Padvindersdefilé te Soestdijk - Ongeluk met Magirus-ladder
79 ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD
Tweede Blad
Het nichtje van
kuiten
FEUILLETON
TER GELEGENHEID VAN DEN VERJAARDAG VAN Z.K.H. PRINS
BERNHARD défileerden de padvinders te Soestdijk voor H.M. de
Koningin en Z.K.H. Prins Bernhard. De Prins droeg de
uniform der padvinders.
HET A.S. BEZOEK van het En-
gelsche Koningspaar aan Parijs.
Huizen in de Avenue de l'Opera
versierd.
TE HEER-HUGOWAARD brandde de kapitale boerderij van den heer G. Wijnker af. Het vuur
ontstond, doordat kindereu papier verbrandden in een fornuis, waardoor, tengevolge van den ster
ken wind, het rieten dak vlam vatte.
BIJ HET VERWIJDEREN VAN GEBROKEN TAKKEN
van een boom op het J. D. Meijerplein te Amsterdam
knapte deze af en nam in zijn val de Magirusladder
mee. Een brandweerman werd ernstig gewond.
DE NATIONALE LANDDAG VAN DEN BIJZ. VRIJ WILLIGEN LANDSTORM TE ROERMOND. DE
GELE RIJDERS EN DE PANTSERWAGENS TIJDENS HET DÉFILÉ VOOR
DE AUTORITEITEN VOOR HET STADHUIS.
TIJDENS DE FEESTEN TE WAGEN1NGEN - ter DE <DOCHTER van den beroemden
gelegenheid van het 12de lustrum vam het Studenten- zaaiger Benjamino Gigli trad te Rome in
oorps, werd een wedstrijd gehouden tusschen studenten het huwelijk met graaf Benedetto Loren
per fiets en te paard, welke het paard won. zelli. Op den achtergrond Gigli.
door LADY TROUBRIDGE.
22)
Toen hoorde zij het geluld van brekend
glaswerk en een vrouw gilde. Die gil gal
den doorslag. Zij greep haar lange, witte
rok bijeen en schoot op de draaideur toe,
duwde die verder en bevond zich een
oogenbllk later op straatwaar zij tegen
een langen man aanbotste, die juist uit een
taxi stapte voor de deur van de Dilly Daily.
Een man, die haar bij den arm greep en
stevig vast hield, waardoor hij haar voor
vallen behoedde
Een oogenblik later keek zij in het gelaat
van Torquil Rowant, wiens hand nog steeds
op haar arm lag.
„O, neem me hier vandaan", smeekte zij,
„Ze zijn binnen aan het vechten."
En van het hoofd tot de voeten bevende,
barstte zij eensklaps in snikken uit.
Lord Rowant hielp haar in een taxi en
Linet deed al haar best zich te beheerschen
en de tranen te bedwingen, die maar steeds
langs haar wangen bleven stroomen.
Eindelijk grabbelde zij in haar taschje.
vischte een klein zakdoekje op, droogde
haar tranen en wendde zich tot den man,
die naast haar zat.
„Het spijt me, dat ik u zoo maar aange
klampt heb", zei zij met trillende stem, „en
dat u zich zooveel moeite geeft om me
thuis te brengen."
„Trekt u zich daar maar niets van aan",
viel hij haar in de rede, doch er was een
klank in zijn stem, die haar trots ver
wondde. „Hoe kwam u er in vredesnaam
toe, om naar die Dilly Daily te gaan? Mar
cus had u daar niet mee naar toe mogen
nemen." En zijn stem zei haar maar al te
duidelijk, dat zij een kleine dwaas geweest
was, zoo niet erger, om zich zoo iets onplei-
zierigs op haar hals te halen.
„Het was niet de schuld van Marcus", zei
Linet snel. „Hij ging even weg om limo
nade voor me te halen en toen hij weg
was, kwam die vreeselijke man van het
andere tafeltje naar me toe en wou met
me dansen.en toen werd Marcus boos
en kregen ze ruzie.Het was wel erg
dwaas van me om weg te loopen, is het
niet?" eindigde zij.
Zij stelde een zielige poging in het werk
haar waardigheid te bewaren en Marcus de
hand boven het hoofd te houden, want zij
gevoelde de onuitgesproken kritiek in het
gefronste voorhoofd van lord Rowant, ter
wijl hij naar haar zwakke verdediging
luisterde. Als hij een ander soort man ge
weest was, had zij misschien wel bekend,
hoe verschrikkelijk bang zij geweest was,
toen zij gemerkt had, dat Marcus zichzelf
niet meer meester was. doch tegenover
dezen man verbood haar trots haar te be
kennen, dat zij beter gedaan had naar den
raad te luisteren, dien hij haar op het bal
bij lady Keyne gegeven had.
„Het was niet echt de schuld van Mar
cus", herhaalde zij, met wanhopigen ernst
in een poging om den man met die min
achtende grijs-groene oogen te overtuigen.
„Wiens schuld was het dan?" informeer
de hij, toen de taxi langzaam langs de
glimmende, verlaten straten gleed en langs
de donkere plekken van Green Park. Toen
lachte hij verbeten.
,.Dc mijne zeker, omdat ik u niet eerder
gevolgd ben."
„Bent u mij gevolgd?" Linet staarde hem
verbaasd aan en trachtte deze nieuwe ver
klaring te verwerken. „Maar waarom hebt u
dat gedaan?"
„Omdat", zei Torquil Rowant bruusk, „ik
zag, dat Marcus te veel champagne ge
dronken had en toen ik hem het adres van
die nachtclub op hoorde geven, die een
bijzonder slechten naam heeft, veronder
stelde ik, dat u op de een of andere wijze
wel eens assistentie noodlg kon hebben,
voor de avond voorbij was."
Linet had dankbaar moeten zijn. Ieder
ander zou zij dat ook geweest zijn. Doch de
gedachte aan het feit, dat lord Rowant
haar blijkbaar als een onmondig kind be
schouwde, dat nog niet op zichzelf kon
passen, deed haar het bloed naar de wan
gen stijgen van boosheid en schaamte.
„Daar was absoluut geen reden voor",
begon zij koeltjes. Toen brak zij haar zin
af, want had zij juist zijn steun niet ver
schrikkelijk noodig gehad en had hij haar
dien niet onmiddellijk gegeven, haar be
schermd en voor haai' gezorgd? Eerlijk
heidshalve zei zij flauwtjes: „Maar het is
even goed ontzettend aardig van u."
„Het was buitengewoon dwaas van u",
vervolgde hij, in het geheel niet getroffen
door haar dankbetuiging, die zij beleefds-
halve uitte. .Ben meisje moet toch waar
achtig wel zien of een man In een toestand
verkeert, waarin hij haar ergens mee naar
toe kan nemen, ja dan neen, en men ver
wacht dan toch, dat zij zooveel verstand
heeft, dat zij onder gegeven omstandig
heden weigert mee te gaan."
.Denkt u dan, omdat ik zoo'n idioot ben.
dat het niet het beste is. dat ik maar
direct terug ga naar de plaats waar ik
vandaan kom?"
Linet kon het niet helpen, maar er was
iets in zijn toon, dat het verlangen bij haar
opwekte hem boos te maken, zelfs om met
hem te twisten.
Zij had evenwel niet op zijn rechtstreek-
sche antwoord gerekend:
„Ik begin werkelijk te denken, dat dat
nog zoo'n slecht idee niet zou zijn, daar u
inderdaad een hopelooze, kleine dwaas
schijnt te zijn."
„O." Dat was te veel. Opnieuw sprongen
de tranen haar in de oogen en ondanks al
haar pogingen tot zelfbeheersching barstte
zij in snikken uit.
„Waarom bent u altijd zoo akelig tegen
me?" snikte zij en vergat in de opwinding
van het oogenbllk totaal, dat deze vraag
buitengewoon unfair was.
Torquil stopte een zijden zakdoek in haar
hand.
„Huil nu niet, Linet", zei hij iets vriende
lijker. „Het was heelemaal niet mijn bedoe
ling om „akelig" tegen je te zijn, zooals jij
dat uitdrukt, ik probeer alleen maar jou
bij te brengen, dat je in deze uitgaande
wereld niet voorzichtig genoeg kunt zijn.
Als je mijn zuster was, zou ik hetzelfde
zeggen. Toe, huil nu niet meer", herhaalde
hij, toen Linet opnieuw in snikken uit
barstte, die haar tengere lichaam deden
schokken.
„Zoo kan ik je onmogelijk thuis afleve
ren. Wat zou mrs. Winsley wel denken als
ik op dit onconventioneele uur met een in
tranen badende jonge vrouw aan kwam
zetten?"
Met opzet had hij een luchtigen toon
aangeslagen en poogde den storm te doen
bedaren, dien hij zelf ontketend had en
haar het voorgevallene van dien avond te
doen vergeten, want hij begreep best, dat
dat haar diep geschokt had. Maar Linet
had eenigen tijd noodig om bij te trekken.
Over het geheel had zij normale zenuwen,
doch dit standje boven op alles, wat zij
dien avond al had meegemaakt, bleek toch
te veel te zijn geweest. Eindelijk hield het
snikken op. maar zij zag nog heel bleek en
beefde zoo. dat zij nog niet in staat was,
naar huis te gaan.
Plotseling nam Torquil een besluit.
„Een kop sterke koffie, dat zal je goed
doen!" verklaarde hij.
En vóór Linet kon protesteeren, tikte hij
tegen het raampje en beval den chauffeur
naar het koffiestalletje te rijden, dat zich
bij de gesloten parkhekken bij Hyde Park
Corner bevond.
„Kom", zei hij zacht, maar beslist. Hij
stak zijn hand onder haar arm, hielp haar
uit den wagen en voerde haar over het
trottoir naar het helder verlichte stalletje.
(Nadruk verboden). .(Wordt vervolgd).