwijfeld hebben hem dan ook heden vele blijken van belang stelling bereikt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 9