Hoofden
Hartjes
Binnenland
De Grondwet en het
verschijningsverbod
Crematie stoffelijk overschot
Louis Davids
SOsfe Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 4 Juli 1939
Derde Blad No. 24316
Nederlandsche maatschappij tot
bevordering der geneeskunst
FINANCIEN
De Nederlandsche
spoorwegen in 1938
FAILLISSEMENTEN
[Myzcfoejjjft II fri&t
Groote deelnemende
belangstelling op
Wester veld
GEMENGD NIEUWS
LUCHTVAART
In de algemeene vergadering van de
Nederlandsche maatschappij tot bevorde
ring der geneeskunst onder leiding van den
algemeen voorzitter dr. C. H AT. Fehmers
gehouden in „de Harmonie" te Groningen,
sprak de voorzitter een openingswoord,
waarin liij de rechten en de plichten van
den medicus behandelde. Tot lid van het
hoofdbestuur werd herkozen de heer A.
Schuckink Kool te Utrecht, terwijl in de
plaats van den heer Ph. L. M. M. Taminiau
te Tilburg werd gekozen de heer A. J. M.
Kanters te Grave. Tot lid van den raad van
beroep werd verkozen de heer A Hendriks
te Den Haag tot lid van de centrale com
missie voor de beroepsbelangen de heer J.
H. M. Koenen te Den Bosch, tot lid van
de commissie van beheer van het onder
steuningsfonds de heer A. Th. Planten te
Hilversum, tot leden van de geldcommissie
de heeren F. Tijdens te Groningen en H.
W. Batenburg te Delft en tot lid in de
sociaal-hygiënische commissie de heer L.
A. Veeger te Nijmegen.
Het hoofdbestuursvoorstel om het alge
meen bindend besluit betreffende ziekte
verzekeringsmaatschappijen voor den mid
denstand voorloopig voor een jaar ongewij-
zingd te laten ln afwachting van de ver
dere ontwikkeling in den loop van drt jaar
der middenstandsverzekering, werd zonder
discussie goedgekeurd evenals enkele voor
stellen inzake wijzigingen en een aanvul
ling in het huishoudelijk reglement. Lang
durige discussie ontwikkelde zich over een
voorstel van de afdeeling Utrecht inzake
het mogelijk maken, dat een beklaagde, op
wien bil uitspraak van den afdeelingsraad
een der tuchtmiddelen werd toegepast, bij
de behandeling in beroep bijstand kan krij
gen van een rechtsgeleerd raadsman. Ten
slotte werd dit voorstel verworpen met 153
tegen 9 stemmen.
De voorzitter van den raad van beroep
gaf echter de toezegging, dat in een der
gelijk geval toegestaan zal worden, dat de
beklaagde bijstand krijgt van een collega,
lid van de maatschappij. Bij de behandeling
van de diverse verslagen ontstond bij dat
van de huisartsen-commissie een lang
durige bespreking, doch tenslotte werd ook
dit verslag met vrijwel algemeene stemmen
goedgekeurd.
Na de vergadering werden de congressis
ten ten stadhuize officieel ontvangen door
het volledige college van B. en W.. waarbij
de burgemeester en de algemeen voorzitter
der maatschappij het woord voerden.
VEREENIGING TER BEVORDERING VAN
DE BELANGEN DES BOEKHANDELS.
Algemeene vergadering te Den Haag.
De Vereeniging ter bevordering van de
belangen des boekhandels hield vandaag in
Den Haag haar algemeene jaarvergadering.
In zijn openingswoord heette de voorzitter
de heer I. Noothoven van Goor. allereerst
de aanwezigen hartelijk welkom. U wacht
aldus spreker een uitvoerige agenda,
met belangrijke voorstellen, welke min of
meer zullen ingrijpen in uw en onze per
soonlijke vrijheid. Het ordenend optreden
is nu eenmaal de taak van de vereeniging
en het ligt voor de hand, dat naar volma
king gestreefd wordt. De heer Noothoven
van Goor sprak er zijn voldoening over uit,
dat de boekhandel nog niet onderworpen
is aan overheidsbemoeiingen, doch de toe
stand aldus de voorzitter is nog niet
ideaal. Zoowel de Boekverkoopersbond als
de Uitgeversbond hebben nog heel wat op
hun verlanglijst staan. Verschillende voor
stellen zullen nog op een algemeene con
ferentie worden besproken. Een zeer belang
rijk punt van bespreking blijft het zooge
naamde spui- of opruimlngsvraagstuk. Een
bevredigende oplossing is tot nog toe hier
voor niet gevonden. De oorzaak hiervan is
aldus spreker het gebrek aan ver
trouwen, dat niet alleen in onze vakkrin
gen, doch in de geheele wereld momenteel
heerscht. Spr. drong daarom met klem aan
op samenwerking. Met de mededeeling, dat
de nadere onderhandelingen met de Boer-
senverein, welke te Amsterdam werden ge
houden, geleid hebben tot algemeene over
eenstemming, besloot spreker zijn rede.
HELDEN DER ZEE-FONDS
„DORUS RIJKERS".
Te den Helder werd de 15e jaarvergade
ring gehouden van het Helden-der-zee-
tonds „Dorus Rijkers" onder voorzitterschap
van den heer G. Whitlau te Rijswijk. Blij
kens het jaarverslag werd in 1938 aan 155
oudredders ondersteuning verleend tot een
bedrag van f34.368. Het Noorden Noord-
Holland met de eilanden ontving hiervan
een belangrijk deel. n.l. f. 22 312 aan 101
oud-redders, zijnde circa 65 procent (Het
fonds keerde vanaf 1923 tot en met 1938
uit een bedrag van f. 398.638).
De heer M. C. Koning, oud directeur der
stoomvaart-maatschappij Nederland werd
als commissaris herkozen. Als leden van het
hoofdbestuur werden voorts herkozen mevr.
Dirkzwager, 's Gravenhage, jhr. Gevers
Deynoot, Bilthoven en P. S. van 't Haff.
's Gravenhage. Deze verkiezingen geschied
den bij acclamatie.
Nadat de vergadering was besloten brach
ten bestuur en commissarissen o 1. v. bur
gemeester Ritmeester een bezoek aan het
Helden der Zee-plein, om de plaats in
oogenschouw te nemen, waar 15 Juli a.s.
het bronzen borstbeeld van Dorus Rijkers
zal worden onthuld.
BURGEMEESTERS BENOEMINGEN.
Bü Kon. Besluit is, met ingang van 17
Juli benoemd tot burgemeester der ge
meente Dinxperlo: J. H. W. Haverkamp en
met ingang van 10 Juli tot burgemeester
der gemeente Hemmen: J. G. van Eek.
De nieuwe burgemeester van Dinxperlo.
de heer J H W. Haverkamp, werd 18 Oc
tober 1900 te Bergh geboren Hij is thans
commies le klas=e ter gemeentesecretar.e
van Doetinchem
De nieuwe burgemeester van Hemmen, de
heer J. G van Eek. werd 21 April 1904
aldaar geboren. Hij is thans gemeente
secretaris van Hemmen.
Door prof. mr. R. Kranenburg, hoogleeraar in het Staatsrecht aan
de Leidsche Universiteit en lid der Eerste Kamer.
II
Er is reden om zich over de opneming
van het verschijningsverbod te verbazen,
senreef ik in het vorige artikel. Vooreerst
toch heeft de Regeering aanvankelijk de
mogelijkheid toegegeven, dat zulk een ver
bod in strijd met het geldende Grondwets
artikel zou zijn. Zij koos in de vraag van
de al- of niet-grondwettigheid geen party.
..De Regeering laat in het midden,'' zoo
leest men in de Memorie van Toelichting
op de voorstellen tot Grondwetsherziening.
,,of ter bereiking van het door de Staats
commissie beoogde doel, een wijziging van
art. 7 der Grondwet noodig is," (t. w de
toevoeging van het voorgestelde tweede lid,
waarover in ons vorig artikel werd gespro
ken». ,,Men kan over deze vraag verschil
lend denken en er is zeker ruimte voor de
meening. dat art. 7 zich slechts richt tegen
de preventieve censuur en de mogelijkheid
om door andere maatregelen de drukpers
vrijheid te beperken, allerminst uitsluit."
..Er is zeker ruimte voor de meening":
zeer overtuigd en overtuigend klinkt dat al
lerminst! Men zou het, desnoods, aldus kun
nen interpreteeren. zegt de Regeering.
Maar in den loop der behandeling is de
Regeering meer en meer omgezwaaid naar
de aanvaarding van de toelaatbaarheid, en
bij de debatten in de Eerste Kamer heeft
Minister Van Boeyen getracht aan te too-
nen, dat een verschijningsverbod toch niet
in strijd met het bestaande Grondwetsarti
kel zou zijn. Dat zijn betoog sterk was. kan
evenwel, dunkt mij, niet worden gezegd.
,,De drukpersvrijheid", aldus de Minister,
,,werd in de oude Staatsregelingen van
1795, 1798 en 1801 opgevat als individueel
recht. En ook art. 7 vertoont op dit oogen-
blik nog dienzelfden individualistlschen op
zet van den revolutietijd. Het verbiedt m.
a. w. preventieve censuur in den zin van
belemmering van individueele gedachten,
individueele gevoelens, meer niet.En iedere
maatregel, die vreemd is aan deze criteria,
wordt derhalve niet door art. 7 verboden
en is grondwettelijk toelaatbaar." Daaron
der zou ook een verschijningsverbod vallen.
Een uitermate gekunsteld systeem; een
systeem ook, dat geen rekening houdt met
de moderne publicatie-techrniek. Men er
kent, dat de Grondwet de bedoeling heeft
ieder vrij te laten om zijn gedachten en
gevoelens te publiceeren en dat men dit
aan niemand individueel zal mogen verbie
den. Maar het middel om dit effectief te
doen, zal men iemand, die redacteur of vast-
medewerker aan een krant is. mogen ont
nemen! Zijn krant of periodiek zal niet
meer mogen verschijnen. Ja, zoo redeneert
de Minister blijkbaar, dan zal hij maar in
een andere krant of in brochures zijn ge
dachten aan den volke moeten kond doen.
Dat mag men hem niet verbieden; dat is
zijn individueel recht, waar men nier aan
mag raken! Het komt er dus op neer, dat
men de feitelijke mogelijkheid om zijn ge
wonen lezerskring te bereiken aan dien
redacteur of medewerker wil ontnemen, al
thans in belangrijke mate wil beperken,
want geheel verbieden mag men hem het
publiceeren niet.
Maar leg daarnaast nu eens de formulee
ring van het voorgestelde wetsontwerp in
het nieuw in te voegen artikel 423a. Daar
in wordt de mogelijkheid geopend om bij
recidive na een veroordeeling de verschij
ning en verspreiding van ,,dit geschrift"
<d. i. het dagblad of ander periodiek ge
schrift) ,,èn van ieder vervangend ge
schrift" voor een termijn van ten hoogste
zes maanden te doen verbieden. ..Van ieder
vervangend geschrift": wat is dat dar»? Is
dit niet een dagblad of periodiek onder een
anderen naam verschijnend, waarin de
zelfde redacteur of medewerker schrijft?
Maar als dit zoo is (en een andere opvat
ting lijkt mij weinig waarschijnlijk» dar.
heeft die redacteur aan het onaantastbaar
individueel recht van Minister van Boeyen
toch bedroefd weinig. ,,Dan moet hij maar
brochures gaan schrijven", zal de Minister
misschien zeggen, „een brochure is geen
vervangend geschrift." Dan zou het dus
neerkomen op vexatoire maatregelen spe
ciaal tegen de periodieke pers als zoodanig.
Dat kan toch nooit de bedoeling van den
Grondwetgever geweest zijn; daar heeft
men nimmer aan gedacht.
Een tweede, en nog sterkere, reden om
zich over de indiening van dit wetsartikel
te verbazen, is gelegen in het feit. dat
Minister van Boeyen bij de verdediging
van de Grondwetsherziening zelf heeft ver
klaard een uitvoerig debat over de beteeke-
nis van art. 7 niet zeer actueel te achten.
Immers, zoo verklaarde hij, een voorstel
om bepaalde regelingen te treffen was bij
de Volksvertegenwoordiging niet aan de
orde, en dit niet alleen, maar bij de Regee
ring was ook zelfs de vraag niet in over
weging, of misschien met gebruikmaking
van art. 7 bepaalde maatregelen moeten
worden voorbereid.
Ieder, die dat hoorde, moest wel denken:
,dde zaak is dus van de baan; de Regee
ring denkt er gelukkig niet aan dit iieete
hangijzer aan te pakken." En nu komt men
ruim een jaar later toch met een regeling,
die van deze zeer betwistbare uitlegging
uitgaat! Hoe is men tot dezen ommezwaai
gekomen? Ik kan het niet verklaren. Wij
hebben zonder eenige verstoring der open
bare orde verkiezings-campagnes gevoerd
in dit jaar, campagnes, die zelfs een bij
uitstek evenwichtig karakter hebben ver
toond. Waarom zouden er nu plotseling
„nadere voorzieningen ter bescherming
van de openbare orde" zooals de weidsche
titel van het ontwerp luidt, noodig zijn?
Het is werkelijk niet in te zien.
Er zijn zekere pers-excessen, ongetwij
feld, en er is met name in de bescherming
van de eer en de waardigheid van sommf-
ge volksgroepen wel het een en ander te
verbeteren. Maar naar mijn meening heeft
de Regeering een verkeerde methode ge
volgd. De excessen liggen meestal niet in
de „beschuldigingen van feitelijken aard",
die de Regeering nu door de voorgestelde
bepalingen wil treffen, maar in de insinu-
eerende, krenkende, hoonende qualificaties
die men zich veroorlooft. Ik zou dan ook de
voorkeur geven aan een wijziging, die de
materieele beleediging van volksgroepen
trachten te achterhalen. Voorshands kan
ik de juridische bezwaren daartegen nog
niet als onoverkomenlijk zien als een ge
vaar voor de persvrijheid.
Dat men een groep uit het volk. of een
openbaar lichaam niet opzettelijk hoonen
en beleedigen mag. evenmin als particu
liere personen, schijnt mij vooralsnog een
gerechtvaardigen eisch, waaraan ook de
pers mag worden gehouden en de bona fide
pers zich ook geregeld pleegt te houden.
Aan nadere voorziening te harer bescher
ming heeft thans niet zoozeer de openbare
orde in ons land behoefte, als wel de eer
en achtenswaardigheid van volksgroepen
en openbare organen.
(Nadruk verboden).
PERSONEEL IN VASTEN DIENST OMVAT
RUIM DERTIGDUIZEND MAN.
Aan het jaarverslag der spoorwegen
wordt het volgende ontleend:
Het eerste verslag van de N.V. Neder
landsche Spoorwegen, verschijnend in het
zelfde jaar, waarin het eeuwfeest van de
oudste spoorlijn in Nederland zal worden
gevierd ziet het licht onder uiterst zorge
lijke omstandigheden.
De langdurige en ernstige crisis, welke
van 1929 tot 1936 in steeds sterkere mate
het economisch leven van Nederland heeft
getroffen, begint eerst langzamerhand en
aarzelend te wijken. De werkloosheid, be
rekend als percentage van het aantal in
een beroep werkzame personen, bedroeg in
1938 gemiddeld 9.9 procent tegen 10.5 pro
cent in 1937 en 12.0 procent in 1936. Het
gemiddelde over de periode 19251929 be
droeg 2.8 procent
De buitenlandsche goederenbeweging
zette de stijging van 1936 op 1937 niet voort,
maar onderging integendeel in 1938 een
vermindering.
De Invoer bedroeg 22.78 millioen ton, de
uitvoer 14.43 millioen ton.
In overeenstemming met deze algemeene
conjunctuur-indices, vertoonde de op
brengst van het personenvervoer (inclusief
bagage» een geringe stijging nJ. van 55.162
in 1937 tot 55.492 millioen in 1938. De op
brengst van het goederenvervoer daarente
gen gaf een daling te zien van 40.311 tot
38.567 millioen. De totale ontvangsten uit
het vervoer daalden van 100.240 op 99.332
millioen gulden.
De overige baten bedroegen f. 1.569 mil
lioen. De exploitatiekosten daalden van
f. 91.113 millioen in 1937 tot f. 88.508 mil
lioen in 1938. Het exploitatiesaldo bedraagt
f. 12,393.805.745. Van de noodzakelijke af
schrijvingen ad f. 20.488 millioen wordt dus
door het gunstige saldo der exploitatiere
kening 60.5 procent gedekt. In verband met
de reorganisatie daalde het debetsaldo der
interestrekening van f30.9 tot f15.240 mil
lioen. Het nadeelige saldo der verlies- en
winstrekening bedraagt f. 23.334.653 015.
Het verlies aan inkomsten uit hoofde van
het verleenen van vergunningen aan auto
busdiensten wordt geschat op rond 6 a 10
millioen voor een vol jaar.
Desondanks zijn de inkomsten over de
laatste maanden van het afgeloopen jaar
hooger dan over de overeenkomstige maan
den van 1937. Over de eerste maanden van
1939 heeft deze stijging zich voortgezet.
De toekomst zal in sterke mate afhan
kelijk zijn van het antwoord op de vraag
of een sluitende wettelijke regeling van het
vergunningstelsel voor personen- en goede
renvervoer in afzienbarftRitijd tot stand
komt en van de wijze, v op deze in de
practijk wordt toegepaste Ja-V
De rijsnelheid werd georacht: voor de
electrische treinen op het middennet en
voor de diesel-electrische treinen op 120
K.m.h.; voor de overige electrische treinen
en voor de belangrijke stoomtreinen op 100
K.M.-h.
Bovendien werden de rijtijden tusschen
twee stopstations met 1 minuut verkomt
door beperking van de zwaarte der treinen.
Ook de duur van de oponthouden op de
stations werd verminderd. Een en ander
leidde tot een aanzienlijke vergrooting van
de reissnelheid.
De lengte van het net bedroeg op 31 De
cember 1938: enkel spoor 1.628.9 K.M., dub
belspoor 1.686.4 K.M.. totaal 3.315.5 K.M.
Aan personeeluitgaven (loon, premie,
gratificatie, bijdrage aan fondsen, dienst-
kleeding, enz.) werd in het geheel betaald
STATISTIEK OVER JUNL
Samengesteld door afd. Handelsinformaties
v.d. Graaf en Co. N.V., Amsterdam.
Noord-Holland (excl. Amsterdam) 13; Am
sterdam 26; Zuid-Holland (excl. Den Haag en
Rotterdam» 14: Den Haag 21; Rotterdam 8;
Utrecht 17; Gelderland 21; Noord-Brabant 24;
Limburg 12: Zeeland 3: Friesland 10; Gronin
gen 8; Drente 3; Overysel 7. Totaal 187 fail
lissementen. Totaal vanaf 1 Januari 1939: 1150
faillissementen. Totaal zelfde tijdvak vorig Jaar
1377 faillissementen.
en a(le andere pijnen
VAN MIJNHARDT
2632
(IngeE. M«U
MARSCH VAN HET TIENDE REGIMENT
MOTORARTILLERIE DOOR
DE RESIDENTIE.
Mede in verband met de legertentoon-
stellijig zal het 10e regiment motorartillerie
uit Utrecht onder bevel van majoor F. H.
Wanninkhoi op 10 Juli a.s. een marsch
door de residentie maken.
Tijdens den marsch zal in 't Lange Voor
hout worden gedefileerd voor den com
mandant van het veldleger en op het Plein
1813 voor den commandant van het le le
gerkorps te 's-Gravenhage.
Het 10e regiment motorartUlerie ls in
December 1938 opgericht en bewapend met
zeer modern zwaar veldgeschut van 10 cJJ.
De dracht ls 16'/, KM.
Het regiment zal uitbrengen een afdee
ling van drie gemotoriseerde batterijen van
vier stukken.
VERSPREIDE BERICHTEN.
De gewone audiëntie van den Minister
van Justitie zal op Vrijdag 7 Juli as. niet
plaats hebben.
Eenige duizenden belangstellenden ston
den gistermiddag in de Herman Gorter
straat te Amsterdam toen het stoffelijk
overschot van Louis Davids werd uitgedra
gen. Tot boven op de motorkap van een
speciaal daarvoor bestemde groote auto
lagen bloemstukken en kransen. Ook de
motorkap van den lijkwagen ging bedolven
onder bloemen. In het sterfhuis waren vele
bekende figuren uit de tooneelwereld bij
eengekomen onder wie wij opmerkten,
Buziau, Johan Kaart. Rika Hopper Albert
van Lier, Jan en Aaf Bouber. Meyer Hamel.
Sam de Vries, Joh. Elsensohn en vele an
deren.
Stapvoets ging de stoet in de richting
van de Scheldestraat, waar een sneller
tempo werd ingezet. Via den Stadsschouw
burg, waar een oogenblik halt werd ge
houden, reed de stoet vervolgens naar
Westerveld.
Honderden hebben Louis Davids de laat
ste eer bewezen toen zijn stoffelijk over
schot naar het crematorium gedragen werd.
Langs de kronkelende paden stond een
dichte haag van mensehen en achter de
baar volgde een haast onafzienbare stoet,
waarin wij tal van bekende kunstbroeders
en -zusters van den overledene opmerkten.
Wij zagen o.a. nog Mathieu van Eysden.
Ejnma Morel. Dora Gerson, Wim Kan,
Otto Walburg Jan Lemaire. Bob Peters,
Kees Pruis, Bart Elfring, „Koos Koen".
Maupi Staal. Clinge Doorenbos. Maloitz
Stella Fontaine. Piet Lcenhouts. Alex Wun-
ning. directeur van Carré. Jo Boskamp
John Brookhouse Mac Carty Alex de Haas.
de impressario's Frits Bouwmeester. Saks
en Stokvis, Max Tak. Is Swaaf. Sylvain
Poons, Han Beuker, D. Reese, directeur van
Pschor Rotterdam, Loet C. Barnstijn. enz.
Een schat van bloemstukken, vele met
louter witte lelies opgemaakt, lag op het
podium, toen de baar daar werd neerge
zet. Daar stond reeds een zevental van zijn
oudste vrienden: Henri ter Hall. Lelieveld,
Louis Contran. Alex Benno, Kees Pruis. P.
Kaptein Jr. en Henk Stuurop, die als hot
ware een eerewacht vormden rondom de
baar.
De nieuwe aula had zich geheel met be
langstellenden gevuld, toen als eerste spre
ker mr. Boas, commissaris van de Mij.
„Zeebad Scheveningen" naar voren trad.
..Het kleine, onaanzienlijke gebouw in
Scheveningen hebt gij verheven tot een
tempel van de kunst", aldus mr. Boas. Door
uw toedoen is Scheveningen nog meer be
kend geworden <jan het reeds was. Spr.
bracht den overledene hartelijk dank na
mens de maatschappij.
Max Ehriich voerde het woord namens
de buitenlandsche collega's die door Davids
naar Nederland waren gehaald.
Henri ter Hall dacht terug aan 1917.
aan de dagen van het Circus Variété, na
derhand schouwburg Spree. We speelden
daar kleine revues en toen kwam jij op de
gedachte; een groote revue te maken.
.Schrijf u den tekst maar. de liedjes zal ik
wel maken". Louis Davids was de ver
tegenwoordiger van den oud-Hollandschen
humor. De Rotterdammer heeft den Am-
sterdamschen volkshumor zoo goed begre
pen. dat niemand hem kan opvolgen Dank
baar zijn we. voor wat ie ons hebt gegeven".
Louis Contran herinnerde aan den tijd
nu 40 jaar geleden, toen het woord „caba
ret" nog slechts een uitheemsche benaming
was.
Max Tak voerde het woord namens be
stuur en leden van de Club van Honderd".
Alex Benno bracht den overledene dank
voor wat hij voor de film is geweest.
De heer Frank sprak namens de vereeni-
ging ..Na Arbeid Rust".
Nadat een broer van den overledene, de
heer Hakkie Davids de aanwezigen voor
hun belangstelling dank had gezegd werd
de baar neergelaten.
Tijdens dit indrukwekkende oogenblik
I bracht de organist „Aase's dood" uit de
I Peer Gynt Suite van Grieg ten gehoore.
OP ELKE BUS EEN BON VOOR GESCHENKEN
2826 (Ineez. Med.)
f. 63.968.000.— d.i. 72.3 procent der exploita
tiekosten, tegenover f. 66.155 000.of 72.6
procent der exploitatiekosten in 1937.
Het aantal personen in vasten dienst be
droeg op 31 December 1938 30.370 tegen
31.054 op ultimo 1937 en verminderde dus
met 684 personen.
AUTO DOOR TREIN GEGREPEN. 4
Een zwaar gewonde op onbewaakten 1
overweg te Heiligerlee.
Gistermiddag om drie uur passeerde de
ongeveer 30-jarige heer F. Mijnhardt, han
delaar in auto-onderdeelen, wonende te
Groningen, per auto den onbewaakten over
weg bij Heiligerlee. Hij werd aangereden
door den sneltrein, welke om 14,30 uur uit
Groingen naar Winschoten vertrekt.
Met zware verwondingen is hij opgeno
men en per Groene Kruisauto naar het R.K.
Ziekenhuis te Winschoten overgebracht.
Daar het uitzicht ter plaatse goed is, is
het ongeluk hoogstwaarschijnlijk aan eigen
onoplettendheid te wijten. De auto werd
totaal vernield.
DE RACEBOOTEN OP DE PLASSEN
TE LOOSDRECHT.
Zij zullen worden geweerd, indien nog
langer op onverantwoordelijke
wijze wordt gevaren.
Reeds eenigen tijd geeft het varen met
z.g. race-booten op de Loosdrechtsche Plas
sen aanleiding tot velerlei klachten. De
snelheid van deze vaartuigen is n.l. dikwijls
zoo groot, dat er gevaren ontstaan voor
zwemmers, zeilers, canovaarders en roeiers;
bovendien worden de in de plassen liggen
de eilandjes door afbrokkeling ondermijnd.
Het gemeentebestuur heeft nu besloten
handelend te zullen optreden, indien daar
aan geen einde wordt gemaakt. Het heeft
daartegen een middel in de hand door de
destijds bij raadsbesluit vastgestelde veror
dening, waarbij het verboden is, behoudens
vergunning van B. en W., met motorboo
ten op de plassen te varen. De inwerking
treding van deze verordening moet door
B. en W. worden bepaald.
Tot heden heeft het dagelijksch bestuur
een dergelijk besluit nog niet genomen.
Het is echter vast besloten de verordening
onmiddellijk te doen afkondigen en in wer
king te doen treden, indien wordt voortge
gaan op onverantwoordelijke wijze te varen
Het gevolg zal dan zijn, dat geen ver
gunning voor te snel varende motorbooten
zal worden verleend. De race-booten zullen
dan in ieder geval van de plassen worden
geweerd. (Vad.)
MOTORRIJDER BEWUSTELOOS
GEVONDEN.
Gistermiddag is nabij Nijverdal op de
brug over de Regge, in den weg naar Hulzen
een motorrijder bewusteloos naast zijn mo
torfiets aangetroffen.
Uit zijn papieren bleek dat de ongelukkige
de heer Mintjes uit Hengelo (O.) was.
Met een schedelbasisfractuur is het
slachtoffer naar het ziekenhuis te Almelo
vervoerd. Aangezien niemand getuige van
het ongeluk is geweest, weet men niet hoe
dit zich heeft voorgedaan.
LIJKJE VAN VERDRONKEN JONGEN
AANGESPOELD.
Gistermiddag is bij den mond van het ver-
verschingskanaal in Scheveningen het in
staat van ontbinding verkeerende lijkje
aangespoeld van den negenjarigen Tonny
Hof mans, die Donderdag j.l. bij het baden
in zee door den stroom was meegesleurd en
verdronken.
EINDE VAN EEN ZWERFTOCHT.
Gisteravond werd de veldwachter Lind-
hout op het kruispunt van den rijksweg
onder de gemeente IJsselmonde aangespro
ken door den 21-jarigen H. J., wonende te
Venlo, die een tweepersoons-auto bestuurde
en den weg vroeg naar Arnhem.
De veldwachter, die de zaak niet ver
trouwde, nam achter het stuur plaats en
bracht auto en bestuurder naar het poli
tiebureau. Daar bleek, dat de auto in Rijs
wijk gestolen was.
H. was Zaterdag met een bodedienst uit
Venlo naar Arnhem vertrokken. Met een
autobus reisde hij van Arnhem naar Apel
doorn; hij huurde daar een auto en ver
trok daarmee naar Den Haag. Doordat hij
geen geld en ook geen benzine had. bracht
hij de gehuurde auto naar het hoofdbureau
van politie in Den Haag. waarna hij to
voet naar Rijswijk ging en daar gistermid
dag vlak bij een verkeersagent den auto
stal, waarmede hij te IJsselmonde gegre
pen werd.
Hij was wel in het bezit van een rijbe
wijs. Auto en bestuurder zijn aan de politie
te Rijswijk overgegeven.
„Nil.Crt."
NIEUW VLIEGVELD BIJ BIRMINGHAM
GEREED.
Chamberlain en Kingsley Wood zullen Zater
dag de opening van het nieuwe vliegveld van
Birmingham bijwonen. De hertogin van Kent
zal de openingsplechtigheid leiden.