LAATSTE BERICHTEN LEID5CH DAGBLAD - Eerste Blad Woensdag 27 Juli 1938 Chamberlain over Engeland's politiek De strijd in Spanje De strijd in het Verre Oosten Behoud van den vrede zonder opoffering van vitale belangen BURGERLIJKE STAND VAN LEIDEN Binnenland TSJECHO-SLO W A KI JE. Het nationaliteiten-statuut. Het met de regeering in nauwe betrek king staande Prager Tagblatt publiceert de grondslagen van het door de regeering opgestelde nationaliteitenstatuut. Het blad schrijft o.m., dat de politieke ministerraad den tekst van de taalwet en het nationali teitenstatuut heeft goedgekeurd. Deze tekst zal den grondslag vormen voor de onderhandelingen met de minderheden. Het nationaliteitenstatuut bestaat uit drie inleidende artikelen en 13 hoofdstukken. Het eerste inleidende artikel behelst een principieele programmaverklaring inzake de Tsjecho-Slowaaksche nationaliteiten politiek. Het eerste hoofdstuk herhaalt de reeds in de grondwet vastgelegde begin selen inzake gelijkheid van alle staats burgers zonder onderscheid van nationa liteit. Het tweede hoofdstuk gaat over de regeling der nationaliteit en de zorg voor den nationalen vrede Het derde hoofd stuk behandelt de strafrechtelijke bescher ming van de nationaliteit en den nationa len vrede Het vijfde hoofdstuk regelt de evenredige vertegenwoordiging der natio naliteiten in het openbare leven, het zesde de proportionaliteit in het openbare be drijfsleven en het zevende die in onder wijszaken. In de taalwet wordt het percentage voor het gebruik van een minderhedentaal ver laagd. De grens staat nog niet vast. Deze wet verwijst tevens naar een „nieuwe taal verordening". De politie heeft in het district Duchkrov ontdekt, dat de aanhangers van Henlein Hakenkruis-insignes droegen, hetgeen in Tsjecho-Slowakije streng verboden is. Alle leden van de partij droegen op hun revers een speld, waarin een microscopisch Ha kenkruis was gegraveerd. Twee ambtenaren van de Henlein-partij, die zich schuldig hebben gemaakt aan het uitdeelen van deze speldjes, zijn geschorst. 0 ITALIË. De raszuivere Italiaan draagt geen boordjes en dassen - IVeer een journalist uitgewezen De campagne voor de oescherming van het Itallaansche ras breidt zich voortdu rend uit. Een hoogleeraar aan de universi teit van Palermo, prof. Cucco. stelt de in voering voor van- het staande Romeinsche schrift in tegenstelling met het schuine schrift Hij bepleit voorts den terugkeer tot den „Romeinschen hals" vrij van iedere belemmering door boord en das. dit ten einde de bloedsomloop te vergemakkelijken en o.a. de bloedsomloop in de gezichtsorga nen. ..want Italië heeft goede oogen noodig om zijn tanks en vliegtuigen te besturen". De Giornale d'Italia neemt deze campagne over. Naar Havas uit Rome meldt, is den heer Paul Cremona, correspondent van de Christian science Monitor en het Wallsïreet Journal aangezegd binnen acht dagen Italië te verlaten wegens zijn „algemeene houding". Cremona, die reeds 20 jaar in Italië verblijf houdt, is vice-president van de vereeniging van de buitenlandsche pers in Italië. Hij is geboren op Malta. De En- gelsche ambassade heeft stappen gedaan te zijnen gunste, doch men weet nog niet, of deze resultaat zullen hebben. In de krin gen van de buitenlandsche journalisten heeft deze uitwijzing, die twee dagen na die van den Pool, Kleinlerer komt, groote opschudding teweeggebracht. Van het front. Momenteel is de toestand aan de Ebro weer eens zeer onoverzichtelijk. Terwijl Barcelona meldt, dat de troepen, die de rivier overtrokken, tot op 2 K.M. van Gan- deS,m1"kMfM«cShrSb |Wk bezoek aan Parijs, sloot Chamberlain De debatten in het Britsche Lagerhuis over de buitenlandsche politiek zijn geo pend met edn rede van den leider der libe rale oppositie. Sinclair, welke o.rti. zeide dat een politiek, die de dictatoren in sta,at zou stellen hun macht te vergrooten door vernietiging van de vrijheid over toene mende gebieden der wereld en door hun militaire machinerie te versterken met de hulpbronnen van zwakkere mogendheden, de grondslagen zelve van recht, gerechtig de :d en internationalen goeden trouw waarop alleen de vrede hecht gegrondvest Kan worden zou ondermijnen. Wanneer hun, die de rechten van anderen bedrei gen, wordt toegestaan om de hulpbronnen eerst van één land en vervolgens van een tweede te overheerschen en te absorbee- len en wanneer het brutale geweld on weerstaanbaar blijkt, aldus Sinclair, zul len wij op onzen beurt onvermijdelijk moe ten kiezen tusschen onderduiken in een oorlog tegen onzen zin of teruggebracht worden tot onmacht, armoede en slavernij. Wanneer wij willen, dat het ons moge lijk is ons leven in vrede door te brengen, moeten wij het bewustzijn der dictatoren bevrijden van het geloof, dat de democra tieën lafhartig zijn en moeten wij de we reld er van overtuigen, dat. wanneer wij zegen, dat de vrede het grootste onzer be langen is. wij niet slechts bedoelen het ongestoorde bezit van onze imperiale erfe nis en het egoïsme van de verdediging on zer nationale belangen, naar den vrede, welke zijn grondslag vindt in recht, recht vaardigheid en internationaal goed ver trouwen. Wij moeten ook komen tot aan eensluiting met hen, die den vrede en de vrijheid liefhebben, die den oorlog hatén en die de beginselen verdedigen tegen barbarij en geweld. Minister-president. Chamberlain ant woordde op deze rede. Hij herinnerde er aan. dat Sinclair gezegd had. dat een ieder het eens zou zijn met het voornaamste aoel der regeering. n.l. de vestiging en handhaving van den vrede en de verwij dering, voor zoo ver dit uitvoerbaar is. van alle- oorzaken van een mogelijk conflicten van prikkeling of grLeven vanheteene of andere land. Laat niemand in dit land of elders, aldus de premier, zich ook maar voor een oogenblik verbeelden, dat ofschoon wij den vrede nastreven, wij bereid zouden zijn, zelfs om der wille van den vrede, dc Britsche eer en de Brit sche vitale belangen op te offeren (toejuichingen). Wij maken snel vor deringen met ons groote bewapenings- program en dagelijks wordt de gewa pende kracht van dit land formida beler. Terwijl die geweldige macht blijft als waarborg, die ons in staat stelt ons zelf te verdedigen, wanneer wij wor den aangevallen, vergeten wij niet het feit, dat ofschoon het goed is een reus achtige kracht te bezitten, het tyran- niek is er gebruik van te maken. Het bezoek aan Parijs. Vervolgens sprekende over het konink Chamberlain herinnerde het huis er aan, dat- generaal Franco :iog geen ant woord gezonden heeft ten aanzien van het niet-lnmengingsplan. ofschoon de autoriteiten van Burgos geantwoord heb ben, dat zU de formule van de Britsche regeering aanvaarden ten opzichte van een onderzoek naar zekere gevallen, waar in beweerd werd, dat opzettelijke aanval len waren ondernomen op Britsche sche pen cn cr mede accoord waren gegaan, dat een onderzoek zou worden ingesteld, (apolaus). Wij overwegen thans, aldus spreker verder, of het raadzaam is Hodgson terug te zenden naar Spanje met instructies, welke o.m. betrekking zullen hebben op een gedetailleerd uitwerken van het Brit- de Britsche regeering en uitsluitend op treden op eigen gezag. Het zou natuurlijk noodzakelijk zijn. dat hij zou beschikken over alle faciliteiten en inlichtingen, op dat hij in staat is, zijn taak ten uitvoer te leggen". In antwoord op een interruptie ver klaarde Chamberlain in dit verband nog, dat Runciman geen arbiter, maar een onderzoeker en bemiddelaar zal zijn, die zou trachten, zich op de hoog te te stellen van alle feiten, terwijl de minister-president naar aanleiding van een opmerking van Churchill zeide, dat hij er zich over verheugde, van de Duitsche regeering verzekeringen te hebben mogen ontvangen, welke kort geleden hernieuwd zijn, betreffende haar wensch ten aanzien van een vreedzame oplossing. In dit verband noemde Chamberlain het EngelschDuitsche vlootaccöord als een bewijs voor de mogelijkheid van volledige overeenstemming tusschen een democrati- schen en een totalitairen staat. „Ik zie niet in, aldus spreker, waarom dat expe riment niet zou herhaald worden. Bij die vlootovereenkomst heeft Hitier een be- sche voorstel ten aanzierTVarTdlt ondeï- vrede mpplaus), waarvan de waarde plet geven, die In ons ver-mogen ligt. Intussche» moeten wij ons terugtrekken tot de ge wone methoden der diplomatie. Chamberlain besloot zyn redevoering met de volgende woorden: Wij heb ben allen het gevoel, dat dc atmosfeer lichter geworden is en over het geheclc vasteland is er een vermindering in getreden in het gevoel van spanning, dat zes maanden geleden drukkénd was. Wij grlooven, dat de regeering haar bijdrage heeft geleverd aan dat lichter worden van de atmosfeer en de vermindering der spanning. Wij zijn voornemens daarmede voort te gaan en wij gelooven, dat wij er ten slotte in zullen slagen de veiligheid en het vertrouwen terug te brengen aan Europa. De door de liberale oppositie ingedien de motie, welke verlaging der credieten voor het ministerie van buitenlandsche zaken beoogde, en welke als uitgangspunt diende voor het gevoerde debat, is door het Lagerhuis met 275 tegen 128 stemmen verworpen. verliezen zijn teruggeslagen en practisch over de rivier zijn teruggejaagd of vemie- tigd. Spoedig zal echter wel blijken, wie gelijk heeft. Op Tarragona hebben rechtsche vliegtui gen bommen geworpen, waardoor 6 perso nen zijn gedood, 25 gewond. Nieuwe rechtsche lichtingen opgeroepen. De Spaansche nationalisten hebben alle mannen van de lichting van 1928 onder de wapenen geroepen Naar wordt gezegd staat zulks in verband met de verwachte geleidelijke terugtrekking van de buiten landsche vrijwilligers. De vrijwilligers. De Spaansche ambassadeur. De Azcarate, heeft op het Foreign Office het antwoord zijner regeering op het ontwerp tot terug trekking der vrijwilligers overhandigd. Vol gens Spaansche kringen te Londen zouden de gemaakte reserves niet van dien aard zijn, dat zij het succes van het plan zouden belemmeren. De reserves zouden van „con structieven" aard zijn. De minister van buitenlandsche zaken. Alvarez Delvayo, heeft een bijzonderen correspondent van Havas medegedeeld, dat het antwoord der Barcelona-regeering is opgesteld in een geest van internationale verzoening. Hoewel het plan, aldus Delvayo op enkele punten onrechtvaardig is voor de Barcelonaregeering, is het aangenomen met enkele reserves, aangezien het een middel is, om de buitenlandsche inmenging in den strijd te deen eindigen. Hierdoor wordt tevens het gevaar be perkt, dat de strijd zal leiden tot een alge- meenen oorlog. De opwerpingen, welke ge maakt zijn, hebben slechts ten doel het plan des te doeltreffender te maken. GEBOREN: Maria Catharina, d. van L. Verboom en C. C. Cornell:.-- Gerrigje, d. van E. Beens en J. Korporaal ONDERTROUWD: B. J. M. Bonnet jm. 28 J. en A. M. W. Hel- mich jd. 28 j. OVERLEDEN: C. Verhoeven wedr 90 jr. G. uit de Bosch hsvr. van F. Hermsen. 44 jr. G. A. dc Bolster geh. m. S. van Loei. 49 jr. KL E. Psyen wede 82 jr. H. Lek wdr. 66 j. gesproken over de schitterende ontvangst, die bereid was aan den koning en de ko ningin. Spr. zeide zich niet te kunnen her inneren, dat er ooit zoon eesgezindheid geheerscht had onder alle klassen en par tijen in Frankrijk, als aan den dag was getreden bij die gelegenheid. Hoewel dit ongetwijfeld voor een deel te danken is aan de persoonlijke charme der konink lijke gasten, was Chamberlain toch van meening, dat men dit in groote mate mocht toeschrijven aan het bewustzijn, dat de beide groote democratische naties nauw vereenigo waren door gemeenschappelijke belangen en idealen. Deze eenheid tus schen Frankrijk en ons. aldus Chamber lain. is des te gelukkiger, daar algemeen erkend wordt, dat zij niet gericht is- tegen eenige andere natie of combinatie van na- lies en omdat zij op zich zelf een hechten stut voor den vrede vormt. Die eenheid, aldus voegde spr. hier aan toe, is versterkt cn bevestigd door de besprekingen tusschen Lord Hali fax en de Fransche ministers te Pa rijs. Er hangt geen geheimzinnigheid rond die besprekingen. Er is geen nieuwe verbintenis en geen nieuwe verplichting aangegaan, van geen van beide kanten. Er is een algemeene bespreking gevoerd over alle zaken van gemeenschappelijk be lang en men is gekomen tot een algemee ne en volledige overeenstemming. Hierover kan het Huis zeer tevreden zijn (toejui chingen op de ministerbanken De Spaansche kwestie. Vervolgens over Spanje sprekende, be treurde Chamberlain dat het conflict, dat dagelijks Spaansche levens vernietigt en hulpbronnen verkwist, welke zoo hoogst noodig zijn aan het einde van den oorlog voortduurt. Het is niet noodig eenig be roep te doen op de regeering om gebruik re maken van iedere gelegenheid tet be middeling ten gunste van een wapenstil stand of van iets anders, dat een einde zou maken aan de militaire operaties, die ons dagelijks treffen. Wanneer wij in dit bijzondere oogen Het accoord met Italië. Wat het Britsch-Italiaansche accoord betreft verklaarde Chamberlain: Wij heb ben deze overeenkomst nooit beschouwd als slechts een bilaterale regeling tusschen Italië en ons. Toen wij de onderhandelin gen aanvingen, deden wij dat omdat (en wij zijn nog dezelfde meening toegedaan) we dachten, dat een herstel van de Britsch- Italiaansche betrekkingen tot de oude ter men van vriendschap en vertrouwen ons belangrijk nader zou brengen tot ons laatste doel, n.ï. een algemeene Europee- sche kalmeering (applaus). De regeering was van oordeel, dat de Spaansche toe stand een voortdurende bedreiging vormde voor den vrede in Europa en om die reden uit die categorie moest worden verwiiderd, voordat de overeenkomst van kracht kon worden. Het is niet onze schuld en het is niet de schuld der Itallaansche regeering, dat die vooi-waarde niet is verwezenlijkt. De Itallaansche regeering heeft geheel aan haar woord voldaan door de Italiaansche troepen in Libye te verminderen, door de anti-Britsche propaganda te stakën en door samen te werken in het niet-inmen- gingscomité. Chamberlain voegde hieraan toe. dat ook Groot-Brittannië zijn ver plichtingen ten uitvoer heeft gelegd en stappen heeft ondernomen om te komen tot een opheldering van de positie der staten, leden van den Volkenbond, ten op zichte van de Italiaansche souvereiniteit over Abessynië. Wij kunnen de positie niet laten varen, die wij ingenomen hebben ten opzichte van een regeling der Spaan sche kwestie. Aan den anderen kant betreuren wij ten diepste het onver wachte uitstel en zullen wij alles doen. wat wij bij- mogelijkheid kun nen om een terugtrekking der bui tenlandsche vrijwilligers uit Spanje te vergemakkelijken, opdat dat land niet langer een bedreiging moge vor men voor den vrede in Europa. Op de vraag van Attlee, of deze ver klaring beteekende. dat een regeling in Spanje eenvoudig een kwestie van terugtrekking der vrijwilligers was. ver klaarde Chamberlain, dat hij gaarne zou willen zien wat er zou gebeuren, wan neer de vrijwilligers teruggetrokken waren. Wanneer de regeering dan tot de meening kon komen, dat Spanje opgehouden had een bedreiging te vormen voor den vrede in Europa, dan dacht spreker, dat men dit behoorde te beschouwen als een regeling van de Spaansche kwestie. altijd volledig gewaardeerd is. Hulp aan China. Sprekende over China zeide Chamber lain: „Hoewel wij niet in staat geweest zijn, een ieenlng aan China toe te staan of te waarborgen, sluit dat niet andere vormen van bijstand, financieel of an derszins, uit. Er zijn verschillende voor stellen. die niet de bezwaren tegen een leening met zich mede brengen en die thans bestudeerd worden door de betrok ken departementen. Wat de Japansche bewering betreft, dat Japan zijn belangen in China be schermt, zeide Chamberlain verder: Japan moet erkennen, dat ook wij onze belangen in China hebben en dat wij niet terzijde kunnen blijven staan en toezien, hoe deze worden opgeofferd bij den gang van zaken. De Volkenbond. Ten opzichte van den Volkenbond be treurde spreker het. dat geen doeltreffen de Volkenbonds-lnterventie mogelijk is weest. Wij kennen de oorzaak, zoo zeide hij, wij beschouwen deze positie van den Volkenbond als tijdelijk. Zelfs wanneer het noodzakelijk is, dat de Volkenbond tijdelijk afziet van het gebruiken van ge weld, blijft er toch nog een breed terrein, waarop zij zich nuttig kan maken. Het komt mij voor. dat de Volkenbond zeer goed een nieuwe positie van vertrouwen en bijval kan opbouwen, met het resultaat, dat wij over een zekeren tijd tot de ont dekking kunnen komen, dat de naties, die uit den Volkenbond getreden zijn, omdat zij niet accoord gingen met het gebruik van geweld, naar den Volkenbond zouden kunnen terugkeeren en deel zouden kun nen nemen aan dit andere werk. Wie weet, welke andere ontwikkelingen zich zullen kunnen voordoen, wanneer de Volkenbond eenmaal beschouwd zal worden als meer representatief voor de wereld in zijn ge heel dan thans het geval is. Daaraan zul len wij alle aanmoediging en allen steun Weer een grensincident. Het Japansche ministerie van buiten landsche zaken bevestigt, dat zich op 21. en 22 Juli een ernstig grensincident heelt afgespeeld op 120 K.M. bezuiden Chaba- rofsk aan de Oessoeri. Op 21 Juli werd een tiental Mandsjoesoldaten op de rivier aangevallen door drie sovjetrussische ka- nonneerbooten. Waarschijnlijk werden de Mandsjoe's ontvoerd. In het rapport over het incident van 22 Juli wordt gezegd, dat 1500 sovjetrussische soldaten een eilandje tegenover het dorp Hslntoeng in de Oes soeri hebben bezet. In den loop van den dag staken 150 man over en staken een groot aantal huizen in de dorpen Hsln toeng en Yaollngtse in brand. Vijfhonderd man van de Japansch- Mandsjoekwosche strijdmacht vielen van drie zijden aan en verdreven de Russen In een gevecht van vijf uur Men heeft nog geen gegevens omtrent het aantal gesneu velden In de rapporten is een aantal tegen strijdigheden merkbaar, doch het minis terie beschikt op het oogenblik niet over andere gegevens. Op 23 Juli is krachtig geprotesteerd bij den sovjetrusslschen consul te Charbin. De Japansche minister van buitenlandsche zaken neemt een af wachtende houding aan en weigert iets te zeggen over den ernst van de lnclden- ten. Terreur in Nanking. Volgens mededeelingen van Japansche zijde zijn Maandag te Nanking zes bom men geworpen door Ohineesche terroristen. Twee bommen werden tot ontploffing ge bracht bij het ministerie van binnenland- sche zaken en vier bij het gemeentehuls. Een politieman en een aantal arbeiders werden gfewon. De Japansche politie heeft negen verdachten gearresteerd. Tsjecho-Slowakije. Betreffende het Tsjecho-Slowaaksche nationaliteiten probleem merkte Chamber lain op. dat het, zonder een speciale stu die, voor de menschcn in Engeland zeer moeilijk is, tot een Juiste conclusie te ko men ten aanzien van de verschillende kanten in het conflict tusschen Tsjecho- Slowakije en de Sudeten-Dultschers. „Ook hier weer. aldus spreker, zijn wij er ons slechts al te zeer van bewust, dat daar al het materiaal gereed ligt voor een verbreken van den vrede, wanneer de zaak niet wordt behandeld met koene en met redelijke vaardigheid. Daarom hebben wij in overeenstemming met onze algemeene politiek en in nauwe samenwerking met Frankrijk alles gedaan, wat wij konden, om een vreedzame oplossing van het ge schil te vergemakkelijken" Chamberlain ontkende vervolgens, dat de regeering Tsjecho-Slowakije opgejaagd had en voegde hieraan toe: „Onze groote zorg was veeleer, dat de Tsjecho-Slowaak sche regeering te haastig zou zijn met de behandeling van den toestand, die uiter mate delicaat is en waarbij het het wen- schelijkste is, dat beide partijen niet in een positie komen, waarin zij zouden vast zitten en niet in staat zouden zijn om on derling verder te gaan met onderhande len. De Britsche regeering heeft er bij de Tsjecho-Slowaaksche op aangedrongen, haar voorstellen aan Henlein voor te leg den, alvorens ze in het eigen parlement ;e brengen. IVanneer eventueel een overeenkomst over een regeling tot stand zou kun nen komen tusschen den leider der Sudeten-Duitschers en de Tsjecho-Slo waaksche regeering vóórdat eenig sta tuut aan het parlement zou zijn voor gelegd, zou dat duidelijk de beste aller oplossingen vormen. Intusschen heeft de Britsche regeering overwogen, of er niet nog een andere weg was, waarlangs zij hulp zou kunnen ver- leenen, om de onderhandelaars tot elkan der te brengen en. in antwoord op een verzoek van de Tsjecho-Slowaaksche re geering. kwamen wij overeen, voor te stel- ien dat een persoon met de noodige er- blik niet tusschenbeide komen, ge- Varing en kwaliteiten een onderzoek ter schiedt dit alleen omdat wij er van plaatse zou instellen en zou trachten om overtuigd zijn, dat het oogenblik nog ZP° n0?d!? voorstellen te doen, ten einde de onderhandelingen tot een goed einde ls eekomen, waarop wij met sue- brengen. Die onderzoeker en bemidde- ces tusschenbeide kunnen komen. laar zal natuurlijk onafhankelijk zijn van Om het goud van de „Lutine". Werk van de Karimata vordert goed. (Van een specialen verslaggever). De gunstige weersomstandigheden zijn oorzaak, dat het werk van de Karimata snel vordert. Naar wij vernemen baggert de molen voortdurend schuin over het wrak ln de richting West-Noordwest—Oost-Zuid oost, terwijl de ligging van het schip onge veer Noord-Zuid ls. Bijna een eeuw geleden ls naar aanleiding van een onderzoek door duikers een kaart opgemaakt van de ligging van het wrak De uitkomst van het baggeren bewijst, dat de situatie nog weinig veranderd is. Eerst is men op het voorschip gestooten, waarin zich het magazijn van den bootsman be vindt. De vondst van stukken touw, hars en een dieplood vormden een duidelijk be wijs, dat men het materiaal van den boots- man had opgehaald. Midscheeps lagen vele zware ballast- brooden, welke thans bij groote hoeveel heden worden gevonden. Vannacht zijn weer tal van deze brooden opgebaggerd. Uit een en ander kan men afleiden, dat de Karimata thans midscheeps van de Lutine werkt Hieruit kan worden gecon cludeerd, dat de kansen op het vinden van de schatten stijgen. Weldra zal moeten blijken wat er van het achterschip over is. Men heeft het ver moeden, dat alleen het bovenste deel van het achterschip Indertijd is weggesleept Het onderste stuk, waarin de goudstaven zijn geborgen, is. naar men hoopt, nog intact. Het is niet uitgesloten, dat men nog deze week op het achterschip zal stuiten. Met het afbaggeren van het geheele af gebakende gedeelte zullen vermoedelijk nog enkele weken gemoeid zijn. IN HET ZWEMBAD VERDRONKEN. Gisteravond ls de 21-Jarige zoon van de familie Boers te Eefde, ln het gemeente zwembad aan den Graaf Ottosingel t« Zulten, vermoedelijk tengevolge van hart verlamming, overleden en verdronken. Ben vriend, met wien hij rich te water had be geven, miste hem op zeker oogenblik. Deze waarschuwde het badpersoneel. Na ruim een half uur gelukte het aan een lid van de Zutfensche reddingsbrigade den jongen op te duiken. Dr. Hartsuiker kon toen slechts den dood constateeren. ERNSTIGE VAL. In een steegje, naast het gebouw van de „Hema" in de Kruisstraat te Haarlem, i« vanmorgen een ernstig ongeval gebeurd Twee bedienden waren bezig met het hljschen van goederen naar den zolder Op zeker oogenblik raakte een pakje los, dat in de dakgoot terecht kwam. De 21-jarige A Zwart, die op zolder stond, besloot zich langs het hijschtouw te laten zakken om het pakje terug te halen. Toen hij bijna de goot had bereikt, brak het touw, met het noodlottig gevolg, dat de jongeman van een hoogte van dertien me ter op straat stortte. Met zware Inwendige kneuzingen is hij per ziekenauto naar de Mariastichting ver voerd, Zijn toestand is zeer ernstig. KIND IN WECK-KETEL GEVALLEN EN VERDRONKEN. In het gehucht De Dijk te Asten (N.Br.) heeft gisteren ten huize van den landbou wer van Z. een tragisch ongeval plaats ge had. Toen het ruim eenjarige kind even zonder toezicht was, is het ln een met water gevulden weck-ketel gevallen en Jammerlijk verdronken. Pogingen om de levensgeesten weer op te wekken waren vergeefsch. JAARVERGADERING ALGEMEENE KUNSTZIJDE UNIE. Onder voorzitterschap van den heer F. H. Fentener van Vlissingen werd heden te Amsterdam de jaarlijksche algemeene ver gadering der Aku gehouden. Vertegenwoordigd waren f. 8.890 700 aan- deelen. recht hebbende op het uitbrengen van 132 stemmen. Na de opening werd eerst een uiteenzetting gegeven van de inmiddels vereenvoudigde kaprtaalstruc- tuur, waardoor het winstvermogen in 1937 r.iet onbelangrijk werd versterkt. Ten aan zien van den huldigen gang van zaken werd medegedeeld, dat die ln de eerste helft van 1938 niet geheel naar wensch was, doch dat vqldoende was verdiend om de afschrijvingen te dekken. De balans en de winst- en verliesreke ning werden daarna met algemeene stem men goedgekeurd De heeren F. H. Fen tener van Vlissingen. F. Freiherr von Tim en dr. C. Herrmann werden met algemeene stemmen tot commissaris gekozen. 2—1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 2