PRESTO WAST ZUIVER yoorstellen aan den Leidschen Raad De rallye Monte Carlo LEID5CH DAGBLAD - Derde Blad Dinsdag 17 Januari 1939 Wijziging electriciteitstarieven Sportvelden bij den Leidschen Hout VOOR SLECHTS ÉÉN STUIVER PRESTO ZEEPPOEDER OOK VOOR UW WASGOED De schoeiseldienst winkeltarieven. In den loop van Augustus van het vorige jaar dienden commissarissen der Sted. Fabrie ken van Gas en Electriciteit bij B. en W. een voorstel tot wijziging van de electriciteits-ver- ordening in, waarbij naast eenige andere tariefs wijzigingen een niet onaanzienlijke verlaging van liet. winkeltarief werd voorgesteld. Aange zien bij invoering van de nieuwe tarieven de gemeente volgens mededeeling van commissa rissen een bedrag van rond f. 30.000 per Jaar zou derven, indien zii althans niet tot oen ver meerdering van het. stroomverbruik leidden, konden B. en W.. mede in verband met de moeilijkheden, welke zij bij het sluitend maken van de gemeentebegrooting ondervonden, aan vankelijk geen vrijheid vinden dienovereen komstig een voorstel tc doen. Zij namen zich echter voor, de financieele gevolgen van de beoogde tariefswijziging nader na te gaan, waarna zij zouden beslissen of en in welken vorm een voorstel ter zake diende te worden gedaan. Naar aanleiding nu van de door nen ge stelde vraag, of het bij nadere overweging niet mogelijk was een dusdanig voorstel in te die nen, waardoor de gemeente-begrooting voor 1939 niet ongunstig werd beïnvloed, deelden commissarissen d.d. 31 December J.l. mede. dat de tweede helft van 1933 een zoodanige ontwik keling van het clectriciteitsverbruik te zien had gegeven, dat het mogelijk zou Zijn door reser- veevJng uit de overwinst van dat jaar de ver mindering van inkomsten, welke uit het nieuwe winkeltarief en het nieuwe tarief voor boerde rijen. tuinderijen enz. zou voortvloeien, op te vangen. Onder deze omstandigheden hebben commissarissen dan ook vrijheid gevonden een nieuw voorstel ter zake in te dienen, dat slechts in geringe mate van hun in Augustus j.l. ge daan voorstel afwijkt. Met dit nieuwe voorstel, dat de gemeente-begrooting voor 1939 derhalve niet ongunstig beïnvloedt, kan ook het col lege zich vereenigen. Het aangeboden voorstel tot wijziging van de el< ctriciteitsverordening bevat in de eerste plaats een aanmerkelijke verlaging van het winkeltarief, waaraan in de praktijk de be hoefte is gebleken; vooral voor die winkeliers, die een bepaalde licht-aanslultwaarde gedu rende een groot aantal uren po- jaar gebruiken, zal het nieuwe tarief voordeelig ?ijn. Invoering van dit tarief zul mede tot gevolg hebben, dat ten behoeve van de middclgrooto en de kleinere winkels geen bijzondere ove».•eaki.msien meer zullen behoeven te worden gesloten. In tcgenstelUng met het thans geldende win- ktltarief, waarbij het vaste recht w.rdl be rekend naar de aansluitwaarde in Deca-Watt, geldt bij het nieuwe winkcltarief de naar be paalde normen gemeten oppervlakte van den winkel met daarbij behoorende ruimten als basis voor de berekening van het vaste recht. Deze wijze van berekening heeft dit voor op de thans gevolgde, dat ontduiking van het winkel tarief bij het geldende tarief hierin bestaan de. dat grootere lampen worden ingeschroefd vrijwel onmogelijk wordt gemaakt, zoodat de controle daarop een veel minder Intensieve kan zijn. Het nieuwe winkeltarief bevat voorts eener- zijds een beveiliging tegen een te laag vast recht door de bepaling, dat slechts een vermo gen van ten hoogste 300 Watt per 10 vierk me ter berekend oppervlak ter beschikking wordt gesteld, anderzijds beschermt het nieuwe ta- rievencomplex den winkelier tegen een mogelijk hoogen stroomprljs, die in bepaalde gevallen uit het vaste recht van het winkeltarief zou kunnen voortvloeien, doordat voor hem de ge legenheid bestaat in plaats van het winkel- tarief van een van de beide kW-maxlmum- tarleven of, indien ook deze voor hem niet passend zouden zijn, van het dubeltarief ge bruik te maken. In verband hiermede is ook hei dubbeltarief aanmerkelijk verlaagd door alle kWh. bulten den spertnd boven de eerste 100 per maand afgenomen, slechts tegen 4 cent te berekenen. Door het nieuwe tarief krijgt men ook zeer ruime gelegenheid om tegen lagen stroomprijs reclame-verlichting aan de buitengevels te ge bruiken en worden de bezwaren, die door de winkeliers veelal in de weken vóór St. Nicolaas worden gevoeld, ondervangen. Door de hierboven vermelde verlaging van het winkeltarief kan geacht worden in den geest te zijn gehandeld van hèt bij de behan deling van de gemeente-begrooting voor 1938 door de heeren van der Tas en Tobé, ingediend en in handen van B. en W. om praeadvies ge steld voorstel en in dien van de adressen van de Leidsche Middenstands-Centrale; mitsdien kunnen dat voorstel en die adressen als afge daan worden beschouwd. Omdat de oppervlakte als grondslag voor de berekening van het vaste recht tevens zeer bruikbaar is voor de stroomlevering aan café's, restaurants, lunchrooms, kapperssalons, biosco pen en sociëteiten, kan het winkeltarief in het algemeen mede voor deze inrichtingen gelden, zij het ook dat in deze gevallen niet vaste nor men voor de berekening van de oppervlakte kunnen worden gesteld, zoodat te dien aanzien eenige vrijheid aan de directie moet worden gelaten. Het feit. dat verreweg de meeste winkels 'ruim 88%) zijn gecombineerd met een w°on~ huls, maakt het onvermijdelijk, dat ook het vaste recht van het woonhuistarief op de opper vlakte wordt gebaseerd. Daarvoor geldt trou wens nog een andere reden. Bij het thans geldende woonhuistarief geldt het aantal lichtpunten als maatstaf voor de berekening van het vaste recht. Hieraan is dit bezwaar verbonden, dat, zooals ook bij de periodieke controle aan het licht is gekomen, bij de verbruikers de neiging ontstaat om zoo weinig mogelijk lichtpunten te doen aanleggen, in welke leemte men dan tracht, te voorzien door den aanleg van zeer primitieve leidingen als gespijkerde snoeren met stopcontacten en andere ontoelaatbare voorzieningen. Het be staande woonhuistarief leidt dus tot praktijken, die voor de verbruikers niet ongevaarlijk en ook niet in het belang van het bedrijf zijn. Een en ander is dan ook aanleiding geweest de oppervlakte mede als grondslag te n.cnien voor de berekening van het vaste recht bi) het woonhuistarief. Hoewel daarbij het streven van de Directie ls geweest zooveel mogelijk te voorkomen, dat de verbruikers, die de electriciteit volgens het woonhuistarief betrekken, van het nieuwe tarief financieel nadeel zullen ondervinden, moet het niettemin niet geheel uitgesloten worden ge acht. dat de praktijk gevallen aan het licht brengt, waarin het nieuwe tarief voor de ver bruikers wèl financieel nadeel medebrengt, al zullen op grond van de reeds uitgevoerde bere keningen die gevallen weinig talrijk zijn. Ten einde nu in elk geval te voorkomen, dat dege- uen, die de electriciteit volgens het woonhuis tarief betrekken, bij het nieuwe tarief meer zouden moeten betalen dan bij het thans gel dende, is de bepaling opgenomen, dat het oude tarief nog een jaar naast het nieuwe zal blijven gelden. Met hetzelfde doel dient ook het bestaande winkeltarief nog gedurende een jaar naast het *e w°rden gehandhaafd. Tijdig vóór den afloop van dat jaar kunnen eventueel de nog noodig gebleken correcties in deze tarieven worden aangebracht. in navolging van hetgeen ook elders geschiedt wordt bij het woonhuistaripf mede voorgesteld een speciaal tarief ad 2 cent per kWh ln te voeren voor het verbruik van stroom gedurende den nacht en gedurende de morgen- en mid daguren. De bedrijfsomstandigheden laten zulks toe. evenwel met deze beperking, dat dit tarief slechts kan gelden voor de period, waarin niet de hoogste belastingen optreden; met het oog daarop geldt dit tarief van 2 cent per kWh in de maanden Januari, November en December slechts kan gelden voor de periode, waarin niet uur, terwijl het in de overige maanden zal gel den voor het verbruik tusschen 23 uur en 15 uur. B. en W. verwachten, dat dit tarief het stroomverbruik voor neven-doeleinden zeer sterk zal kunnen bevorderen. Aangezien echter een te snelle overgang naar dit tarief voor het bedrijf verschillende bezwa ren zou medebrengen, bevat het daartegen een rem, hierin bestaande, dat het vaste recht bij het hierbedoeld tarief met 50 cent per maand wordt verhoogd. Voorts geven B. en W. in overweging een af zonderlijk tarief voor boerderijen, tuinderijen enz. in te voeren, waaraan een steeds stijgende behoefte is gebleken en bij welk tarief, zij het naar eenlgszins andere normen, eveneens de oppervlakte den grondslag vormt voor de be rekening van het vaste recht. Tenslotte zijn verder een kW-jaarmaximum- en een kW-maandmaximum-tarlef opgenomen, bij welke tarieven niet alleen naar het verbruik te aantal kWh. doch tevens naar het afgenomen vermogen wordt betaald, hetgeen voor den ver bruiker in bepaalde omstandigheden voordeelig kan zijn. Tot dusver werden deze tarieven alleen bij afname volgens overeenkomst. toegepast, doch de praktük heeft, aangetoond, dat het wenschelijfc is deze tarieven ook In de verorde ning op te nemen. benoemingen en ontslag. Ter voorziening van de vacature dr. N. Ver- wey doen B. en W. de volgende voordracht aan den raad voor tweeden geneesheer aan de ge stichten Endegeest etc., voorloopig als tijdelijk 1. C. P. J. Stotijn. 2. F. van Iterson, beiden assistent aan de universiteit alhier. Voor onderwijzeres aan de U.L.O. school aan de 3 Octoberstraat dragen B. en W. voor mej. E. E. K. Scholz, de laatste Leidsche wacht geldster. Voor den raad van beheer der sportstichting stellen B. en W. voor de vier aftredenden t.w. de heeren ir. F. Stokhuyzen, ir. P. C. Linden bergh, N. J. Moonen en D. v. d. Kwast, te hei- benoemen. Als No. 2 zijn resp. geplaatst de heeren ir. Y. Ykema. S. N. Waringa, mr. H. E. Goudsmit en A. v. Rosmalen. B. en W. stellen voor den heer Th. M. W. Bergers te herbenoemen als commissaris der N.V. Leidsche Duinwater Mij. Als president commissaris zal de heer M. G. Verwey worden bestendigd. B. en W. stellen voor de tijdelijke benoeming van den heer L. Otto als leeraar in het tee- kenen aan de H.B.S. in verband met het over lijden van den heer J. H. Wattez te besten digen* i B. en W. stellen voor aan den heer N. J. Swierstra eervol ontslag te verleenen wegens het. bereiken van den 60-jarigen leeftijd als onderwijzer aan de O.L. school Zuidsingel B. VERHUUR lokalen. De R.K. Muziekvereeniging ,,Perosi" heeft de huur van het lokaal in het gebouw aan de Pieterskerkgracht No. 9. dat ingevolge raads besluit van 13 Januari 1930 aan haar tot weder- opzeggens voor f. 50 per Jaar in gebruik was gegeven als repetitielokaal, per 31 December j.l. opgezegd. Van de gegadigden, die zich voor de huur van het vrijgekomen lokaal hebben aangemeld, komt het meest in aanmerking het Leidsche Politie Muziekgezelschap, welke vereeniging reeds vanaf 1 Februari 1927 tegen een jaar- lijksche vergoeding van f. 25 een aangrenzend lokaal in gebruik heeft. Het is gewenscht beide lokalen voortaan in één huurovereenkomst op te nemen voor f. 75. 25 Februari 1935 werd o.m. besloten, dat, in dien tot aanleg van sportterreinen nabij den Leidschen Hout wordt overgegaan, die aanlog in werkverschaffing zal worden uitgevoerd. Naar aanleiding van dit besluit is de aan leg van bedoelde sportvelden voorbereid. Zeer tot leedwezen van B. en W. heeft die voorbe reiding veel tijd gevorderd, hetgeen voorname lijk ls toe te schrijven aan de omstandigheid, dat, aangezien het hier betreft een complex sportvelden, verschillende vraagstukken aan de orde kwamen, waaromtrent deskundigen moesten worden geraadpleegd, alvorens het definitieve plan kon worden opgemaakt. Thans kunnen B. en W. evenwel den aanleg van de sportvelden aanhangig maken. Het plan betreffende dien aanleg, hetwelk geheel in overeenstemming met het bestuur van de Sportstichting is opgemaakt omvat den aanleg van: lo. een algemeen wedstrijdveld. d.w.z. een groot voetbalveld, tevens gedacht als athle- tlekterreln, en in verband daarmede rondom voorzien van een slntelbaan 'voor lange en korte afstandenV terwijl de tusschen deze baan en het eigenlijke voetbalveld overblijvende ruimten benut kunnen worden voor het maken van banen voor pols-, hoog-, ver- en hink- stapspringen 'met bijbehoorende springbakken) en voor kogelstooten. en het maken van z.g, werpspringen voor discuswerpen; 2o. een tweede voetbalveld; 3o. een hockey- en voetbalveld; 4o. een korfbalveld; 5o. een drietal tennisbanen; een en ander met de bijbehoorende accom modatie. Het bestuur van de Sportstichting is van oordeel, dat het voorshands niet verantwoord Ls tribunes, welker bouw een bedrag van pl.m. f. 77.500 zou vorderen, op te richten. B. en W. meenen. dat het aanbeveling verdient in deze de zienswijze van het bestuur te volgen en dat mitsdien thans niet tegelijk tot den bouw van de tribunes moet worden overge gaan. De oppervlakten, waarop de tribunes zijn geprojecteerd, kunnen voor dien bouw gereser veerd blijven, zoodat., indien te eeniger tijd mocht blijken, dat aan tribunes behoefte bp- staat, deze alsnog op de een of andere wijze kunnen worden aangebracht. Het is de bedoeling de eigenlijke terrein- werken op te dragen aan de Nederlandsche Heidemaatschappij onder directie van den dienst van Gemeentewerken, terwijl het maken ean bruggen, kleedruimten en tennisvelden kan worden aanbesteed. B. en W. hebben gemeend niet te moeten ingaan op het denkbeeld van de Sub-Commissio voor de Steunverleening, om ook met betrekking tot de terreinwerkzaam heden één of meer aannemers uit te noodigen een inschrijving te doen. ten einde, voor het geval de inschrijvingssom lager zou zijn, dan de raming van genoemde Maatschappij, ook dat gedeelte van den aanleg aan een aan nemer op te dragen, aangezien de Heide maatschappij voor het onderhavige werk spe ciaal geëigend is. De kosten van den eigenlijken terreinaanleg worden geraamd op f. 69.200. in welk bedrag is begrepen een loonbedrag van pl.m. f. 46.000. De overige werken zullen een bedrag van pl.m. f. 32.000 vorderen, in welk bedrag is begrepen een loonbedrag van f. 9200. Bil deze ramingen is er van uitgegaan, dat de hekwerken voor bruggen en tennisvelden in de centrale werk plaats voor jeugdige werkloozen zullen worden gemaakt. De totale aanlegkosten zullen der halve, exclusief de kosten van den grond, welke reeds eigendom van de gemeente is en waar van de waarde op pl.m. f. 85.500 is te stellen, een bedrag vorderen van f. 131.200. Het totale loon in dat bedrag begrepen, bedraagt pl.m. f. 55.200 en het aantal werkverschaffings-man- weken ls in verband daarmede te stellen op pl.m. 2700. De medewerking van den minister van So ciale Zaken Ls in dezen aanleg bij wijze van werkverschaffing verkregen en derhalve zullen de arbeidsloonen ln aanmerking komen voor de berekening van het aan de gemeente toe komende subsidie uit het Werkloosheidssubsi- diefonds. Bij de aanvrage om medewerking hebben B. en W. den Minister verzocht, om ten aanzien van deze werkverschaffing het uurloon te be palen op 40 cent, doch de Minister heeft in zijn schrijven, waarbij zijn medewerking in de uitvoering van den aanleg bij wijze van werk verschaffing wordt toegezegd, medegedeeld, dat hij geen vrijheid kan vinden het uurloon op een hooger bedrag dan 38 cent bij flink werken te bepalen. Omtrent een verhooging van het uurloon voor de bil de meer technische wer ken (tennisvelden, kleedruimten, bruggen, enz.) tewerk te stellen vaklieden wordt nog overleg met den Minister gepleegd. 6962 (Ingez. Med.) Het is gewenscht, om tegelijk met den aan leg van de sportvelden, den aanleg van de verbindingsstraten langs het sportterrein, voor zoover mogelijk, aan te leggen, opdat de sport velden behoorlijk toegankelijk zullen zijn en er gelegenheid zij tot het parkeeren van auto's. Bovendien worden door dien aanleg eenige ge meentegronden bouwrijp gemaakt. Deze straataanleg. welke, behoudens een latere gedeeltelijke verrekening met de eige naren van aangrenzende gronden, ten laste komt van het Grondbedrijf, zal als nonnaal werk plaats hebben. De kosten van dezen straataanleg worden begroot op f. 31.000. flatbouw wassen a arsche weg. In den loop van het vorige Jaar richtte de heer M. Hopman Sr.. te 's Gravenhage. een verzoek tot het college om ten behoeve van den bouw van een blok flatwoningen aan hem een perceel grond aan den Wassenaarsche weg te verkoopen. Aanvankelijk had deze aanvrage betrekking op het Oostelijke gedeelte van het terrein, aan de zijde van den Rijnsburgerweg gelegen, ter grootte van pl.m. 3000 vierk. meter. De naar aanleiding hiervan met den heer Hopman gevoerde besprekingen hebben tenge volge gehad, dat deze zijn plannen wijzigde en nader, in plaats van genoemd terreingedeelte, den daaraan aansluitenden, verderop gelegen grond te koop vroeg, teneinde daarop drie blok- I ken flatwoningen te stichten. Hiermede werd I derhalve aan de gemeente de gelegenheid ge- boden, om met uitzondering van het gedeelte aan de zijde van den Rijnsburgerweg. het bouw terrein in zijn geheel van de hand te doen. Ge gadigde is bereid voor het te verkoopen perceel, dat een diepte van pl.m. 58 meter en een opper vlakte van pl.m. 11.700 vierk. meter heeft .een koopsom van f. 72.000 te betalen, welke prijs zoowel het college als de commissie van fabri cage. gelet ook op de groote diepte, aannemelijk voorkomt. De voorgenomen wijze van bebouwing ont moet bij de commissie van fabricage en het college evenmin eenige bedenking, omdat deze grond wegens zijn oppervlakte en door zijn ligging aan een toekomstigen breeden toegangs weg naar de stad. met aan dc achterzijde het ruime Ziekenhuis-terrein, zich in het bijzonder leent voor flatbouw, zooals die is ontworpen. Ook uit aesthetisch of architectonisch oogpunt bestaat tegen den bouw ter plaatse van flat woningen geen bezwaar. Volgens het uitbreddingsplan is de grond echter bestemd voor villabouw. zoodat. om buiten twijfel te stellen, dat flatbouw aldaar wettelijk mogelijk is, het uitbreidingsplan dient te worden gewijzigd in dien zin. dat de onder havige grond alsnog wordt aangewezen voor flatbouw. terwijl adressant de transactie uiter aard slechts kan aangaan onder voorbehoud dat deze wijziging van het uitbreidingsplan rechtskracht verkrijgt. INSTITUUT KERN. Van het „Instituut Kern" (Vereeniging tot stichting en instandhouding van een Instituut voor Indische Archaeologie aan de Rijksuni versiteit te Lelden) is een verzoek ingekomen om ontheffing van de huur van de lokalen in het gebouw ,.'s Gravensteen" c.a. vanaf 1 No vember j.l. Deze lokalen werden aan het insti tuut verhuurd ingevolge raadsbesluiten van 14 April 1930 en 19 October 1931 tegen een huurprijs van f. 645.20 per jaar. met bepaling, dat de huur op 1 Mei telkens geacht zal wor den voor een jaar te zijn verlengd, indien zij niet door een der partijen zes maanden tevoren is opgezegd. Aangezien het instituut 1 Novem ber j.l. is verhuisd naar het bij de Universiteit behoorende gebouw aan de le Binnenvestgracht, heeft, het medewerking gevraagd tot tusschen - tijdsche beëindiging van de huur met ingang van genoemden datum. Nu vóór 1 November 1937 geen opzegging tegen 1 Mei 1938 plaats vond. kan echter vol gens de overeenkomst de huur op zijn vroegst tegen 1 Mei a.s. worden beëindigd, tenzij de gemeente, in afwijking van het contract toe stemt in een tusschentijdsche ontbinding en derhalve de huur over de maanden November 1938 tot en met April 1939 ad f. 322.60 kwijt scheldt. Aanvankelijk meende het college inwilliging van het verzoek niet te moeten bevorderen, zulks mede met het oog op mogelijke conse quenties ten aanzien van andere huurders van gemeente-eigendommen. Uit een nadere toe lichting is lntusschen gebleken, dat het niet in acht nemen van den voorgeschrven opzeg gingstermijn aan een misvatting bij het bestuur moet worden geweten. Aangezien het hier bo vendien een voor onze academiestad belang rijke wetenschappelijke instelling betreft, zijn B. en W., gelet ook op den financleelen toe stand van het Instituut en de verdere om standigheden. alsnog tot de conclusie gekomen, dat er in dit bijzondere geval termen aanwezig zijn de huur tusschentijds te beëindigen. 20 December 1937 werd besloten aan de Ge meentelijke Commissie voor Maatschappelijk Hulpbetoon voor het jaar 1938 een extra-sub sidie toe te kennen van ten hoogste f.3300 ten behoeve van de instelling, bij wijze van proef, van een schoeiseldienst. met welken dienst in de eerste plaats werd beoogd een gelegenheid te scheppen, om aan armlastige door genoemde Commissie ondersteunde schoenmakers werk te verschaffen door het doen repareeren van schoeisel ten behoeve van de door de Com missie ondersteunde armlastigen en ten be hoeve van gesteunde werkloozen en derhalve loon voor arbeid te verstrekken in plaats van ondersteuning zonder meer. Op 19 December j.l. besloot de Raad goed te keuren, dat de proef tot 24 Januari a.s. werd voortgezet, zulks in verband met de om standigheid. dat de dienst eerst op 24 Januari 1938 in werking was gesteld en de wensche- lijkheid van voortzetting of opheffing van den dienst nog bij de voornoemde Commissie ln onderzoek was. Thans zal derhalve een beslissing inzake het al dan niet voortzetten van den dienst moe ten worden genomen. Omtrent deze aangelegenheid wonnen B. en W. het advies in van de Gemeentelijke Com missie voor Maatschappelijk Hulpbetoon, van welke Commissie het initiatief tot de proef neming was uitgegaan. Blijkens haar schrijven d.d. 18 November j.l. vond de Commissie aanvankelijk in meerder heid geen vrijheid een voorstel te doen tot voortzetting van de proef. Zij was n.l. van oordeel, dat de voordeelen van den schoeisel dienst niet opwegen tegen de daaraan ver bonden nadeelen. Het voor de ondersteunde armlastigen, de valide werkloozen en de te werk gestelde ondersteunde schoenmakers ver kregen voordeel achtte zij niet zoo groot, dat daarom over de bezwaren van de niet-gesteunde schoenmakers diende te worden heengestapt. Na kennisneming van de overlegde stukken kwam het College echter tot de conclusie, dat het nadeel van den dienst voor de niet-ge steunde schoenmakers tegenover het voordeel voor diegenen, die van den dienst gebruik maken en voor de aan den dienst verbonden schoenmakers, niet van zoodanige beteekenis is. dat op grond daarvan de proef niet nog een jaar zou zijn voort te zetten. Weliswaar blijkt uit de stukken, dat pl.m. 60' van de door den dienst gerepareerde schoenen onttrokken wordt aan de niet-ge steunde schoenmakers, doch hier staat tegen over, dat de dienst volgens het verslag per week slechts pl.m. 180 paar schoenen doet repareeren en het aantal hier gevestigde schoenmakers pl.m. 200 bedraagt. B. en W. verzochten in verband hiermede aan de Commissie deze aangelegenheid nog eens in nadere overweging te nemen on mede te deelen. of zij alsnog bereid was de proef met den dienst op den bestaanden voet gedu rende het Jaar 1939 voort te zetten. Als gevolg hiervan berichtte de Commissie bij schrijven van 21 December j.l., dat zij bil meerderheid van stemmen nader besloten had zich bereid te verklaren de proef met den schoeiseldienst nog gedurende het jaar 1939 voort te zetten en voorts, dat zij eenige uit breiding van den dienst wel gewenscht achtte en te dien einde, eveneens bij meerderheid van stemmen, besloten had boven het benoodigde crediet ad f.3500 nog een extra-crediet van f. 1000 aan te vragen, teneinde daardoor tege moet te komen aan het nadeel, hetwelk door den dienst wordt veroorzaakt aan schoen makerspatroons, die niet gesteund worden. De Commissie beoogde n.l. met het aanvragen van dc verhooging »ad f. 1000. voor welk bedrag pl.m. 1300 paar schoenen extra gerepareerd zouden kunnen worden, haar in de gelegenheid te stellen aan de niet-gesteunde schoenmakers, die als gevolg van den dienst schade van eenige beteekenis lijden, eenig reparatiewerk te verstrekken. Met betrekking tot de uitbreiding van het aantal te repareeren schoenen, merken B. en W. op. dat volgens den opzet van den dienst voor het voor 1938 aangevraagde crediet pl.m. 11.000 paar schoenen gerepareerd zouden kunnen worden. In vefband met een noodzakelijk ge bleken verhooging van het loon per paar en een eveneens noodzakelijk gebleken vergoeding van spijkers, was en dergl., moest dit aantal ten einde een overschrijding van het toegestane crediet te voorkomen, worden teruggebracht tot pl.m. 9000. Door de bedoelde uitbreiding en mede als gevolg van een toeneming van het totale bedrag wegens ondersteuning aan arm lastige schoenmakers, zou dit aantal kunnen worden opgevoerd tot ruim 11.000 paar. De door de Commissie overgelegde begroo ting geeft de volgende cijfers: verhooging ondersteuning met 10%> f. 700. belooning leider 1300. belooning assistent, kosten van admi nistratie enz350. kosten van huur van localiteit, ver lichting en verwarming, enz250. kostenvergoeding aan de schoenmakers pl.m. 10.000 paar a 6 cent (spijkers, was en dergl.) 600. onvoorzien 300. f3500.- Op bovenstaand route-kaartje van den Sterrit naar Monte Carlo zijn bij de verschillende startplaatsen de namen van de deelnemende Nederlanders vermeld. Te Athene wordt gestart: heden van 22.20 uur al, te Palermo heden van 13.23 uur af, te Stavanger van 22.08 uur af, te Tallinn van 19.20 uur af en te Amsterdam op 20 Januari van 7.25 uur ('s morgens) af. De controle te Venlo, welke door de K.N.A.C. wordt verzorgd, zal op 20 Januari te 10.28 uur worden geopend. Het eindbedrag zal. indien conform het ver zoek der Commissie wordt besloten, met het extra-aangevraagde bedrag van f. 1000 moeten worden verhoogd. Het College is. gelijk blijkt uit het hiervoren vermelde, van meening. dat er wel aanleiding is. om de proefneming nog met een jaar te verlengen. Geen eenstemmigheid bestaat er evenwel in het College ten aanzien van de beoogde uit breiding van den dienst. De minderheid van het College is van oor deel. dat' uitbreiding van den dienst ten einde ook niet-gesteunde schoenmakers schoenen to doen repareeren. den opzet van den dienst, n.i. het doen werken van ondersteunde armlastige schoenmakers in plaats van hun steun te ver leenen zonder meer. aantast en den dienst van karakter doet veranderen. 3—3

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1939 | | pagina 11