LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad IJjie Jaargang FEUILLETON I Het Blauwe Teeken TE EGMOND AAN DEN HOEP BRANDDE HET BEKENDE HOTEL „DE DRIE EGMONDEN" TOTAAL AP. EEN FOTO VAN HET VERWOESTE GEBOUW. DE JAARLIJ KSCHE PARADE op Thanksgiving Day te New York. Een enorme Ballon in den vorm van een stier in den optocht. DE HEVIGE SNEEUWSTORM IN NEW YORK. Een half ingesneeuwde auto. Op den achtergrond Empire State Building. De roman van een ultgestootene door HUGO BETTAUER. EERSTE DEEL. Georgia, 1899. I hi^r wa®en stopte nu voor „het groote I ULs zooals nog steeds de villa's der plan- eigenaars in tegenstelling met de vu 11'te51 worden genoemd. Het fraaie, ut bepleisterde, maar slechts uit een ver- ~ePing bestaande gebouw maakte een ooolschen indruk. Een breed en langge- e« terras, de zoogenaamde porch", ge- ,'J8cn door slanke zuilen strekte zich jbte het geheele voorfront uit. Van dit «tas kwam men door een vestibule ln J* ruime, koele hall, waaromheen de ionver trek ken, de eetkamer, de biblio- en verschillende kleinere vertrekken plhMpeerd lagen. Een donkerbruin ge- Sta me' zware loopers belegde trap I "e naar de slaap-, logeer- en bad- «bierj op de verdieping, terwijl achter in tuin een paar treden toegang gaven de keuken en de vertrekken van het I 'fknstPersoneel. Al deze landhuizen ln de 1 i» itle Wreenigde Staten zijn vrijwel op '-«elfde wijze gebouwd en ingedeeld en "'"'geeren slechts door het materiaal, waaruit zij zijn opgetrokken en door hun omvang. Het „Groote Huis" van Kolonel Whilcox echter vormde Inderdaad een vorstelijk be zit, degelijk en eenvoudig van buiten, luxueus en comfortabel van binnen. Miss Harriett Whilcox, de dochter van den katoenplanter die sinds jaren weduw naar was, ontving de heeren op het terras. Een elegante verschijning, de typische „American beauty" uit de betere kringen, groot, slank en uiterlijk goed verzorgd met alle finesses van de toiletkunst. Het avond toilet, dat zij droeg was chic en toch eenvoudig, maar naar Europeesehen smaak waren het kastanjebruine haar, de kleine ooren en de lange, smalle vingers wat al ie veel met paarlen en diamanten versierd. Een beeld, dacht Zeiler, maar een beeld zonder genade. En hij voelde, dat achter dit sneeuwwitte, bijna ie hooge voorhoofd heel wat eigenzinnigheid en tyrannie ver borgen moesten zijn, weike den Amerikaan zelfs tot den or.derdanigen dienaar van zijn dochter maken. Mijn vader heeft me veel van u ver teld en het verheugt me daarom bijzonder u ook eens persoonlijk te leeren kennen. Maar papa heeft waarlijk geen vertelta lent, want hij heeft u totaal verkeerd be schreven. Ik had gedacht een eerbiedwaar- digen Duitschen professor met een langen baard en een bril als mijn gast te zullen mogen begroeten, zoo'n verstrooiden geleer de, die overal zijn parapluie laat staan en in plaats daarvan enfin, ik wil u geen compliment maken. Miss Whilcox, uw vader heeft mij van u bijna niets verteld, maar ik vermoedde reeds hier in het Ziiiden van de Vereenig de Staten de typische representante van het vrouwelijke schoon te zullen aantref fen en ik ben in mijn verwachtingen waar lijk niet teleurgesteld! O, wat kunt u iemand op galante wijze het hof maken, professor, lachte ze Na deze korte bezoeklngsceremonie begaf Zeiler zich naar de hem aangewezen ka mer, nam snel een koud bad, dat elk spoor van vermoeidheid verdreef, kleedde zich, volgens de Amerikaansche gewoonte, welke in het Zuiden nog strenger gehandhaafd werd dan in de Noordelijke staten, in full dress en liet zich door een zwarten be diende naar de eetzaal leiden. Laat op den avond leunde de Duitsche botanicus nog uit het raam om met een, van wijn zwaar hoofd de milde, zoele lente lucht in te ademen. De vele indrukken der laatste weken trokken aan hem voorbij en zijn gedachten bleven bij miss Harriett Whilcox hangen, die bij het afscheid haar hand secondenlang in de zijne had laten rusten en hem daarbij uit haar grijze, iri- seerende oogen zoo zeldzaam doordringend had aangezien. Rudolf Zeiler, die van de geheimen en afgronden der Amerikaansche flirt nog geen flauw idéé had, sliep onrustig en had een allerzonderlingsten droom: de knappe miss Harriett en het jonge negermeisje, dat hij onderweg ontmoet had, stonden voor hem. De eerste nam het paarlen col lier van haar hals en bood hem dit aan. maar hij greep naar een veldbloem, die de jonge kleurlinge hem toereikte. Daarop sloeg de blanke vrouw het negermeisje met den gebalden vuist in het gelaat en riep: Weg daar, jij, je bent geen mensch, je mag een blanken man niet. aankijken! En hem beet ze toe: Hoe durf je het te wa gen een zwarte aan te zien als ik er bij ben! O, jullie Europeanen zijn net zulk vee als die negers, alleen wij, Amerikanen, belichamen het menschdom. Zeiler ontwaakte, buiten straalde de zon aan een wolkenloozen hemel en lachend om zijn dwazen droom kleedde hij zich haastig aan om de beroemde planten- en fruit teelt van Kolonel Whilcox, welke hem naar het Zuiden der Vereenigde Staten had ge lokt, in oogenschouw te gaan nemen. Op een, naar het Zuiden liggende hoog te. ongeveer een halve mijl van het groote huis verwijderd, lag de zeldzame kweekerij van Kolonel Whilcox. Juist nu stonden de meeste bloemen in vollen bloei en zij boden den botanicus inderdaad een ongekend genot. Na jarenlange pogingen, met onein dige zorg en geduld was de Kolonel er in dit tropische klimaat door gebruikmaking van verschillende kunstmatige meststoffen in geslaagd planten van de meest uiteen- loopende soorten te kruisen en merk waardige producten voort te brengen, zoo dat zioh hier bloemen bevonden, die een mengsel waren van anjers en rozenplan- ten, die op een bijna manshoogen boom groeiden, lelies, zoo groot als een kinder hoofd in zeven verschillende kleuren, roode vergeetmijnietjes, groene viooltjes, zeld zaam gecompliceerde en raadselachtige slingerplanten en vruchten van groote ver scheidenheid aan een en denzelfden boom Urenlang vertoefden de beide heeren in de kweekerij; de vakkundige belangstelling van den geleerde en de blijde trots over de betoonde waardeering bij den gelukkigen eigenaar waren zoo groot, dat zij geen acht sloegen op de verzengende stralen van de reeds bijna op haar hoogste punt staande zon. Tot eindelijk de kleine Karola Samp son, het mulattenmeisje van den vorigen dag. met twee reusachtige panamahoeden kwam aandragen en deze den beiden heeren overhandigde. Miss Whilcox stuurt me ermee, daar de heeren anders zouden verbranden, zei ze lachend en er ging een fluïde van jeugd en kostelijke bevalligheid van haar uit. Terwijl de Kolonel zwijgend den hoed aannam en deze tegen zijn Schotsch- geruite pet verwisselde, dankte Zeiler glimlachend, waarbij hü met zijn hand Karola over het losse, slechts met een rood lint bijeen gehouden, blauwzwarte haar streelde, hij bemerkte tot zijn verrassing, dat dit in het geheel niet stug. maar inte gendeel zoo zacht als zijde aanvoelde. Verschrikt staarde Karola hem uit haar groote, begrijpende kinderoogen aan en met een ernstigen blik op den Kolonel, die echter met een schaar aan een of anderen struik bezig was. zei ze: Mister moet zwarte Karola niet liefkoozen. Als Miss Whilcox dat zag. zou ze heel boos zijn en mister zeker geen hand meer geven En daarop vervolgde ze. maar nu op zachten, bezorgden toon: Mister ma? niet in de zon blijven, is al heelemaal rocd in het ge zicht. kolonel is de zon van Georgia ge wend, maar mister komt uit een land. waar geen zon is, dan moet hij oppassen! Op dit oogenblik richtte de Kolonel zich op om zich tot zijn gast te wenden en Karola maakte zich met groote sprongen uit de voeten. Zeiler ging zwijgend ir~t den Kolonel naar huis, maar plotseling zei hij: Eigenlijk een volmaak'e schoonheid, dat meisje! Wat zou daarvan hier wel terecht komen? (Nadruk verboden). (Wordt vervolgd). DE LOGGER KATWIJK 169, DIE 0I> DE NOORDZEE MET MAGHINESCHADE HULPELOOS RONDDREEF, WERD DOOR EEN SLEEPBOOT DE HAVEN VAN IJMUIDEN BINNEN GESLEEPT. DE LOGGER GESLEEPT DOOR DE „STENTOR" ARRIVEERT IN VEILIGE HAVEN. 200 DUITSCHE JOODSCUE KINDEREN zijn gisteren te Hoek van Holland ingescheept op de Harwich-boot om ben naar Engeland te brengen. Het aan boord gaan. MISLUKTE NOODLANDING van een militair vliegtuig bij de Bilt. Persoonlijke ongelukken kwamen niet voor, maar de machine werd zwaar beschadigd. GALA-VOORSTELLING in den Stads schouwburg te Amsterdam t.g.v. het 300- jarig bestaan. In de loge v.l.n.r. burgem. de Vlugt, Prinses Juliana en Prins Bernhard. Achter de Prinses baron Baud.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 5