Het bloemenfeest te Noordwijk - Invoering dienstplicht in Engeland Op eenzamen post... (0:ie Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON POLEN HEEFT BARRICADE-BALLONS otn belangrijke centra tegen luchtaanvallen te beschermen. Twee der kolossale Barricade-ballons met de bedieningsmanschappen. TENGEVOLGE VAN HET BESLUIT VAN DE BRITSCHE REGEERING om den dienstplicht in te voeren, hebben honderden jonge mannen zich nog vrijwillig aangemeld. Voor een der wervingsbureaux. IN DE BADPLAATS NOORDWIJK vindt van 2730 April het jaarlijksche bloemenfeest plaats, waarbij op tal van plaatsen groote bloemmozaïken worden aangelegd. Een door de schooljeugd vervaardigde afbeelding van een Hollandschen molen. JAMES ROOSEVELT zoon van den president, te Londen bij de première van de film „Wuthering Heights". Roosevelt en Merle Oberon. AMERIKAANSCHE LEGERMANOEUVRES. VLIEGTUIGEN LEGGEN EEN ROOK GORDIJN OM DE BEWEGINGEN DER TROEPEN TE VERBERGEN. door KURT SIODMAK. 27) Ysot hield van haar ridderlijken genstander en halven landsman, Ysol, Hai Elzasser bloed hadMocht die auser dan uit zijn vroeger leven misschien ste n kerfstok hebben (hoewel Over- ni»t erE den slanken jongen man et voor een deugniet hieldzonder hem drw?'ln nol5€l gedrag was Ysot nu reeds kopeP-SCh°ten en °°k hij zou dan al met een Vier den borst tegen den muur liggen, m schieten er met losse patronen, een hein iSCïerP' kende dat! Fijngevoe.ig- Dc' soldaten mochten niet weten ns kogel gedood had. Tegen den muur. r,. Dee" kogel in de borst: hij en Ysot. w u, 8 keet cdch op de lippen, tot hij het bloed proefde. Lfï warcn vrij! Vrij! Den man. die ath- keldem ree<i' a"es 'e danken Ysot L™, voor hem zorgen, als voor een zvJL' ht hiJ' »lk zal zijn gewetensbe- aren wel wegpraten, ik zal hem een he- °P aarde bereiden u"; ieecl voorop, het doel tegemoet, de ™°P. de menschen.... Hauser voerde zijn paard tot vlak naast Ysot. „Ysot. ik hou van je!" fluisterde hij en greep haar hand. Hij sprak in het ver trouwelijke grappige dialect van den Elzas. Hoe weldadig klonk dat in deze Marok- kaansche woestenij. Wat heerlijk was dat, na zooveel jaren alleen en zonder vader land! Ysot boog het hoofd. „Ik hou van je," herhaalde ze in dezelfde taal. „Tot in den dood", zei Hauser rustig en duidelijk. Hij bracht haar hand aan zijn lippen, die haar huid beroerden, zooals gisteren, uren geleden, in het fort.Maar tusscben gisteren en vandaag lag een menschen- leven. Hauser legde haar hand terug op het za del. „Vaarwel!" zei hij rustig. „Vaarwel. Ysot! Je hebt me in een paar uur meer geluk gegeven, dan ik mijn heele leven gekend heb. Ik dank je. Ysot. Jij hebt me nog eenmaal uit de hel gehaald. Nu ga ik weer terug. Voor altijdje hebt mij meer geluk gegeven dan waarop een mensch recht heeft. Ik dank je Ysot!" Hij hield zijn paard in. „Overste!" riep hij vroolijk, met jonge en vastberaden stem, „Overste, ik moet terug!" De Bottberg bleef staan. Het halve uur was om. De Bottberg had er niet aan durven denkenhet was hem te moede, alsof hij een zoon verloor Hij wendde zijn paard en zag het blceke gezicht van Ysot, dat star was van wan hoop. Hij verzamelde al zijn krach ten voor een laatsten, beslissenden strijd! Hij moest overwinnen! „Ik begrijp U niet...." zei hij verbaasd. „Terug, direct zijn we bij onze vrienden, die U zullen ontvangen met de onderscheiding welke men een ridderlijk tegenstander verschul digd is. In hoogstens acht dagen kun' U in Zwitserland zijn met het prachtige Vier- woudstedenmeer voor oogen, inplaats van deze zandvlakte. En U wilt terug naar die hel? Waar die Hij aarzelde. Glimlachend keek Hauser hem aan, met een onderzoekenden blik. Hij zag den Overste tot op den bodem van zijn ziel. En Overste De Bottberg sloeg langzaam zijn oogen neer. „Het ga U goed. Overste! U zult mij be grijpen, ik moet terug!" Hij gaf zijn paard de sporen, zoodat het dier steigerde. Met een vluggen greep trok De Bottberg den revolver uit den zadel- tasch van Hauser. „U bent mijn gevangene." zei hij zacht en hield Hauser het wapen tegen de borst. „Moet ik U met de wapens dwingen, Uw geluk te volgen?" Hauser glimlachte. „Schiet U, als U wilt, of ik nu hier dood ga, of onder het vuur van Uw soldaten...." Bedroefd liet De Bottberg het wapen zak ken. Zijn oogen begonnen te branden. Met een droevig lachje hief Hauser de hand ten groet. ■Toen wendde hij zijn paard, dat er in galop vandoor ging. alsof het zich wanho pig in het vuur wilde storten. Plotseling keerde Hauser zijn paard. Hij stond bovenop een zandheuvel. Ysot!... Hij sprong uit het zadel. Dertig meter scheid den hem van het meisje.... Ysot rende hem tegemoet... het zand stoof in kleine gele wolken onder haar voeten weg. Zij renden op elkander af. Nu stonden zij tegenover eikaar. Een meter scheidde hen nog. Zij keken elkaar in de oogenoogen, ver- vuld van een wanhopige liefde... Dan tui melden zij weg in een wiide omhelzing. Scheen de zon nog altijd over deze woestijn? Opende de aarde zich niet, om hen te verzwelgen in hun omarming, die zou voortduren tot in de eeuwigheid.... tot na het vergaan van werelden? „Ik houd van je." schreiden hun harten, „ik houd van je!" Hauser scheurde zich los. Hij nam haar hoofd en keek nog eenmaal in haar oogen, verstard in angst en liefde, ongeloovig en wanhopig, overstroomend van verdriet. „Ysot," fluisterde hij', en nogmaals: „Ysot...", alsof een mensch nog nooit zoo'n naam had uitgesproken. Toen rende hij terug door het zand, dat in kleine fonteintjes opspatte, wierp zich in het zadel en verdween als een wervel wind In de vallei achter den heuvel „Kom kind," zei Overste De Bottberg met zachte, verstikte stem, „kom!" Voorzichtig hief hij haar in het zadel. „Je begrijpt hem toch... nietwaar?" vroeg hij angstig. Ysot knikte. „Hij doet zijn plicht," fluis terde zij, terwijl de tranen haar over de wangen stroomden. XIX. De deserteur. O'Murphy hield het hoofd gebogen, toen hij uit Hauser's uitgestorven kanjer ko mend, Achilles voorbijliep. Zijn voeten sleepten over den grond, alsof ze niet tot zijn lichaam behoorden. De Griek volgde hem op korten afstand, met vertrokken ge zicht Zijn hand was verborgen in den zak van zijn wijde broek. Daar omklemde zij het mes. Het mes met het gele beenen heft. Aimée had het leeren kennen, het had haar hart getroffen. Achter O'Murphy betrad hij het officiers- verblijf, zette zich met gespreide beenen op een houten kruk en boorde zijn vlam- menden blik in het gelaat van den reus. O'Murphy dwaalde moe door de kamer, nam afwezig een naald op en trachtte zijn overhemd te naaien, dat op de borst aan flarden hing. Hij voelde de brandende blik ken van den Griek. Zijn hand beefde. Het zwijgen drukte als een molensteen op hem. Het deed hem bijna pijn. Met klamme vingers boorde hij de naald moeizaam door het hemd. De stilte sloeg door de kamer als een zweep. O'Murphy zette zijn tanden op elkaar. Waarom staarde die kerel hem zoo aan? Wie gaf hem het recht zoo te staren? Met halfgesloten oogen droomde O'Mur phy, dat hij een revolver in de hand hield. Het schot knalde en de Griek viel achter over op den grond, droomde O'Murphy. „He," zei Achilles, zoo boosaardig als een slang. O'Murphy kwam tot zichzelf. Zorgvuldig legde hij de naald weg en begon të vloe ken. Steeds harder. Hoe harder hij schreeuwde des te meer verlichtte het hem. Het scheen dat er aan de lucht in zijn lon gen geen eind zou komen. Toen hij adem haalde, om niet in zijn woorden te stikl-m, viel zijn gejaagde blik op Achilles, en hij hield op. Toen hij zweeg kwaal ue angst weer bij hem boven en overstroomde hem als een reusachtige golf, die zijn hart uit zijn borst dreigde te rukken en zijn adem meenam. (Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 5