Uit den Leidschen Raad
LEIDSCH DAGBLAD Derde Blad
Dinsdag 10 Mei 193!
De politie-verordening afgedaan - Verdediging
door wethouder van Stralen
/CtiEEP/
TJIIMfNl
SPREEKCEL
Nadat de punten 1 t m 13 normaal wa
ren afgedaan, kwam aan de orde
DE POLITIE-VERORDENING.
14o. Voorstel:
a. tot het vaststellen van een verorde
ning, regelende de rangen, het aantal, de
samenstelling, de eischen van benoembaar
heid en de bezoldiging van de ambtenaren
van politie der gemeente Leiden;
b. tot het wijzigen van de verordening,
regelende het verleenen van wachtgeld aan
ambtenaren en werklieden in dienst der
gemeente Leiden:
c. tot het wijzigen van het raadsbesluit
van 21 Februari 1936 (Gemeenteblad No.
36) in zake het verlagen van de loonen en
wedden van het gemeentepersoneel met
4"(74 en 89)
De heer SCHÜLLER licht hierbij een
amendement van den heer Van der Voort
toe. dat. gewijzigd, als volgt luidt:
Ondergeteekende stelt voor in art 3
sub e, van Hoofdstuk 2, de woorden „niet
meer dan" te laten vervallen.
De heer ELKERBOUT licht een door hem
Ingediend amendement toe. beoogende om
het aantal ambtenaren in den rang van
brigadier van 8 op 10 te brengen.
Spr. laakt de houding van het depar
tement. dat het aantal wil terugbrengen
tot 7. terwijl de noodzakelijkheid van uit
breiding van het aantal reeds lang be
staat.
De heer WILMER verzet zich tegen oe
benoembaarheid van alle inspecteurs tot
Inspecteur 1ste klasse. De salarieering is
toch niet zoo laag, dat deze als motief
kan worden aangevoerd om tot een hoo-
gere bezoldiging te geraken.
De heer WILBRINK onderschrijft dit
Standpunt en meent uit de stukken te
hebben begrepen, dat de inspecteur-com
mandant der brandweer benoemd moet
worden tot hoofdinspecteur. Op die ma
nier worat het brandweercommando toch
wel heel erg duur. Ook de Commissaris
van Politie krijgt reeds een toelage van
f. S00 voor zijn brandweertaak.
De samenvoeging van politie- en brand
weerdiensten heette juist dure ambtena-
ren overbodig te maken en nu komt dit
De VOORZITTER geeft den heer Schül-
ler in overweging zijn amendement in te
trekken, omdat aanvaarding ervan het
college te veel zou binden; het amende-
ment-Eikerbout kan het College aanvaar-
dtDen heer Wilmer verzekert spr.. dat het
niet in de bedoeling van het College ligt
om alle inspecteurs mettertijd te benoemen
tot inspecteur 1ste klasse. B. en W. willen
alleen de mogelijkheid van promotie op
bleeder basis brengen dan thans de veror
dening toelaat.
Den heer Wilbrink antwoordt spr., dat
het College de mogelijkheid wil openen tot
liet benoemen van twee hoofdinspecteurs.
Het is zeer wel mogelijk, dat de functie
van hoofdinspecteur in de toekomst zal
worden toegewezen aan den inspecteur der
brandweer, wiens werkzaamheden in de
laatste jaren zeer zijn uitgebreid, o.a. door
de voorbereiding van den luchtbescher
mingsdienst.
Het ainendement-v. d. Voort wordt inge
trokken.
Het amendement van den heer Eikerbout
wordt met op één na algemeene stemmen
aangenomen (tegen de heer Wilbrink).
(Reeds in een gedeelte van onze
vorige oplaag geplaatst.)
De heer TOBÉ bepleit de wenschelijk-
heid" dat bi: voorkeur agenten worden aan
gesteld die het oolitiediploma bezitten.
De VOORZITTER antwoordt, dat dit ook
bijna altijd gebeurt.
Bii art. 8 is een amendement van den
heer van der Voort om het salaris van een
azent 2e klas met een proeftijd, vast te
stellen op 27 gulden per week.
Een amendement van gelijke strekking,
ingediend door de heeren Wilmer, wordt
op verzoek van B. en W. ingetrokken.
De heer SCHÜLLER verdedigt dit voor
stel en betoogt, dat een dergelijk loon in
tal van door hem genoemde gemeenten
wordt betaald.
De heer ELKERBOUT begrijpt niet hoe
het departement in Leiden aandringt op
een salarieering van f. 26 per week. terwijl
het elders accoord gaat met een weekloon
van f. 27.
De heer WILBRINK is het met deze ver
hooging niet eens. Spr. beschouwt eiken in
dienst tredenden politie-agent als een onge
schoolde kraaht. die het vak nog grooten-
öeels moet leeren. Hij beschikt weliswaar
over eenige technische kennis. doch het
vak als zoodanig moet hij nog volledig
leeren Ook bestrijdt spr. den heer Schüller.
da. voor het oolitiediploma een jarenlange
studie noodig zou zijn. Eén jaar is vol
doende
De heer GOSLING is het volmaakt eens
met den heer Wilbrink Een loon van f. 26
voor jongelui van 21. 22 of 23 jaar zonder
eenige vakbekwaamheid acht spr. ruim
schoots voldoende. Dit is het begin van
een geheel nieuwe verhooging.
De heer VAN DER LAAN is het evenmin
eens met deze verhooging. Het gaat hier
n.et om dien eenen gulden doch spr. acht
een vergoeding van f 26 alleszins billijk.
Zij moe.en hun geschiktheid nog bewijzen,
zoodat zij eigenlijk in een benijdenswaar
dige positie t.o.v. de vrije beroepen ver
korren.
De heer WILMER acht een salaris van
f 27 gedurende den proeftijd gewenscht.
Bii de vaste aanstelling bedraagt het aan
vangssalaris f28 per week. In geen enkelen
anderen tak van dienst is het salaris ge
durende den proeftijd lager dan in vasten
dienst. Een verschil van f.1 acht spr dan
ook meer dan voldoende. Juist omdat spr.
hooge eischen stelt aan de politie en wil
voorkomen dat de goede krachten naar
eiders gaan. waar zü beter gesalarieerd
worden is hij voor een weekloon van f. 27.
De VOORZITTER verdedigt het stand
punt van B. en W. die f. 26 oer week vol
doende achten. De gemiddelde leeftijd der
jongelui bedraagt 24 iaar. Bovendien krijgt
hij de kans om op te klimmen tot een
salaris van f.42.
verdedigt een
De heer VAN WELZEN
salaris van f 27.
De heer SCHÜLLER Ls onaangenaam ge
troffen door de kwalificatie ..ongeschoolde
krachten".
De VOORZITTER u moet dit niet ver
keerd opvatten Zelfs een hoogleeraar kan
ongeschoold" zijn, d.wz. nog niet bedre
ven in het vak.
De heer SCHÜÜER: de promotlemoge-
ijkheid tot een weekloon van f 42 ls tot
een 10 of 12-tal agenten beperkt. Een ver
gelijking met andere beroepen gaat z.t niet
op. daar de taak van de politie een zeer
uitzonderlijke is.
De VOORZITTER dringt aan op beper
king der discussies.
N» .repliek van de heeren Eikerbout en
Wilbrink wordt het amendement van den
heer v. d. Voort aangenomen met 1615
stemmen (voor de SDAP en de heeren
van Weizen. Wilmer. Coster en Elkerboutl
Een ander amendement van den heer
v' niU0^ 50 ,art 9 wordt Ingetrokken.
bij art. 22 ls een amendement van den
heer SCHÜLLER. dat als volgt luidt
lo. het eerste en tweede lid van art. 22
ÏLa?... ontwerp Ambtenarenreglement
Politie I te vervangen door het volgende:
ambtenaren op weekloon ontvangen
door het krachtens opdracht van of na
mens den Commissaris van Politie ver
richten van dienst buiten den voor hen bij
dienstrooster vastgestelden diensttijd, bui
tengewone dienst als disciplinaire straf
daaronder niet begrepen, bij wijze van tij
delijke toelage een vergoeding.
Deze vergoeding bedraagt
a. voor de eerste 2 uren, aansluitende aan
den gewonen diensttijd, voor elk uur het
uurloon;
b. voor uren. niet aansluitende aan den
gewonen diensttijd en niet vallende onder
c, voor elk uur het uurloon, verhoogd met
25 ten honderd;
c. voor uren gedurende den nacht, voor
elk uur het uurloon verhoogd met 50 ten
honderd;
d. voor uren op een naar het dienstroos-
ter voor den Ambtenaar vrijen dag, voor elk
uur het uurloon, verhoogd met 100 ten
honderd.
2 Voor de toepassing van dit artikel
wordt verstaan onder:
a. „uurloon" het 1/51 gedeelte van de
wedde per week;
b. „nacht" de tijd tusschen 23 uur en
7 uur.
3. Indien ter vereffening van het aantal
uren, waarin buiten den bü dienstorder
vastgestelden dlenstUd. dienst is gedaan,
aan den Ambtenaar een gelijk aantal uren
extra vrij wordt gegeven, bedraagt de ver
goeding naar de in het eerste lid gemaakte
onderscheiding voor elk uur. dat extra
dienst is verricht, resp. 25, 50 of 100 ten
honderd van het uuiloon.
4. het derde lid wordt vierde lid, terwijl
daarin inplaats van „tweede lid" wordt ge
lezen: „derde lid";
5. het vierde lid wordt vijfde lid.
De heer Schüller licht dit in het kort
nader toe.
De VOORZITTER meent, dat voor de
politie kan worden volstaan met de cijfers,
zooals deze In het voorstel van B. en W.
zijn neergelegd, zoodat hij het voorstel van
den heer Schüller ontraadt.
Het voorstel van den beer Schüller wordt
verworpen met 1714 stemmen.
(Voor de S.D.A.P. en de heeren dr. Key en
van Weizen).
Bij art. 42 ls een amendement van de
heeren Wilmer en Eikerbout. waarbij de
uitkeeringsbepalingen bij overlijden gelijk
luidend worden gemaakt aan de desbetref
fende bepalingen van het gemeente-ambte
narenreglement.
Ook dit amendement wordt ingetrokken.
Hetzelfde geschiedt t. a. v. een drietal
amendementen op art. 45 (gratificatie bij
jubilea), ingediend door de heeren Wilmer,
Eikerbout en v. d. Voort, die echter geza
menlijk een nieuw amendement indienen.
Na eenige toelichting door de heeren
Schüller en Eikerbout en bestrijding door
den heer Goslinea, wordt het amendement
j aangenomen met 311 stem (tegen de heer
Goslingai.
De geheele verordening wordt z. h. st.
goedgekeurd, evena's die op de waehtgeld-
legeling voor het gemeentepersoneel.
VERORDENING BELOONINGEN POLITIE
PERSONEEL BIJ BRAND.
150. Voorstel tot het vaststellen van een
verordening, regelende de toekenning van
premies aan ambtenaren van politie voor
het blusschen van brand. '75
Op art. 1 ls een amendement ingediend
door den heer GOSLINGA, waarvan de
strekking ls, dat voor premie-uitkeering al
leen in aanmerking komen zij, die niet in
het bijzonder bij de brandweer zijn Inge
deeld. dus dat de z.g.n. vaste kern der
brandweer niet voor extra toelage in aan
merking komt.
De heer ELKERBOUT acht dit amende
ment zeer onbillijk en verklaart zich te
genstander.
De heer WILBRINK deelt het Inzicht van
den heer Goslinga. Spr. noemt het absurd,
dat iemand, die in vaste betrekking bij de
brandweer is, wanneer hij brandweerdien
sten moet. verrichten, daarvoor extra be
taling geniet. Als er overuren verricht moe
ten worden, wordt de zaak anders. Maar
alleen voor het uitrukken, vindt spr. on-
juist.
En nóg vreemder acht spr. het, dat een
extra-toelage wordt verleend, wanneer
water wordt gegeven. Dat brengt de brand
weerlieden slechts in de verleiding terwiUe
van de premie water te geven, al is dit
misschien niet direct noodig.
De heer SCHÜLLER meent, dat de heer
Wilbrink het verantwoordelijkheidsbesef
der brandweerleiders omlaag haalt.
De VOORZITTER zegt, dat deze laatsten
inderdaad terwille van hun prestige er
de voorkeur aan zullen geven een brand
te blusschen met een glas water dan met
een slang.
Spr. verdedigt voorts een extra-beloo-
ning, ook voor do vaste kern, van wie de
uiterste Inspanning wordt gevraagd. Af
schaffing zou trouwens een geringe bespa
ring geven, ongeveer f.200 'sjaars.
De heer GOSLINGA ls tegen eiken vorm
van premiebetaling. De kern moet goed
betaald worden, doch geen extraatjes tou
cheeren. Dit was ook een der groote be
zwaren tegen de vroegere vrijwillige brand
weer! Stelt u voor, dat we alle ambtenaren
der lichtfabrieken extra gingen betalen,
wanneer ze doen, waarvoor ze zijn aange
nomen!! Ongetwijfeld zou dat ook hun
ijver prikkelen, maar waar ls de grens?
Dit stelsel legt een blaam op den goeden
naam van de brandweer!
De heer WILBRINK wijst op het gevaar,
dat het publiek zal oordeelen dat de brand
weer onnoodig water heeft gegeven ter-
wille van de daaraan verbonden extra
premie. Ook spr, wil de waardeering voor
de prestaties der vaste kern liever tot
uiting laten komen in de salarieering dan
in premiebetaling.
Het amendement van den heer Goslinga
wordt verworpen met 17 tegen 13 stemmen.
Bij artikel 2 is een amendement van den
heer ELKERBOUT om:
lo. het eerste lid te lezen als volgt:
„lo. Aan de ambtenaren van politie, die
a. deel uitmaken van de bezetting van
het brandbluschmaterieel:
b, op het terrein van den brand op last
van of namens den Commissaris van Poli
tie aan de blusschlng deelnemen, worden,
bij wijze van tijdelijke toelage, premies
toegekend."
2. in het tweede lid „sub b. Inplaats van
f. 1.50 resp. f. 2" te lezen „f. 3" en In plaats
van „één straal, resp .van meer stralen" te
lezen: „één straal of meer Stralen".
De heer VAN DER VOORT sloot zioh in
een amendement bij deze verhooging tot
een bedrag tot f. 3 aan.
Na een toelichting door de heeren Eiker
bout en Schüller verklaart de heer GOS
LINGA zich ook tegen dezen vorm van
premiebetaling en in nog meerdere mate
tegen verhooging der belooning.
De VOORZITTER bestrijdt het betoog
van den heer Eikerbout en ontraadt aan
neming van beide amendementen.
Het amendement Eikerbout sub I wordt
met op een na algemeene stemmen verwor
pen (voor de heer Eikerbout).
Sub II wordt met dezelfde cijfers 291
verworpen.
Het amendement v. d. Voort wordt ver
worpen met 1614 stemmen (voor de
S.D.A.P. en de heeren Wilmer, Eikerbout
en v. Weizen).
De geheele verordening wordt z. h. st.
goedgekeurd.
VRAGEN VAN DEN HEER BEEKENKAMP.
De heer Beekenkamp stelt daarna de
volgende vragen:
1. Isihet juist, dat het voornemen bestaat I
om de Stadsgehoorzaal tijdens de herden
king van het 40-jarlg regeeringsjubileum
van H. M. de Koningin beschikbaar te stel
len voor een tentoonstelling?
2. Indien het antwoord op de sub 1 ge
stelde vraag bevestigend luidt, volgt dan
daaruit, dat de Stadsgehoorzaal op 31
Augustus niet beschikbaar zal zijn voor de
traditioneele viering van den Koninginne
dag met de kinderen uit de hoogste klassen
van alle lagere scholen"
3. Zoo ja, welke motieven hebben B. en
W. ertoe geleid om juist in 1938 inbreuk te
maken op de gelukkige gewoonte de Leld-
sehe Jeugd op den 31sten Augustus bijeen
te brengen ter versteviging van de natio
nale gevoelens?
4. Zijn B. en W. Indien het antwoord
op de sub 2 gestelde vraag bevestigend
luidt, bereid, alsnog te bevorderen, dat
de viering van het Koninginnefeest met de
schooljeugd dit jaar op 31 Augustus ln de
Stadsgehoorzaal zal kunnen plaats vinden?
De VOORZITTEREr wordt inderdaad
over gesproken, doch een beslissing ls nog
niet genomen. De bedoeling der tentoon
stelling is een beeld te geven van wat Lei
den doet, waarbij de industrie veel belang
stelling toont.
De raad zal over deze kwestie zelf t.z.t.
moeten besluiten. B. en W. hebben zleh
wel degelijk gerealiseerd, dat daardoor het
gebruikelijke kinderfeest op 31 Augustus
moeilijk doorgang kon vinden en hebben
bereids overleg gepleegd met den voorzit
ter der commissie om het feest voor zoo
veel mogelijk kinderen op denzelfden dag
elders te doen plaats vinden. B en W.
voelen niet veel voor viering op een late-
ren datum,
De heer GOSLINGA wijst er op, dat dit
feest een Leidsche traditie ls. Vindt het
geen doorgang, dan zullen de diverse ver-
eenigingen afzonderlijk feestelijkheden or-
ganiseeren.
De heer BEEKENKAMP dankt den voor
zitter voor de beantwoording van zijn vra
gen en heeft met genoegen gehoord, dat
deze zaak aan de goedkeuring van den
raad zal worden onderworpen.
VERWEER VAN WETHOUDER
VAN STRALEN.
Wethouder VAN STRALEN dementeert
een ook in ons Blad verschenen „open
brief" van de vier Leidsche vereenigingen
Groenten- en Fruithandelaren over de
distributie van goedkoope groenten onder
werkloozen. Zijn verklaring luidt:
De door de vier Leidsche vereenigingen
van groentehandelaren tot de verdedigers
van den middenstand in den Leidschen
Raad gerichte open brief naar aanleiding
van het door mij gesprokene in de raads
vergadering van 17 Februari j.l., in zake
den loop van zaken met de distributie van
versche groente, bevat zulk een onjuiste
voorstelling van zaken en ls ten aanzien
van mij zóó denlgreerend, dat naar mijn
meening in openbare raadsvergadering
een rechtzetting daarvan noodzakelijk ls.
Ik breng de feiten nog even in herin
nering.
Overeenkomstig het voorstel van B. en
W. besloot de Gemeenteraad om een be
drag van f. 500 beschikbaar te stellen ten
einde B. en W. in staat te stellen gedu
rende drie maanden een proef te nemen
met de distributie van goedkoope groente
aan ondersteunde werkloozen en aan arm
lastigen.
Tijdens de behandeling werd een voor
stel van de heeren Beekenkamp, Wilbrink
en Wilmer ingediend, beoogende de in
schakeling van de groentehandelaren in de
distributie. Dit voorstel werd, na de toe
zegging van B. en W.. dat nagegaan zou
worden in hoeverre die inschakeling mo
gelijk was, ingetrokken.
Het was mij toen reeds uit mededeelin-
gen van de groentecentrale bekend, dat in
schakeling van de groentehandelaren, in
dier voege dat de distributie door hande
laren in hun winkels zou plaats hebben
niet. de goedkeuring van de Groentecen
trale kon verwerven. Wel kon de Groente-
centrale zich er mede vereenigen, dat de
distributie zou plaats hebben door groen
tehandelaren, daartoe bij toerbuurt aan
gewezen, in gemeentelijke lokalen en on
der controle van gemeenteambtenaren. Dit
nu wenschte echter de groentehandel niet.
Het was Juist de eerstgenoemde wijze
van inschakeling, dus die, welke de groen-
tecentralc onder geen beding wilde toe
staan en Ik voeg er aan toe om prak
tische redenen ook niet toe kon staan
welke de kleinhandel verlangde. Deze in
schakeling vond en vindt ook thans ln
geen enkele andere gemeente waar groen
te van de groentecentrale wordt gedistri
bueerd, plaats.
Ook op het onderhoud van B. en W.
met vertegenwoordigers van de groente
handelaren naar aanleiding van de toe
zegging bij de behandeling van vorenbe
doeld voorstel gedaan, hielden die verte
genwoordigers halsstarrig aan het verlan
gen vast, dat de groentehandel zelf in zijn
winkels de distributie zou ter hand nemen.
Door B. en W. werd ln dezelfde verga
dering, waarin dat onderhoud plaats had,
besloten ln verband met het gevorderde
seizoen, de distributie uit te stellen. Van
dit besluit werd den Raad mededeellng
gedaan.
Om de ln de raadsvergadering van 17
Februari j.l. medegedeelde redenen ls de
zaak niet meer door mij ter hand geno
men.
Tot zoover de feiten.
Bedoelde mededeellng heeft de vereeni
gingen aanleiding gegeven om genoemden
open brief tot leden van den Raad te
richten ln welken brief mijn persoon op
een manier die de perken van het fat
soen verre te bulten gaat, ln het geding
wordt gebracht
Op de conferentie met B. en W. zou door
de vertegenwoordigers, aan de hand van
de rekening van de gemeentelijke distri
butie te Dordt, aangevoerd zijn, dat de
door mij aan den Raad overgelegde cijfers
ten aanzien van de kosten der distributie
onjuist en veel te laag waren. Niets minder
wordt geïnsinueerd dan dat ik den Raad
en het College van B. en W. zou hebben
misleid, omdat de cijfers, waarover de ver
tegenwoordigers beschikten ook mij bekend
waren.
Aangetoond zou voorts zijn, dat in som
mige perioden groente tegen lageren prijs
in den handel zou zijn te verkrijgen, dan
in de distributie en aangetoond zou even
eens zijn, dat. Indien de distributie opgang
zou maken, een aantal winkeliers het
zelfstandig bestaan onmogelijk zou wor
den gemaakt.
Door een en ander zou lk zeer in het
nauw zijn gedreven en lk zou tegen een
en ander niets hebben weten in te bren
gen.
Met groote verbazing en met niet min
der verontwaardiging heb lk van dezen
brief, die meer ingegeven schijnt door de
zucht om den wethouder van sociale zaken
een hak te zetten, dan om een zaak van
algemeen belang te dienen, kennis geno
men.
Aanvankelijk was ik niet van plan op
deze m.i. afkeurenswaardige actie te rea-
geeren Aangezien daardoor allicht een
verkeerde meening in en bulten den raad
zou kunnen postvatten, ben ik bij nader
inzien van oordeel, dat de inhoud van den
open brief in een openbare raadsvergade
ring in het juiste licht moet worden ge
steld.
In de eerste plaats dan het overleggen
van onjuiste gegevens aan den raad.
Aan den raad zijn in het geheel geen
cijfers, laat staan onjuiste cijfers, over
gelegd betreffende de distributie in Dor
drecht. Het aan den raad aangevraagde
crediet ad f. 500 was volkomen juist be
rekend aan de hand van de cijfers van
Dordrecht. Wel werd dit bedrag door de
vertegenwoordigers van de groentehande
laren veel te laag geacht, doch de mee
ning van die vertegenwoordigers deed
niets ter zake. De verantwoordelijkheid er
voor te zorgen, dat het crediet niet zou
worden overschreden rustte ln het bijzon
der op mij en die verantwoordelijkheid
durfde ik vrijmoedig op mij te nemen. Ik
noem dit bedrag ook thans nog voldoende
voor een proef van drie maanden, nu de
cijfers van Dordrecht over 1937 bekend
zijn.
In de tweede plaats is van het aantoo-
nen van lagere prijzen in den handel
slechts ln zooverre sprake geweest, dat
het wel eens voorkwam, dat een enkele
maal tegen lageren prijs werd verkocht.
Die gevallen deden zich echter maar spo
radisch voor en konden zeer zeker ten
lijde, dat de distributie hier ter hand zou
worden genomen, geen aanleiding zijn,
daartoe niet over te gaan.
In de derde plaats is wel beweerd, doch
volstrekt niet aangetoond, dat de distri
butie het zelfstandig bestaan van eenige
groentehandelaren zou onmogelijk maken,
hetgeen ook bezwaarlijk zou gaan. De er
varing met de distributie in alle andere
gemeenten waar gedistribueerd wordt,
heeft geleerd, dat in dit opzicht een schro
melijk overdreven voorstelling van zaken
is gegeven.
Voor zoover ik zulks noodig achtte heb
ik het vorenstaande op de conferentie van
B en W. met de vertegenwoordigers in het
midden gebracht Ik wil echter wel toe
geven, dat de houding van de vertegen
woordigers, die hadden laten blijken de
voorkeur te geven aan een bespreking met
B. en W. in plaats van met den wethouder,
er mij van weerhouden heeft uitvoerig op
hun argumenten in te gaan.
Indien de vertegenwoordigers daardoor
in de meening zijn gaan verkeeren, dat zij
mij ln het nauw hebben gebracht, lijden
zij in niet geringe mate aan zelfoverschat
ting en indien de vertegenwoordigers mee-
nen dat hun beweringen op het onder
houd met B. en W. tot resultaat hebben
gehad, dat de distributie niet Is doorge
gaan dan vergissen zij zich wel heel sterk.
Alleen en uitsluitend de houding van
de vereenigingen van groentehandelaren
en de weerklank, welke die houding vond
bij een gedeelte van den gemeenteiaad,
hebben tot gevolg gehad, dat de proef niet
ls doorgegaan.
In verband met de bewering in den open
Drief dat de groentehandel in Leiden niet
meer vroeg dan in tal van andere plaat
sen was verkregen, kan lk mededeelen,
dat ik mij er opnieuw van overtuigd heb,
cl inschakeling van den groentehandel, op
de wijze zooals de groentehandelaren dit
willen, uitgesloten is en wederom is mij
door den leider van de groente-centrale
medegedeeld, dat dit het geval is en tevens
dat een dergelijke inschakeling van den
Kon. lloll. Lloyd AMSTELLAND, uitreis
Mei te Rio Janeiro.
Kon. Ned. Stoomb. Mtf. STUYVESANT j
Mei n.m. 10 uur van A'dam te Paramaribo
FAUNA, 8 Mei van Savona te Llvorno -
ORANJE NASSAU. 6 Mei van New York n
Port au Prince MEDAN. 6 Mei van New
York naar Kaap Haiti. HERMES, 9 Mei
Piraeus te Alexandrië BAARN, uitreis,
Mei te Callao.
Halcyon Lijn STAD DORDRECHT, 7 Mei
van Stockholm.
Rotterdam-Z. Amerika Ljjn ALHENA, thuis-
reis, 8 Mei van Victoria ALPHACCA, 7
Mei van B. Aires naar R'dam.
MU- Oceaan POLYDORUS. 8 Mei van Sin
gapore naar Batavia. ALCINOUS, 9 Mei
van Java te Amsterdam.
Holland-O. Axië Lün GAASTERKERK, uit-
reis. 8 Mei te Manilla MEERKERK, uitreis
7 Mei van Genua.
Holland-Australië Lijn ALMKERK, uitreis,
8 Mei van Port Soudan.
HoUand-Afrika Lijn JAGERSFONTEIN, 9
Mei n.m. 4 uur van Dar es Salaam n. Zan
zibar HEEMSKERK, thuisreis, pass. 9
Mei v.m. 8 uur Ouessant.
Kon. Paketv. My. RIYS, R'dam naar Batavia
was 9 Mei 12 uur 's middags op 9 gr. 30 min.
Z.B. en 93 gr. 6 min. O.L.
Mij. Nederland POELAU BRAS. 9 Mei van
A'dam naar Hamburg POELAU TELLO,
thuisreis. 9 Mei van Sabang.
Holland-West Afrika Lijn CERES. 8 Mei v.
Duala naar Lagos.
Silver-Java-Pacific Lijn BENGALEN, 8 Mei
van Pacific Kust te Soerabaya.
Java-New York Lijn KOTA PINANG, 8 Mei
van New York te Belawan (verb.).
Diverse Stoomvaartberichten ST. PHILIPS-
LAND. 9 Mel v. A'dam te Gdynia SCHIE-
LAND, 8 Mei van Stettin naar R'dam -
ZEELAND, 8 Mei van de Tyne te Hamburg -
HOOGLAND, 9 Mei van Bremen te Lelth -
ALCHIBA, 10 Mei van R'dam te Quebec ver
wacht AMSTERDAM, 15 Mei van Baton
Rouge te Purfleet verw. JONGE JOHAN-
NA, 9 Mei van Beyrouth te Alexandrië
PRINS FREDERIK HENDRIK. Antwerpen
naar Antwerpen naar Bathurst, pass. 8 Mei
Finisterre RIJN. 8 Mei van R'dam te
Leningrad SCHIE, Susak naar R'dam,
pass. 9 Mei Finisterre SLIEDRECHT, 3
Mei van Abadan te Triest WESTPLEIN,
8 Mei v.m. 3 uur van R'dam te Lulea
ALDEBARAN, 8 Mei van R'dam te Narvik -
AMSTEL, 7 Mei van Duinkerken te Rafso -
NIEUWLAND. 9 Mel van R'dam te Grange.
mouth TUVA, Antwerpen naar Montevida I
pass. 7 Mei Las Palmas MARK. R'dam n.
Hernosand, pass. 7 Mei Brunsbuttel IJS-
SEL, Hamburg naar W. Afrika. 6 Mei van
Monrovia DRIEBERGEN, naar Wubana,
pass. 7 Mei Lands End.
POLITIETOEZICHT GEVRAAGD.
Een lezer maakt bezwaar:
lo. tegen het na-markten op den Nieuwe Rijn
op Zaterdagavond tusschen 1011 uur door al
daar plaats innemende handelaren ln bloemen
en planten, een tijdstip waarop alle overige
marktventers krachtens politie-voorschrUc
moeten zijn verdwenen of pakkende zijn, terwl)!
bovendien alle winkels moeten sluiten om 10
uur op risico verballseerd te worden,
2o. tegen het na-rumoeren van café-bezoe
kers op Stationsweg en Steenstraat op Zater
dagnachten na 2 uur. Waar blijft polltle-toe-
zicht?
handel ln geen enkele gemeente plaats
heeft. Ook deze bewering raakt derhalve
kant noch wal. Hiermede meen ik te kun
nen volstaan, de kwalificatie van den
open brief gevoeglijk aan uwe vergadering
overlatende.
Uitdrukkelijk verklaar ik nog, dat mijn
bezwaar tegen het verlangen om de dis
tributie der versche groente in de winkels
van den groentehandel te doen plaats
hebben, uitsluitend bestond in de practi-
sche onuitvoerbaarheid van dit verlangen
van den groentehandel, met als gevolg
mislukking van den maatregel.
Geenszins beteekent dit, dat lk den
middenstand bij de uitvoering der distri
butie-maatregelen zou willen uitschake
len, al worden daarbij ook wel minder
aangename ervaringen opgedaan
Bij de distributie van margarine, vet,
ileesch, groente ln blik. brandstoffen enz.
ic de handel volledig Ingeschakeld. Zelfs
zijn door mij meer winkeliers In de dis
tributie betrokken dan vroeger ooit het
geval was.
Ten slotte kan lk den raad mededeelen,
dat ik deze verklaring aan B. en W. heb
overgelegd en dat B. en W. zich met den
zakelljken inhoud van deze verklaring
kunnen vereenigen.
De heer WILMER vraagt toezending van
het verweer aan de raadsleden. Dit wordt
toegezegd.
RONDVRAAG.
De heer BEEKENKAMP protesteert na
mens de geheele rechterzijde tegen de
door den burgemeester verleende vergun
ning tot het houden van een optocht met
muziek in de avonduren van Zondag 1 Mcl-
Zooals gebleken, waren op dat tijdstip nog
niet alle kerkdiensten geëindigd en heo-
ben de kerkgangers van een bepaalde kerk
hinder ondervonden van de voorbijtrek
kende muziek.
De heer WÜRTZ vraagt wannee;
de
"(.ui "«avatJ v
automatische verkeersregeling op het Kori
Rapenburg ln werking treedt.
De VOORZITTER antwoordt, dat de in
stallatie in uitvoering is.
De heer HESSING wijst op den toestanu
in de wijk nabij de v. d. Waalsstraat, «aa
geruimen tijd geleden zand is gestort, da
er nog steeds ligt. Waarom wordt dit ter
rein niet bestraat. Ook hebben verscha
lende straten geen naambord.
De VOORZITTER antwoordt, nat de K"
naming reeds heeft plaats gehad.
De heer OROlhNEVELD vestiet de aan
dacht op eenzelfde euvel )n de Marni»
straat, waar de bewoners veel last onu
vinden van de zandverstuivingen.
De heer LOMBERT vult deze klacht aa
met een opmerking over de jeugd, die
terrein en nóg wel onder de oogen
politie misbruikt als voetbalveld^
Hierna - tegen kwart voor zes
sluiting-
2-3