Hoe een bliksemafleider werd uitgevonden Paaschvogel zeg Grapjes den koning zorgen. En ze wipte op de schrijftafel, waar de koning met het hoofd op de armen lag te slapen en kuste den ouden man heel zachtjes op zUn witte oog leden. op zijn spierwit haar en op zijn arme magere handen. De Prins, die toekeek, verbeeldde zich, dat hij zijn vader zag glimlachen en Sleep gewaad kwam ook aanloopen en stond er heel verbaasd bij te kijken. „Kom", zei het Prinsesje, ..helpen jullie nu eens een handje". Toen knipte de Prins met de koninklijke gouden schaar de baard van den koning bij den grond af en samen met Sleepgewaad bevrijdde hij voorzichtig zijn voeten uit de ui. ,.Bah, wat een vieze lucht!" riep het Prin sesje en ze schopte de ui opzij. Ziezoo, dat was klaar. De koning werd nu op een draagbaar gelegd en naar buiten gedragen. Voorzichtig werd hij neergelegd op een beschut plaatsje onder een hoogen den en toegedekt met een zijden deken. En prinsesje Zonneschijn ging zitten en streelde zijn magere gele wangen en zijn witte ha ren, net zoolang, tot hij glimlachend wak ker werd. Toen de koning de oogen opsloeg, was het avond. De vogeltjes zochten juist hun vei lige nestjes op en alles ademde vrede. „Hè", zuchtte de koning, „wat is het hier heerlijk! Sleepgewaad., zeg. Sleepgewaad, jk droomde dat ik buiten was, in het bosch" „Sleepgewaad met z'n zure gezicht is weg", zei het Prinsesje. ..en ik ben prinses Zonne schijn en ik blijf altijd bij u. En de ui is weg en de baard is los en u bent heelemaal niet treurig meer. Is dat niet heerlijk?" „Heerlijk", fluisterde de koning, „o, zoo heerlijk!" En toen viel-hij weer in slaap. Vier weken lang lag de koning onder den hoogen den, in een heerlijk diepen slaap verzonken. De vogeltjes kwinkeleerden om hem heen, de Prins liet hem zoo nu en dan een bekertje melk drinken en het prinsesje koesterde hem met haar levenwekkende stralen. En intusschen begon er in het kabouter paleis een schoonmaaknee maar, een schoonmaak, zooals je nog nooit gezien hebt! Ze moesten zich haasten, want vóór het Paaschfeest moest alles klaar zijn Alles werd naar buiten gesleept, ook de hooge Stapels gewichtige papieren die nat wa ren geworden door de tranen van den koning en die lagen nu heerlijk in de zon te drogen. En de boomstammen werden afgestoft en met nieuw mos bedekt en de wortels kregen bevel, versche sappen uit te zenden tot in de toppen der boomen en een geurig bloemtapijt kwam op de plaats, waar de schrijftafel van den ko ning had gestaan En toen de boomen om het paleis volop in blad stonden, werd de grond boven de groote zaal weggegraven, aoodat de zonnestralen vrij door de tak ken en bladeren heen naar binnen kon den spelen Alles groeide en bloeide in en om het paleis! En opeens op een dag het was onge veer half April was de schoonmaak heelemaal klaar en de koning heelemaal beter. Toen luidden de blauwe klokjes het Paaschfeest in en tegelijkertijd riepen ze de gaston ter bruiloft. Want prinsesje Zonneschijn trouwde met den Kabouter prins en werd prinses van het Kabouter- lar.d. Nu die eer had ze ook wel verdiend, vinden jullie niet? R. DE RUYTER—V. d. FEER Met Benjamin Franklin en zijn zoon op stap. Het is een stralende Junimiddag in 1572 en we staan op een weiland in de buurt van Philadelphia. Wie komen daar aan? Het zijn een man en een jongen van een jaar of achttien en ze dragen samen een grooten vlieger Gek voor zulke groote menschen om nog te gaan vliegeren? Nu, praat maar niet zoo haastig, maar kijk goed uit. want de vlieger, die we zien, is maar geen gewone vlieger. Hij bestaat uit een grooten zijden 2akdoek, vastgespijkerd op een kruis van cederhout en volgestoken met stalen naal den en van den top van den vlieger steekt een stuk ijzerdraad in de lucht De man heeft het vliegertouw ook een snoer ijzerdraad in de hand. Aan het einde is het omwikkeld met een zijden lint en dan hangt er ook nog een sleutelbos aan. Een grappige vertooning, en je hebt na tuurlijk allang begrepen, dat hier geen ge- Fijn. liet is Paschen! Heel vroeg in den morgen, Klim ik voorzichtig m'n beddeke uit. Nu naar beneden, heel zacht op mijn teentjes. Hoor ik daar niet zoo'n heel wonder geluid? Paaschvogel, kom je? Breng je me nu eitjes? Roze en witte en zilver en bruin? Paaschvogel, hoor ik je daar al niet vliegen Met reuzenvieugels vlak in den tuin? Paaschvogel, zeg. wil niet boos op mij wezen Dat ik zoo vroeg uit mijn bedje al sloop, Dat ik. om jou maar heel even te spreken, Achter 't gordijn van de tuinkamer kroop! Paaschvogel, luister: ik wou je iets vragen Moeder zegt, jij hebt al d'eitjes geleld Roze en witte en zilvermaar zeg eens Heb j'ook die snoezige netjes gebreid? MARIE MICHON. v.oon vliegerpartijtje aan de orde is. Dit zijn de beroemde Benjamin Franklin en zijn zoon en ze zijn op het punt om den bliksemafleider uit te vinden. Interessant niet? Laat ik je eerst eens even vertellen, wie Benjamin Franklin was Hij werd geboren in 1706 als zoon van heel eenvoudige ouders tn begon zijn loopbaan in een kleine druk kerij. Dag en nacht werkte hij om een be tere positie te krijgen. Later begon hij zelf te schrijven en zoodoende lukte het hem om aan zijn drukkerij ook een dagblad te verbinden. Hij werd boekhandelaar en pa pierhandelaar en bemoeide zich ook veel met de politiek, waarin hij later een groote rol zou spelen. In 1737 werd hij postmees ter-generaal van Pennsylvanië. Maar dat was voor dezen genialen man nog lang niet genoeg. In zijn vrije uurtjes ging hij aan het knutselen met electrische apparaten die toen nog zeer primitief waren Hij bouwt o.a. met behulp van vrienden, net zulke hartstochtelijke knutselaars als hij, een electrische batterij, waarmee ze een electrischen stroom door de Schuylkill- rivier willen laten gaan. Het water zal als leider fungeeren. Benjamin's huis is van 's morgens tot 's avonds vol nieuwsgierige en hoofdschuddende menschen. En de oudjes voorspellen den waaghals, die zoo roekeloos met groote natuurkrachten speelt, dat hij nog eens door zijn eigen stroom verpletterd zal worden. Nu de proeven zijn dan ook lang niet zonder gevaar en twee maal krijgt Benjamin een zwaren schok, waardoor hij een tijdlang ziek is. Maar de weetgierige man geeft het niet op! De beide natuurverschijnselen, die hem het allermeest boeien, zijn de werking van den bliksem en de oorzaak van den donder. Reeds in 1737 schrijft hij hierover artike len In zijn krant en in 1749 verschijnt van hem een artikel over proeven met blik semafleiders, die het electrische vuur ge- ruischloos uit de wolken zullen trekken". Want dat bliksem en electriciteit hetzelfde waren, stond voor Franklin reeds lang vast; nu kwam het er maar op aan, van deze wetenschap gebruik te maken In 1750 zendt hij zijn krantenknipsels aan zijn Engelschen vriend Peter Collin- son, die er onmiddellijk enthousiast over is en ze aan de Londensche maatschappij van wetenschappen voorlegt. Maar de ge leerde en deftige heeren, die eigenlijk wat minachtend neerzien op „zoo'n halfwilden Yankee", moeten er niets van hebben. Dan wordt Collinson ongeduldig en hfj laat de artikelen van Franklin, waarin proeven worden beschreven, als broch« uitgeven. En dit geschrift wordt o.a, a In het Fransch vertaald en veroorzaakt Frankrijk direct een groote opwindin Zelfs Lodewijk XV Interesseert zich vo die leuke nieuwigheid en laat alle do Franklin beschreven proeven op zijn c-igi landgoederen door den natuurkundige D llbard uitvoeren. En dus is hij eigenlijk i eerste man ter wereld geweest die ra behulp van een lange ijzeren stang b wees, dat bliksem en electriciteit hetzell zijn. En een maand later volgt de proef vi Franklin op het weiland te Philadelphl Het is dus een heel gewichtige dag vo die twee. De zon schijnt en het is drul kend heet. Opeens begon het net za als Benjamin verwacht had! hard I waaien en een prachtige donderwolk rij: hoog aan de lucht. Ze begint te knorre en vuurstralen uit te schieten. En reel omhoog stijgt de witte vlieger, precies o die zwarte wolk toe. Recht omhoog stijgt de witte vlieger Er gebeurt niets, de donder knettert, d regen begint te stroomen en doorwbekt vlieger en snoer. En vader Benjamin pro beert tevergeefs het zijden lint nog droof te houden. Dichtbij is een afdakje, daal kruipen ze onder, maar Franklin past ter dege op, dat het snoer den rand van het afdakje niet raakt, want dan kon er wel eens een ongewenscht vuurwerk ontslaan Er gebeurt nog altijd niets De wolk staat nu precies boven hun hoofden en even heerscht er een pijnlijke stilte. Dan wijst Franklin zijn zoon op de losse draad jes van het snoer, die stijf uitstaan. Hij strijkt er met zijn hand vlak langs, zondei ze echter aan te raken: de draadjes be wegen zich heen en weer. Dan houdt hij zijn vuist voorzichtig in de nabijheid van den sleutelbos: een vuurstraal springt er uit en springt over op zijn knokkels De proef is dus prachtig gelukt. Benja min Franklin heeft bewezen, dat electri citeit uit de lucht kan worden afgeleid: hii heeft het principe van den bliksemaflei der ontdekt en hiermee de menschheid een '■nschatbaren dienst bewezen! En als ze Miuis komen, worden ze door moeder de vrouw, die er niets van begrijpt, vreeselijl beknord omdat ze zoo nat zijn! Verdriet! Er loopt een klein meisje op straat met smaak in een boterham te happen en in tusschen vreeselijk te huilen. Een voorbijganger vraagt haai': „Wat scheelt er toch aan, beste meid?" En zij! ,',Ik ik vind het zoo vr vreeselijl. dat het heerlijke brood aldoor kleiner wordt!" Meer oprecht dan beleefd! „Gedichten?" zegt de beroemde poëet „O. die schud ik zoo uit mijn mouw!" „Nu" antwoordt zijn vriend, „dan zou ik In jouw geval mijn mouwen vlug dichtbin den!"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 24