Kaagweek trok ruim 300 inschrijvingen Ons Kort Verhaal De Ronde van Frankrijk ',JN DE PIJP LE1DSCH DAGBLAD - Vierde Blad Zaterdag 15 Juii 1939 Albert van Schendel achtste Alle groepswedstrijden op den eersten dag Negentien regenbogen tegelijk aan den start. De Nederlandsche kampioenschappen De dood aan boord Een rustige etappe De militaire vijfkamp beslist De Kaagweek, welke ditmaal gehouden wordt van 22 tot 25 Juli, heeft ook dit jaar weer een zeer groot aantal inschrijvingen getrokken. Voor de open wedstrijden zijn 220 schepen ingeschreven, eenzelfde aantal ongeveer als verleden jaar. Aangezien er echter altijd laatkomers zijn kunnen wij veilig aannemen dat het aantal inschrijvingen grooter zal zijn dan in 1938. Voegt men daarbij de deelnemers aan de teamwedstrijden en aan de onderlinge wedstrijden op den Vrijdag dan komt men ver over de driehonderd. Het zal dus druk zijn volgende week op het Zweiland en de Nonemeer. er zal nu wer kelijk maar heel weinig water over blijven. Nieuws vinden wij thans direct in het programma, want de rustige eerste dag is een heel drukke geworden, doordat alle groepswedstrijden naar den Vrijdag zijn verschoven. Misschien is daarom de deel neming minder groot dan die had kun nen zijn. Maar het was nu eenmaal on mogelijk om de teamraces op de andere dagen te laten varen. Meer klassen moesten worden gesplitst door het groote aantal inschrijvingen en voor die meerdere afdeelingen moest natuurlijk tijd worden gevonden. Wat een gedrane zou het geven als men het veld van 28 Olympiajollen A of van een zelfde aantal vergroote BM.'ers ineens zou laten starten. Deze klassen zijn daarom gesplitst in Al en A2 en de zeilers zijn daarover gedurende de vier dagen zoo verdeeld dat zij elkaar allen ontmoeten. De groote animo voor deze klassen tijdens de Kaagweek geeft de tendenz van de zeilerij van dezen tijd. Een paar klassen, welke op hetzelfde peil blijven, zooals de regenbogen, een sterke vooruitgang van de Olympiajollenklasse en de N.N 16 M2 - klasse, welke vooruitgang dan gaat ten koste van de sharpies en van de jollen, hetgeen niet wegneemt, dat er tijdens de Kaagweek nog uitstekend bezette velden zullen starten. In de A sharpies 14, in de B-klasse 12 (verleden jaar bedroeg het aantal 23). in de A jollen 20 en in B niet minder dan 27. De C-afdeeling der jollen is ditmaal echter vervallen en ook nu ver meldt het Kaagprogramma niet de BM- klasse. Op den eersten dag in de teamraces zul len de ploegen drie maal moeten starten. Het best bezet voor deze races is de sharpie- klasse, waarin het zal gaan tusschen Am sterdam. Aegir, Sneek en De Kaag. Van de Sneeker sharp'ezeilers weten wij niet zoo heel veel. maar Amsterdam brengt met Stap en Ott een sterke ploeg op het water. De gebroeders Nauta ze'len voor de Kaag, de gebroeders Overmans voor Aegir Slechts twee groepen vinden wij in de Olympia jollen. Amsterdam met Lemstra en Recourt De Kaag met De Jong en Vollebregt De groepswedstrijd in de 12 voetsjollen gaat tusschen Nieuwe Meer (Kok en Wesseling), de Zaanlandsche (Armbrust en Landsman) en De Kaag (Van Vliet en Timsi. De Zaan landsche lijkt ons verrewee het sterkst. Op den Vrijdag zijn er voorts éénmanswed- strijden in regenbogen, draken en pam- pusjes, waarvoor de animo wel eens grooter is geweest dan ditmaal, waar echter weer tegenover staat, dat er nu een grootere deelneming is aan -de motorbootwedstrijden. Het hoofdnummer van de Kaagweek mogen wij nog steeds de regenboogklasse noemen. Wij juichen het toe dat A ondanks negentien inschrijvers (in B zijn er vijf) niet is gesplitst, want het machtige schouwspel van het groote regenbogenveld zou daardoor hebben ingeboet. Dat Is na tuurlijk geredeneerd van den kant der toe schouwers. de regenboogzeilers zelf zullen met een lichte huivering denken aan het gedrang, dat dit groote veld weer zal geven aan den start en op het Zweiland. Nage noeg dezelfde regenbogen van Braassemer- meer vinden wij ook op de Kaagweek, maar daarbij komen dan natuurlijk nog de Frie zen. Dat zal een harde strijd worden in de open race maar niet minder in den kamp Fries landHolland. Verleden jaar was de stand op de Kagerplassen 94.2 voor Holland, 71.1 voor Friesland. Voor Friesland komen uit in deze race de zeilers K. Vrolijk, P. v. Dijk. S. Kuijpers. R. v. d. Sluis en R Moedt; voor Holland: J. C. v. d. Velde, W. Z. v. d. Mey, L. de Wit, F. Theunissen en N.N. Naast de regenboogklasse belooft de Olympiajollenklasse belangrijk te zullen worden. Zh zijn nu allemaal bij elkaar, de cracks uit deze klasse. Onze Olymp'sche kampioen Kagchelland met zijn ïeserve van de Stadt, zijn groote rivaal Borgerhoff Mulder, De Jong die verleden jaar ons land vertegenwoordigde bij de Europieesche kampioenschappen en Van Veen die dat dit jaar zal doen de Rotterdamsche zeilers als Barzilay. Van Brummelen en Beaujean en de oud-jollenkamp'oen Huybers; verder de Amsterdammers Lemstra en Bollemeyer. En ook vier Friezen, in de eerste plaats Corrie van Gooi, die het verleden jaar met j succes tegen haar mannelijke concurrenten i opnam, verder Joustra en Sneek, Van der Meer en Bouman uit Leeuwarden. Friezen vinden wij ook in de Noord Ne- derlandsche 16 M2.-klasse A Zü krijgen de elite van de Hollandsche ze'lers tegenover zich. Een ongeveer gelijkwaardige klasse van negen draken in A belooft aardige wed strijden te zullen geven. In B zijn nog vijf scheepjes ingeschreven De Drakenklasse is overigens minder goed bezet dan verleden jaar. hetgeen eenigermate wonderlijk is, omdat deze klasse toch geleidelijk blijft groeien. In de A jollen zullen de ouderen als Van de Stadt. Landsman. Van der Valk, Van Vliet Evers, Van der Berg enz. hun handen vol krijgen aan jongeren als Van 't Oever, Idema, Bier, Mastenbroek. Drie dames bin den den strijd met de heeren aan. n.l. de dames De Wit. Karremen en Leene, De Pampusklasse is tijdens de Kaagweek vrij goed bezet al blijft de teruggang als wedstrijdklasse toch verder voortgaan In de Vrijbuitersklas'e is de deelnem'ng zeer klein. Tenslotte dan nog de 45 M2 -kruiserklasse waarin voor de zooveelste maal Molenaar, Vermaat. S everts en Sythoff elkaar gaan bekampen. Zij zijn aan elkaar gewaagd en dat maakt den strijd des te spannender. WIELRENNEN. Zaterdag 23, Zondag 24 en Dinsdag 25 Juli a.s. worden in het Olympisch Stadion te Am sterdam de nationale wielerkampioenschappen gehouden .De belangstelling van de zijde onzer prominente renners is ook dit jaar weer bij zonder groot en indien de weersomstandigheden gedurende deze dagen willen medewerken, staat het reeds bij voorbaat vast. dat van Interes sante en spannende races genoten zal kunnen worden. Naar het amateurssprinterskampioenschap dingen niet minder dan 27 candidaten en tot hen behooren renners, wier namen alleen reeds waarborgen, dat de strijd om den eere- titel bijzonder fel zal worden We noemen slechts Derksen, B. Leene. Smits, Pronk en Van Gelder. Dezelfde harde strijd mag worden ver wacht bij de professionals. Zestien sprinters heb ben ingeschreven en tot hen behooren o.m. Van Egmond, die het vorig jaar ontbrak. Pe perkamp. Van den Vijver. Arie van Vliet en Pijnenburg. Voor het sprintkampioenschap on- afhankeiyken hebben 14 renners ingeschreven, waarbij Van der Linden en Westbroek. Het best bezette nummer is de achtervol gingsrace over 5000 meters, waarvoor 22 profes sionals hebben ingeschreven, onder wie Slaats, Van Egmond. Pijnenburg en Pellenaars. Naar het nationaal stayerskampioenschap dingen dertien renners, n.l. Wals. Slaats. Groe- newegen. Snoek. Van der Wulp .de Graaf. Buys. Bosland. Bakker. Loskamp, Gramser, Domhof en Franssen. van wie de eerstgenoemde zes stavers zyn vrijgesteld van voorwedstrijden. door W. GASOOGNE. Juni 1896! Onze bark lag in Acapulco, een kleine Mexicaansche havenstad aan den Stillen Oceaan, voor anker. Ik had zoo'n hevige koorts, dat men mij in een hospitaal had laten opnemen. Toen ik eenige weken daarna genezen was, bleek het schip ai- gevaren! Dat was een onaangename ont dekking voor mij, want er zou vooreerst wellicht geen boot vertrekken, waarmede ik mijn geboorteland zou kunnen bereiken Op een dag echter liep een Italiaansche brik de haven binnen. Ik kan mij die boot nog levendig voor den geest halen. De eerste gedachte, die ik kreeg, toen ik die schuit van minstens een halve eeuw oud zag. was: precies een drijvende doodkist. Toen ik evenwel hoorde, dat de brik be stemd was voor Cadix, stond het voor mij vast, dat ik moest trachten aan boord te komen, als matroos of wat dan ook. An ders zou ik misschien maandenlang in Acapulco moeten rondzwerven. Ik had geluk. De kapitein, een opgewekte Italiaan, monsterde mij aan. Op den morgen van ons vertrek kwam kapitein Bartoletti met een vreemdeling aan boord. De kok, met wien ik op dat oogenblik stond te praten voor de deur van de kombuis, schrok en fluisterde mij toe: Mijn hemel!De dood is aan boord gekomen Ook ik voelde een rilling over mijn rug glijden, toen ik de donkere oogen van den vreemdeling op mij voelde rusten. Zijn ge zicht was ingevallen en de onrustige oogen lagen diep in hun kassen. Hij had een pik zwarten baard en zijn magere gestalte was ondanks de tropische hitte, geheel in een langen jas gehuld. Hij leek inderdaad een levend lijk. Van den stuurman vernamen we later, dat hij een Portugeesch kapitein was, die zijn schip op de Mexicaansche kust had verloren en nu, na een zware ziekte, de reis naar Europa als passagier wilde mee maken. De bljgeloovige Italiaansche bemanning was overtuigd, dat zoo'n griezelig mensch het schip slechts ongeluk kon brengen en mtnige wantrouwige en vijandige blik werd hem toegeworpen. Tegen den avond woei een zeewaartsche bries en hingen we onder zeil. Onze koers liep parallel met de kust en van bakboord- ziide konden we de bergketens van het MPxicaansche hoogland zien. Om middernacht moest ik mijn post ach ter het roer innemen. Om vier uur werd ik afgelost en moest ik, volgens de opdracht, den kapitein wekken. Ik klopte Pink aan de deur, maar kreeg geen gehoor. Dus ging ik maar binnen In de kajuit hing een be klemmende stilte. Iets ln miin onderbe wustzijn maakte er mij op attent, dat de fctilte Iets angstigs had Of ik geschreeuwd heb, weet ik niet, maar wat ik me wel herinnerde is, dat ik geweldig schrok en terugsprong,, toen ik een blik op de slaapstee van den kapitein had geworpen. Bartoletti lag op zijn rug; zijn gezicht was blauw-zwart en zijn ver glaasde oogen met de onnatuurlijke ver groote pupillen schenen me dreigend aan te staren. De kapitein was dood. Het was een zon derling geval. Eenige uitwendige verwon ding was niet te vinden. We stonden voor een raadsel, want we konden niet aanne men. dat de levenslustige kapitein zelf moord gepleegd had. In den namiddag werd kapitein Barto letti op zeemanswijze begraven. Ook onze passagier was bij de plechtigheid tegen woordig. Roerloos stond hij aan het hoofd einde van den doode. Geen spier in zijn gelaat bewoog, en zijn gloeiende oogen staarden afwezig over de wijde zee. Maar hij zou niet rustig geweest zijn, wanneer hij had gehoord, dat de bemanning over hem zei. Er waren er, die hem beschul digden den kapitein vergiftigd te hebben. Ik vond het gevaarlijk de bedreigingen te negeeren en ik besloot dus den Portugees te waarschuwen. Ongezien zocht ik zijn hut op en in mijn haast liep ik zonder aan te kloppen binnen. Bij mijn plotseling bin nentreden schrok de man en ik zag hem met een zenuwachtig gebaar een fleschje onder zijn bed werpen. Die handelwijze deed mij aarzelen, gaf mij te denken. Wat was er in dat flesch je De waarschuwing, waarvoor ik ge komen was, bleef achterwege. Ik stamelde een excuus, dat ik me in de deur vergist had. Duidelijk zag ik wantrouwen in zijn oogen. Ik besloot den vreemdeling goed in het oog te houden. Mezzoni, de stuurman, was nu kapitein geworden en hij betrok ook de kapiteins kajuit, terwijl Maclero. die jaren geleden zijn stuurmansexamen had afgelegd, de hut van den stuurman nam. Het verwon derde me. dat Mezzoni. die buitengewoon bljgeloovig was, zonder angst het vertrek van den overledene betrokken had. Vroeg in den morgen van den volgenden dag, toen we bijeen zaten, kwam de kok, erg ontdaan binnenstormen. Eerst konden we uit zijn verhaal niet wijs worden, maar eindelijk begrepen we toch. dat hij Mezzoni zijn morgen-koffie had willen brengen en een lijk gevonden had Zijn gezicht was. evenals bij Bartoletti, blauw opgeloopen. De pupillen waren on natuurlijk vergroot en er was geen wondje op zijn geheele lichaam te vindenHet was wei zeker, dat beide mannen door een snelwerkend gif vedood waren. Nu was het gedaan met onzen passagier Onder leld'ne van den ouden Maclero werd hii gearresteerd. Geboeid werd hij in een hok gebracht, waar hij zou moeten blijven, tot we de eerste haven waren binnenge- loopen. Verachtelijk had hij gelachen, toen hij de beschuldiging hoorde. 7ou ik die twee menschen vermoord hebben?Zijn jullie gek? Was het over zijn lippen gekomen. Het gezicht van den vreemdeling leek nog bleeker dan te voren en zijn wangen nog meer ingevallen. Ik voor mij geloofde nu toch ook wel stellig met eer. gevaarlijken misdadiger te doen te hebben Een dag, nadat ook Mezzoni in het zee mansgraf was bijgezet, daalde de baro meter met razende snelheid. De zee begon hol te staan. Onze positie was niet benij denswaardig, want Maclero was. hoewel een flink bootsman, een beklagenswaardig zee vaarder. Te gevaarlijker was de toestand omdat we ons nog betrekkelijk dicht bij de kust bevonden. Maclero wist spoedig geen raad meer en toen herinnerde men zich. dat onze gevangene een Portugeesch kapitein was. Slechts hij kon ons redden. En de matrozen, die hem eerst naar het leven stonden, stelden hun lot nu graag in zijn handen. IndeTdaad gelukte het den Portu gees het schip te behouden. In zijn zwarten mantel gehuld, stond hij somber aan de loefzijde en gaf zijn bevelen. Hij deed mij denken aan de legendarische figuur van den Vliegenden Hollander. Uit dankbaarheid besloot Maclero den vreemdeling voor de rest van de reis de kapiteinshut ter beschikking te stellen. Maclero en ik zouden de hut in orde bren gen. Terwijl we hiermede bezig waren, vond Maclero Mezeonl's pijp. ln een breede spleet aan de rugzijde van de kooi ge stoken. Die pijp kan ik wel gebruiken, grijnsde hij. Ze zal wel niet vergiftigd zijn en ze is beter dan mijn kalkstompje. Meteen trok hij aan de pijp, welke nogal vast scheen te zitten. Hij stak daarom zijn hand in de spleet, om zoo de pijp los te krijgen. Op eens schreeuwde hij en trok schielijk zijn hand terug. Ik ben gestoken! Kreunde hij. Inderdaad zag Ik eenige kleine wondjes. Zijn hand begon zienderoogen te zwellen en blauw-zwart op te loopen. Een slang heeft je gebeten, bracht ik er verschrikt uit. Meteen liep Ik hard weg om den kok een mes gloeiend te laten ma kenHet gelukte me Maclero te redden. Natuurlijk vertelde ik het geval aan de bemanning en den Portugees, en toen we op den wand van de hut klopten, op de plaats waar de pijp stak, zagen we wat we verwacht hadden: een slang. Met een wel- gemikten bijlslag had een matroos het on dier gauw gedood. Door een of ander toe val moet het dier aan boord zijn gekomen en zich in de spleet verscholen hebben. Natuurlijk was het reptiel in den nacht, aangetrokken door de lichaamswarmte van den niets vermoedenden slaper, te voor schijn gekropen en had het, geschrokken door een onbewuste beweging, gebeten De Portugeesch was dus volkomen gere habiliteerd. Maar lang heeft hij daar niet van genoten. We vonden hem kort daarna, op een morgen, stervend. Een morphine- spuitje lag naast hem. In de tropen was hij morphinist geworden. Zijn lichaam was ondermijnd en de opwinding der laatste dagen had hij niet meer kunnen dragen. Onder zijn hoofdkussen vonden we een fleschje met nog een restje morphine. On getwijfeld hetzelfde fleschje, dat Ik toen bij hem gezien had en dat oorzaak was, dat ik hem voor een moordenaar hield. (Nadruk verboden) (Auteursrecht voorbehouden) "•A ■veMc/iafe li Tttoékjest, veut 3496 (Ingez. Mcd.)' (Van een spccialen A.N.P.-verslaggever). De vijfde étappe van de ronde van Frank rijk is wederom door een Franschman gewon nen, n.l. Fournier. die al eerder eerste werd. Het is wel opmerkelijk in deze ronde, dat nog geen enkele buitenlander een étappe-overwin ning heeft behaald, met uitzondering van Ro- main Maes, die een halve étappe, die van Caen -Gue_pi' lYnk TISCHITiel OCË U naar Vire. tegen het horloge op zijn naam bracht. De Nederlanders hebben het er in deze be trekkelijk kalme vijfde étappe uitstekend af gebracht, Albert van Schendel heeft zich wederom goed geklasseerd en eindigde als achtste. In de a'lge- meene rangschikking zijn alle Nederlanders, met uitzondering van Gommers, die zich echter precies gehandhaafd heeft, vooruit gegaan. Lambrichts steeg een plaatsje en kwam nu dertiende te staan. Albert van Schendel steeg van de 25e naar de 21e plaats, terwijl De Kor- ver twee plaatsen omhoog klom. Ook Sijen ging vooruit en stond gisteravond 33e. Domlnicus kwam op de 44e plaats en Anton van Schen del op de 48e Ook Hellemons ging naar boven en stond na de vijfde étappe 59e. Deze vijfde étappe was zeker de gemakke lijkste. welke de renners tot nu toe te ver orberen hebben gekregen. Wel lag het aantal kilometers boven de 200. doch de veelal breede uitstekende wegen met weinig heuvels boden toch geen moeilijkheden. Alleen de 7 K.M. na den start was er even van strijd sprake. Toen waren er stoutmoedigen tusschenuit gegaan, n.l. Le Greves die het sein tot den aanval had geblazen, Vlaemynck en Archambaud en tenslotte Romain Maes, die er echter voor zorgde, dat het peleton de vluchtelingen weldra kon inhalen. En toen brak er een rust aan, welke uren duurde. By St. Nazalre was het uit met het middag dutje. Er waren toen 146 van de 207 K M ach ter den rug en nu werd er harder gereden. Doch iedere uitlooppoging werd ln de kiem ge smoord waarbij vooral de Belgen zeer actief waren en rusteloos de wegloopers weer bij de groep brachten. Tenslotte werd bij Savenay, 30 K.M voor Nantes, de snelheid zoo groot, dat er zich enkele groepen vormden, echter op zeer geringen afstand van elkaar. Mede door het feit, dat de weg stëeds iets afliep, noteer den wij snelheden van 45 k 50 K.M. Voorop zaten o.a. Sylver Macs. Marcaillou, Fournier, Meulenberg, Archambaud en Albert van Schen del. Vijf kilometer voor Nantes liepen Romain Maes en Albert van Schendel nog uit. zij na men 200 M; op de acht anderen, doch juist bij het binnenkomen van de baan werden bel den ingeloopen. De sprint op de baan te Nantes moest de beslissing brengen. De tien renners kwamen tegelijk de baan op. waarbij Albert van Schen del direct naar voren kwam. Helaas kreeg ook deze sprint, evenals die te Lorient, een onregel- matig verloop, omdtft men vergat de tweede i groep, die dertig seconden er achter zat. bij de poort van de baan vast te houden. In volle sprint lagen de eerste tien, toen de renners van de tweede groep zich tusschen hen meng den. Van een sprint kwam zoodoende niets te recht. Fournier werd eerste en Albert van Schendel werd 'derde achter Frechaut. Ten minste, zoo zagen wij het. die speciaal op Albert van Schendel hadden gelet. Maar de verant woordelijke leiders wisten het zelf niet, vol komen begrijpelijk overigens in deze ontzaglijke verwarring. Men noemde maar een aantal namen achter elkaar op en zoodoende werd Albert van Schen del als achtste geplaatst. Voor de klasseering wat den tijd betrof was dat niet erg. Alle tien renners werden toch in groep geplaatst, maar wel ontging onzen land genoot door dit volkomen willekeurig vaststellen van den uitslag, een prijs. Anton van Schendel. Lambrichts, Dominicus, De Korver en Sijen eindigden in het tweede peleton met ongeveer dertig seconden achter stand. terwijl Gommers in de derde groep zat met twee minuten verschil op de eerste groep en Hellemons kwam onmiddellijk na Gommers binnen. Toch heeft deze kalme étappe nog uitvallers gebracht. Tachtig kilometer na Lorient hadden de beide Zwitsers, Gross en Jaisli. een aanzien lijken achterstand, terwijl Mithouard eveneens teruggevallen was. Hij had met een zware inzin king te kampen en ondanks het feit, dat er in de groote groep, wat men noemt gewandeld werd boven de 28 k 30 K.M. kwam men toen niet. uit slaagden Mithouard en de beide Zwitsers er niet in zich by het peleton te voe gen. Mithouard staakte ten slotte den strijd, evenals Gross en Jaisli. Bidinger. de laatste in de algemeene rang schikking. is volgens de reglementen geschrapt, zoodat er nog 69 renners in de ronde zijn. De uitslag luidt: 1. Fournier (Fr.) 5 uur 40 min. 13 sec.; 2. Fréchaut (Fr Z.W.)3. Meulenberg (B.); 4. Archambaud (Fr. N.O.); 5. S. Macs <B.>: 6. Vlaemynck (B.); 7. Marcalllon (Fr.); 8. A. v. Schendel <N.); 9. Rom. Maes (B.); 10. Ritser- veld (B.) allen in denzelfdcn tijd; 11. ex aequo, 5 uur 40 min 45 sec. met o.m. de volgende renners: De Korver. T. van Schendel. Sijen. Lambrichts en Dominicus; op de 58e plaats Gommers 5 uur 42 min. 17 sec.; 60e Hellemons 5 uur 42 min. 25 sec. De algemeene rangschikking luidt: 1. Vietto 28 uur 30 min. 26 sec.: 2. M. Clémens 28 uur 30 min. 32 sec.: 3. Disseaux 28 uur 31 min. 32s.; 4. Fontenay 28 u. 32 m. 43 s.; 5. Tassin 28 u. 34 min. 54 sec 6. Galateau 28 uur 35 min. 7 sec.; 7. S. Maes 28 uur 35 min. 51 sec.: 8. Marcaillon 28 uur 36 min. 1 sec.; 9. Lc Moal 28 uur 36 min. 6 sec.; 10. Vlaemynck 28 uur 36 min. 12 sec.; 13 Lambrlcht 28 uur 30 min. 39 sec.; 21 A. v. Schendel 28 uur 43 min. 9 s.; 28. De Korver 28 uur 46 min. 18 sec.; 33 Sijen 28 uur 49 min. 8 sec.; 44 Dominicus 28 uur 52 min. 54 sec 48. A. v. Schendel 28 uur 57 m. 22 sec.; 59. Hellemons 29 uur 9 min. 57 sec. Het. landenklassement luidt als volgt: 1 Fransche West-ploeg 85 uur 43 min. 43 s.; 2. Belgische B-ploeg 85 uur 49 min. 45 sec 3. Fransche ploeg 85 uur 52 min. 14 sec.; 4. Fransche Z.O-ploeg 85 uur 53 min. 4 sec.; 5. Belgische A-ploeg 86 uur 3 min. 4 sec.; 6. Fransche Z.W.-ploeg 86 uur 4 min. 14 sec,: 7. Fransche N.O.-ploeg en lie de France 36 uur 5 min. 7 sec.; 8. Nederland 86 uur 8 min. 6 sec.; 9. Luxemburg 86 uur 10 min. 20 sec.; 10. Zwit serland 86 uur 52 min. 1 sec Nog slechts vijf ploegen zijn volledig met acht renners, n.l. België. Nederland. Frankrijk. België B en West-Frankrijk. Zwitserland en Luxemburg hebben nog zes renners, terwijl Zuid-West Frankrijk nog slechts vier renners over heeft. Nadruk verboden. (Men zie voor nadere berichten het eerste blad). ATHLETIEK. 4000 M. VELDLOOP TOT BESLUIT. Gisterochtend werd op de Leusderheide te Amersfoort de 4000 meter veldloop gehouden als laatste onderdeel van den militairen vijf- kamp, welke dit jaar door het Nederl. Olym pisch Comité te Amersfoort werd georganiseerd en waarvoor groote belangstelling bestond. Kapitein van den Bosch heeft zich op het nippertje kunnen klasseeren en is als overwin naar in den vijfkamp A voor officieren uit den strijd gekomen, in de andere afdeelingen van de officieren was het luit. F. O. van Kreg- ten, terwijl bij de onderofficieren de vaandrig Sneyers en de wachtmeester Pasma de zege behaalden. Weinigen zijn er ditmaal maar geweest, die aan alle eischen hebben voldaan en daardoor ln het bezit zijn gekomen van een diploma van het N.O.C. Deze deelnemers waren kap. Van den Bosch. lult. Stam. luit. Snorm, luit. De Vries. lult. Van Kregten, luit. Hamel, wacht meester Pasma, wachtm Nieuwenhuis, wacht meester Verstraeten. wachtm. Jozlasse. vaan drig Sneyers, serg.-maj. Procee en de cadet Pueckel. In de rijschool had na afloop van den veld loop de prijsuitreiking plaats door den voor zitter van het N.O.C. Vele militaire autoritei ten waren hierbij tegenwoordig. Baron Schim- melpenninck ven der Oye complimenteerde alle deelnemers met hun prestaties en ln het bij zonder de winnaars. Kapt. D. W. van den Bosch dankte na af loop namens de deelnemers het N.O.C. en de jury voor het organiseeren van de wedstrijden, die alleszins geslaagd mogen heetcn. De uitslagen van den veldloop luiden: Officieren van vijfkamp A.: 1. lult. A. J. de fries 'Zeist), IS *5 sec.; 2. luit. P. C. Snorn (Oegstgeest) 15 min. 27 sec.; 3. luit. F. Brouwer (Leiden) 15 min. 36 sec. J. J. Eisma (Arnhem) 14 min. 54,8 sec.; 3. lult. G. van der Wolf (Arnhem) 15 min. 26 sec. Onderofficieren vijfkamp A: 1. Chr. G. van der Wolf (Arnhem) 15 min. 26 sec. Onderofficieren vijfkamp A: 1. Chr. G. van Baaien (Harderwijk) 14 min. 32,3 sec.; 2. T. Pasma (Ede) 14 min. 36.2 sec.; 3. P. F. J. Ver- straaten (Leiden) 14 min. 57,1 sec. Onderofficieren vijfkamp B: 1. E.' J. de Kluy- ver (Amersfoort) 13 min. 28,2 sec.; 2. H. J. J. Sneyers (Apeldoorn) 13 min. 44 sec.; 3. C. Sis- selaar (Amersfoort) 14 min. 1,2 sec. De totaal-uitslagen van den nationalen vijf kamp luiden: Korpswedstrijd voor onderofficieren van vijf kamp B: 1 .Koninklijke Marine Vlissingen Korpswedstrijd voor officieren van vijfkamp B: 1. Kon. Marechaussee; 2. 16de regiment infanterie; 3. politietroepen. De individueele einduitslag luidt: Officieren vijfkamp A: 1. kapt, D. W van den Bosch (Amersfoort) 18 p.; 2. luit. R. Stam (Lei den) 18 p.; 3. luit. A. Statius Muller (Harder wijk) 21 p.; 4. luit. A. J. de Vries (Zeist) 24 d.; 5. luit. P. C. Snorn (Oegstgeest) 24 p.; 6. luit. J. P. F. van der Horst (Ginneken) 27 p. Officieren vijfkamp B: 1. luit. ter zee F O. van Kregten (Vlissingen 14 p: 2 luit. J. J. Eisma (Arnhem) 22 p.; 3. lult. F J. v. d. Berg (Den Helder) 24 p.: 4. luit. J van Eisen (Amers foort) 30 p.; 5. lult. ter zee C. J. L. Hamel (Vlissingen) 33 p.; 6. luit. ter zee jhr. F. E. de Koek (Vlissingen) 34 p. Onderofficieren van vijf kamp A: 1. T. Pasma (Ede) 11 p.; 2. Chr. G. van Daalen (Harder wijk) 15 p.: 3 J. Quirk (Tilburg) 20 n J P. D. Nieuwenhuis (Den Haag) 21 n.; 5. p j. Verstraaten (Leiden» 24 p. Onderofficieren van vijfkamp B: 1. H. J. J. Sneyers Jr (Apeldoorn) 12 p.- 2. W. A. Pucckel (Breda) 15 p.: 3. E J. de Kluyver (Amers foort) 25 p.: 4. H. P. Ettiger (Vlissingen) 25 p.: 5. J. H. Jozlasse (Breskens) 30 p. 2—4

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 14