Waar de Vrouw belang in stelt
WOL
IEDERE DAME
Wie breit er mee?
A. N. TURKSMA
DyRoöf
LEEDSCH DAGBLAD, Donderdag 13 October 1938
Vierde Blad
No. 24094
RADOX
FIJNE GARNEERING
ook voor BONT
79sie Jaargang
Grapjes over bakken
en braden
Allerliefst jurkje voor
een jongedame
VETWORMPJES?
Silhouet 1939
wouw
kr
e
Haarlemmerstr. 171 - Tel. 1734
Hoe we van oud
nieuw maken
breimotief
steak
ree Kts
averechts
f aan de g-oede zijdeJ
v. AMERONGEN's
HOEDENMAGAZIJNEN
f. 2.95
DONKERSTEEG 1 - TEL. 706
Schepping der vrouw
Een errant in doodsnood cn een monnik,
die van den nood een deugd maakte.
Van het uitgestrekte levensgebied van
eten en drinken, bakken en braden zijn
tallooze anecdocten bekend, waarvan we
hier enkele willen vertellen:
In den tijd van Karei den Groote stond
de kookkunst op een hoogen trap van ont
wikkeling. Er zijn kasboeken van den groo-
ten keizer bewaard gebleven, waaruit
blijkt, hoeveel moeite hij zich getroostte,
de allerbeste kwaliteit wildbraad, fruit en
groenten van zijn landerijen te verkrijgen
nm zijn tafel zoo goed mogelijk te verzor
gen.
Men hechtte ook veel waarde aan het
keurig opdienen der spijzen. Zoo werden
fazanten met vergulde pooten en pronken
de pauwen opgediend.
Eens kwam het aan een feestmaal van
den Byzantijnschen keizer bijna tot een
politiek conflict, toen de Frankische gezant
in zijn onnoozelheid de doodzonde beging,
dat hij den vischschotel, die hem werd
aangereikt, omdraaide om een beter stuk
te krijgen.
De stumperd wist niet, dat dit aan het
Byzantijnsche hof op straffe des doods ver
boden was De keizer was bulten zichzelf
van verdriet, doch de wet verbood hem,
den gezant te begenadigen
„Iedere wensch van u zal ik vervullen,
ullgezonderd die om levensbehoud", zelde
hij tenslotte.
Gelukkig was de Frankische gezant niet
voor niets diplomaat „Dan wensch ik"
sprak hij eerbiedig „dat al degenen, die
mij den schotel hebben zien omdraaien,
hot licht hunner oogen zullen verliezen".
Bij navraag bleek natuurlijk, dat nie
mand de euveldaad gezien had en dus.
kon het vonnis niet aan den gezant wor
den voltrokken.
Een overlevering uit Brandenburg vertelt,
hoe het ook bij ons zoo geliefde gerecht:
erwtensoep met varkensooren eigenlijk ont
staan is.
Als uitvinder van deze soep wordt ge
noemd een zekere Diederik Kagelwild,
kcukenbroeder ln het klooster Lehnln. Deze
zag zich eens op een dag plotseling voor de
moeilijke taak geplaatst, een maaltijd aan
te richten voor keizer Karei IV, die plotse
ling, van een jachtpartij komend, het
klooster bezocht.
Goede raad was duur, want de varkens,
tlie de eenige vleeschvoorraad van het
klooster vormden, waren nog niet slacht
rijp gemest, en de abt had den monniken
streng verboden, een van deze dieren te
slachten. En toch wisten de broeders dat
de keizer van een hartig hapje hield.
Wat nu te doen? Kagelwild wist raad:
met een scherp mes onder zijn pij verbor
gen sloop hij stilletjes in den stal
De keizer was één en al lof over de erw
tensoep, die hem werd voorgezet, alleen kon
hij maar niet begrijpen, wat voor vleesch
daar toch ln dreef. En na veel gepraat
kwam de waarheid aan het licht: Kagel
wild had den varkens de ooren afgesne
den en ze in de soep gedaan.
Een groote culinaire ontdekking, want
to', dusver was men er in Brandenburg
stellig van overtuigd geweest, dat varkens
ooren niet te eten waren!
Kagelwild profiteerde zeer van deze uit
vinding. want de keizer nam hem mee
naar het hof en maakte hem achtereen
volgens tot bisschop, kanselier en aarts
bisschop. Zijn kernspreuk moet geweest
zijn: „Kap anderen de ooren af, maar houd
uw eigen stijf".
Dit allerliefste jurkje voor een meisje
van vier tot vijf jaar zal wel veel nijvere
handen aan het breien zetten. En geen
wonder, want allen hebben wij wel zoo'n
kleine favorite in onzen kring, die we graag
VOORKANT
Zó
38
Meng slechts geregeld wat Radox door Uw waste
water en binnen korten tijd zijn ze verdwenen.
Bij apothekers en erkende drogisten f 0.9b
per pak en f 0.15 per klein pakje-
1150
(Ingez. Med.)
Zijn deze ideale proporties
ook de uwe?
De kleeien komen uit Parijs, maar de
dingende voorschriften voor ons nieuwe
silhouet uit Amerika.
En die voorschriften zijn ieder jaar an
ders. Amerika is nu eenmaal het land van
de schoonheid als massa-artikel: alle
knappe meisjes lijken er op elkaar als
twee druppels water en hebben tot op een
millimeter nauwkeurig dezelfde maten.
En het is voor nietsdoende dames be
trekkelijk een klein kunstje om zich ieder
jaar eventjes het gewenschte silhouet te
veroveren, h'iet noodig om zich ln het da-
'ielijksch leven af te tobben met gymna
stiek of diëet. Neen, de Amerikaansche
doet wat ze wil en eet waar ze zin in heeft,
maar.... eens per jaar (en de herfst is
een zeer geschikte tijd hiervoor) begeeft ze
zich voor een dag of tien, misschien veer
tien. naar een z.g. „vermageringsfarm".
Het Is een soort retraite-oord, zonder
pretjes of uitgangetjes. De dagen worden
er geneel gewijd aan zware gymnastische
oefeningen, waarbij Zweedsche leeraren de
leiding hebben. De nachten zijn lang en
men slaapt er heerlijk rustig.
Het diëet Is zeer streng: vruchten en
groene groente, thee zonder suiker en melk
vormen de voornaamste bestanddeelen.
verder worden dc dames uitvoerig gemas
seerd en genieten van Turksche en andere
ingewikkelde baden.
Er zijn er. die in een dag of vijf twaalf
Pond afvallen. En de meeste hebben na
haar M
NH
aa^j
T
Jó
4.
3a
goede geefster geniet er van en wel reeds
bij voorbaat, want het is een waar genoe
gen, dit breiwerkje. Het schiet vlug op en
heeft niet veel struikelblokken, dit ter
aanmoediging van haar, die niét veel dit
goede „eeuwenoude ambacht" uitoefenen.
Wat wij noodig hebben? 200 Gr. aardbei-
roode frottézijde of frottéwol. vcorts wat
witte en blauwe zijde ol gewone zephir-
wol voor de garneering en als naalden twee
aluminium exemplaren van 2'/> m.M. dikte.
Volgens het geteekende motiefje wordt
het jurkje grootendeels gebreid; zoowel
aan de goede als aan de verkeerde zijde
komt dit neer op „drie recht, één averecht",
echter met dien verstande, dat de steken
op een dergelijke wijze boven elkaar komen
te staan, dat er over het breiwerk schuin
oploopende lijnen komein van averechte
steken op een gladden achtergrond. Bij de
eerste vier naalden moet dit even nauw
keurig aan de hand van het werkschema'tje
begonnen worden, doch verder wijst de weg
vanzelf en breien we het automatisch goed.
Voorts wordt dan nog gebruik gemaakt van
de steek „1 recht 1 averecht", dit voor pols.
boordjes en bovenstukjes van het jurkje.
Voor de voorkant van het jurkje worden
144 st. opgezet en in steek no. 1 gebreid in
steeds dezelfde breedte. Is het breiwerk 38
cm. hoog, dan worden elke derde en vierde
steek van de eerstvolgende naald te zamen-
gebreid om aan de eigenlijke wijdte van
het jurkje toe te komen. In steek no. II
(1 r. 1 av.) gaan wij dan verder en hebben
wij hierin een hoogte van 3 cm. bereikt,
dan moeten aan weerszijden van de naald
steken afgekant worden voor de armsgat
uitsnijdingen en wel eerst 4 st. tegelijk en!
daarna nog eens twee maal 2 st. Voort gaat
het dan weer, totdat de armsgatuitsnijdin
gen 5 cm. lang zijn. In het midden van het
werk worden dan 2 st. afgekant, zoodat
we verder moeten breien in twee deelen
Aan de zijde van de splitsing wordt nu
steeds aan het begin van iedere naald 1 st.
afgekant, tot het werk niet meer dan 24 st.
telt. Is het armsgat dan 13 cm. hoog, dan
kanten wij ook deze af cn gaan met de
andere helft op dezelfde wijze te werk.
De rugzijde van het jurkje geeft ons geen
enkele moeilijkheid meer. integendeel, het
breiwerk wordt vereenvoudigd, doordat wij
er geen halsuitsnijding in behoeven aan te
brengen. Is het werk 54 cm. hoog. dan wor
den dus alle steken tegelijk afgekant.
Voor de mouwtjes worden 54 st. opgezet
en eerst 6 cm. in steek n gebreid, waarna
we verder gaan in de andere steek. Echter
moet dan tevens aan beide zijden van het
werk gemeerderd worden en wel na elke
centimeter hoogte 1 steek. Is het mouwtje
28 cm. lang, gerekend vanaf het opzetsel,
dan worden aan beide zijden eerst 3 st. en
daarna nog eens twee maal 2 st. afgekant.
Aan het eind van iedere naald worden nu
vervolgens de twee laatste steken te zamen
gebreid, tot er niet meer dan 20 st. op de
naald staan. In één keer worden deze dan
alle tegelijk algekant.
Het kraagje rest ons dan nog aan brei-
eens willen verrassen. Bovendien is het I werk en hiervoor worden dan 108 st. op-
niet alleen voor het toekomstige draag- gezet, welke ln steek no. I 7 cm. hoog wor-
stertje een prettige verrassing, ook de den gebreid. Echter wordt aan beide zijden
VOOR KINDERKLEEDING in NIEUWE
SOORTEN voorradig bij
VAKKUNDIG ONDERRICHT.
WIJ GEVEN MIDZA-BONS.
1163 (Ingez. Mod.)
Bolero op een japonnetje van
een paar jaar geleden.
van het werk gedurende de eerste 3 cm. bij
elke naald 1 st. geminderd door de twee
buitenste steken samen te breiden, terwijl
in de naalden na dit gedeelte steeds 2 st.
tegelijk aan iedere zijde worden wegge
werkt. Is het kraagje 7 cm. hoog, dan kan
ten we ook de rest al.
1
.1
1..
f'
Het breiwerk is dan klaar en thans kun
nen wij alle stukjes in elkaar zetten. Boven
aan het rokje worden over de laatste 3 cJM.,
die nog in steek no. I gebreid zijn, verticale
plooitjes gevouwen, die aan de binnenzijde
vastgezet worden. Met de witte en de blauwe
wol of zijde worden nu twee rijen groote
kruissteken aangebracht, zooals de foto
aangeeft, afwisselend van kleur. Ook het
kraagrandje wordt zoo bewerkt, terwijl dit
dan tevens nog in vasten omgehaakt wordt.
Een al of niet royale zoom wordt onderaan
het rokje tegengelegd en onzichtbaar vast
gezet, terwijl de mouwtjes een modern
coquet „kopje" krijgen door de wijdte, die
we er speciaal voor ingebreid hebben. Wij
leggen het jurkje vervolgens met de ver
keerde zijde naar boven onder een vochti-
gen doek en persen het met niet te heeten
bout op; hierdoor lijkt het breiwerk nog
eens zoo mooi en ook het borduurwerk zal
beter tot zijn recht komen.
NORA HANA.
Heel vaak komt het voor. dat we nog
zoo'n „allergezelligst" jurkje in de kast
hebben hangen, dat we met zeer veel ple
zier eft lang hebben gedragen. Nu is het
echter op verscheidene plaatsen, vooral on
der de armen, versletenwe bekijken
het eens en hangen het met een zucht weer
weg.
Dit behoeft echter niet, indien we er
een bolerotje bij maken.
We kiezen dit practische jasje in afste
kenden tint, bijv. op een zwart japonnetje
een jasje in groen, rood, zwart en wit
ruitje.
Onze bolero heeft groote revers, die van
achteren doorloopen in een opstaand
boordje; de mouwtjes zijn geheel glad.
Leuk, vindt u niet?
ZONDAGVermicellisoep, Ossetong,
Witte boonen, Zure saus. Aardappelen, Ap
peltaart..
MAA1NDAG: Witte boonensoep. Varkens
karbonaden, Bieten, Aardappelen, Vruchten.
DINSDAGZuurkoolschotel, Wentel
teefjes.
WOENSDAG: Ribstuk. Savoyekool, Aard
appelen, Rijst met appelen.
DONDERDAG: Haché. Rijst, Kropsla,
Griesmeelpudding, Gestoofde abrikozen.
VRIJDAG: Gestoofde Kabeljauw. Worte
len. Aardappelen, Broodschotel
vindt DEN HOED dóe haar flatteert,
passend bij het wintertoilet, in de
groote collectie van
HAARLEMMERSTRAAT no. 145—147.
1 Chique glans vilthoedjes, in div. -
I* i«/0
modellen, alle modetinten
ZATERDAG:
kaas. Appel.
Erwtensoep, Beschuit met
VEGETARISCHE MENU'S.
1. Omelet met paddestoelenragoüt. Haver-
moutlapjes. Gesmoorde andijvie. Aardappe
len Citroenvla met biscuits
2. Groentesoep, Stamppot van aardappe
len en appelen. Rijstkoekjes.
3. Tomatensoep, Bleekselderij in een
vuurvasten schotel. Aardappelen. Zweedsche
appelschotel.
4. Tomaten gevuld met roerei, Aardappe
len. Chineesche kool, Trommelkoek met
stroopsaus.
Origin. Engclsche Chapelleries
Dc laagste prijzen, de grootste keuze,
Is reeds 40 jaar onze leuze 1
1:1/73 (Ingez. MedJ
van verlichting weer aan het dineeren en
aan het luieren gaan.
De maten voor onze hieuwe silhouet vol
gen hier:
Hoofdomtrek 54 e.M.; omtrek hals 38 c.M.
48; buste 85 c.M.: bovenarm 24 c.M. 13;
taille 60 c.M., heupen 85 c.M.; polsen 15
c.M.; dijen 49 C.M. 53; kuiten 34 c.M. 29:
enkels 20 c.m. 32.
Deze nieuwe silhouet is Inderdaad be
koorlijk; geen overdreven magerheid meer.
zooals in de na-oorlogsche periode, geen
y- - „mannelijke" gestalte, maar een soepel,
voor iqÏquv5 dVl °°k, d€ ldeale. Pr°P°ru®? gespierd lenig figuur. P
voor 1939 bereikt en kunnen met een zuchtBeantwoordt u ook aan dit ideaal?
RECEPTEN.
Appeltaart.
(Eenvoudig recept voor een springvorm
2022 cJil. middellijn).
Benoodigdheden200 igr. bloem. 150 gr.
boter. 80 gr. basterdsuker, 1 ei, 4 zure ap
pelen, plm. 80 gr. suiker. 2 theelepels ka
neel, zout.
Bereiding: De bloem met iets zout in een
kom doen, de boter toevoegen en deze in
kleine stukjes snijden. De basterdsuiker en
de grootste helft van het losgeklopte ei toe
voegen en met de hand doorkneden tot men
een soepelen bal heeft. Deze 1 uur weg
zetten om op te stijven. In dien tijd de ap
pelen schillen, wasschen en in dunne schijf
jes snijden. Den springvorm met boter be
smeren. Het deeg uitrollen op een met
bloem bestrooide tafel tot plm. Vt c.M. dikte.
Den bodem en den rand van den vorm er
mee bedekken, maar nog een stuk deeg
achterhouden voor garneering. Den vorm
met de vruchten vullen, de suiker en kaneel
er tusschen strooien. Den bovenkant gar-
neeren met smalle reeojes deeg, die kruis
lings over elkaar gelegd worden. Deze be
strijken met het restje ei en de taart in een
tamelijk warmen oven gaar bakken in 3/4
a 1 uur. Voldoende onderwarmte geven,
zoodat. de taart van onderen goed gaar
wordt. Na bekoeling voorzichtig uit den
vorm nemen.
Hachc
(eenvoudig recept).
water, zoodat ze niet te zout is of 'h L.
water en 2 bouillonblokjes. 1 groote ul,
peperkorrel, kruidnagel, laurierblad, dX
azijn, 40 gr. boter of vet van jus, 40 gr.
bloem.
Bereiding: Het vleesch in niet te kleine
stukjes snijden. De ul snipperen en ln de
boter of het vet bruin bakken. De jus, de
kruiden en het vleesch toevoegen, ook de
azijn en alles zachtjes laten koken tot het
vleesch geheel zacht is, plm. >/i uur.
De kruiden verwijderen en het vocht bin
den met de aangemengde bloem.
Haché met bruine saus.
Benoodigdheden: 4 ons malsch, zacht
rundvleesch, '/i L. magere jus, 1 groote ui,
40 gr. boter of vet, 50 gr. bloem, peper,
soya, '/t dX. azijn.
Bereiding: Het vleesch in nette, niet te
kleine stukjes snijden.
De ui in groote stukken snijden met de
boter en de bloem in de pan doen, en
steeds roerende bloem en uien bruin bak
ken. De verdunde jus er langzaam bijgieten,
de saus goed door laten koken en zeven
door een metalen zeef. De saus op smaak
en kleur afmaken met soya, zout, peper en
azijn en het vleesch er even in warmere
Op doen in een riistrand.
Haché geven met roode kool of bieten.
Bleekselderij in een vuurvasten
schotel.
Benoodigdheden2 groote struiken bleek
selderij. 40 gr. boter, zout, paneermeel.
Bereiding: De selderij schoonmaken door
de bladeren te verwijderen en de stelen
goed af te schrappen of te schillen. Vooze
stukken niet gebruiken. De stelen in stukjes
1172
(Ingez. Med.)
Een sage uit het oude Indië.
Een oude Indische sage vertelt:
In het begin der tijden schiep Twashtri
de wereld met al wat daarop leeft. Toen
hij echter de vrouw wilde scheppen, zag hij.
dat hij bii de schepping van den man al
het beschikbare materiaal had verbruikt.
Er was geen enkele degelijke stof meer
overgebleven. Diep bedrukt verzonk
Twashtri in gepeins. Toen hij genoeg na
gedacht had. ging hij als volgt te werk:
Hij nam de ronding van de maan. da
golvende lijn van de slang, het gewirwar
der lianen, het sidderen van het gras, de
slankheid van het riet. het fluweelachtige
der bloemen en de teerheid der jonge
blaadjes, den blik van de ree, de uitgela
ten vroolljkheid van den zonnestraal, de
tranen der wolken, de veranderlijkheid van
den wind, de vreesachtigheid van den haas,
de iidelheid van den pauw. de zachtheid van
het dons dat den hals der jonge muschjes
dekt. de hardheid van den diamant, de
zoetheid van honing, de wreedheid van den
tijger, de warmte van het vuur en de koude
van de sneeuw, het gebabbel van den pape.
gaai en het gekir van de tortelduif. Hii
mengde al deze dingen dooreen en schiep
de vrouw. En toen gaf hij haar aan den man.
Acht dagen later kwam de man tot
Twashtri en sprak: „Heer, het schepsel,
dat Ril mij gegeven hebt. vergiftigt mijn
leven. Het praat aan één stuk door, het
jammert om iedere kleinigheid, het is
voortdurend ziek. Ik kom u vragen, of u
snijden van plm. 6 c.M., ze opzetten met het terug wilt nemen, want ik kan er niet
zooveel water dat ze half onderstaan en mee leven".
En Twashtri nam de vrouw terug. Maar
acht dagen later kwam de man opnieuw tot
Twashtri en sprak: .Heer. mijn leven is
eenzaam, sedert ik dat schepsel heb terug
gegeven. Ik moet er maar steeds aan den
ken, hoe het voor mij danste en zong en
zout en gaar koken (1 a l'/i uur). De groen
te afgieten (het vocht bewaren voor soepl
en overdoen in een vuurvasten schotel. De
boter even bruin bakken en er over heen
gieten Een dun laagje paneermeel er over
strooien en den schotel 12 a 15 minuten in
den oven zetten bovenwarmte)hoe het met mü speelde en zich tegen mij
aanvleide".
i En Twashtri gaf den man de vrouw terug.
Selderijsoep. Drie dagen waren voorbij gegaan, toen
Twashtri den man weer zag aankomen.
Benoodigdheden: 1 L. selderijwater (aan- „Heer" sprak hil ,!k weet niet hoe het
gevuld met water of bouillon). 40 gr bloem komt, maar ik ben ervan overtuigd, dat de
(2'/i lepel) 40 gr boter (5 lepels), wat vrouw mij meCr last dan genoegen geeft.
Benoodigdheden:
j rundvlee ch (ribstuk,
llade), '/j L. magere
groene selderijblaadjes.
Bereiding: De boter laten smelten, de
bloem toevoegen en dit papje even goed
verwarmen. He* selderij water er langzaam
bijschenken. de soep door laten koken en
ons overgebleven afmaken met de gehakte groene selderij,
runderlappen rol- Gebakken dobbelsteentjes brood er bij
jus aangevuld metgeven.
Heer, ik smeek u. neem haar terug!"
Maar Twashtri riep uit: Ga weg man!
Knap nu zelf ie zaken maar od!
De man zuchtte: „Ik kan niet met haar
leven".
Maar Twashtri zei: ..Zonder haar nog veel
minder".
En zoo is het sindsdien gebleven.