Waar de Vrouw belang in stelt Dames de Groef Eerste en tweede liefde LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 4 Augustus 1939 Derde Blad No. 24343 Leerarbeid gezellig en practisch voor Wol- en Handwerkarfikelen geheele modevak 80ste Jaargang Een toom voor Baby is gemakkelijk te maken Zuinigheid met vlijt Aardig werkje voor jonge moeders Geen moedeloosheid, zoolang er leven is, is er hoop die de andere kant uit kijkt. Natuurlijk behoeft U zich niet aan ons voorbeeld te houden. U kunt zelf Uw fantasie laten wer ken of beesten uit een of ander lievelings prentenboek nemen. Als ons kleintje te ondernemend begint te worden en daarbij kans loopt uit den wagen te tuimelen, moet het tot zijn groot ongenoegen aan banden gelegd worden. dun leer, bijv. saffiaan, geknipt, het naai- sel is naturel leertouw of vlsschersgaren. We werken met de revolvertang, waarin een ponsje met opening, 1 m.M. De wagenriemen, in den handel verkrijg baar, zijn wel practisch maar niet bijzon der fraai. De kleine man op onze foto is heelemaal met zijn kluisters verzoend, hij vindt de witte dierfiguurtjes, die zoo frisch op het roode leer afsteken, erg mooi en rinkelt graag met de nikkelen belletjes. Als hij gaat loopen maken we er een langen riem aan. Ook grootere kleuters zul len graag een dergelijk toom bezitten om paardje te spelen. U moet vooral stevig leer nemen, rund of geitenleer, zoo noodig gevoerd. Kunst leer of z.g. plantaardig leer is vooral uit den booze, het zou het voortdurende rukken niet uithouden en ongelukken kunnen dan niet uitblijven. We namen een mooi oranje-rood geiten leer, de dierfiguurtjes werden uit niet te 3 WARE GROOTTt U hebt noodig: a. stuk bovenleer 19 x 8 c.M., met een iets kleiner stuk stevig voeringleer; b. 2 riempjes over de schouders 20 x 1.5 c.M.; c. 2 riemen aan den zijkant 30x2.5 c.M.; d. 2 riempjes aan den achterkant, 16 x 1.5 c.M., waaraan de riempjes b. worden beves tigd; e. 2 riempjes aAn den achterkant, beves tigen, als d. Voorts: 1 groote gesp, 4 kleine gespjes met passanten, 2 ronde ringen met muske tons en 2 kleine halfronde gespjes, eenige belletjes. Duizelt het U een beetje? Welnu, het lijkt erger dan het is. Al deze dingen zitten pre cies zoo aan de koop-riemen, alleen met dit verschil, dat daar de groote gesp meest al midden voor zit, terwijl wij deze van achteren maken. Daar U deze spulletjes aanschaft in een zaak van leder en fourni turen, waar ze dergelijke riemen ook klaar verkoopen, kunt U makkelijk aanwijzen, wat U noodig heeft, ik had het tenminste in vijf minuten bij elkaar. Verliest U dus vooral den moed niet! Werkwijze We leggen het witte leer onder het dier- patroontjeen prikken den omtrek door met een scherp mesje, waarna we het uitknip pen. Evenzoo maken we een tweeden hond, ACHre*--~AAMzicH7- Met de tang knipt U de oogjes er in. plakt de beestjes met rubberlijm op het bovenleer en stikt ze, na even te hebben laten drogen, met de machine dicht langs den kant. De riempjes b. en de riemen c. worden aan een uiteinde wat uitgedund en aan den achterkant op het voorstuk geplakt, dat we met groote gaten van de tang uitgekarteld hebben. Vervolgens plakken we er voering tegen, brengen gaatjes van 1 m.M. aan voor het touwnaaisel. waarmee de riem c. (om het middel) ook versierd wordt. Deze ne men we zoo ruim, dat we hem later gemak kelijk wat verlengen kunnen. De groote gesp komt midden op baby's rug. De rechterriempjes d. vormen lussen, die over den breeden riem heen en weer kunnen schuiven; als baby grooter wordt blijft ons toom goed passen. De gespjes, die hieraan gemaakt worden, moeten tamelijk hoog op de schoudertjes zitten, zoodat baby er niet op ligt. De riempjes b. worden van gaatjes voorzien en b. en d. worden nu aan elkaar gegespt Nu rest ons alleen nog de bevestiging aan den kinderwagen te maken. Aan den wagen zit altijd een riem met een passant aan weerszijden. Hieraan maken we de riempjes e., die aan den eenen kant een gesp en aan den anderen kant gaatjes heb ben. We sluiten deze riemen tot een lus, waaraan het halfronde ringetje zit. Deze riempjes blijven aan den wagen zitten. Aan den breeden riem komen opzij de groote ringen en hieraan haken we de musketons. Tenslotte bevestigen we de bellen. MARGOT VAN CAPF1TJ.K— VAN BUUREN. Een paar ongewone wenken voor de huisvrouw. In deze moeilijke tijden is het voor de meesten van ons wel noodig om zoo zuinig mogelijk met onze etenswaren om te gaan. Hier volgen nog een paar ongewone wen ken op dit gebied. Fop-spinazie. Hebt u soms frisch wortellof of groen van radijs? Wasch het verscheidene kee- ren, kook het vlug gaar. hak het en dien het op precies als spinazie. Het smaakt voortreffelijk 1 Smakelijke limonade van citroen of sinaasappel kunt u bereiden door eerst de vruchten goed uit te persen en daarna de suikerklontjes waarmee u de limonade gaat verzoeten, zoolang over de schil te wrijven, tot het klontje geheel gekleurd en geurig is. De smaak van uw limonade wordt veel beter en deze manier van doen is tevens extra voordeelig. Oude aardappels die u in den kelder vergeten hebt, zoodat er scheuten aan zijn gekomen, behoeft u nooit weg te gooien. Droog ze in den oven en rasp ze dan zeer fijn Met dit eigengemaakte aardappelmeel, dat u nog een tijdje in de zon kunt leggen om het door en door droog te krijgen, kun nen uw sausjes worden gebonden Vischkoppen zijn maar voor enkele verwoede liefheb bers een tractatie. De meeste menschen weten er geen raad mee. Het is echter erg jammer, vischkoppen weg te gooien. U dient de visch (b.v. kabeljauw) zonder koppen op. Daarna doet u de koppen in een liter water met knoflook, thijm. zout, peper en saffraan naar smaak en twee eet lepels olijfolie. Laat het twee uren zachtjes sudderen. Een oogenblikje voor het opdoen doet u het soepje door de zeef en u pre senteert er gebakken dobbelsteentjes brood bij. Broodkorsten zijn nuttige dingen. Droog ze goed door en door in den oven, rasp ze fijn en u hebt prachtig paneermeel! Ook kunt u van oud brood lekkere wentelteefjes maken. De kin deren zijn er dol op cn bovendien voor het is er voor U géén BETER en VOOR- DEELIGER adres dan Haarl.straat - hoek Donkersteeg 2-4-6 Opgericht 1875. Denkt U er aan Bij ONS ontvangt U I de WAARDEVOLLE KIDZ A-B ONS! 4456 (Ingez. Med.) tKxA pekjecfe pafbdehoóe maAe-ufjf DONKERSTEEG 1 - TELEF. 20706 4456 Ongez. Med.) Op verzoek deze week een doopjurkje. Onze rubriek „oud en nieuw" valt zeer In den smaak. Voortdurend bereiken ons vra gen om modelletjes voor dit en dat. Zoo vroeg ons ook een lezeres om het model 'oor een doopjurkje, maar... dit schattige kleedingstukje kan moeilijk uit een ouden Japon van Moeder worden gemaakt! Of, liever gezegd, het zou wel kunnen, waar geen Moeder zal er de voorkeur aan geven. We geven dus onze doopjurk gloed nieuw. 2J Het voor- en achterrokje wordt even geknipt en ingerlmpeld aan het lijfje |e?et. Aan den rugkant van het lijfje wordt d 3 c.M. aangeknipt voor de sluiting, die wt drukkers bestaat. De kantjes op voor pand en roi{]e st.ikt men er eerst op en ™>dr knipt men de stof eronder vandaan. re' mouwtje rimpelt men aan den onder- in en zet het op een smal manchetje, a£ ongeveer 10 c.M. wijd is. Het laatst zet men een ingerimpeld kantje ™gs het halsje. We zijn allemaal geneigd om, als we onze jonge dochtertjes of vriendinnetjes aan zien, die zoo heerlijk dwepen en ideallsee- ren kunnen, met een glimlach van ver- teedering. die een tikje angst voor des illusie inhoudt, te spreken over de „eerste liefde". En als het meisje in kwestie, heel jong en héél lief en enthousiast, na eenige stormachtige gemoedsbewegingen van ver rukking tot vertwijfeling en vice versa, ein delijk heusch verloofd is, dan zijn we er soms heel vlug bij om te „waarschuwen", om ziwaar en preekerig te beweren, dat ja, dat die verrukking van de eerste liefde wel géén stand zal houden Het laatste is een waarheid als.neen, laat ik niét zeggen „als een koe", want daarvoor is het onderwerp te subtiel. Maar het is een feit, dat we een ouder geworden echtpaar, dat nóg altijd maar alleen oor en oog heeft voor elkanders volmaaktheden en zit vastgeroest in een dwepende weder- zijdsche vereering, tóch voelen als iets ab normaals en iets „doods". Het leven is daarom zoo schoon en heer lijk. omdat het lééft, dus steeds wisseling, verandering en groei meebrengt. Ook de eerste liefde, hoe volmaakt deze zich ook laat aanzien, als ze tusschen twee eerlijke, Jonge menschen opbloeit, kan In dién vorm niet blijven bestaan. Zij veran dert langzaam maar zeker in wat we zou den kunnen noemen: de tweede liefde. Ofze sterft. Wat de eerste liefde is, weten we allemaal heel goed. vooral als we vrouwen zijn. Het ls het meispesverlangen én zijn vervulling, het is het stormachtige en bijna-devote „geef alles elsch alles", het ls: het heele leven zetten op één kaart en die kaart is de andere. Gelukkig het meisje en de jon geman, die zoo'n échte „eerste liefde" leer den kennen, zij het dan, dat er al of niet een desillusie op volgde. Want bij een eerste liefde is altijd dc ziel betrokken en door het vergeten van zichzelf en het opgaan in den ander leert de ziel zijn vleugels uit slaan, groeien en dieper ademhalen. Laten we ons hoeden, om met zoo'n eerste liefde te spotten, ooik al liggen de belache lijkheden voor den nabijen toeschouwer meestal voor het grijpen. Belachelijk zijn ook eigenlijk alleen sommige buitenkant- aspecten ervan, maar naar binnen toe raakt men aan het heiligdom. En daar houdt het spotten op; daar zwijgt de buitenstaander daar kan alleen de dichter nog iets uitdruk ken van de diepe en verheven dingen, die de ziel doorleeft. Aan de „eerste liefde" zijn door de eeuwen heen de heerlijkste verzen gewijd. En daar bij is de „tweede liefde" heel erg stiefmoe derlijk behandeld. Is het, omdat haar gelaat niet zoo jeug dig en charmant is, óf omdat zoo weinig menschen haar leeren kennen? Ofzijn we er allemaal een beetje bang voor? Wat dunkt U? In zijn diepzinnige „brieven aan een jongen dichter" zegt Rainer Maria Rilke .Liefhebben van mensch tot mensch: dat is misschien het moeilijkste, dat ons tot taak ls gesteld, het uiterste, de laatste toetssteen en beproevingJonge men schen, die in alles beginnelingen zijn, kun nen nog niet op deze wijze liefhebben: ze moeten het nog leeren. Met alle krachten, die in hen werken, met hun lieele hart en hun heele wezen beginnen ze te „leeren liefhebben", zoodra de betoovering van de eerste liefde hun leven is binnengegleden. Dit leeren gaat meestal onbewust. Er moet een omzetting plaats vinden van de zuiver natuurlijke liefde, die uit het man- of vrouwzijn alléén voortkomt, tot de gees telijke èn menschelijke liefde van hart tot hart, waarbij we tenslotte voor een bepaal den mensch alles willen doen wat zijn ziel noodig heeft om te kunnen groeien, ook al moesten we er al datgene voor offeren, wat we eerst als „geluk" beschouwden. Het ge luk echter, dat de glans van de tweede liefde uitmaakt, ligt juist in het offer en dit is een vap de aspecten van het Levenswonder. Tusschen de eerste en de tweede liefde ligt vaak een lange en zware weg. Het kan zijn, dat er op de eerste liefde een diepe teleurstelling volgt, zóó dat twee menschen verslagen en gewond uit elkaar gaan, om dan misschien wijzer en rijper gewor den in later jaren met een anderen partner een nieuw geluk te vinden. Het kan ook zijn, dat de eerste liefde niet krachtig genoeg was om het uit te houden tegen de harde beproevingen van het leven en dat ze sterft (eri een dor en droog naast elkaar voortleven, de doode schim van een huwelijk blijft bestaan). Maar het is ook mogelijk, dat twee men schen samen hun eerste èn hun tweede liefde doorleven. En dan o, welk een ge luk, als men hiertoe groeien mag! is de tweede liefde beter, mooier, sterker dan de eerste. De eerste liefde is als het stofgoud op vlindervleugels: liefelijk, maar broos; de tweede liefde is als diamant: gegroeid in de duisternis, geslepen door de smart, door gevend het licht in al zijn facetten, en onvernietigbaar. pit zijn allemaal poëtische en groote woorden, zult u zeggen. Zeker, maar de wer kelijkheid is grooter dan de woorden en daarover mag men eigenlijk niet eens spre ken in een couranten-artikel, waar straks wellicht een bokking wordt ingerold.... Maar misschien kan het deze of gene, die het erg moeilijk heeft, helpen, nog eens te lezen zij het dan in een vodje kranten papier, dat „toevallig" voor haar voeten dwarrelt dat zooiets als de „tweede liefde" werkelijk bestaat en géén smakeloos aftreksel van de eerste is, maar een bekro ning hiervan. Bén ding hebben de eerste en de tweede liefde gemeendat is het eeuwigheidsaspect. Een jong mensch, dat werkelijk liefheeft met alle onstuimigheid van zijn wezen, weet zeker, dat „we voor eeuwig bij elkaar hooren". Een mensch, die tot zijn tweede liefde gerijpt is, weet dit ook. zij het rusti ger en minder onstuimig. Dit weten van het „voor altijd" is misschien wel de brug de heel smalle, doch sterke brug die van de eerste tot de tweede liefde leidt. Is het er niét, dan zakt de verhouding zij het dan ook in een nóg zoo degelijk huwe lijk af tot iets, dat den naam van liefde niet meer waardig is. Is het er, dan begint het moeizame groei proces op een meestal langen, s '-aren weg, die men soms wel eens een heelen tijd als een sleurgang voelen kan. Een weg van bot singen, van spijt en berouw, van teleurstel lingen, van grauwe maar nooit geheel hopelooze alledaagschheid, van zorgen en getob. Waarom? Omdat de tweede liefde, de sterke, de onvernietigbare, zóó schoon en volmaakt is en wij zoo onvolmaakt zijn! In latere jaren als we iets van deze diepe dingen leeren begrijpen kunnen ons soms in letterlijken zin de haren te berge rijzen als we terugdenken aan de vele fou ten, die we in onze eerste liefde hebben ge maakt. Wat zijn we egoïst en ijdel geweest, leeg hoofdig en grof! Wat hebben we. al grij pend naar het onbereikbaar hooge en diepe, oneindig veel bedorven Neen. het is heusch niet ónze verdienste, als onze liefde behouden bleef en als onze levenskameraad nog altijd na al die jaren van ons houdt! Het is in werkelijkheid een stukje onverdiende zegen. Maar ik geloof toch, dat die zegen is weggelegd voor ieder, wiens hart sterk genoeg is, om ondanks teleurstellingen het groote in de liefde te blijven zien. Bent u teleurgesteld in uw eerste liefde? Had u daarop alles gezet en meent u nu, dat er niet zooiets als een tweede liefde be staat? Dan moet ik u toch even zeggen, dat u juist door die teleurstelling dichter bent gekomen tot de mogelijkheid, opnieuw en nu beter en geduldiger te kunnen liefheb ben, Bent u moeizaam en bij tijden haast wanhopig op weg van uw eerste tot uw tweede liefde? Hebt u 't gevoel, dat er eindeloos veel moet worden afgewe-steld vóór de overwinning ls bevochten? Dar mag ik u er misschien aan herinneven, dat het een gróót ding is. waarvoor u strijdt De koopman uit het bijbelverhaal verkocht alles wat hij had en hij kocht den akker, waarin de schat verborgen was. Een paar smakelijke, doch goedkoope maaltijden. ZONDAG: Tomatensoep, biefstuk, sla- boonen, aardappelen, chocoladevla. MAANDAG: Gehakt, gestoofde sla, aard appelen, beschuit met bessensap. DINSDAG: Gebakken bloedworst, bloem kool, aardappelen. WOENSDAG: Stamppot van rauwe sla met rookspek, rijstebrij. DONDERDAG: Varkenslappen, snijboo- nen, aardappelen, karnemelksche pap. VRIJDAG: Kaaspannekoeken, watergruel. ZATERDAG: Runderlapjes, aardappelen, postelein. RECEPTEN. Berekende maaltijd voor 4 personen, be staande uit stamppot van rauwe sla met spek en rijstebrij. 4 kroppen sla 12 ct. 2V2 K G. aardappelen20 ct. 2 ons rookspek of corned beaf 24 ct. >/2 d.L. azijn 2 ct. l'/2 L. melk15 ct. iy2 ons rijst 3 ct. 80 gr. suiker 3 ct. zout, peper 2 ct. 81 ct. Bereiding: De aardappelen schillen en gaar koken in weinig water met zout. Ze niet afgieten, maar fijn stampen, dus zor gen dat het water bijna verkookt is (pl.m. 2 kopjes op deze hoeveelheid). De sla schoon maken, wasschen, uit laten druipen en heel fijn snijden Ze met de azijn vermengen. Het spek uithakken en nu de sla, het spek en de fijngemaakte aardappelen met elkaar vermengen. De stamppot nog even verwar men tot ze flink heet is. Voor de rijstebrij de melk aan de kook brengen, de gewasschen rijst en wat zout er in strooien en de pap onder af en toe roe ren gaar laten worden. (1V4 uur) Afmaken met suiker. Berekende maaltijd voor 4 personen, be staande uit gebakken bloedworst, bloemkool en aardappelen. 3 ons bloedworst 24 ct. 60 gram vet 7 ct. 1 groote bloemkool20 ct. 3 kopjes melk 4 ct. bloem, margarine 4 ct. 2V2 KG. aardappelen20 ct. zout, noot 2 ct. 81 ct. Bereiding: De bloedworst in groote plak ken snijden, door bloem wentelen en in het heete vet bruin bakken. Uit de jus nemen en deze met wat water afmaken De bloem kool schoonmaken en gaar koken in ruim water met zout. (12 gr. op 1 L. water i. Van boter, bloem en melk een saus maken en over de bloemkool, die men goed uit heeft laten lekken, heengieten De aardappelen gaar koken in weinig wa ter met zout. afgieten, droog stoomen. Alles warm opdienen. Misschien vindt u het nauwelijks geoor loofd, een zuiver geestelijke waaide, als in deze geschiedenis wordt aangeduid, te ver gelijken mot de huwelijksliefde, die zoovele gebrekkige en zoovele aardsche facetten heeft èn houdt. Ik herinner me echter, dat ik als meisje van veertien jaar getroffen werd door de versregels van Vondel Geen liefde komt Gods liefde nader, Noch is zóó groot En hoe dankbaar ik daarvoor was! Deze warme klanken van de schoonste uwelijkshymnf die ik ken is er wel hemelscher en tegelijker tijd :cht-Hol!and- scner muziek denkbaar? leggen ons wél eenigszins de verplichting op, om althans niet zoo héél gauw den moed op te geven RHÊMONDA.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 9