BINNENLAND LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag !5 December 1938 Derde Biad No. 24148 Litauen bereid den Duitschers voldoening te geven inzake Memel 79sie Jaargang De Herdenking Neerlands onafhankelijkheid De werkloosheid iets toegenomen De meeste Duitsche meisjes mogen blijven Vergadering van Prov. Staten Vergadering van R.K. Werkgevers ANTON HUNINK'S producten Maar geen afstand Tegen de dictatuur van het kapitaal HISTORISCHE OPTOCHT DOOR SCHEVENINGEN. (Vervolg van gisteren) Het middagprogramma van de viering van het 125-jarig bestaan van Neerlands onaf hankelijkheid vermeldde een historische optocht, welke voor het hotel „Promenade" aan de Stadhouderslaan te Den Haag werd geformeerd. In dit hotel werd Prins Willem afgehaald en in een calèche met vier paar den bespannen reed de prins in gezelschap van Lord Clancarty ln den stoet mee. In de andere calèches reden verschillende prominente figuren uit dien tijd mee. zoo- als Ragay, De Perponcher, Fagel. Hoppner. graaf van Limburg Stirum en generaal Von Pfuhl. Deze calèches werden voorafgegaan door Scheveningers te paard, onder wie J'acoh Pronk en zijn zoon Arie, de leden van het Comité en achter de calèches marcheerden de Engelsche mariniers en reed een groot aantal Haagsche jongelieden te paard. Daarna kwamen vele Mailcoaches en an dere voertuigen, waarop en in burgers en burgerressen in fleurige kleedij gezeten varen. Daartusschen door wandelden groe pen Scheveningsohe burgers in ouderwetsch costuum, die den optocht nog een vroolijker aanschijn gaven. Veel belangstelling trokken ook dc loeiers met groote roeispanen over hun schouders en ten laatste kwam een wagen met drie in ollepakken gestoken Scheve ningers, drie bekende typen uit, dien tijd - Kees de Klinker, Baardhout en Jochem Natuurlijk was er groote belangstelling voor dezen optocht. Bij de „Promenade" stond het publiek rijen dik en vele agenten hadden handen vol werk om alles in goede orde te doen verloopen Luide werden tel kenmale de verschillende deelen van den stoet toegejuicht. Vooral Prins Willem had veel ovaties in ontvangst te nemen Gisteravond is er een muziekuitvoering ln een tent aan den Scheveningschen We» gegeven. 6 ECHTER LAGER DAN IN DE 6 VOORGAANDE JAREN. De directeur van den Rijksdienst der werkloosheidsverzekering en arbeidsbe middeling deelt inede. dat blijkens door het Centraal Bureau voor de statistiek vertrekte voorloopige gegevens in de week 21 t/m 26 November 1928 bij ge subsidieerde vereenigingen met werk- ioozenkas 567.831 personen onder wie '4.859 landarbeidrs waren aangesloten. Van de 492.972 verzekerden, buiten de landarbeiders, was het werkloosheids percentage 23,9 (in de vorige verslag- week, 7 t/m 12 November, was dit per centage 23.2). In de overeenkomstige verslagweek van November was het werkloosheidspercentage voor verzekerden (zonder landarbeiders i in de laatste jaren als volgt: 1932: 29.11933 26 2: 1934 28.9; 1935: 32.6' 1936: 30.8: 1937: 26.5; 1938 23.9. Op 26 November waren bij de organen der openbare arbeidsbemiddeling inge schreven 363.947 werkzoekenden.- waarvan er 347.150 werkloos waren (n.l. 331.975 man nen en 15.175 vrouwen i. Van de geheel werklooze verzekerden ontvingen er in de verslagweek 21.384 uit- keering uit hun werkloozenkas. Blijkens voorloopige opgave van den di recteur-generaal voor de werkverschaffing en steunverleening bedroeg op 26 Novem ber het aantal tewerkgestelde werkloozen 61.475 en het aantal gesteunde werkloozen 139.513, tezamen 200.988 verzorgden. (Hier onder bevindt zich een aantal verzekerden, wier steun bestaat uit een aanvulling van dc uitkeerlng uit hun werkloozenkas). Voorts is een taantal werkloozen in cultureelen zorg (cursussen en kampen). Hun aantal bedroeg in September 13.174. Het groote verschil tusschen het aantal Ingeschreven werkloozen en het aantal per sonen door verzekering, steun en werkver schaffing geholpen, wordt mede hierdoor verklaard, dat onder het aantal verzorg den (dit zijn In hoofdzaak kostwinners van gezinnen) de werklooze gezinsleden niet worden medegeteld. Deze zijn echter wel als werkzoekende bij een arbeidsbeurs' in geschreven. LEGERMUTATIES. Bij Kon. Besluit zijn benoemd en aan gesteld, met ingang van 2 Januari 1939, bij het wapen der cavalerie, tot commandant van het le regiment huzaren, de luitenant- kolonel M. R. A. Bischoff van Heemskerck, zulks onder eervolle ontheffing uit zijn tegenwoordige functie van commandant van het le regiment huzaren; tot com mandant van het 2e regiment huzaren, de majoor C. L. Holleritt van het 2e regiment huzaren, tot commandant van het 3e regi ment huzaren, de luitenant-kolonel J. J. van Diepenbrugge. zulks onder eervolle entheffing uit zijn tegenwoordige functie van commandant van het 2e regiment hu zaren; tot commandant van het 4e regi ment huzaren, de luitenant-kolonel jhr. S. M S A. A. de Marees van Swinderen van het le regiment huzaren: met ingang van heden bij het wapen der artillerie, tot com mandant van het 9de regiment motor) - artillerie, de luitenant-kolonel H. F H. C. C A. von Freijtag Drabbe, zulks onder eer volle ontheffing uit zijn tegenwoordige lunctie van commandant van het regiment motorartillerie'; en is met. ingang van heden bij hel wapen der artillerie belast met de waarneming van de functie van commandant van het 10de regiment (mo tor-artillerie) de majoor F. H. Wanninkhof van het regiment motorartillerie. EEN AANTAL VAN 3000 MOET ECHTER UITERLIJK 1 FEBRUARI NAAR DUITSCHLAND TERUG. Het „Hbld." meldt, dat de geruchten dat de Duitsche regeering besloten zou hebben alle Duitsche dienstboden die in Nederland in betrekking zijn, de eerstvolgende maanden terug te roepen, onjuist zijn. Uit nadere informaties in regeerings- kringen te Berlijn blijkt, dat het slechts geldt 3000 Duitsche dienstboden, in hoofdzaak die welke in Joodsche gezin nen dienen, die naar Duitschland moe ten terugkecren, omdat daar gebrek aan vrouwelijke arbeidskrachten is in het gezin en op het land. Zij zullen haar dienst zoo tijdig moeten opzeggen dat zij op 1 Februari naar Duitschland kunnen vertrekken. DROOGLEGGING VAN POLDER BIJ ZEVENHOVEN. Na heropening der vergadering van Prov. Staten van Zuid-Holland werd gistermid dag de behandeling voortgezet van het voorstel tot het verleenen van provinciale subsidies in de kosten van herstel van monumenten van geschiedenis en/of kunst Na een korte discussie werd het voorstel z. h. st. aangenomen. Aan de orde is een voorstel tot bijdrage in de kosten van drooglegging van den Noordsche Buurterpolder onder de ge meente Zevenhoven. De heer Folmer <C.H.) wenscht meer gegevens. Hij juicht dit be langrijke plan van werkverschaffing toe en heeft geen bezwaren tegen een provinciale bijdrage van f. 85.500, zooals is voorgesteld. Spr. dringt aan op een recht van voor koop, dat moet worden toegekend aan de eigenaren van gronden die dit plan be trokken. De heer van der Bas (A.R.) zal voorstem men. omdat dit plan 500 man arbeid zal verschaffen, maar hij meent, dat ue gron den te duur gekocht worden. De heer van der Weijden (R.K.) juicht het voorstel van harte toe en wijst er op, dat dergelijke objecten ook in andere pro vinciën worden uitgevoerd. De heer Jansen Maneschijn (A.R.) wenscht evenals de heer Folmer meer ge gevens. Den sprekers die zich gekant heb ben tegen de uitvoering in werkverschaf fing, antwoordt hij, dat het hier niet an ders kan. De provinciale subsidie lijkt spr. volkomen verantwoord. De heer Henkels (Ged. Staten) stelt vast, dat de instemming met dit voorstel algemeen is. Het was dit college niet mo gelijk geweest meer gegevens te verstrek ken. omdat het niet wenschelijk is over de waarde van de gronden gegevens te ver strekken. Z. h. st. wordt het voorstel aangenomen. Een voorstel om maximaal f. 35.000 uit de provinciale kas beschikbaar te stellen voor bebossching van duingebied op het eiland Voorne en Putten wordt na eenige discussie aangenomen. Door Ged. Staten was voorgesteld een terrein bij de Wilhelminabrug te Leiden aan N. A, van Zijp aldaar te verkoopen voor f. 65.000.De gemeente Leiden heeft thans het terrein in huur als sportterrein. De zaak getuigt niet van groot koopman schap van Gedeputeerden, meende de heer Wilbrink (c.h.), want indertijd heeft Lei den voor dien grond meer geboden. De heer Heukels (a.r.), gedeputeerde, sprak dat tegen. Leiden heeft geen interesse voor het terrein meer. De verkoopprijs ligt hooger dan de taxatiewaarde van 1934. Z. h, st. goedgekeurd. Het wegenverslag 1938 wordt eveneens na korte bespreking goedgekeurd. Z. h. st. wordt eveneens aanvaard de toekenning aan het rijk van een provin ciale bijdrage in de kosten van den bouw van een nieuwe Hoornbrug te Rijswijk (Z.H.). Deze bijdrage is bepaald op f. 100.000 met dien verstande evenwel, dat dit bedrag zal worden verhoogd dan wel verlaagd met het verschil in de onder hands- en bedieningskosten van de be staande Hoornbrug en de te bouwen brug. Aangenomen wordt het voorstel tot op heffing van de tramlijn tusschen Maas sluis en Maasland en tot wijziging van de overeenkomst tusschen provincie en de Westlandsche Stoomtramweg Mij. De voorzitter sluit de vergadering, die hedenochtend om 11 uur zal worden voort gezet. NIEUWE DIRECTEUR STENOGRAFISCHE INRICHTING DER BEIDE KAMERS. Met ingang van gisteren heeft de ge mengde commissie voor de stenografie uit beide Kamers der Staten-Generaal be noemd tot directeur van de stenografische inrichting der beide kamers den heer W. J. Bastiaan thans onder-directeur en waar nemend directeur. VERBOD VAN INVOER VAN GROENTEN EN PLANTEN IN NOORWEGEN. De regeeringspersdienst meldt: Blijkens uit Oslo ontvangen ambtelijke mededeelingen heeft de Noorsche regeering ter voorkom-ng van de overbrenging van mond- en klauwzeer uit de landen, waar deze ziekte voorkomt den invoer verboden van verschs groenten levende planten en heesters. Bovendien is voorgeschreven dal ingevoerde zaden zeven weken in quaran taine moeten blijven. Ir. "GULJÉ BECRITISEERT DE REGEERING. In de gisteren gehouden vergadering van het Federatiebestuur der Algem. Katholie ke Werkgeversvereeniging en van de be sturen der bij het RJK. Verbond van Werk- geversvakvereenigingen aangesloten orga nisaties te 's-Gravenhage heeft de voor zitter, ir. F. H. E. Guljé een rede uitgespro ken, waarin hij de economische positie van ons land besprak. Ir. Guljé begon met het geven van een overzicht van den economischen toestand van ons volk en kwam daarbij tot de con clusie, dat de conjunctuur-indices een beeld geeft van weifelende ontwikkeling en stagnatie. De industrie houdt zich nog het best. Volgens spr. is dat een gevolg van de be scherming van de binnenlandschemarkten van de actieve handelspolitiek, die ons land de laatste jaren heeft gevoerd. Spr. kon tot zijn genoegen vaststellen, dat het mechanisme, dat de regeering ge schapen heeft om de zelfverordening van het bedrijfsleven te bevorderen, op gang komt. Intusschen komt het hem toch voor, dat men verkeerd zou doen met de ordening te vereenzelvigen met de toepassing van de diverse wetten. In de eerste plaats gaat van het geheele „ordenings-arsenaal" een preventieve werking uit, waardoor samen werking tusschen ondernemers bevorderd wordt zonder dat het tot toepassing van de wet behoeft te komen. Het best zou zijn, indien deze wetten in het geheel niet toe gepast behoefden te worden. Hoewel onze vereeniging steeds heeft ge tracht leiding te geven en de evolutie een paar stappen vóór te blijven, wil dat niet zeggen, dat ieder overheids-ingrljpen toe gejuicht wordt, en dat wij ons gelukkiger zullen voelen, naarmate het leven meer aan banden gelegd wordt. Zoo kan spr. maar weinig bewondering voelen voor het wetsontwerp tot coördina tie van het goederenvervoer, dat dezen zomer is ingediend. Dit wetsontwerp is voor ons absoluut onaanvaardbaar. Door bescherming van de binnenland sche productie, gepaard gaande met geor dende concurrentieverhoudingen, zoowel voor ondernemers als voor arbeiders, zal het streven der regeering moeten zijn, de binnenlandsche welvaart en koopkracht te doen toenemen en daardoor de werkloos heid op indirecte wijze te liquideeren. Zoo lang dit proces nog niet voldoende is door gewerkt, zal de overheid er niet aan kun nen ontkomen de werkloosheid recht streeks te bestrijden door het krachtig ter hand nemen van werkverschaffing door de uitvoering van openbare werken. Spr. juicht het plan-Westhoff dan ook toe. De overheidsfinanciën. Na de inkomstenbronnen waarover het Rijk beschikt te hebben bekeken, kwam spr. tot de conclusie, dat de eenige moge lijkheid om het Rijk aan ruimere middelen te helpen, ligt in het opvoeren van de In komsten der publieke lichamen. Ook dit kan op verschillende wijzen ge schieden: door de belastingschroef vaster aan te draaien öf door opvoering van het nationale inkomen, waarbij de belastingen bij denzelfden heffingsvoet óók rijkelijker gaan vloeien. De laatste weg is de juiste. De eenige weg, die ons uit financiëele impasse kan voeren, is: met alle krachten de productie op te voeren èn de voorwaarden te schep pen, waaronder deze productie rendabel is. Spr. wil niet onvermeld laten een pro bleem. dat enkele jaren gesluimerd heeft doch thans weer acuut dreigt te worden: de monetaire politiek. De primaire betee- kenis hiervan voor onze volkshuishouding is na 1936 overtuigend gebleken. Thans dreigen wij door de daling van het pond sterling op de wisselmarkt in een analoge situatie te komen als vóór de muntcorrec- tie. Wéér bestaat het gevaar, dat de gulden overgewaardeerd wordt en reeds worden klachten uit het bedrijfsleven vernomen, dat de export naar de sterlinglanden stag neert. Laat de regeering toch nauwlettend eerder heb ik er op aangedrongen en nog acht geven op deze symptomen. Reeds vraag ik mij af, of het niet gewenscht zou zijn, een vorm van parlementaire controle in het leven te roepen over het beheer van het Egalisatiefonds, ook al zou die controle slechts a posteriori en geheim zijn. Critiek op belastingplannen. Tenslotte oefende spr. critiek uit op de belastingplannen der regeering. De nieuwe inkomsten- en winstbelasting, die voor deze gelegenheid met het epithe ton „nationaal" versierd is, legt een zwa- ren last op de bevolking, die zijn weerslag zal vinden op het bedrijfsleven. Wat de inkomsten- en loonbelasting be treft, deze drukt, daar zij proportioneel en niet progressief is, het zwaarst op de lagere inkomens, op de loonen der arbeiders. Zij zal de noodzaak van loonsverhooging wel niet ineens meebrengen, maar toch nader bij voeren: een loonsverhooging, waardoor aan de ondernemingen een nieuwe last wordt opgelegd en waarbij de arbeiders niets winnen. Maar niet alleen indirect ook rechtstreeks worden de bedrijven door de loonbelasting getroffen, omdat zij voor het afhouden van de belasting „aan de bron'' weer een speciale administratie moe ten gaan voeren. Deze verzwaring van pro ductiekosten zal de rendabiliteitsgrens voor vele ondernemingen verhoogen inplaats van verlagen. Kunnen we al niet bijster ingenomen zijn met de loonbelasting: geheel afwij zend moeten wij wel staan tegenover de extra-winstbelasting van 8 pet., waarmede men de naamlooze vennootschappen wil brandschatten. Hier spelen niet alleen overwegingen van oeconomie. maar ook van billijkheid een rol. De N.V.'s leiden geen eigen leven: daar achter staan de aandeelhouders, die reeds dividend- en tantième-belasting èn inkomsten belasting betalen, die recht hebben op gelijke be handeling als hun mede-staatsburgers door deze ..nationale" belasting en zich geen discriminatie behoeven te laten welgeval len. Oeconomisch is deze heffing evenzeer te veroordeelen, omdat zij reserve-vorming der N.V.'s in gevaar brengt. roepen mannen aan tafel ANTON HUNINK - HOFLEVERANCIER - DEVENTER 4994 (Ingez. Med.) Een verslaggever van Havas heeft den Lithauschen minister van buitenlandsche zaken. Urbsys. gevraagd, hoe hij de toe komstige ontwikkeling in het Memelgebied zag. Urbsys antwoordde, dat hij hoopte, dat de aangelegenheid geregeld zou kunnen worden in het kader van het bestaan de statuut, eenigermate aangevuld door een snelle en doelmatige wijze van in terpretatie, waarbij voor de Duitsche meening plaats zou zijn. Duitschland heeft het vraagstuk trouwens nooit an ders gesteld: het blijft eischen, dat het statuut volledig wordt toegepast. Daar tegen verzet ook Lithauen zich in het geheel niet. en als zich meeningsver- schillen hebben voorgedaan, kwamen die voort uit een verschil in interpre tatie. Lithauen, aldus de minister, is volkomen bereid zich aan te sluiten bij de Duitsche interpretatie van verschillende punten. De Lithausche regeering heeft er bovendien altijd naar gestreefd, zoo vriendschappelijk mogelijke betrekkingen met Duitschland te onderhouden, zoowel op economisch als op ander gebied. De verslaggever stelde daarop de vraag, hoe de Lithausche regeering dacht tc kun nen verhinderen, dat de Duitsche bevol king aanhechting bij Duitschland zou eischen. De minister zeiöe daarop: „In het Me melgebied wonen niet alleen Duitschers. Ik geloof niet. dat men eenstemmig terug keer tot Duitschland wenscht. Minstens de helft van de bevolking is Lithausch. Men moet echter rekening houden met de mogelijkheid, dat de tegenwoordige leiders der Duitsche partij een separa tistische beweging in het leven roepen. Een dergelijke beweging nu zou door de Lithausche regeering slechts be schouwd kunnen worden als een mid del voor een actie, gericht tegen de territoriale onschendbaarheid van Li thauen. In dat geval zou Lithauen zich naar mogelijkheid verdedigen. Dan zou het recht op leven en bestaan van kleine staten in het spel komen". Maar. aldus vroeg de verslaggever, als de kwestie van terugkeer tot Duitschland in een of anderen vorm gesteld zal worden, welke houding zal de regeering van Li thauen dan aannemen? De middelen, waarvan de regeering zich dan zou kunnen bedienen zouden, zoo ant woordde de minister, afhankelijk zijn van den toestand, dien men onder de oogen zou moeten zien. Bij de verkiezingen voor den landdag van Memel zijn blijkens een voorloopig bekend gemaakten uitslag uitgebracht op de lijst der Memel-Duitschers 1.613.737 stemmen, op de Lithausche lijsten 256.209 stemmen. Op de lijst der Duitschers zijn in het ge heel 86.3 der stemmen uitgebracht. Het kaartje geeft het Memelgebied weer, hetwelk door het verdrag van Versailles in 1919 van Oost-Pruisen gescheiden werd. Dit gebied werd bij Lithauen gevoegd als auto nome staat en valt onder een Memelsta tuut, door Frankrijk, Engeland en Italië onderteekend. Het gebied, dat 2417 vierk. kilometer groot is, telt 2.144 000 inwoners. De nieuwe autonome Landdag helt tot aansluiting bij Duitschland over. Leider der Memel Duitschers, dr. Neumann proclameerde dat het Memelgebied weer vrij moet worden. Op het oogenblik laat Berlijn het initiatief aan de Duitschers t« Memel over. Op het kaartje zijn de plaatsen der stern- districten aangegeven. Het inzetkaartje geeft het Duitsche rijk weer, met waar het Memelgebied gelegen is. EEN COMITÉ OPGERICHT. In Utrecht vergaderde een groep perso nen van verschillende godsdienstige en DOlitieke richting uit alle deelen van het land Het resultaat der bespreking was de oprichting van een comité, dat leiding wil geven aan een algemeene voorlichting van ons volk inzake de z. 1. toenemende geva ren van den z.g. economischen dictatuur. De twee volgende grondbeginselen werden daarbij vastgesteld: Ten eerste: onder economischen dicta tuur wordt verstaan de heerschappij van die instellingen, welke, wegens hare mono polistische en met het algemeen belang geen rekening houdende organisatie en werkwijze, een bedreiging vormen, zoowel voor dc hoogheid van het staatsgezag als voor de economische zelfstandigheid van steeds meer maatschappelijke groepen en enkelingen. Ten tweede: de actie wordt gevoerd op grondslag van de principieele gedachte, vervat in eer. geschrift: „Een poliep in de vaderlandsche trek vaarten" (naar de dictatuur van het kapi talisme?) Het comité bestaat voorloopig uit de vol gende heeren: Ir. Bemelmans, dir. Limb. land- en tuinbouwbond Roermond, Th. J. Bongers, voorz. aartsdiocesane werkgevers vereeniging. Ulft (Gld.i. ds. Anton Brou wer. Ned. Herv. predikant. Engelen (N.Br.i. dr. A. Cornelissen, Nijmegen, dr. P. A. v. d. Dungen. lid van de Prov Staten van Gel derland (Nijmegen), J. L B Keurschot, lid van Ged. Staten van Gelderland (Arn hem, G. van Koevorden, lid van Ged. Sta ten van Gelderland, oud-lid van den Twee de Kamer Buren (Gld.i. J. A. Koops, voorz. Kath. Limb Middenstandsbond, Venlo, mr. H. P Marchant, oud-minister. Scheveningen. E Z. Oldenbanning, voorz. Nat. bond Landbouw en Maatschappij. De De Wijk (Dr.), G. J. Ruiter, pres.-co--m. der N.V. Agrarische pers. Knijpe (Fr ds. J R. J. Schut. Ned. Herv. predikant, Zweelo (Dr.). Het wordt uitgebreid met nog meer per sonen. verschillende groepen vertegen woordigende. om aldus, met eerbiediging van ae zelfstandigheid en eigen actie der verbonden organisaties, tot een zoo k"?d mogelijke samenw-king ad hoe te kr "i. Verschillende grecte organisaties, v zich in beginsel bereid verklaarden de actie te steunen, hadden nog geen gele genheid de kwestie in haar organen en besturen te bespreken en konden daa-om nog geen vertegenwoordiger aanwijzen. Opgericht wordt een bureau waaraan verbonden is een juridische en een s"ciaal economische afdeeling Besloten werd becin Januari te Utrecht een vergadering te ho,.>',''n nvt "tvfn, uit verschillende plaatsen des lands .(- einde overal steunpunten te vormen voor de landelijke actie.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 9