SmeÜB
BINNENLAND
"""Akkertje
Herziening van Begrafeniswet
en Bioscoopwet
UYLENSPIEGHEL J
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 16 November 1939 Derde Blad No. 24432
PARLEMENTAIR OVERZICHT
80ste Jaargang
Bloemen van H. M. de Koningin
voor Belgische Koninklijke familie
Paniek zonder eenige
reden
Naar het einde van het
cadeaustelsel
Schele hoofdpijn
Tweede Kamer.
Weldra bijzonderheden
omtrent evacuatie
0__
In den
Dagbladreclame
is niet te vervangen
40-jarig jubileum te
Voorschoten
Naar wij vernemen zijn dezer dagen ter
ultplanting in het Koninklijk park te
Laeken verzonden, een groote hoeveelheid
bloembollen (narcissen, tulpen en hyacin-
theni uitmakende het geschenk, dat H.M.
de Koningin aan Z.M. den Koning der
Belgen aangeboden heeft bjj Harer Majes-
teits bezoek aan Brussel in het afgeloopen
voorjaar, benevens een verzameling z.g.
bloeiende heesters, bestemd voor H.M. Ko
ningin Elisabeth.
HAD MINISTER DE GEER NIET
EERDER KUNNEN SPREKEN?
Het Eerste Kamerlid, Ridder van
Rappard, heeft den voorzitter van den
Raad van Ministers de volgende vragen
gesteld
WH de minister mededeelen, waar
om Zijne Excellentie zijn geruststel
lende radio-rede naar aanleiding van
den internationalen toestand pas
Maandag, den dertiende dezer, des na
middag te één uur, heeft uitgesproken?
Ware het, ter voorkoming van de
paniekstemming, welke in de laatste
dagen der vorige week in sommige
gedeelten des lands, met name in Over
ijssel en Gelderland naar thans is
gebleken volkomen noodeloos heeft
geheerscht, niet beter geweest, zoo
Zijne Excellentie zich, onmiddellijk
nadat de regeering voornemens was.
verscherpte militaire maatregelen te
treffen, tot het Nederlandsche volk
had gewend?
Is de minister bereid, in den vervolge,
voor zoover zulks noodig mocht blijken,
bijtijds de natie in te lichten?
Dr. D. J. HISSINK GEHULDIGD.
In breeden wetenschappelljkcn kring,
vooral van bodem- en landbouwkundige
zijden Is gistermiddag in hotel Wittebrug
te Den Haag dr. D. J. Hisslnk, die wegens
het bereiken van den 65-jarigen leeftijd
per 1 October J.l. zijn functie als directeur
van het bodemkundig instituut te Gronin
gen en tcrzelfdertijd zijn werk in verschil
lende commissies heeft neergelegd, gehul
digd.
Ir. A. L H. Roebroek, directeur-generaal
van den landbouw, deelde namens de re
geering mede, dat het H.M. de Koningin
had behaagd, dr. Hissink te benoemen tot
ridder in de orde van den Nederlandschen
Leeuw.
MAATREGELEN VAN DEN MINISTER
GEVRAAGD.
De bestrijders van het cadeaustelsel,
samenwerkend in het „Nationaal Co
mité tot beteugeling van het cadeau
stelsel" waarbij ruim 3300 organisaties
en instellingen zijn aangesloten, heb
ben, naar het comité schrijft, sinds de
laatste weken een onvorwachten helper
gekregen bij hun strijd.
Door de tijdsomstandigheden is het
cadeaustelsel thans n.l. zoowel over
bodig als onbruikbaar geworden.
Juist bij de artikelen van dagelijksch
gebruik waarbij het cadeaustelsel wordt
toegepast, is door de veranderde ver
houding tusschen vraag en aanbod dit
verkoopsysteem overbodig geworden.
De eenie cadeau-gevende firma na de
andere schaft deze methode thans af. Or
ders voor cadeau-artikelen worden er bijna
niet meer geplaatst bij Nederlandsche fa
brikanten, waarvan vele bovendien thans
druk bezet zijn met opdrachten uit de
tóngen van den bona-fiden handel.
Op grond van deze omstandigheden is
het bij de regeering bestaande bezwaar
tegen wettelijke beteugeling van het ca
deau-stelsel t.w. ontneming van werkgele
genheid aan fabrikanten van cadeau
artikelen komen te vervallen.
Het comité heeft er bij den minister van
economische zaken op aangedrongen, thans
zoodanige stappen te willen nemen, dat
JPoedig wettelijke bepalingen aanhangig
kunnen worden gemaakt.
De minister heeft inmiddels het boven-
HET UNIFORMVERBOD OVERTREDEN?
Het Eerste Kamerlid jhr. De Savornin
Lohman heeft den minister van justitie de
volgende vragen gesteld:
Is de minister bereid te onderzoeken, of
het juist is, dat op Zaterdagavond 28 Octo
ber 1.1. te ongeveer 8 uur, tijdens de pauze
van een vergadering der Natlonaal-Socia-
listlsche Beweging, gehouden li) het ge
bouw „Musis Sacrum" te Arnhem, een zeer
groot aantal bezoekers dier vergadering,
geheel of ten deele gekleed in de uniform
der genoemde beweging, zich heeft bege
ven naar het aan dat gebouw verbonden
openbare café en daar in het publiek eeni-
gen tijd heeft vertoefd?
Indien dit feit zich aldus blijkt te heb
ben toegedragen Is de minister dan bereid
te bevorderen ten eerste, dat tegen de on
der de eerste vraag bedoelde massale over
treders van het uniformverbod alsnog ten
krachtigste worde opgetreden, en ten
tweede, dat maatregelen worden genomen
om te voorkomen, dat zich ln Arnhem of
elders dergelijke onwettige demonstraties
zouden herhalen?
2733
(Ingez. Mrd.)
UITVOERVERBOD VOOR EIEREN EN
PLUIMVEE.
De lijst van uitvoerverboden is thans
uitgebreid met een uitvoerverbod voor eieren
en pluimvee.
Onder het verbod voor eieren vallen kip
pen- en eendeneieren in schaal, bevroren
eieren zonder schaal, bevoren eidooiers, be
vroren eiwit, gedroogde eieren, gedroogde
eidooier, gedroogd eiwit, vloeibare eieren,
vloeibare eidooier, vloeibaar eiwit, bewerkt
of onbewerkt, terwijl het verbod voor pluim
vee geldt voor kippen, eenden, kalkoenen,
duiven en ganzen, levend of geslacht, be
werkt of onbewerkt, verwerkt of onverwerkt.
Het verbod is echter niet van toepassing
op levende duiven, welke voorzien zijn van
een genummerden, vaster! voetring aan een
der pooten, alsmede op ganzenlever en
ganzenleverpastei.
Al deze producten vallen reeds onder een
monopolieregeling krachtens de landbouw-
crisiswct.
De bedoeling van het betrekken van deze
crisisproducten onder de uitvoerverboden is
het scheppen van de mogelijkheid de alge
meen geldende regelen voor het transito-
en entrepotverkeer, welke ln verband met
de uitvoerverboden worden gesteld, ook voor
deze crisisproducten te doen gelden.
DE „OEHOE" VERTROKKEN.
De „Oehoe" Is vanmorgen van Tjililitan
naar Europa vertrokken met medeneming
van 290 Kg. post, 1 Kg. pakketpost en 69
Kg. vracht. Eén passager is bestemd voor
Nederland, terwijl tien passagiers zijn ge
boekt voor tusschentrajecten.
SPOEDIG WEER VEILING VAN THEE.
Naar wij van de Pakhuismeesteren van
de Thee te Amsterdam vernemen, zal bin
nenkort een toewijzing plaats vinden van
ongeveer 13 a 14.000 kisten.
VERSPREIDE BERICHTEN.
Gisteren is te 'sGravenhage in den
onderdom van 74 jaar overleden Jhr. mr.
L. den Beer Poortugael.
De overledene was oud-voorzitter en eere
voorzitter van de Maatschappij Zeebad
Schevenlngen, lid van den Raad van Beheer
der H.T.M. en voorzitter van den Raad van
Beheer der Haagsche Buurtspoorwegen.
Voorts was hij commissaris van de Prov.
Hypotheekbank en van diverse rubbermaat
schappijen te 'sGravenhage.
Warme melk mei
SAiELTA, vlug-oplossende
anijsblokjes. De heerlijke
familiedrank voor herfst en
winter.
Smelta anijsblokjes zijn
verkrijgbaar in cartonnetjes
a 12 stuks voor 10 cents.
FA. TONNEMA CI6. SNEEK Fabrikanten van
KING pepermunt er\ ondere kwaliteitsarlikelen
2721
(ingez. Med.)
Begrooting van Binnenlandsche
Zaken.
Minister van Boeyen deelt in de Me
morie van Antwoord over de begrooting
van Binnenlandsche Zaken aan de
Tweede Kamer mede. dat de vertraging,
welke de verwezenlijking van verschil
lende voornemens van den minister op
wetgevend gebied heeft ondergaan, in
hoofdzaak te wijten is aan de kabinets
wisselingen, welke dezen zomer hebben
plaats gevonden. De minister vertrouwt,
dat ten aanzien van de wijziging van de
Begrafeniswet en de Bioscoopwet bin
nenkort de noodige voorstellen bij de
Staten-Generaal zullen kunnen worden
aanhangig gemaakt.
De regeering stelt zich niet op het stand
punt, dat onderwerpen als de herziening van
de Zondagswet, onder de bestaande om
standigheden zullen moeten blijven rusten.
Naar haar oordeel eischen vraagstukken als
zich te dezen en op het stuk van de Be
grafeniswet voordoen, een oplossing. Met
grond mag van den wetgever worden ver
wacht, dat hij in staat is deze tot stand te
brengen. De minister acht ten aanzien van
deze onderwerpen oplossingen mogelijk,
genoemd comité verzocht op de hoogte te welke in breeden kring voldoening zullen
''orden gehouden van de ontwikkeling van
«en toestand.
schenken, zonder dat men vervallen moet in
de weinig aanlokkelijke figuur van het zoe
ken naar den grootsten gemeenen deeler van
alle wenschen.
VERDUISTERING OP DEN RIJKSWEG
SASSENHEIM—AMSTERDAM.
Heden en morgen zullen verduisteringS'
eeieningen worden gehouden in Haarlem
mermeer, als gevolg waarvan het verboden
1 ziin „„Hooifo h„„ -ln,,nee puDiieicrecnteiijE ticnaam. waai
to-snelverkeer tusschen de brug over de dlenst is' heeft de volle aandacht var> den
'jngvaart by Sassenlfeta" n de brug over de 1 minister. Hij Is bereid over dit vraagstuk
Het vraagstuk van de aansprakelijkheid
van den ambtenaar wegens onrechtmatige
termeer, als gevolg waarvan" het "verboden ^fd'zhTTrl
zal zijn een gedeelte van den rijksweg voor publiekrechtelijk lichaam, waarbij hij in
auto-snelverkeer tusschen de brug over de
Span bij hefdö^'sio'en mbct'L°to'sr en 1 £ettrz^nambtgeno0t van Justitie ln overleg
Motorrijwielen te berijden, tenzij de lichten
°P behoorlijke wijze zijn afgeschermd.
Aangezien het rijden op dezen grooten
'erkeerstteg dan zeer gevaarlijk is wordt
«pngeraden dezen weg op de beide
«'enden tusschen 8.30 en 10 uur niet te
IDENTITEITSBEWIJZEN VOOR
SPOORWEGPERSONEEL.
Hi verband met de smokkelarij van
uniformen.
Haar wij vernemen heeft in verband met
smokkelarij var. uniformen, waaronder
die van personeel der Nederlandsche
poorwegen. de directie besloten voor het
K personeel- van hoog tot laag identi-
asDewijzen in te voeren, voorzien van
n» ,en handtcekening van den houder
bewijzen zullen zoo spoedig mogelijk
hJ?te" uitgereikt. Ieder van het personeel
«an het recht en bij gemotiveerd
.-"houwen den plicht een hem onbekend
«t50on, die zich voordoet als spoorweg-
jSotenaar om -beambte, naar zijn iden-
«witsbewijs te vragen.
De invoering van een regeling, volgens
welke de wachtgelders ambtenaren ln den
zin der Pensioenwet blijven, kan de minis
ter niet bevorderen. Hij acht het niet juist,
dat een actief dienend ambtenaar en een
op wachtgeld gesteld ambtenaar, wat de
pensioensuitzichten betreft, gelijk zouden
worden gesteld.
Tegen een regeling, waarbij recht op uit
gesteld pensioen zal worden verleend aan
den ambtenaar, die vóór 1 Juli 1922 op eigen
verzoek is ontslagen, bestaan overwegende
bezwaren.
Wat den afloop van den werkingsduur
van de Wet op het Werkloosheidssubsi-
diefonds betreft, kan worden medege
deeld, dat een voorstel tot verlenging
van den werkingsduur met één jaar
spoedig kan worden verwacht.
Alleen ten aanzien van één onderdeel zal
een wijziging van materieelen aard worden
voorgesteld. Deze uitzondering betreft de
laatstelijk ln de Millioenennota-1940 aange
kondigde ontlasting van het Werkloosheids-1
suhsidiefonds van de z.g. subjectieve bijdra
gen. In afwachting van de voorgenomen,
meer algemeene herziening van de wettelijke
regeling der gemeentefinanciën, zal worden
voorgesteld deze bijdragen voorloopig te ver
strekken ten laste van een afzonderlijken
post op de begrooting van Binnenlandsche
Zaken. Op dezen post, welke zal worden
uitgetrokken naast dien voor de noodlijden
de gemeenten, zal een gelijk bedrag worden
geraamd als tot nog toe werd beschikbaar
gesteld voor bijzondere bijdragen en deze
bijdragen vervangen de rentelooze voor
schotten uit het Werkloosheidssubsidiefonds,
De indruk, als zou bij de benoeming van
burgemeesters in het algemeen de voorkeur
worden gegeven aan gegradueerden, vindt
geen steun in de feiten, zoo verklaart de
minister. Tijdens zijn ambtsperiode zijn tot
nog toe 122 burgemeesters benoemd. Onder
dezen waren 80 academisch gevormden, van
wie reeds 16 te voren in een andere ge
meente als burgemeester werkzaam waren.
Een niet onbelangrijk deel der benoemden
was afkomstig uit de kringen der gemeente
administratie.
Tusschen den minister van Justitie en den
minister van Binnenlandsche Zaken is over
eenstemming bereikt over de instelling van
een commissie, die tot taak heeft, een onder
zoek in te stellen met betrekking tot de
vraag of de voorschriften van de gemeente
wet en andere wettelijke voorschriften op
het stuk van de handhaving van de open
bare orde nog wel voldoen aan de eischen,
welke daaraan dienen te worden gesteld.
De regeering blijft vasthouden aan het
standpunt, dat de luchtbescherming in de
eerste plaats een gemeentelijke aangelegen
heid is.
De voorbereiding van de geneeskundige
verzorging van patiënten tengevolge van
luchtaanvallen wordt thans overal in den
lande Intercommunaal geregeld.
De onderscheidene gemeenten zijn tot dit
doel ln kringen samengebracht.
Met de militaire autoriteiten is overeen
gekomen, dat. zoodra van militaire zijde een
ziekenhuis wordt gevorderd, het aantal bed
den met 25 wordt uitgebreid. Van dit
nieuwe totaal aantal bedden wordt 2/3 ter
beschikking van de militairen gesteld en
1/3 van de burgerbevolking. Daarenboven
wordt in de gemeente, waar de chirurgische
behandeling plaats vindt, een noodzieken-
inrichting voor opname van geopereerde
patiënten in daarvoor ln aanmerking ko
mende gebouwen Ingericht.
Met betrekking tot de beschikbaarstelling
van gasmaskers voor de burgerbevolking kan
de minister niet Inzien, dat de daartoe ge
troffen maatregelen onvoldoende en verwar
ringstichtend zouden zijn.
Zoolang van de zijde van de burgerij de
aandrang om zich van een gasmasker te
voorzien, niet grooter wordt, zullen geen
maatregelen worden getroffen om de in-
dustrieele capaciteit voor den aanmaak van
gasmaskers te verhoogen.
In antwoord op de vragen, gesteld ln
verband met eventueele evacuatie van
burgerbevolking, kan de minister mede
deelen, dat de betreffende plannen zich
thans in een zoodanig stadium bevinden,
dat verwacht mag worden, dat zeer
binnenkort aan de gemeenten, die even
tueel voor een ontruiming ln aanmer
king komen, kan worden medegedeeld,
naar welke vluchtoorden de bevolking in
dit geval zal worden afgevoerd.
ONZE ECONOMISCHE POLITIEK.
(Van onzen parlementairen medewerker).
Het is toch werkelijk te erg,, veel te erg.
Tot-nog-toe: 26 sprekers. En nog steeds zijn
we niet aan het eind.
Zeker, Economische Zaken en Landbouw
crisisfonds zijn belangrijke begrootingen,
vooral in dezen tijd: zij omvatten onze eco
nomische politiek, maar ongeveer 30 spre
kers, neen, dat is veel te bar, dit ls een par
lementair-oratorische uitwas. En welk een
herhalingen kwamen (natuurlijk) in dit
debat Voor.
Dezelfde onderwerpen als op den eersten
dag werden besproken enop dezelfde
wijze liepen de meeningen uiteen, al bleek
men over het algemeen met het beleid van
Minister Steenberghe wel ingenomen.
Niet allen.
De heeren Weitkamp en Wijnkoop b.v.
verklaarden zich met de politiek des Minis
ters niet te kunnen vereenigen. Deze ver
klaring van eerstgenoemde betrof in het
bijzonder de landboyw-politiek. Er wordt
nog te weinig voor de boeren gedaan: hun
positie is nog steeds onvoldoende; zij ver-
keeren in dienstbaarheid en moeten uit het
diensthuis worden uitgeleid en erkenning
vinden allerwege. In wezen doet men maar
een schimmetje voor hen en de heer Weit
kamp gaf allerlei wenken, om in hun lot
verbetering te brengen. De -oppositie van
den heer Wijnkoop echter was van algemee-
nen aard; hij oordeelde dat er te weinig
was gedaan aan voorraadvorming voor
mensch en dier; te weinig ook om prijs
opdrijving tegen te gaan, en hij bepleitte
een behoorlijke distributie van allerlei
artikelen.
Aan het betoog van den heer Wijnkoop
ontbloeiden twee moties, maar zij werden
beide onvoldoende ondersteund en kwamen
dus niet in behandeling. De heer Rost van
Tonningen ondersteunde wel de eerste,
maar niet de tweede motie: deze had na
melijk ook op medezeggenschap der vakbe
weging betrekking en de leiders daarvan
noemde de heer Rost „bandieten", wat na
tuurlijk een schermutseling en een tot-de-
orde-roepen van den Voorzitter tengevolge
had. Indien de heer Rost een dergelijk
woord in het openbaar gebruikt, komt hij
weer bij den strafrechter.
Tegenover hen, die zich nog al scherp
tegen 's Ministers beleid verklaarden, ston
den verscheidenen die er hun Instemming
mede betuigden, maar niettemin tallooze
adviezen gaven. Wij zien echter geen re
den na ons overzicht van gisteren ook
maar een poging te doen om die alle of
grootendeels te vermelden.
Er waren sprekers, zooals de heer Schilt-
huis, die de gevoerde politiek inzake de
voorraad-vorming Juist achtten en oor
deelden dat we ln dat opzicht, dus wat onze
voedselvoorziening betreft, er beter voor
staan dan in 1914. Ook 's Ministers optreden
inzake de prijzen vond hij goed. Van den
heer van den Heuvel had de Minister een
dankbetuiging voor de getroffen maatrege
len in ontvangst te nemen, en van anderen
evenzeer. Deze afgevaardigde verklaarde
zich voorstander der oprichting van een
afzonderlijk Ministerie van Landbouw,
maar daarvan ls thans geen sprake.
De sociaal-democraat ir. Vos verweet den
Minister, dat hij een opportunistisch beleid
voerde: de bewindsman doet datgene, wat
hij op een bepaald oogenbhk noodig acht.
Waarop de Minister prompt per interruptie
antwoordde: „En dat zal ik blijven doen!"
Wie geeft hem daarin eigenlijk ongelijk?
Moet men in de gegeven onzekere omstan
digheden niet elke zich voordoende gele
genheid aangrijpen om in 's volks behoeften
te voorzien? Met practische maatregelen
moet in crisis-tijd geregeerd worden; met
principieele en planmatige economie komt
men daar niet verder.
Dankbaar bleken verschillende leden voor
den steun aan de bloembollen-cultuur en
dc bloemkweekerijen en voor de prijzen-po-
litiek inzake de landbouw-producten.
Voor den middenstand hebben ir. Vos en
dc heer Stumpel het woord gevoerd: voor
een goede bedrijfs-ordening de heer van
der Goes van Naters; over allerlei zaken
pleegden nog allerlei sprekers allerlei op
merkingenmaar wij zetten hier een
punt en wachten maar op den Minister.
Ik sta er eenvoudig van versteld, hoe
veel menschen op eens een neefje hebben
gekregen bij het opperbevel, bij den gene-
ralen staf, of maar da's véél minder
bij het ministerie van defensie, van bui-
tenlandsche zaken alsmaar minder
of van binnenlandsche zaken da's bijna
zooveel als nix.
En spraakzaam, dat die neefjes zijn
strikt vertrouwelijk natuurlijk, dat spreekt
vezélfs en de nééfjes van die neefjes
houden zich daar natuurlijk precies aan
behalve jegens mij en dat vleit me
zoo!
Stelt U vóór, dat zóó maar bekend werd,
wat er bij den generalen staf verhapstukt
wordt! Dan begrijpt U natuurlijk, hoe
voorzichtig bij voorbeeld de broer
van den verloofde van mijn nicht Claziena
opbelt en haar akelig-vertrouwelijk
„Denk er om, Ciazien, landsgeheim!"
vertelt, waarom maar dat mag ik U niet
overbrieven, want Ciazien heeft het mij
weer nóg akeliger-vertrouwelijk ingebla
zen
Ik weet niet precies wat die broer van
Clazien's verloofde bij den generalen staf
dóet laatst hebben ze me verteld, dat-ie
af en toe voor de buitendeur op wacht
mag staan nou, en dan hóór je wat,
want ik weet uit ondervinding, dat hooge
oomes pas in de vestibule goed plegen los
te komen en de adembenemendste onthul
lingen zóó maar van hun ingewijde lippert
laten rollen! Heb ik een heuschen minister
niet es met de deurknop in zijn hand hoo-
ren verklaren:
„Nou, dan ga ik maar"?
En öf-ie ook is gegaan een jaar of wat
later!
Ja, mijn omgeving wemelt van de rela
ties. De tantes van de vrouwen van de ad
judanten van de medewerkers van de in
tieme vrienden van de generaals vertellen
mijn achterburen haarfijn alles, wat een
half uur geleden nog in de binnenste bin-
nenkameren van officieel Den Haag aller-
zorgelijkst werd gefluisterd.
Heusch, U kunt gewoonweg niet g-e-
iooven en daarom gelóóft U het natuur
lijk ook niet wat voor 'n ont-zet-ten-de
dingen die achterburen van me van die
tantes van de vrouwen van de enz. enz.
vernemen. Laatst zelfs per open brief
kaart, expresse! Toen hebben mijn achter
buren vast een doek gehangen over de kooi
met Pietje en den hond z'n halsband om
gedaan, een en ander ter bevordering van
den spoed eener eventueele evacuatie.
Ze kwamen óns ook nog waarschuwen,
maar mijn vrouw en ik zijn 'n tikkeltje on
gevoelig op dat punt. Wij zijn sedert 3 Sep
tember 1939, des middags om 4.30 uur, na
melijk 123 keer gewaarschuwd.
Eerst moesten we binnen een week onze
biezen pakken vervolgens binnen twee
maal 24 uur en de laatste waarschuwing
wacht U effe, daar wordt weer gebeld,
misschien is het er wéér een nee, het
was een mannetje met Kerstkaarten a 7V;
cent en de laatste waarschuwing dan
was, toen goede vrinden met de auto voor
de deur stonden en inviteerden:
„Gaan jullie mee? Als we ons niet ver
gissen rammelt de vijand al achter aan de
keukendeur
Nee, we gingen niet mee.
We gaan alléén maar, wanneer iemand
ons uitnoodigt voor Hawaii....
Als U es toevallig dien kant op moet.
We zijn gewend aan met z'n drieën op
de achterbank en om de beurt dokken voor
het eten.
VAN DEN HEER P. H. BOERMA. 1
Vandaag herdenkt de heer P. H. Boerma,
directeur van het P.T.T. kantoor te Voor
schoten den dag, dat hij vóór 40 jaren in
dienst trad bij de Nederl. Posterijen.
De heer Boerma, die sedert 1 Februari
De Heer P. H. Boerma.
1939. het kantoor te Voorschoten onder zijn
beheer heeft, was o.m. werkzaam te Utrecht
en Oegstgeest.
In den korten tijd dat de jubilaris in
Voorschoten werkzaam is, heeft hij zich
doen kennen als een humaan chef, die zoo
wel door de ambtenaren van het kantoor,
ais door het bestellers personeel wordt ge
acht en gewaardeerd.
Ook vele ingezetenen van Voorschoten
koesteren een groote waardeering voor de
zen postdirecteur, die steeds bereid is. voor
zoover mogelijk, met de belangen van het
publiek rekening te houden en waar maar
eenigszins mogelijk verbetering aanbrengt
en behulpzaam is. Ongetwijfeld hebben hem
dan ook heden vele blijken van belang
stelling bereikt.