Kaagweek trok ruim
300 inschrijvingen
Ons Kort Verhaal
De Ronde van Frankrijk
',JN DE PIJP
LE1DSCH DAGBLAD - Vierde Blad
Zaterdag 15 Juii 1939
Albert van Schendel achtste
Alle groepswedstrijden
op den eersten dag
Negentien regenbogen
tegelijk aan den start.
De Nederlandsche
kampioenschappen
De dood aan boord
Een rustige etappe
De militaire vijfkamp
beslist
De Kaagweek, welke ditmaal gehouden
wordt van 22 tot 25 Juli, heeft ook dit jaar
weer een zeer groot aantal inschrijvingen
getrokken.
Voor de open wedstrijden zijn 220 schepen
ingeschreven, eenzelfde aantal ongeveer als
verleden jaar. Aangezien er echter altijd
laatkomers zijn kunnen wij veilig aannemen
dat het aantal inschrijvingen grooter zal
zijn dan in 1938. Voegt men daarbij de
deelnemers aan de teamwedstrijden en aan
de onderlinge wedstrijden op den Vrijdag
dan komt men ver over de driehonderd.
Het zal dus druk zijn volgende week op het
Zweiland en de Nonemeer. er zal nu wer
kelijk maar heel weinig water over blijven.
Nieuws vinden wij thans direct in het
programma, want de rustige eerste dag is
een heel drukke geworden, doordat alle
groepswedstrijden naar den Vrijdag zijn
verschoven. Misschien is daarom de deel
neming minder groot dan die had kun
nen zijn. Maar het was nu eenmaal on
mogelijk om de teamraces op de andere
dagen te laten varen. Meer klassen
moesten worden gesplitst door het groote
aantal inschrijvingen en voor die meerdere
afdeelingen moest natuurlijk tijd worden
gevonden. Wat een gedrane zou het geven
als men het veld van 28 Olympiajollen A
of van een zelfde aantal vergroote BM.'ers
ineens zou laten starten. Deze klassen zijn
daarom gesplitst in Al en A2 en de zeilers
zijn daarover gedurende de vier dagen zoo
verdeeld dat zij elkaar allen ontmoeten.
De groote animo voor deze klassen tijdens
de Kaagweek geeft de tendenz van de
zeilerij van dezen tijd. Een paar klassen,
welke op hetzelfde peil blijven, zooals de
regenbogen, een sterke vooruitgang van de
Olympiajollenklasse en de N.N 16 M2 -
klasse, welke vooruitgang dan gaat ten
koste van de sharpies en van de jollen,
hetgeen niet wegneemt, dat er tijdens de
Kaagweek nog uitstekend bezette velden
zullen starten. In de A sharpies 14, in de
B-klasse 12 (verleden jaar bedroeg het
aantal 23). in de A jollen 20 en in B niet
minder dan 27. De C-afdeeling der jollen
is ditmaal echter vervallen en ook nu ver
meldt het Kaagprogramma niet de BM-
klasse.
Op den eersten dag in de teamraces zul
len de ploegen drie maal moeten starten.
Het best bezet voor deze races is de sharpie-
klasse, waarin het zal gaan tusschen Am
sterdam. Aegir, Sneek en De Kaag. Van de
Sneeker sharp'ezeilers weten wij niet zoo
heel veel. maar Amsterdam brengt met
Stap en Ott een sterke ploeg op het water.
De gebroeders Nauta ze'len voor de Kaag,
de gebroeders Overmans voor Aegir Slechts
twee groepen vinden wij in de Olympia
jollen. Amsterdam met Lemstra en Recourt
De Kaag met De Jong en Vollebregt De
groepswedstrijd in de 12 voetsjollen gaat
tusschen Nieuwe Meer (Kok en Wesseling),
de Zaanlandsche (Armbrust en Landsman)
en De Kaag (Van Vliet en Timsi. De Zaan
landsche lijkt ons verrewee het sterkst. Op
den Vrijdag zijn er voorts éénmanswed-
strijden in regenbogen, draken en pam-
pusjes, waarvoor de animo wel eens grooter
is geweest dan ditmaal, waar echter weer
tegenover staat, dat er nu een grootere
deelneming is aan -de motorbootwedstrijden.
Het hoofdnummer van de Kaagweek
mogen wij nog steeds de regenboogklasse
noemen. Wij juichen het toe dat A ondanks
negentien inschrijvers (in B zijn er vijf)
niet is gesplitst, want het machtige
schouwspel van het groote regenbogenveld
zou daardoor hebben ingeboet. Dat Is na
tuurlijk geredeneerd van den kant der toe
schouwers. de regenboogzeilers zelf zullen
met een lichte huivering denken aan het
gedrang, dat dit groote veld weer zal geven
aan den start en op het Zweiland. Nage
noeg dezelfde regenbogen van Braassemer-
meer vinden wij ook op de Kaagweek, maar
daarbij komen dan natuurlijk nog de Frie
zen.
Dat zal een harde strijd worden in de open
race maar niet minder in den kamp Fries
landHolland. Verleden jaar was de stand
op de Kagerplassen 94.2 voor Holland, 71.1
voor Friesland. Voor Friesland komen uit
in deze race de zeilers K. Vrolijk, P. v.
Dijk. S. Kuijpers. R. v. d. Sluis en R Moedt;
voor Holland: J. C. v. d. Velde, W. Z. v. d.
Mey, L. de Wit, F. Theunissen en N.N.
Naast de regenboogklasse belooft de
Olympiajollenklasse belangrijk te zullen
worden. Zh zijn nu allemaal bij elkaar, de
cracks uit deze klasse. Onze Olymp'sche
kampioen Kagchelland met zijn ïeserve
van de Stadt, zijn groote rivaal Borgerhoff
Mulder, De Jong die verleden jaar ons land
vertegenwoordigde bij de Europieesche
kampioenschappen en Van Veen die dat
dit jaar zal doen de Rotterdamsche zeilers
als Barzilay. Van Brummelen en Beaujean
en de oud-jollenkamp'oen Huybers; verder
de Amsterdammers Lemstra en Bollemeyer.
En ook vier Friezen, in de eerste plaats
Corrie van Gooi, die het verleden jaar met j
succes tegen haar mannelijke concurrenten i
opnam, verder Joustra en Sneek, Van der
Meer en Bouman uit Leeuwarden.
Friezen vinden wij ook in de Noord Ne-
derlandsche 16 M2.-klasse A Zü krijgen de
elite van de Hollandsche ze'lers tegenover
zich.
Een ongeveer gelijkwaardige klasse van
negen draken in A belooft aardige wed
strijden te zullen geven. In B zijn nog vijf
scheepjes ingeschreven De Drakenklasse is
overigens minder goed bezet dan verleden
jaar. hetgeen eenigermate wonderlijk is,
omdat deze klasse toch geleidelijk blijft
groeien.
In de A jollen zullen de ouderen als Van
de Stadt. Landsman. Van der Valk, Van
Vliet Evers, Van der Berg enz. hun handen
vol krijgen aan jongeren als Van 't Oever,
Idema, Bier, Mastenbroek. Drie dames bin
den den strijd met de heeren aan. n.l. de
dames De Wit. Karremen en Leene,
De Pampusklasse is tijdens de Kaagweek
vrij goed bezet al blijft de teruggang als
wedstrijdklasse toch verder voortgaan In
de Vrijbuitersklas'e is de deelnem'ng zeer
klein.
Tenslotte dan nog de 45 M2 -kruiserklasse
waarin voor de zooveelste maal Molenaar,
Vermaat. S everts en Sythoff elkaar gaan
bekampen. Zij zijn aan elkaar gewaagd en
dat maakt den strijd des te spannender.
WIELRENNEN.
Zaterdag 23, Zondag 24 en Dinsdag 25 Juli
a.s. worden in het Olympisch Stadion te Am
sterdam de nationale wielerkampioenschappen
gehouden .De belangstelling van de zijde onzer
prominente renners is ook dit jaar weer bij
zonder groot en indien de weersomstandigheden
gedurende deze dagen willen medewerken, staat
het reeds bij voorbaat vast. dat van Interes
sante en spannende races genoten zal kunnen
worden.
Naar het amateurssprinterskampioenschap
dingen niet minder dan 27 candidaten en tot
hen behooren renners, wier namen alleen
reeds waarborgen, dat de strijd om den eere-
titel bijzonder fel zal worden We noemen
slechts Derksen, B. Leene. Smits, Pronk en Van
Gelder. Dezelfde harde strijd mag worden ver
wacht bij de professionals. Zestien sprinters heb
ben ingeschreven en tot hen behooren o.m.
Van Egmond, die het vorig jaar ontbrak. Pe
perkamp. Van den Vijver. Arie van Vliet en
Pijnenburg. Voor het sprintkampioenschap on-
afhankeiyken hebben 14 renners ingeschreven,
waarbij Van der Linden en Westbroek.
Het best bezette nummer is de achtervol
gingsrace over 5000 meters, waarvoor 22 profes
sionals hebben ingeschreven, onder wie Slaats,
Van Egmond. Pijnenburg en Pellenaars.
Naar het nationaal stayerskampioenschap
dingen dertien renners, n.l. Wals. Slaats. Groe-
newegen. Snoek. Van der Wulp .de Graaf. Buys.
Bosland. Bakker. Loskamp, Gramser, Domhof
en Franssen. van wie de eerstgenoemde zes
stavers zyn vrijgesteld van voorwedstrijden.
door
W. GASOOGNE.
Juni 1896!
Onze bark lag in Acapulco, een kleine
Mexicaansche havenstad aan den Stillen
Oceaan, voor anker. Ik had zoo'n hevige
koorts, dat men mij in een hospitaal had
laten opnemen. Toen ik eenige weken
daarna genezen was, bleek het schip ai-
gevaren! Dat was een onaangename ont
dekking voor mij, want er zou vooreerst
wellicht geen boot vertrekken, waarmede
ik mijn geboorteland zou kunnen bereiken
Op een dag echter liep een Italiaansche
brik de haven binnen. Ik kan mij die boot
nog levendig voor den geest halen. De
eerste gedachte, die ik kreeg, toen ik die
schuit van minstens een halve eeuw oud
zag. was: precies een drijvende doodkist.
Toen ik evenwel hoorde, dat de brik be
stemd was voor Cadix, stond het voor mij
vast, dat ik moest trachten aan boord te
komen, als matroos of wat dan ook. An
ders zou ik misschien maandenlang in
Acapulco moeten rondzwerven.
Ik had geluk. De kapitein, een opgewekte
Italiaan, monsterde mij aan.
Op den morgen van ons vertrek kwam
kapitein Bartoletti met een vreemdeling
aan boord. De kok, met wien ik op dat
oogenblik stond te praten voor de deur
van de kombuis, schrok en fluisterde mij
toe: Mijn hemel!De dood is aan boord
gekomen
Ook ik voelde een rilling over mijn rug
glijden, toen ik de donkere oogen van den
vreemdeling op mij voelde rusten. Zijn ge
zicht was ingevallen en de onrustige oogen
lagen diep in hun kassen. Hij had een pik
zwarten baard en zijn magere gestalte was
ondanks de tropische hitte, geheel in een
langen jas gehuld. Hij leek inderdaad een
levend lijk.
Van den stuurman vernamen we later,
dat hij een Portugeesch kapitein was, die
zijn schip op de Mexicaansche kust had
verloren en nu, na een zware ziekte, de
reis naar Europa als passagier wilde mee
maken.
De bljgeloovige Italiaansche bemanning
was overtuigd, dat zoo'n griezelig mensch
het schip slechts ongeluk kon brengen en
mtnige wantrouwige en vijandige blik
werd hem toegeworpen.
Tegen den avond woei een zeewaartsche
bries en hingen we onder zeil. Onze koers
liep parallel met de kust en van bakboord-
ziide konden we de bergketens van het
MPxicaansche hoogland zien.
Om middernacht moest ik mijn post ach
ter het roer innemen. Om vier uur werd ik
afgelost en moest ik, volgens de opdracht,
den kapitein wekken. Ik klopte Pink aan
de deur, maar kreeg geen gehoor. Dus ging
ik maar binnen In de kajuit hing een be
klemmende stilte. Iets ln miin onderbe
wustzijn maakte er mij op attent, dat de
fctilte Iets angstigs had
Of ik geschreeuwd heb, weet ik niet,
maar wat ik me wel herinnerde is, dat ik
geweldig schrok en terugsprong,, toen ik
een blik op de slaapstee van den kapitein
had geworpen. Bartoletti lag op zijn rug;
zijn gezicht was blauw-zwart en zijn ver
glaasde oogen met de onnatuurlijke ver
groote pupillen schenen me dreigend aan
te staren.
De kapitein was dood. Het was een zon
derling geval. Eenige uitwendige verwon
ding was niet te vinden. We stonden voor
een raadsel, want we konden niet aanne
men. dat de levenslustige kapitein zelf
moord gepleegd had.
In den namiddag werd kapitein Barto
letti op zeemanswijze begraven. Ook onze
passagier was bij de plechtigheid tegen
woordig. Roerloos stond hij aan het hoofd
einde van den doode. Geen spier in zijn
gelaat bewoog, en zijn gloeiende oogen
staarden afwezig over de wijde zee. Maar
hij zou niet rustig geweest zijn, wanneer
hij had gehoord, dat de bemanning over
hem zei. Er waren er, die hem beschul
digden den kapitein vergiftigd te hebben.
Ik vond het gevaarlijk de bedreigingen te
negeeren en ik besloot dus den Portugees te
waarschuwen. Ongezien zocht ik zijn hut
op en in mijn haast liep ik zonder aan te
kloppen binnen. Bij mijn plotseling bin
nentreden schrok de man en ik zag hem
met een zenuwachtig gebaar een fleschje
onder zijn bed werpen.
Die handelwijze deed mij aarzelen, gaf
mij te denken. Wat was er in dat flesch
je De waarschuwing, waarvoor ik ge
komen was, bleef achterwege. Ik stamelde
een excuus, dat ik me in de deur vergist
had. Duidelijk zag ik wantrouwen in zijn
oogen. Ik besloot den vreemdeling goed in
het oog te houden.
Mezzoni, de stuurman, was nu kapitein
geworden en hij betrok ook de kapiteins
kajuit, terwijl Maclero. die jaren geleden
zijn stuurmansexamen had afgelegd, de
hut van den stuurman nam. Het verwon
derde me. dat Mezzoni. die buitengewoon
bljgeloovig was, zonder angst het vertrek
van den overledene betrokken had.
Vroeg in den morgen van den volgenden
dag, toen we bijeen zaten, kwam de kok,
erg ontdaan binnenstormen. Eerst konden
we uit zijn verhaal niet wijs worden, maar
eindelijk begrepen we toch. dat hij Mezzoni
zijn morgen-koffie had willen brengen en
een lijk gevonden had
Zijn gezicht was. evenals bij Bartoletti,
blauw opgeloopen. De pupillen waren on
natuurlijk vergroot en er was geen wondje
op zijn geheele lichaam te vindenHet
was wei zeker, dat beide mannen door een
snelwerkend gif vedood waren.
Nu was het gedaan met onzen passagier
Onder leld'ne van den ouden Maclero werd
hii gearresteerd. Geboeid werd hij in een
hok gebracht, waar hij zou moeten blijven,
tot we de eerste haven waren binnenge-
loopen. Verachtelijk had hij gelachen, toen
hij de beschuldiging hoorde.
7ou ik die twee menschen vermoord
hebben?Zijn jullie gek? Was het over
zijn lippen gekomen. Het gezicht van den
vreemdeling leek nog bleeker dan te voren
en zijn wangen nog meer ingevallen. Ik
voor mij geloofde nu toch ook wel stellig
met eer. gevaarlijken misdadiger te doen
te hebben
Een dag, nadat ook Mezzoni in het zee
mansgraf was bijgezet, daalde de baro
meter met razende snelheid. De zee begon
hol te staan. Onze positie was niet benij
denswaardig, want Maclero was. hoewel een
flink bootsman, een beklagenswaardig zee
vaarder. Te gevaarlijker was de toestand
omdat we ons nog betrekkelijk dicht bij de
kust bevonden. Maclero wist spoedig geen
raad meer en toen herinnerde men zich. dat
onze gevangene een Portugeesch kapitein
was. Slechts hij kon ons redden. En de
matrozen, die hem eerst naar het leven
stonden, stelden hun lot nu graag in zijn
handen. IndeTdaad gelukte het den Portu
gees het schip te behouden. In zijn zwarten
mantel gehuld, stond hij somber aan de
loefzijde en gaf zijn bevelen. Hij deed mij
denken aan de legendarische figuur van
den Vliegenden Hollander.
Uit dankbaarheid besloot Maclero den
vreemdeling voor de rest van de reis de
kapiteinshut ter beschikking te stellen.
Maclero en ik zouden de hut in orde bren
gen. Terwijl we hiermede bezig waren,
vond Maclero Mezeonl's pijp. ln een breede
spleet aan de rugzijde van de kooi ge
stoken.
Die pijp kan ik wel gebruiken, grijnsde
hij. Ze zal wel niet vergiftigd zijn en ze is
beter dan mijn kalkstompje. Meteen trok
hij aan de pijp, welke nogal vast scheen
te zitten. Hij stak daarom zijn hand in de
spleet, om zoo de pijp los te krijgen. Op
eens schreeuwde hij en trok schielijk zijn
hand terug.
Ik ben gestoken! Kreunde hij.
Inderdaad zag Ik eenige kleine wondjes.
Zijn hand begon zienderoogen te zwellen en
blauw-zwart op te loopen.
Een slang heeft je gebeten, bracht ik
er verschrikt uit. Meteen liep Ik hard weg
om den kok een mes gloeiend te laten ma
kenHet gelukte me Maclero te redden.
Natuurlijk vertelde ik het geval aan de
bemanning en den Portugees, en toen we
op den wand van de hut klopten, op de
plaats waar de pijp stak, zagen we wat we
verwacht hadden: een slang. Met een wel-
gemikten bijlslag had een matroos het on
dier gauw gedood. Door een of ander toe
val moet het dier aan boord zijn gekomen
en zich in de spleet verscholen hebben.
Natuurlijk was het reptiel in den nacht,
aangetrokken door de lichaamswarmte van
den niets vermoedenden slaper, te voor
schijn gekropen en had het, geschrokken
door een onbewuste beweging, gebeten
De Portugeesch was dus volkomen gere
habiliteerd. Maar lang heeft hij daar niet
van genoten. We vonden hem kort daarna,
op een morgen, stervend. Een morphine-
spuitje lag naast hem. In de tropen was
hij morphinist geworden. Zijn lichaam
was ondermijnd en de opwinding der laatste
dagen had hij niet meer kunnen dragen.
Onder zijn hoofdkussen vonden we een
fleschje met nog een restje morphine. On
getwijfeld hetzelfde fleschje, dat Ik toen
bij hem gezien had en dat oorzaak was, dat
ik hem voor een moordenaar hield.
(Nadruk verboden)
(Auteursrecht voorbehouden)
"•A
■veMc/iafe li
Tttoékjest, veut
3496
(Ingez. Mcd.)'
(Van een spccialen A.N.P.-verslaggever).
De vijfde étappe van de ronde van Frank
rijk is wederom door een Franschman gewon
nen, n.l. Fournier. die al eerder eerste werd.
Het is wel opmerkelijk in deze ronde, dat nog
geen enkele buitenlander een étappe-overwin
ning heeft behaald, met uitzondering van Ro-
main Maes, die een halve étappe, die van Caen
-Gue_pi'
lYnk TISCHITiel OCË U
naar Vire. tegen het horloge op zijn naam
bracht.
De Nederlanders hebben het er in deze be
trekkelijk kalme vijfde étappe uitstekend af
gebracht,
Albert van Schendel heeft zich wederom goed
geklasseerd en eindigde als achtste. In de a'lge-
meene rangschikking zijn alle Nederlanders,
met uitzondering van Gommers, die zich echter
precies gehandhaafd heeft, vooruit gegaan.
Lambrichts steeg een plaatsje en kwam nu
dertiende te staan. Albert van Schendel steeg
van de 25e naar de 21e plaats, terwijl De Kor-
ver twee plaatsen omhoog klom. Ook Sijen ging
vooruit en stond gisteravond 33e. Domlnicus
kwam op de 44e plaats en Anton van Schen
del op de 48e Ook Hellemons ging naar boven
en stond na de vijfde étappe 59e.
Deze vijfde étappe was zeker de gemakke
lijkste. welke de renners tot nu toe te ver
orberen hebben gekregen. Wel lag het aantal
kilometers boven de 200. doch de veelal breede
uitstekende wegen met weinig heuvels boden
toch geen moeilijkheden. Alleen de 7 K.M. na
den start was er even van strijd sprake. Toen
waren er stoutmoedigen tusschenuit gegaan,
n.l. Le Greves die het sein tot den aanval
had geblazen, Vlaemynck en Archambaud en
tenslotte Romain Maes, die er echter voor
zorgde, dat het peleton de vluchtelingen weldra
kon inhalen. En toen brak er een rust aan,
welke uren duurde.
By St. Nazalre was het uit met het middag
dutje. Er waren toen 146 van de 207 K M ach
ter den rug en nu werd er harder gereden. Doch
iedere uitlooppoging werd ln de kiem ge
smoord waarbij vooral de Belgen zeer actief
waren en rusteloos de wegloopers weer bij de
groep brachten. Tenslotte werd bij Savenay,
30 K.M voor Nantes, de snelheid zoo groot,
dat er zich enkele groepen vormden, echter op
zeer geringen afstand van elkaar. Mede door
het feit, dat de weg stëeds iets afliep, noteer
den wij snelheden van 45 k 50 K.M. Voorop
zaten o.a. Sylver Macs. Marcaillou, Fournier,
Meulenberg, Archambaud en Albert van Schen
del.
Vijf kilometer voor Nantes liepen Romain
Maes en Albert van Schendel nog uit. zij na
men 200 M; op de acht anderen, doch juist
bij het binnenkomen van de baan werden bel
den ingeloopen.
De sprint op de baan te Nantes moest de
beslissing brengen. De tien renners kwamen
tegelijk de baan op. waarbij Albert van Schen
del direct naar voren kwam. Helaas kreeg ook
deze sprint, evenals die te Lorient, een onregel-
matig verloop, omdtft men vergat de tweede
i groep, die dertig seconden er achter zat. bij
de poort van de baan vast te houden. In volle
sprint lagen de eerste tien, toen de renners
van de tweede groep zich tusschen hen meng
den. Van een sprint kwam zoodoende niets te
recht. Fournier werd eerste en Albert van
Schendel werd 'derde achter Frechaut. Ten
minste, zoo zagen wij het. die speciaal op Albert
van Schendel hadden gelet. Maar de verant
woordelijke leiders wisten het zelf niet, vol
komen begrijpelijk overigens in deze ontzaglijke
verwarring.
Men noemde maar een aantal namen achter
elkaar op en zoodoende werd Albert van Schen
del als achtste geplaatst.
Voor de klasseering wat den tijd betrof was
dat niet erg. Alle tien renners werden toch in
groep geplaatst, maar wel ontging onzen land
genoot door dit volkomen willekeurig vaststellen
van den uitslag, een prijs.
Anton van Schendel. Lambrichts, Dominicus,
De Korver en Sijen eindigden in het tweede
peleton met ongeveer dertig seconden achter
stand. terwijl Gommers in de derde groep zat
met twee minuten verschil op de eerste groep
en Hellemons kwam onmiddellijk na Gommers
binnen.
Toch heeft deze kalme étappe nog uitvallers
gebracht. Tachtig kilometer na Lorient hadden
de beide Zwitsers, Gross en Jaisli. een aanzien
lijken achterstand, terwijl Mithouard eveneens
teruggevallen was. Hij had met een zware inzin
king te kampen en ondanks het feit, dat er in
de groote groep, wat men noemt gewandeld
werd boven de 28 k 30 K.M. kwam men toen
niet. uit slaagden Mithouard en de beide
Zwitsers er niet in zich by het peleton te voe
gen. Mithouard staakte ten slotte den strijd,
evenals Gross en Jaisli.
Bidinger. de laatste in de algemeene rang
schikking. is volgens de reglementen geschrapt,
zoodat er nog 69 renners in de ronde zijn.
De uitslag luidt:
1. Fournier (Fr.) 5 uur 40 min. 13 sec.; 2.
Fréchaut (Fr Z.W.)3. Meulenberg (B.); 4.
Archambaud (Fr. N.O.); 5. S. Macs <B.>: 6.
Vlaemynck (B.); 7. Marcalllon (Fr.); 8. A. v.
Schendel <N.); 9. Rom. Maes (B.); 10. Ritser-
veld (B.) allen in denzelfdcn tijd; 11. ex aequo,
5 uur 40 min 45 sec. met o.m. de volgende
renners: De Korver. T. van Schendel. Sijen.
Lambrichts en Dominicus; op de 58e plaats
Gommers 5 uur 42 min. 17 sec.; 60e Hellemons
5 uur 42 min. 25 sec.
De algemeene rangschikking luidt: 1. Vietto
28 uur 30 min. 26 sec.: 2. M. Clémens 28 uur
30 min. 32 sec.: 3. Disseaux 28 uur 31 min.
32s.; 4. Fontenay 28 u. 32 m. 43 s.; 5. Tassin 28 u.
34 min. 54 sec 6. Galateau 28 uur 35 min.
7 sec.; 7. S. Maes 28 uur 35 min. 51 sec.: 8.
Marcaillon 28 uur 36 min. 1 sec.; 9. Lc Moal
28 uur 36 min. 6 sec.; 10. Vlaemynck 28 uur
36 min. 12 sec.; 13 Lambrlcht 28 uur 30 min.
39 sec.; 21 A. v. Schendel 28 uur 43 min. 9 s.;
28. De Korver 28 uur 46 min. 18 sec.; 33 Sijen
28 uur 49 min. 8 sec.; 44 Dominicus 28 uur
52 min. 54 sec 48. A. v. Schendel 28 uur 57 m.
22 sec.; 59. Hellemons 29 uur 9 min. 57 sec.
Het. landenklassement luidt als volgt:
1 Fransche West-ploeg 85 uur 43 min. 43 s.;
2. Belgische B-ploeg 85 uur 49 min. 45 sec
3. Fransche ploeg 85 uur 52 min. 14 sec.; 4.
Fransche Z.O-ploeg 85 uur 53 min. 4 sec.; 5.
Belgische A-ploeg 86 uur 3 min. 4 sec.; 6.
Fransche Z.W.-ploeg 86 uur 4 min. 14 sec,: 7.
Fransche N.O.-ploeg en lie de France 36 uur
5 min. 7 sec.; 8. Nederland 86 uur 8 min. 6 sec.;
9. Luxemburg 86 uur 10 min. 20 sec.; 10. Zwit
serland 86 uur 52 min. 1 sec
Nog slechts vijf ploegen zijn volledig met
acht renners, n.l. België. Nederland. Frankrijk.
België B en West-Frankrijk. Zwitserland en
Luxemburg hebben nog zes renners, terwijl
Zuid-West Frankrijk nog slechts vier renners
over heeft.
Nadruk verboden.
(Men zie voor nadere berichten het eerste blad).
ATHLETIEK.
4000 M. VELDLOOP TOT BESLUIT.
Gisterochtend werd op de Leusderheide te
Amersfoort de 4000 meter veldloop gehouden
als laatste onderdeel van den militairen vijf-
kamp, welke dit jaar door het Nederl. Olym
pisch Comité te Amersfoort werd georganiseerd
en waarvoor groote belangstelling bestond.
Kapitein van den Bosch heeft zich op het
nippertje kunnen klasseeren en is als overwin
naar in den vijfkamp A voor officieren uit
den strijd gekomen, in de andere afdeelingen
van de officieren was het luit. F. O. van Kreg-
ten, terwijl bij de onderofficieren de vaandrig
Sneyers en de wachtmeester Pasma de zege
behaalden.
Weinigen zijn er ditmaal maar geweest, die
aan alle eischen hebben voldaan en daardoor
ln het bezit zijn gekomen van een diploma
van het N.O.C. Deze deelnemers waren kap.
Van den Bosch. lult. Stam. luit. Snorm, luit. De
Vries. lult. Van Kregten, luit. Hamel, wacht
meester Pasma, wachtm Nieuwenhuis, wacht
meester Verstraeten. wachtm. Jozlasse. vaan
drig Sneyers, serg.-maj. Procee en de cadet
Pueckel.
In de rijschool had na afloop van den veld
loop de prijsuitreiking plaats door den voor
zitter van het N.O.C. Vele militaire autoritei
ten waren hierbij tegenwoordig. Baron Schim-
melpenninck ven der Oye complimenteerde alle
deelnemers met hun prestaties en ln het bij
zonder de winnaars.
Kapt. D. W. van den Bosch dankte na af
loop namens de deelnemers het N.O.C. en de
jury voor het organiseeren van de wedstrijden,
die alleszins geslaagd mogen heetcn.
De uitslagen van den veldloop luiden:
Officieren van vijfkamp A.: 1. lult. A. J. de
fries 'Zeist), IS *5 sec.; 2. luit. P. C.
Snorn (Oegstgeest) 15 min. 27 sec.; 3. luit. F.
Brouwer (Leiden) 15 min. 36 sec.
J. J. Eisma (Arnhem) 14 min. 54,8 sec.; 3. lult.
G. van der Wolf (Arnhem) 15 min. 26 sec.
Onderofficieren vijfkamp A: 1. Chr. G. van
der Wolf (Arnhem) 15 min. 26 sec.
Onderofficieren vijfkamp A: 1. Chr. G. van
Baaien (Harderwijk) 14 min. 32,3 sec.; 2. T.
Pasma (Ede) 14 min. 36.2 sec.; 3. P. F. J. Ver-
straaten (Leiden) 14 min. 57,1 sec.
Onderofficieren vijfkamp B: 1. E.' J. de Kluy-
ver (Amersfoort) 13 min. 28,2 sec.; 2. H. J. J.
Sneyers (Apeldoorn) 13 min. 44 sec.; 3. C. Sis-
selaar (Amersfoort) 14 min. 1,2 sec.
De totaal-uitslagen van den nationalen vijf
kamp luiden:
Korpswedstrijd voor onderofficieren van vijf
kamp B: 1 .Koninklijke Marine Vlissingen
Korpswedstrijd voor officieren van vijfkamp
B: 1. Kon. Marechaussee; 2. 16de regiment
infanterie; 3. politietroepen.
De individueele einduitslag luidt:
Officieren vijfkamp A: 1. kapt, D. W van den
Bosch (Amersfoort) 18 p.; 2. luit. R. Stam (Lei
den) 18 p.; 3. luit. A. Statius Muller (Harder
wijk) 21 p.; 4. luit. A. J. de Vries (Zeist) 24 d.;
5. luit. P. C. Snorn (Oegstgeest) 24 p.; 6. luit.
J. P. F. van der Horst (Ginneken) 27 p.
Officieren vijfkamp B: 1. luit. ter zee F O.
van Kregten (Vlissingen 14 p: 2 luit. J. J.
Eisma (Arnhem) 22 p.; 3. lult. F J. v. d. Berg
(Den Helder) 24 p.: 4. luit. J van Eisen (Amers
foort) 30 p.; 5. lult. ter zee C. J. L. Hamel
(Vlissingen) 33 p.; 6. luit. ter zee jhr. F. E. de
Koek (Vlissingen) 34 p.
Onderofficieren van vijf kamp A: 1. T. Pasma
(Ede) 11 p.; 2. Chr. G. van Daalen (Harder
wijk) 15 p.: 3 J. Quirk (Tilburg) 20 n J P.
D. Nieuwenhuis (Den Haag) 21 n.; 5. p j.
Verstraaten (Leiden» 24 p.
Onderofficieren van vijfkamp B: 1. H. J. J.
Sneyers Jr (Apeldoorn) 12 p.- 2. W. A. Pucckel
(Breda) 15 p.: 3. E J. de Kluyver (Amers
foort) 25 p.: 4. H. P. Ettiger (Vlissingen) 25 p.:
5. J. H. Jozlasse (Breskens) 30 p.
2—4