Défilé van den Bijz. Vriju). Landstorm Jean Batten op Ypenburg
79sie Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blal
SI MARGAGA
FEUILLETON
Een avontuurlijk verhaal uit de
binnenlanden van Sumatra's Oostkust.
door GERT HARTENAU—THIEL.
30)
Ik meende deze gunstige gelegenheid
Wet ongebruikt te mogen laten voorbij
Baan. „Tarimo", zei Ik, nu op wat vriende
lijker toon, „hoe lang kan het nog duren,
Jat je zult moeten boeten voor je daden?
De politie is je op het spoor en ik vermag
!e niet te beschermen, ik kan het niet
weer. zoodra je in mijn macht bent. Want
tenslotte, Tarimo, moet ook ik de wet ge
hoorzamen, precies zooals elk burger en
tooals jij het ook behoorde te doen. Het
tou me werkelijk spijten, Tarimo, als het
wover met je zou komen. Ik voel en ik
'eet, dat je tot betere dingen Instaat bent,
dat je, gezegend door den profeet, nuttig
'erk zoudt kunnen verriohten en een
alleszins bruikbaar mensch zoudt kunnen
worden. Nog is het niet te laat, Tarimo!
Nog ben je niet mijn gevangene. Mijn sol
daten hebben je nog niet gevonden, en nóg
je gaan, waar je wilt! Vlucht!"
Een oogenblik stond hij in tweestrijd,
"lijkbaar ten prooi aan een hevige opwin-
hing, welke het hem niet gemakkelijk
waakte tot een besluit te komen. Zijn
"ogen dwaalden door het kleine vertrek en
Wet een gebaar, alsof de afwezigheid van
hen Maleischen knaap hem plotseling op
viel, schreeuwde hij: „Waar is Batta!?"
Ik zweeg.
„Toean commandant", fluisterde hij
heesch, „waar is Batta?"
Batta?" herhaalde ik schouderopha
lend. „Die knaap is verstandiger dan jij,
Tarimo. Hij heeft bemerkt, dat er gevaar
dreigt en is er tijdig tusschen uit getrok
ken."
„Er tusschen uit getrokken?!" Radeloos,
bijna wanhopend keek hl) mij aan. „Oh!"
Ik wees naar buiten. „Ja en die daar,
die helden zullen je ook In den steek laten
als de nood aan den man komt. Erger nog,
Tarimo: zij zullen er niet voor terugdein
zen je te verraden, als zftj daarmee hun
eigen hoofd kunnen redden!"
Hij knikte, totaal verslagen. Ja! Dat
zullen zij! Zij zullen mij allen verra
den!" Klein en deemoedig liet hij zich
plotseling aan mijn voeten vallen en als
om erbarmen smeekend, kuste hij mijn
hand Van den onverschrokken bende-aan
voerder, die voor kort nog de geheele wereld
getart had, was nu niets meer te bespeu
ren. Zijn verootmoedigende houding duur
de echter slechts kort. Want plotseling
sprong hij vastberaden overeind en nadat
hij zijn wapens in zijn gordel had gesto
ken. groette hij mij met gekruiste armen
dankbaar en met de typische onderdanig
heid van den Oosterling.
Even nog dwaalde zijn blik als afscheid
nemend van het „hol van den tijger" door
het vertrek, dan gleed hij naar buiten, in
de jungle, in de reddende armen van het
oerwoud.
En achter hem ruischten en fluisterden
de oude boomen, zoemden de zwermen
vliegen en muskieten, krljschten en
schreeuwden de apen en papegaaien en
zongen en tjilpten de ontelbare vogels in
het eeuwig zwijgende bosch.
XVH.
Ik stond nog lang op dezelfde plaats,
staarde hem na en voelde mij ten prooi
aan de meest tegenstrijdige gevoelens. Er
was iets, wat me niet bevredigde. Ik was
het er niet met mezelf over eens of ik er
wel goed aan had gedaan dezen man aan
den strafrechter te onttrekken. Natuurlijk
verheugde lk me eenerzijds over zijn Ted
ding; er was reden om te verwachten, dat
het goede in hem in een andere omgeving
zijn medemenschen tot zegen zou kunnen
strekken, maar gaf mij dat het recht
hem tot de vlucht over te halen?
Als ik mij nu toch eens in den man ver
gist bleek te hebben, als hij zich nu eens
onweerstaanbaar tot zijn tijgerrol aange
trokken zou blijken te gevoelen en de be
koring van het vrije bandietenleven ster
ker zou blijken te zijn dan alle goede voor
nemens? Welnu, zoo troostte ik ten
slotte mijzelf, dan heeft hij de helpende
hand van Allah niet erkend en is hij zijn
plaats in de samenleving niet waard. Dan
zal zijn gerechte straf hem ook zonder mijn
medewerking niet gaan.
En zijn trawanten? Het was walgelijk
om aan te zien, zooals die kerels daarbui
ten op den grond lagen. Ruwe grappen,
schimpscheuten en vloeken klonken door
elkaar. Sommigen speelden kaart of dob
belden om geld, dat zij door roof en mis
schien ook door moord bijeen hadden ge
gaard. Anderen lagen snurkend van genot,
languit op den grond, gaapten hoorbaar en
rekten hun ledematen. Weer anderen be
twistten elkaar een gebraden kip, die zij
met hun zwarte handen aan stukken
scheurden om zich daarna met alle tien
vingers als dieren den mond vol te stop
pen. Het was een verheffend gezicht!
Er was geen enkele onder hen, die ook
maar een greintje consideratie verdiende.
Al deze halve wilden waren, zonder uit
zondering, rijp voor de galg. Waarlijk,
men zou de wereld slechts een dienst be
wijzen door haar van deze bandieten te
be vrij den.
Een van de kerels het was dezelfde,
die kort tevoren met Tarimo een woorden
wisseling had gehad stond nu traag van
den grond op en waggelde naar de hut,
waar ik nog steeds in de deuropening stond.
„Toean commandant", vroeg hij grijn
zend, „is Tarimo binnen?"
Ik schudde het hoofd. „Neen, Tarimo is
het bosch ingegaan".
Hij grinnikte tevreden, wrong zich langs
mij heen en liet zich lui op een stoel vallen
„Tarimo is een stinkende rat!" begon hij
zonder eenige mleiding, blijkbaar in een
behoefte zijn gemoed te luchten. „De beste
brokken houdt hij voor zichzelf en ik moet
maar zien, waar ik blijf".
„Wie ben jij, vriend?" vroeg ik geërgerd,
want de man maakte in alle opzichten
een weerzinwekkenden indruk. „Is dat hier
gewoonte om op den aanvoerder te schel
den. als hij er zelf niet bij is?"
Hij keek mij even giftig aan en ant
woordde: „Jij niet weten, wie ik ben? Ik
ben de onderaanvoerder, Bawuto. Prent
dien naam maar goed in je geheugen, ge-
ttienge heer. want ik ben het, die je mijn
kris in het lijf wilde stooten. Alleen aan
Tarimo, dien pad, heb je het te danken,
dat je de zon nog ziet".
„Het is me een bijzonder genoegen met
je kennis te maken, Bawuto", lachte ik
spottend. Maar zonder hierop te reageeren,
vervolgde hij,.En als Tarimo weg is, dan
is Bawuto aanvoerder en jij, de comman
dant van den oppas, bent dan mijn Ba-
wuto's gevangenen! Saja! Ik, Bawuto, be
slis dan, wat er met je gebeurt", Hij
trok een dolk uit zijn gordel en stootte de
punt, gemeen lachend, in het blad van de
tafel. Teneinde den bandiet niet onnoodig
te prikkelen, zweeg ik, maar voor alle ze
kerheid tastte ik even heimelijk naar de
wapens onder mijn kleeding.
Met een spottende grijns ging hij voort:
„Zie je dien mooien dolk hier, toean com
mandant? Hij, wien hij heeft toebehoort,
is er mee gedood. De punt van dit kos
telijk wapen steekt diep in het hout en de
mooie greep schommelt heen en weer, als
het blad van een palm in den storm.
Zou Je willen, dat ik dat spelletje eens met
jou probeer?"
Hoewel het bloed me naar het hoofd
steeg, wist ik me te beheerschen. Zwijgend
staarde ik onafgebroken naar buiten.
De bandiet lachte wreed. „Kom blanke
man. jij Jij moet de tafel zijn voor deze
kris! Alleen de punt wil ik in je borst ste
ken, precies zooals in de tafel en dan zal de
greep heen en weer zwiepen, heen en weer!
kijk toch eens, toean heen en weer'
Ach!" steunde hij behaaglijk, terwijl hij
het mes opnieuw in beweging bracht.
(Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).
DOOR EEN DEFEGT AAN DE STUURINRICHTING
reed een autobus bij de Veenhuizerbrug in de ringvaart van de Heer
Hugowaard. Persoonlijke ongelukken vonden niet plaats.
OP MET EMPLACEMENT VAN HET CENTRAAL STATION TE
AMSTERDAM kwam een electrische trein in botsing met een goede
rentrein, toen beide achteruitreden. Er werd alleen materieele schade
aangericht.
ZATERDAGMIDDAG WERDEN DOOR H.M. DE KONINGIN OP HET
PALEIS HUIS TEN BOSCH ONTVANGEN de Ridders van de Mili
taire Willemsorde. Bij het verlaten van het Paleis.
HET DEFILé VAN DEN I1IJZONDERE.N VR1JW1LIJGEN
LANDSTORM, voor H. M. de Koningin De Koningin
op de trappen van het Paleis Huis ten Bosch. Rechts van Haar
generaal de Iongh, inspecteur van den Vrijw. Landstorm
DE BEKENDE AUSTRALISCHE A VIATRICE JEAN BATTEN arri
veerde gisteren met haar Percival Gul 1-toestel op Ypenburg. Jean Batten
wandelt naar het restaurant van het vliegveld.
DE WERELDKAMPIOENSCHAPPEN WIELRENNEN
in het Olympisch Stadion te Amsterdam. De wereldkampioen Arie van
Vliet krijgt de kampioenstrui aan.
DE VOETBAL ROLT WEER. Het voetbalseizoen is in
gezet met het jaarlijksche Arol-bekertournooi te Amster
dam. Spannend moment voor het H.B.S.-doel in den strijd
D.W.S.—H.B.S.
DE WERELDKAMPIOENSCHAPPEN WIELRENNEN.
Jef van de Vijver, voor de tweede achtereenvolgende maal
wereldkampioen der amateurs.
12J JAAR GELEDEN RUKTEN DE KOZAKKEN AM-
STERDAM BINNEN EN WAREN DE FRANSCHEN VER-
DREVEN. Nog eens werd het binnentrekken der Rus
sen in beeld gebracht. De stoet voor het Hekkepoortje.