LAATSTE BERICHTEN
LEID5CH DAGBLAD - Eerste Blad
Woensdag 27 Juli 1938
Chamberlain over Engeland's
politiek
De strijd in Spanje
De strijd in het
Verre Oosten
Behoud van den vrede zonder opoffering
van vitale belangen
BURGERLIJKE STAND
VAN LEIDEN
Binnenland
TSJECHO-SLO W A KI JE.
Het nationaliteiten-statuut.
Het met de regeering in nauwe betrek
king staande Prager Tagblatt publiceert
de grondslagen van het door de regeering
opgestelde nationaliteitenstatuut. Het blad
schrijft o.m., dat de politieke ministerraad
den tekst van de taalwet en het nationali
teitenstatuut heeft goedgekeurd. Deze
tekst zal den grondslag vormen voor de
onderhandelingen met de minderheden.
Het nationaliteitenstatuut bestaat uit drie
inleidende artikelen en 13 hoofdstukken.
Het eerste inleidende artikel behelst een
principieele programmaverklaring inzake
de Tsjecho-Slowaaksche nationaliteiten
politiek. Het eerste hoofdstuk herhaalt de
reeds in de grondwet vastgelegde begin
selen inzake gelijkheid van alle staats
burgers zonder onderscheid van nationa
liteit. Het tweede hoofdstuk gaat over de
regeling der nationaliteit en de zorg voor
den nationalen vrede Het derde hoofd
stuk behandelt de strafrechtelijke bescher
ming van de nationaliteit en den nationa
len vrede Het vijfde hoofdstuk regelt de
evenredige vertegenwoordiging der natio
naliteiten in het openbare leven, het zesde
de proportionaliteit in het openbare be
drijfsleven en het zevende die in onder
wijszaken.
In de taalwet wordt het percentage voor
het gebruik van een minderhedentaal ver
laagd. De grens staat nog niet vast. Deze
wet verwijst tevens naar een „nieuwe taal
verordening".
De politie heeft in het district Duchkrov
ontdekt, dat de aanhangers van Henlein
Hakenkruis-insignes droegen, hetgeen in
Tsjecho-Slowakije streng verboden is. Alle
leden van de partij droegen op hun revers
een speld, waarin een microscopisch Ha
kenkruis was gegraveerd.
Twee ambtenaren van de Henlein-partij,
die zich schuldig hebben gemaakt aan het
uitdeelen van deze speldjes, zijn geschorst.
0
ITALIË.
De raszuivere Italiaan draagt geen boordjes
en dassen - IVeer een journalist uitgewezen
De campagne voor de oescherming van
het Itallaansche ras breidt zich voortdu
rend uit. Een hoogleeraar aan de universi
teit van Palermo, prof. Cucco. stelt de in
voering voor van- het staande Romeinsche
schrift in tegenstelling met het schuine
schrift Hij bepleit voorts den terugkeer tot
den „Romeinschen hals" vrij van iedere
belemmering door boord en das. dit ten
einde de bloedsomloop te vergemakkelijken
en o.a. de bloedsomloop in de gezichtsorga
nen. ..want Italië heeft goede oogen noodig
om zijn tanks en vliegtuigen te besturen".
De Giornale d'Italia neemt deze campagne
over.
Naar Havas uit Rome meldt, is den heer
Paul Cremona, correspondent van de
Christian science Monitor en het Wallsïreet
Journal aangezegd binnen acht dagen
Italië te verlaten wegens zijn „algemeene
houding". Cremona, die reeds 20 jaar in
Italië verblijf houdt, is vice-president van
de vereeniging van de buitenlandsche pers
in Italië. Hij is geboren op Malta. De En-
gelsche ambassade heeft stappen gedaan
te zijnen gunste, doch men weet nog niet,
of deze resultaat zullen hebben. In de krin
gen van de buitenlandsche journalisten
heeft deze uitwijzing, die twee dagen na
die van den Pool, Kleinlerer komt, groote
opschudding teweeggebracht.
Van het front.
Momenteel is de toestand aan de Ebro
weer eens zeer onoverzichtelijk. Terwijl
Barcelona meldt, dat de troepen, die de
rivier overtrokken, tot op 2 K.M. van Gan-
deS,m1"kMfM«cShrSb |Wk bezoek aan Parijs, sloot Chamberlain
De debatten in het Britsche Lagerhuis
over de buitenlandsche politiek zijn geo
pend met edn rede van den leider der libe
rale oppositie. Sinclair, welke o.rti. zeide
dat een politiek, die de dictatoren in sta,at
zou stellen hun macht te vergrooten door
vernietiging van de vrijheid over toene
mende gebieden der wereld en door hun
militaire machinerie te versterken met de
hulpbronnen van zwakkere mogendheden,
de grondslagen zelve van recht, gerechtig
de :d en internationalen goeden trouw
waarop alleen de vrede hecht gegrondvest
Kan worden zou ondermijnen. Wanneer
hun, die de rechten van anderen bedrei
gen, wordt toegestaan om de hulpbronnen
eerst van één land en vervolgens van een
tweede te overheerschen en te absorbee-
len en wanneer het brutale geweld on
weerstaanbaar blijkt, aldus Sinclair, zul
len wij op onzen beurt onvermijdelijk moe
ten kiezen tusschen onderduiken in een
oorlog tegen onzen zin of teruggebracht
worden tot onmacht, armoede en slavernij.
Wanneer wij willen, dat het ons moge
lijk is ons leven in vrede door te brengen,
moeten wij het bewustzijn der dictatoren
bevrijden van het geloof, dat de democra
tieën lafhartig zijn en moeten wij de we
reld er van overtuigen, dat. wanneer wij
zegen, dat de vrede het grootste onzer be
langen is. wij niet slechts bedoelen het
ongestoorde bezit van onze imperiale erfe
nis en het egoïsme van de verdediging on
zer nationale belangen, naar den vrede,
welke zijn grondslag vindt in recht, recht
vaardigheid en internationaal goed ver
trouwen. Wij moeten ook komen tot aan
eensluiting met hen, die den vrede en de
vrijheid liefhebben, die den oorlog hatén
en die de beginselen verdedigen tegen
barbarij en geweld.
Minister-president. Chamberlain ant
woordde op deze rede. Hij herinnerde er
aan. dat Sinclair gezegd had. dat een ieder
het eens zou zijn met het voornaamste
aoel der regeering. n.l. de vestiging en
handhaving van den vrede en de verwij
dering, voor zoo ver dit uitvoerbaar is. van
alle- oorzaken van een mogelijk conflicten
van prikkeling of grLeven vanheteene of
andere land.
Laat niemand in dit land of elders,
aldus de premier, zich ook maar voor
een oogenblik verbeelden, dat ofschoon
wij den vrede nastreven, wij bereid
zouden zijn, zelfs om der wille van
den vrede, dc Britsche eer en de Brit
sche vitale belangen op te offeren
(toejuichingen). Wij maken snel vor
deringen met ons groote bewapenings-
program en dagelijks wordt de gewa
pende kracht van dit land formida
beler.
Terwijl die geweldige macht blijft
als waarborg, die ons in staat stelt ons
zelf te verdedigen, wanneer wij wor
den aangevallen, vergeten wij niet het
feit, dat ofschoon het goed is een reus
achtige kracht te bezitten, het tyran-
niek is er gebruik van te maken.
Het bezoek aan Parijs.
Vervolgens sprekende over het konink
Chamberlain herinnerde het huis er
aan, dat- generaal Franco :iog geen ant
woord gezonden heeft ten aanzien van
het niet-lnmengingsplan. ofschoon de
autoriteiten van Burgos geantwoord heb
ben, dat zU de formule van de Britsche
regeering aanvaarden ten opzichte van
een onderzoek naar zekere gevallen, waar
in beweerd werd, dat opzettelijke aanval
len waren ondernomen op Britsche sche
pen cn cr mede accoord waren gegaan,
dat een onderzoek zou worden ingesteld,
(apolaus).
Wij overwegen thans, aldus spreker
verder, of het raadzaam is Hodgson terug
te zenden naar Spanje met instructies,
welke o.m. betrekking zullen hebben op
een gedetailleerd uitwerken van het Brit-
de Britsche regeering en uitsluitend op
treden op eigen gezag. Het zou natuurlijk
noodzakelijk zijn. dat hij zou beschikken
over alle faciliteiten en inlichtingen, op
dat hij in staat is, zijn taak ten uitvoer te
leggen".
In antwoord op een interruptie ver
klaarde Chamberlain in dit verband
nog, dat Runciman geen arbiter, maar
een onderzoeker en bemiddelaar zal
zijn, die zou trachten, zich op de hoog
te te stellen van alle feiten, terwijl de
minister-president naar aanleiding van
een opmerking van Churchill zeide,
dat hij er zich over verheugde, van de
Duitsche regeering verzekeringen te
hebben mogen ontvangen, welke kort
geleden hernieuwd zijn, betreffende
haar wensch ten aanzien van een
vreedzame oplossing.
In dit verband noemde Chamberlain het
EngelschDuitsche vlootaccöord als een
bewijs voor de mogelijkheid van volledige
overeenstemming tusschen een democrati-
schen en een totalitairen staat. „Ik zie
niet in, aldus spreker, waarom dat expe
riment niet zou herhaald worden. Bij die
vlootovereenkomst heeft Hitier een be-
sche voorstel ten aanzierTVarTdlt ondeï-
vrede mpplaus), waarvan de waarde plet
geven, die In ons ver-mogen ligt. Intussche»
moeten wij ons terugtrekken tot de ge
wone methoden der diplomatie.
Chamberlain besloot zyn redevoering
met de volgende woorden: Wij heb
ben allen het gevoel, dat dc atmosfeer
lichter geworden is en over het geheclc
vasteland is er een vermindering in
getreden in het gevoel van spanning,
dat zes maanden geleden drukkénd
was. Wij grlooven, dat de regeering
haar bijdrage heeft geleverd aan dat
lichter worden van de atmosfeer en
de vermindering der spanning. Wij
zijn voornemens daarmede voort te
gaan en wij gelooven, dat wij er ten
slotte in zullen slagen de veiligheid
en het vertrouwen terug te brengen
aan Europa.
De door de liberale oppositie ingedien
de motie, welke verlaging der credieten
voor het ministerie van buitenlandsche
zaken beoogde, en welke als uitgangspunt
diende voor het gevoerde debat, is door
het Lagerhuis met 275 tegen 128 stemmen
verworpen.
verliezen zijn teruggeslagen en practisch
over de rivier zijn teruggejaagd of vemie-
tigd.
Spoedig zal echter wel blijken, wie gelijk
heeft.
Op Tarragona hebben rechtsche vliegtui
gen bommen geworpen, waardoor 6 perso
nen zijn gedood, 25 gewond.
Nieuwe rechtsche lichtingen
opgeroepen.
De Spaansche nationalisten hebben alle
mannen van de lichting van 1928 onder de
wapenen geroepen Naar wordt gezegd
staat zulks in verband met de verwachte
geleidelijke terugtrekking van de buiten
landsche vrijwilligers.
De vrijwilligers.
De Spaansche ambassadeur. De Azcarate,
heeft op het Foreign Office het antwoord
zijner regeering op het ontwerp tot terug
trekking der vrijwilligers overhandigd. Vol
gens Spaansche kringen te Londen zouden
de gemaakte reserves niet van dien aard
zijn, dat zij het succes van het plan zouden
belemmeren. De reserves zouden van „con
structieven" aard zijn.
De minister van buitenlandsche zaken.
Alvarez Delvayo, heeft een bijzonderen
correspondent van Havas medegedeeld, dat
het antwoord der Barcelona-regeering is
opgesteld in een geest van internationale
verzoening. Hoewel het plan, aldus Delvayo
op enkele punten onrechtvaardig is voor
de Barcelonaregeering, is het aangenomen
met enkele reserves, aangezien het een
middel is, om de buitenlandsche inmenging
in den strijd te deen eindigen.
Hierdoor wordt tevens het gevaar be
perkt, dat de strijd zal leiden tot een alge-
meenen oorlog. De opwerpingen, welke ge
maakt zijn, hebben slechts ten doel het
plan des te doeltreffender te maken.
GEBOREN:
Maria Catharina, d. van L. Verboom en C.
C. Cornell:.-- Gerrigje, d. van E. Beens en
J. Korporaal
ONDERTROUWD:
B. J. M. Bonnet jm. 28 J. en A. M. W. Hel-
mich jd. 28 j.
OVERLEDEN:
C. Verhoeven wedr 90 jr. G. uit de Bosch
hsvr. van F. Hermsen. 44 jr. G. A. dc Bolster
geh. m. S. van Loei. 49 jr. KL E. Psyen
wede 82 jr. H. Lek wdr. 66 j.
gesproken over de schitterende ontvangst,
die bereid was aan den koning en de ko
ningin. Spr. zeide zich niet te kunnen her
inneren, dat er ooit zoon eesgezindheid
geheerscht had onder alle klassen en par
tijen in Frankrijk, als aan den dag was
getreden bij die gelegenheid. Hoewel dit
ongetwijfeld voor een deel te danken is
aan de persoonlijke charme der konink
lijke gasten, was Chamberlain toch van
meening, dat men dit in groote mate
mocht toeschrijven aan het bewustzijn, dat
de beide groote democratische naties nauw
vereenigo waren door gemeenschappelijke
belangen en idealen. Deze eenheid tus
schen Frankrijk en ons. aldus Chamber
lain. is des te gelukkiger, daar algemeen
erkend wordt, dat zij niet gericht is- tegen
eenige andere natie of combinatie van na-
lies en omdat zij op zich zelf een hechten
stut voor den vrede vormt.
Die eenheid, aldus voegde spr. hier
aan toe, is versterkt cn bevestigd door
de besprekingen tusschen Lord Hali
fax en de Fransche ministers te Pa
rijs. Er hangt geen geheimzinnigheid
rond die besprekingen. Er is geen
nieuwe verbintenis en geen nieuwe
verplichting aangegaan, van geen
van beide kanten.
Er is een algemeene bespreking gevoerd
over alle zaken van gemeenschappelijk be
lang en men is gekomen tot een algemee
ne en volledige overeenstemming. Hierover
kan het Huis zeer tevreden zijn (toejui
chingen op de ministerbanken
De Spaansche kwestie.
Vervolgens over Spanje sprekende, be
treurde Chamberlain dat het conflict, dat
dagelijks Spaansche levens vernietigt en
hulpbronnen verkwist, welke zoo hoogst
noodig zijn aan het einde van den oorlog
voortduurt. Het is niet noodig eenig be
roep te doen op de regeering om gebruik
re maken van iedere gelegenheid tet be
middeling ten gunste van een wapenstil
stand of van iets anders, dat een einde
zou maken aan de militaire operaties, die
ons dagelijks treffen.
Wanneer wij in dit bijzondere oogen
Het accoord met Italië.
Wat het Britsch-Italiaansche accoord
betreft verklaarde Chamberlain: Wij heb
ben deze overeenkomst nooit beschouwd
als slechts een bilaterale regeling tusschen
Italië en ons. Toen wij de onderhandelin
gen aanvingen, deden wij dat omdat (en
wij zijn nog dezelfde meening toegedaan)
we dachten, dat een herstel van de Britsch-
Italiaansche betrekkingen tot de oude ter
men van vriendschap en vertrouwen ons
belangrijk nader zou brengen tot ons
laatste doel, n.ï. een algemeene Europee-
sche kalmeering (applaus). De regeering
was van oordeel, dat de Spaansche toe
stand een voortdurende bedreiging vormde
voor den vrede in Europa en om die reden
uit die categorie moest worden verwiiderd,
voordat de overeenkomst van kracht kon
worden. Het is niet onze schuld en het is
niet de schuld der Itallaansche regeering,
dat die vooi-waarde niet is verwezenlijkt.
De Itallaansche regeering heeft geheel aan
haar woord voldaan door de Italiaansche
troepen in Libye te verminderen, door de
anti-Britsche propaganda te stakën en
door samen te werken in het niet-inmen-
gingscomité. Chamberlain voegde hieraan
toe. dat ook Groot-Brittannië zijn ver
plichtingen ten uitvoer heeft gelegd en
stappen heeft ondernomen om te komen
tot een opheldering van de positie der
staten, leden van den Volkenbond, ten op
zichte van de Italiaansche souvereiniteit
over Abessynië.
Wij kunnen de positie niet laten
varen, die wij ingenomen hebben ten
opzichte van een regeling der Spaan
sche kwestie. Aan den anderen kant
betreuren wij ten diepste het onver
wachte uitstel en zullen wij alles
doen. wat wij bij- mogelijkheid kun
nen om een terugtrekking der bui
tenlandsche vrijwilligers uit Spanje
te vergemakkelijken, opdat dat land
niet langer een bedreiging moge vor
men voor den vrede in Europa.
Op de vraag van Attlee, of deze ver
klaring beteekende. dat een regeling in
Spanje eenvoudig een kwestie van
terugtrekking der vrijwilligers was. ver
klaarde Chamberlain, dat hij gaarne
zou willen zien wat er zou gebeuren, wan
neer de vrijwilligers teruggetrokken waren.
Wanneer de regeering dan tot de meening
kon komen, dat Spanje opgehouden had
een bedreiging te vormen voor den vrede
in Europa, dan dacht spreker, dat men dit
behoorde te beschouwen als een regeling
van de Spaansche kwestie.
altijd volledig gewaardeerd is.
Hulp aan China.
Sprekende over China zeide Chamber
lain: „Hoewel wij niet in staat geweest
zijn, een ieenlng aan China toe te staan
of te waarborgen, sluit dat niet andere
vormen van bijstand, financieel of an
derszins, uit. Er zijn verschillende voor
stellen. die niet de bezwaren tegen een
leening met zich mede brengen en die
thans bestudeerd worden door de betrok
ken departementen.
Wat de Japansche bewering betreft,
dat Japan zijn belangen in China be
schermt, zeide Chamberlain verder:
Japan moet erkennen, dat ook wij onze
belangen in China hebben en dat wij
niet terzijde kunnen blijven staan en
toezien, hoe deze worden opgeofferd
bij den gang van zaken.
De Volkenbond.
Ten opzichte van den Volkenbond be
treurde spreker het. dat geen doeltreffen
de Volkenbonds-lnterventie mogelijk is
weest. Wij kennen de oorzaak, zoo zeide
hij, wij beschouwen deze positie van den
Volkenbond als tijdelijk. Zelfs wanneer
het noodzakelijk is, dat de Volkenbond
tijdelijk afziet van het gebruiken van ge
weld, blijft er toch nog een breed terrein,
waarop zij zich nuttig kan maken. Het
komt mij voor. dat de Volkenbond zeer
goed een nieuwe positie van vertrouwen en
bijval kan opbouwen, met het resultaat,
dat wij over een zekeren tijd tot de ont
dekking kunnen komen, dat de naties, die
uit den Volkenbond getreden zijn, omdat
zij niet accoord gingen met het gebruik
van geweld, naar den Volkenbond zouden
kunnen terugkeeren en deel zouden kun
nen nemen aan dit andere werk. Wie weet,
welke andere ontwikkelingen zich zullen
kunnen voordoen, wanneer de Volkenbond
eenmaal beschouwd zal worden als meer
representatief voor de wereld in zijn ge
heel dan thans het geval is. Daaraan zul
len wij alle aanmoediging en allen steun
Weer een grensincident.
Het Japansche ministerie van buiten
landsche zaken bevestigt, dat zich op 21.
en 22 Juli een ernstig grensincident heelt
afgespeeld op 120 K.M. bezuiden Chaba-
rofsk aan de Oessoeri. Op 21 Juli werd
een tiental Mandsjoesoldaten op de rivier
aangevallen door drie sovjetrussische ka-
nonneerbooten. Waarschijnlijk werden de
Mandsjoe's ontvoerd. In het rapport over
het incident van 22 Juli wordt gezegd, dat
1500 sovjetrussische soldaten een eilandje
tegenover het dorp Hslntoeng in de Oes
soeri hebben bezet. In den loop van den
dag staken 150 man over en staken een
groot aantal huizen in de dorpen Hsln
toeng en Yaollngtse in brand.
Vijfhonderd man van de Japansch-
Mandsjoekwosche strijdmacht vielen van
drie zijden aan en verdreven de Russen In
een gevecht van vijf uur Men heeft nog
geen gegevens omtrent het aantal gesneu
velden
In de rapporten is een aantal tegen
strijdigheden merkbaar, doch het minis
terie beschikt op het oogenblik niet over
andere gegevens. Op 23 Juli is krachtig
geprotesteerd bij den sovjetrusslschen
consul te Charbin. De Japansche minister
van buitenlandsche zaken neemt een af
wachtende houding aan en weigert iets
te zeggen over den ernst van de lnclden-
ten.
Terreur in Nanking.
Volgens mededeelingen van Japansche
zijde zijn Maandag te Nanking zes bom
men geworpen door Ohineesche terroristen.
Twee bommen werden tot ontploffing ge
bracht bij het ministerie van binnenland-
sche zaken en vier bij het gemeentehuls.
Een politieman en een aantal arbeiders
werden gfewon. De Japansche politie heeft
negen verdachten gearresteerd.
Tsjecho-Slowakije.
Betreffende het Tsjecho-Slowaaksche
nationaliteiten probleem merkte Chamber
lain op. dat het, zonder een speciale stu
die, voor de menschcn in Engeland zeer
moeilijk is, tot een Juiste conclusie te ko
men ten aanzien van de verschillende
kanten in het conflict tusschen Tsjecho-
Slowakije en de Sudeten-Dultschers.
„Ook hier weer. aldus spreker, zijn wij
er ons slechts al te zeer van bewust, dat
daar al het materiaal gereed ligt voor een
verbreken van den vrede, wanneer de zaak
niet wordt behandeld met koene en met
redelijke vaardigheid. Daarom hebben wij
in overeenstemming met onze algemeene
politiek en in nauwe samenwerking met
Frankrijk alles gedaan, wat wij konden,
om een vreedzame oplossing van het ge
schil te vergemakkelijken"
Chamberlain ontkende vervolgens, dat
de regeering Tsjecho-Slowakije opgejaagd
had en voegde hieraan toe: „Onze groote
zorg was veeleer, dat de Tsjecho-Slowaak
sche regeering te haastig zou zijn met de
behandeling van den toestand, die uiter
mate delicaat is en waarbij het het wen-
schelijkste is, dat beide partijen niet in
een positie komen, waarin zij zouden vast
zitten en niet in staat zouden zijn om on
derling verder te gaan met onderhande
len. De Britsche regeering heeft er bij de
Tsjecho-Slowaaksche op aangedrongen,
haar voorstellen aan Henlein voor te leg
den, alvorens ze in het eigen parlement
;e brengen.
IVanneer eventueel een overeenkomst
over een regeling tot stand zou kun
nen komen tusschen den leider der
Sudeten-Duitschers en de Tsjecho-Slo
waaksche regeering vóórdat eenig sta
tuut aan het parlement zou zijn voor
gelegd, zou dat duidelijk de beste aller
oplossingen vormen.
Intusschen heeft de Britsche regeering
overwogen, of er niet nog een andere weg
was, waarlangs zij hulp zou kunnen ver-
leenen, om de onderhandelaars tot elkan
der te brengen en. in antwoord op een
verzoek van de Tsjecho-Slowaaksche re
geering. kwamen wij overeen, voor te stel-
ien dat een persoon met de noodige er-
blik niet tusschenbeide komen, ge- Varing en kwaliteiten een onderzoek ter
schiedt dit alleen omdat wij er van plaatse zou instellen en zou trachten om
overtuigd zijn, dat het oogenblik nog ZP° n0?d!? voorstellen te doen, ten einde
de onderhandelingen tot een goed einde
ls eekomen, waarop wij met sue- brengen. Die onderzoeker en bemidde-
ces tusschenbeide kunnen komen. laar zal natuurlijk onafhankelijk zijn van
Om het goud van de
„Lutine".
Werk van de Karimata vordert goed.
(Van een specialen verslaggever).
De gunstige weersomstandigheden zijn
oorzaak, dat het werk van de Karimata
snel vordert. Naar wij vernemen baggert de
molen voortdurend schuin over het wrak
ln de richting West-Noordwest—Oost-Zuid
oost, terwijl de ligging van het schip onge
veer Noord-Zuid ls.
Bijna een eeuw geleden ls naar aanleiding
van een onderzoek door duikers een kaart
opgemaakt van de ligging van het wrak
De uitkomst van het baggeren bewijst, dat
de situatie nog weinig veranderd is. Eerst
is men op het voorschip gestooten, waarin
zich het magazijn van den bootsman be
vindt. De vondst van stukken touw, hars
en een dieplood vormden een duidelijk be
wijs, dat men het materiaal van den boots-
man had opgehaald.
Midscheeps lagen vele zware ballast-
brooden, welke thans bij groote hoeveel
heden worden gevonden. Vannacht zijn
weer tal van deze brooden opgebaggerd.
Uit een en ander kan men afleiden, dat
de Karimata thans midscheeps van de
Lutine werkt Hieruit kan worden gecon
cludeerd, dat de kansen op het vinden van
de schatten stijgen.
Weldra zal moeten blijken wat er van
het achterschip over is. Men heeft het ver
moeden, dat alleen het bovenste deel van
het achterschip Indertijd is weggesleept
Het onderste stuk, waarin de goudstaven
zijn geborgen, is. naar men hoopt, nog
intact. Het is niet uitgesloten, dat men nog
deze week op het achterschip zal stuiten.
Met het afbaggeren van het geheele af
gebakende gedeelte zullen vermoedelijk nog
enkele weken gemoeid zijn.
IN HET ZWEMBAD VERDRONKEN.
Gisteravond ls de 21-Jarige zoon van de
familie Boers te Eefde, ln het gemeente
zwembad aan den Graaf Ottosingel t«
Zulten, vermoedelijk tengevolge van hart
verlamming, overleden en verdronken. Ben
vriend, met wien hij rich te water had be
geven, miste hem op zeker oogenblik. Deze
waarschuwde het badpersoneel. Na ruim een
half uur gelukte het aan een lid van de
Zutfensche reddingsbrigade den jongen op
te duiken. Dr. Hartsuiker kon toen slechts
den dood constateeren.
ERNSTIGE VAL.
In een steegje, naast het gebouw van de
„Hema" in de Kruisstraat te Haarlem, i«
vanmorgen een ernstig ongeval gebeurd
Twee bedienden waren bezig met het
hljschen van goederen naar den zolder Op
zeker oogenblik raakte een pakje los, dat
in de dakgoot terecht kwam.
De 21-jarige A Zwart, die op zolder
stond, besloot zich langs het hijschtouw te
laten zakken om het pakje terug te halen.
Toen hij bijna de goot had bereikt, brak
het touw, met het noodlottig gevolg, dat de
jongeman van een hoogte van dertien me
ter op straat stortte.
Met zware Inwendige kneuzingen is hij
per ziekenauto naar de Mariastichting ver
voerd, Zijn toestand is zeer ernstig.
KIND IN WECK-KETEL GEVALLEN
EN VERDRONKEN.
In het gehucht De Dijk te Asten (N.Br.)
heeft gisteren ten huize van den landbou
wer van Z. een tragisch ongeval plaats ge
had. Toen het ruim eenjarige kind even
zonder toezicht was, is het ln een met
water gevulden weck-ketel gevallen en
Jammerlijk verdronken.
Pogingen om de levensgeesten weer op te
wekken waren vergeefsch.
JAARVERGADERING ALGEMEENE
KUNSTZIJDE UNIE.
Onder voorzitterschap van den heer F.
H. Fentener van Vlissingen werd heden te
Amsterdam de jaarlijksche algemeene ver
gadering der Aku gehouden.
Vertegenwoordigd waren f. 8.890 700 aan-
deelen. recht hebbende op het uitbrengen
van 132 stemmen. Na de opening werd
eerst een uiteenzetting gegeven van de
inmiddels vereenvoudigde kaprtaalstruc-
tuur, waardoor het winstvermogen in 1937
r.iet onbelangrijk werd versterkt. Ten aan
zien van den huldigen gang van zaken
werd medegedeeld, dat die ln de eerste
helft van 1938 niet geheel naar wensch
was, doch dat vqldoende was verdiend om
de afschrijvingen te dekken.
De balans en de winst- en verliesreke
ning werden daarna met algemeene stem
men goedgekeurd De heeren F. H. Fen
tener van Vlissingen. F. Freiherr von Tim
en dr. C. Herrmann werden met algemeene
stemmen tot commissaris gekozen.
2—1