Van adelborst tot luitenant ter zee ROODE STER Weesinrichting „Neerbosch 75 jaar.... Het conflict de Sigarenindustrie LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 26 Maart 1938 Vierde Blad No. 23927 351 m 79sfe Jaargang In 't afgelegenst oord: Feest van de Roode Ster!< a j Een veeleischende studie voor een veeleischend beroep in het Koninklijk Inst. voor de Marine te Willemsoord. toegerug, yoor den s,rijd om he, bestaan. Duizenden kinderen worden hier Gedurende de laatste. 10 jaar rust de lei ding van Neerbosch met zijn 550 inwoners „Adelborsten rond het vaandel, gedragen door (Van onzen specialen verslaggever) den voorzitter van den Senaat" De plannen voor een nieuw gebouw Het is maar goed, dat het Konink lijk Instituut voor de Marine, te Wil lemsoord, binnen afzienbaren tijd de beschikking zal krijgen over een nieuw gebouw. Want zooals men in het, van het jaar 1879 dateerende, hoofdgebouw met de ruimte heeft moeten woekerenBehoudens de nadere goedkeuring van de Regee- ring zijn de plannen voor het nieuwe gebouw thans gereed en is ook de plaats, waar het verrijzen zal bepaald: daar, waar thans dc zeilboet (een lan ge loods, waarin tuig en zeil bewaard wordt) staat. Van hoog tot laag heeft men, in het Instituut, de vreugde ovei de komende uitbreiding, niet onder stoelen of banken gestoken. Slechts noode heeft men jaren berust in het gemis van een aula, zoo goed mogelijk is voorzien in het tekort aan aparte stu dielokalen voor de adelborsten. Het nieu we gebouw zal verademing brengen. Een aula, nieuwe studie- en leslokalen zijn er in geprojecteerd. Ook de bibliotheek, welke thans in 3 ineenloopende vertrekken is ondergebracht, zal er heen verhulzen, zoo dat het geen wonder is, dat iedereen met de plannen ingenomen is temeer, omdat het aantal adelborsten, dat in September van dit jaar aan de deuren komt aanklop pen ook al weer grooter is. Zijn er thans 145 adelborsten, in September rekent men in Willemsoord' op 175. Alleen maar de besten! Jaar in, jaar uit worden de adelborsten hier klaargestoomd voor zee-officier, offi cier bij de mariniers, officier bij de mari nestoomvaartdienst hiervoor duurt de opleiding normaal 3 jaar en voor offi cier bij de administratie, waarvoor de op leiding 2 jaar duurt. Klaargestoomd? Inderdaad! Als men nagaat wat de adelborsten practisch en theoretisch moeten leeren, dan is er moeilijk een ander woord voor te vinden. Het tempo, waarin een groot aantal vakken gedoceerd wordt, is dan ook zeer hoog. Niet voor niets kiest men elk jaar uit het gToot aantal can didates dat zich voor de beschikbare plaatsen aanmeldt, alleen maar de besten. Deze vindt men na een keuring en een rangschlMdngsonderzoek, waarbij zware eischen gesteld worden. Zoo hadden zich, verleden jaar, 300 candidaten aangemeld voor 60 plaatsen. Na de keuring Waren er nog maar 150 over: 50"/o was afgekeurd, meestal wegens te zwakke oogen. De goedgekeurden verschijnen thans voor de commissie van aanneming. Deze gaan niet alleen af op de cijferlijsten van het behaalde einddiploma eener HB.S. (b) of van een gymnasium. Neen zij beraden zich ook over de kennis, het studieverloop en de wijze van werken, o.m. door bestudee ring van de rapporten en door het stellen van vragen aan de directeuren der scholen, waar de candidaten opgeleid zijn, terwijl zij ook het recht hebben het eindexamen werk in te zien. Voorts wordt op den leef tijd gelet. De candidaten mogen (behou dens toestemming van den minister) op 1 September nog geen twintig jaar oud zijn. Daarnaast wordt gelet op de lichame lijke eigenschappen, terwijl de militaire commissie haar speciale aandacht schenkt aan aanleg, wetenschappelijken en tech- ndschen zin, vlugheid van geest, kalmte, algemeene ontwikkeling en beschaving. Een zware studie. Dit is in het kort, de gang van zaken eer men voor adelborst in aanmerking kan komen. Nu is Willemsoord bereikt! Wat nu? Drie of twee jaar van zware studie breken aan. Naast het practische werk, aan boord van schepen, staat de theore tische opleiding. De eerste-jaars-adelborsten beginnen met de practijk. In 3 weken worden zij afgericht tot recruut. Dan is het studeeren tot half Mei, waarna zij in den stand van matrcos, op de mijnenieggers aangesteld werden: om het matrozenwerk te leeren. Voor de tweede-jaars-adelborsten ein digt de studie begin Mei. Een gedeelte gaat aan boord van de mijnenieggers (bestek maken en dienst doen als officier van de wacht) een ander gedeelte komt aan boord van een torpedoboot (voor de navigatie- opleidtng). De derde-jaars-adelborsten gaan met den kruiser „Java" naar Colombo en ko men terug met de ..Sumatra". Zy doen zijn, zij het ook onder toezicht, in rang boven alle onder-officieren geplaatst. Naast de theoretische en practische op leiding. moeten de adelborsten veel aan sport doen: schermen, athietiek. gymnas tiek. Men zegt dan ook heusch niet te veel, als men het programma, dat afgewerkt moet worden, overladen noemt. De promotie. De adelborsten verlaten Willemsoord als officier 3de klasse. Na twee jaar promo- vesren zij. meestal tegelijk, tot luitenant ter zee 2de klasse. Wanneer zij 10 a 12 dienstjaren als zoodanig achter den rug hebben, kunnen zij luitenant ter zee 1ste klasse worden. Voor de verschillende wa pens varieert dit. Bij den Marinestoom vaartdienst kan dit b.v. 15 jaar duren. Voor men tot dezen rang bevorderd wordt moet een examen afgelegd worden. Dit is, in hoofdzaak, een repetitie van hetgeen op het Instituut is geleerd en van al hetgeen in de practijk is opgestoken. Een examen moet ook gedaan worden voor den rang van kapitein-luitenant ter zee. De studie daarvoor omvat hoofdzakelijk de krijgs wetenschappen, zooals zee- en militair recht. Een wapenkeuze kennen de adelborsten in ons land niet, in tegenstelling met het buitenland, waar de specialisatie wel moge lijk is. In Engeland en Frankrijk b.v. duurt de algemeene opleiding korter. Daarna volgt een aparte cursus, waarbij de adel borsten kunnen kiezen, voor welk wapen zij door willen gaan. Deze cursus duurt in den regel 6 maanden. In Nederland gaat dit anders en worden de adelborsten opge leid voor elk wapen. „Kruiwagens" helpen niet Hoog rijst de eenvoudige houten mast van de kanonneerboot, waarmede de luite nant ter zee J. C. J. van Speyck op 5 Februari 1831 bij Antwerpen liever de Tucht in vloog, dan zich over te geven, voor het Instituut, op. In de ontvangkamer van het hoofdge bouw bevindt zich een kleine vitrine, waar vergeelde en beschadigde reliquien bijeen gebracht zijn: een nieuwe herinnering aan het feit, dat luitenant ter zee Van Speyck een voorbeeld van plichtsbesef, moed. be leid en trouw is. Van matroos, via korporaal cn sergeant tot luitenant ter zee. Ziedaar, in kort bestek, de loopbaan van een adel borst, die 3 jaar lang te Willemsoord hard moet aanpakken om er te komen. Dat het den uitgekozenen bijna altijd gelukt bewijst, dat men inderdaad De toekomst biedt „Neerbosch" nog mogelijkheden. (Van onzen specialen verslaggever.) Weesinrichting „Neerbosch"Zich koesterend in de lentezon, die het land rond Nijmegen een aparte bekoring geeft, ligt. achter het Maas-Waal-kanaal. het Weezendorp. Enkele handwijzers geven dui delijk aan. hoe de vreemdeling te gaan heeft om den langen toegangsweg naar de stichting van Johannes van 't Lindenhout te vinden. En dan staat hij reeds op het plein, dat het centrum is van het 10 H.A. beslaande complex gebouwen, waarin nu al weer 75 jaar weezen, halfweezen en voogdijkinderen, met zeer veel succes toe gerust. worden voor den moeilijken strijd om het bestaan Bij Johannes van 't Lindenhout, zoon van een welgesteld landbouwer uit Beu- ningen, rees in het jaar 1863. de gedachte aan de vestiging van een tehuis voor wees kinderen, die in hun eigen gemeente geen plaats konden vinden. Hij sprak er met enkele vrienden over, die zich tenslotte voor het plan lieten winnen. In 1863 werd een circulaire rondgezonden en in het na jaar konden, in een huis te Nijmegen, de eerste weezen opgenomen worden. Vier jaar later was dit tehuis reeds te klein. Toen ontving Van 't Lindenhout een stuk land bij Neerbosch ten geschenke, waarop hij het eerste paviljoen, van wat later de Weesinrichting zou heeten. bouwde. Nu volgden jaren van grooten bloei. Wel had men nog dikwijls te kampen met ge brek aan geld voor de behoeften van het steeds grooter woTdende gezin, maar daar tegenover stond de sympathie van duizen-, den in den lande, die zich steeds weer in daden uitte. Het eene paviljoen na het an dere verrees. Ook werden werkplaatsen ge bouwd voor de jongens: een wasscherij, keuken, naaikamer, enz., voor de meisjes. Daarbij de woningen voor de gehuwde le den van het personeel. In den loop der jaren verrees een eigen kapel, lokaliteiten voor een Lagere School, een Ziekenhuis. Het aantal weezen, jongens en meisjes, van zeer uiteenloopenden leeftijd (één tot 20 jaar) groeide aan tot ruim 1000. Deze overbevolking leidde tot minder gewenschte toestanden. Het toezicht kon niet steeds voldoende worden uitgeoefend. De talrijke medewerkers waren niet allen even ge schikt voor hun taak Het beheer der fi nanciën was te primitief voor het omvang rijke geheel. Reorganisatie was noodzake lijk, waarbij allereerst werd overgegaan tot vorming van een zelfstandige Gestichts gemeente te Neerbosch, onder leiding van ds. Schrijver, predikant-directeur. Sedert de invoering van de Kinderwet ten werden naast weezen en halfweezen ook voogdijkinderen van beiderlei sexe op genomen. Daarnaast werden de gebouwen gerestaureerd, recreatiezalen en betere waschgelegenheden ingericht. Bovendien werd de financieele administratie meer vakkundig geregeld Een nieuwe bloeitijd kwam In de jaren na 1904 zijn weder om honderden jongens en meisjes, na de opleiding te Neerbosch, op 18 a 19-jarigen leeftijd in een betrekking geplaatst. op de schouders van ds. H. Kluin en diens steeds weer de besten kiest uit het groot aantal candidaten, dat zich elk jaar aanmeldt. Men is soms van meening, dat een goede relatie in marinekringen de keuze van een adelborst beïnvloeden kan. Zij, die lezen kunnen, zullen na het bovenstaande, zeker een ander oordeel toegedaan zijn. Een „kruiwa gen". om het maar eens gewoon te zeg gen, heeft op de keuze van de candida ten niet den minsten invloed (Nadruk verboden) Ds. H. Kluin. predikant-directeur van de Weesinrichting „Neerbosch". echtgenoote. Zij kwamen in een tijd, dat er wederom veel vernieuwd en veranderd moest worden, dank zij de eischen, die het moderne leven stelde. Recreatiezalen wer den vernieuwd, geheele paviljoens her bouwd, nieuwe machines in de werkplaat sen, keuken en wasscherij aangeschaft. Een sportveld werd ingericht, een groot zwem bad verrees, de kleeding der jongens en meisjes moest gemoderniseerd worden. Voorts moesten te groote groepen van kin- deien in kleinere onderverdeeld worden. Helaas laten de financiën na den bouw van 3 nieuwe paviljoens de uitvoering van andere plannen niet toe. Zoo is de algeheele verbouwing van het tehuis der" school meisjes op het verlanglijstje blijven staan. Het is noodig dat de meisjes in kleinere groepen, van ruim 20 leder, verdeeld wor den. Iedere groep moet in een aparte zaal. met speciale leiding, ondergebracht worden. Inplaats van de groote. algemeene slaap zaal zijn kleinere zaaltjes noodig. Daarvoor is een bouwfonds gevormd. Maar dit is niet toereikend Men hoopt, wanneer in Juni het 75-jarig bestaan van de Weesinrichting herdacht zal worden, dat dit fonds dan wel zal toelaien om de plannen, die men gemaakt heeft, door te zetten. Een dorp op zichzelfZóó moet men de Weesinrichting „Neerbosch" eigenMjk beschouwen. Een eigen lagere- en fröbel school. een ziekenhuis, sportterrein, zwem bad. een boerderij, tuinderij en bloemisterij, een bakkerij, een kleermakers-, meubel- en schilderswerkplaats, een schoenmakerij, een smederij met onderafdeelingen voor bankwerkers, electriciteit en lood- en zink bewerkers. benevens een zetterij, annex drukkerij en binderij, een wasch- en strijk- inrichttag, zijn de vitale deelen van dit dorp, waar de pupilen opgeleid worden: de jongens als vakman, de meisjes voor het huishouden. Geschoold personeel zorgt er voor. dat deze opleiding gedegen is. waarbij de paedagogie in de practijk gebracht wordt De middelen tot ontspanning en tot sportbeoefening zijn in „het dorp" een be langrijk onderdeel van het opvoedingswerk. Een groote inrichting heeft daarbij dit voordeel, dat men vele mogelijkheden heeft, waaruit een ruime keuze gemaakt kan worden. In een rijk met natuurschoon gezegend hoekje van Gelderland wordt, nu al weer tientallen jaren, gewerkt aan de vorming van kinderen, die zich later een plaats in de maatschappij moeten veroveren en wien ook daarbij de helpende hand geboden wordt. Nu op 10 Juni a.s het 75-jaxig be staan van de oude Weesinrichting gevierd wordt, verdient „Neerbosch" in het volle licht der belangstelling geplaatst te wor den. ook al. omdat men verwachten mag. dat de inrichting in de toekomst, nog een belangrijke taak te vervullen krijgt. (Nadruk verboden). Mr. B. Colenbrander, secretaris van het Verbond van Sigaren fabrikanten. aan het woord. Hü acht het gestelde ultimatum, hangende de besprekingen met den RTjksbemiddelaar, onbe hoorlijk. (Van onzen specialen verslaggever). „Onbehoorlijk1" Zóó kwalificeert mi*. B. Colen'brander. secretaris van het Ver bond van Sigarenfabrikanten in Nederland, omvattende de patoons In het Noorden van out land, het ultimatum, dat de vier Werkliedenorganisaties aan de beide Pa- troonsvereenigingen hebben gesteld „Dc arbeiders wisten dat er nog besprekingen met den Rijksbemiddelaar gaande waren, zoodat zij deze „oorlogsgymnastlek" beter achterwege hadden kunnen latenal dus gaat mr. Colenlbrander verder, daar door meteen het conflict, dat de Neder- landsche sigarenindustrie. waarin 20.000 personen hun brood verdienen en waarvan de ontwikkeling door velen met groote be langstelling gevolgd wordt, tot onderwerp van e-n kor e beschouwing makend „Men verwijt den sigarenfabrikan en dat zij geen pogingen :ot saneering gedaan hebben. Dit is onjuist. We noemen b.v alleen maar den arbeid van een commissie, welke onder leiding van orof. De Vries, aandacht hieraan besteed heeft Maar de belangen loonen zoo onteetcend ver uiteen, dat er. tot nu toe. geen eenstemmigheid verkregen kon worden onder de fabri kanten. Het u' 'ma urn was voor ons geen ver weer dienst als officier van de wacht en rassing. Wel verraste ons de keuze van de fabrieken, waar de staking eventueel ge proclameerd zal worden. Want men zal, als buitenstaander, allicht tot de conclusie nelgen, dat de uitgekozen fabrieken dan waarschijnlijk ook de fabrieken zijn. waar de loonen het laagst zijn, Wii stellen er daarom prijs op te verklaren, dat dit juist niet het geval is. Verschillende van de 7 fabrieken, waar het eventueel op 11 April tot een staking moet komen, betalen loo nen. die boven het gemiddelde liggen. Andere halen het gemiddelde juist Wij geven toe. dat er. speciaal in het Zuiden van ons land, fabrieken zijn. waar de loonen erg laag zijn. En dat er iets gedaan moet worden om dóar de voor waarden voor het pensoneel te verbeteren, beamen wij dan ook. Zelf hebben wü. op ons bureau in de hoofdstad, sinds 1928—1929 bijgehouden, hoe de positie was en is van het personeel, in dienst van de fabrikanten, aangesloten bij ons Verbond. Uit de door ons verzamelde cijfers mogen wii de conclusie trekken, dat de positie van dit personeel eer verbeterd dan slechter geworden is. Vergeleken bij een dertigtal andere indrijven in ons land is het zelfs opvallend, dat de loonen op de fabrieken, welke tot het. Verbond behooren, minder sterk gedaald ziin dan in die an dere bedrijven terwijl de koopkracht van de arbeiders in de bedoelde sigarenfabrie ken eerder toe- dan afgenomen is. Dit laatste verschijnsel mag mede toegeschre ven worden aan het feit. dat de kosten van het levensonderhoud b.v. twee maal zoo sterk gedaald zijn als de inkomsten De door de werkliedenorganisaties inge diende. ingrijpende voorstellen komen neer op een loonsverhooging van 40 tot 50 voor de meest gangbare modellen. Daar is niet over te denken. Ja. de arbeiders zeg gen, dat wii de verkoopprijzen eenvoudig moeten verhoogen. Maar als wii dat deden, dan zou het verbruik van sigaren wel heel sterk afnemen. En de fabrikanten moeten nu eenmaal rekening houden met de con sumenten Daarom is de „Ondernemers- overeenkomst" ook maar een zeer beschei den stap in die richting, waarbij de prijs van de 3-centssigaar op 3'/i cent gebracht wordt. De fabrikanten hopen daardoor een bescheiden equivalent te verkrijgen voor een loonsverhooging. De 3-centssigaar zal wel blijven bestaan. Fabrikanten, die ge heel of gedeeltelijk mechanisch werken zullen dit soort sigaren mogen blijven ver vaardigen. waarbij een productie van 20.000 stuks per week per compleet- machine. die vóór of op 15 Maart in wer king was of geweest is, niet overschreden mag worden. Nogmaals: voor het verwijt, dat de fa brikanten niets gedaan hebben sinds 1935, is geen reden. Er zijn verschillende pogin gen aangewend om tot saneering van de industrie te komen. Maar de materie is uiterst moeilijk, omdat de belangen zoo sterk uiteenloopen. Meer valt er voorloopig niet te zeggen Gisteren hebben de fabri kanten aangesloten bii de Patroonsorga nisatie in hei Zuiden van ons land. in Eindhoven vergaderd. Neen. het Verbond van Sigarenfabrikanten is daar niet tegen woordig geweest. De gecombineerde verga dering der Patroonsorganisaties zal Maan dag as in Den Haag. onder leiding van den Rijksbemiddelaar, plaats hebben. Ook de werkliedenorganisaties zullen aan deze besprekingen deelnemen. WD wachten dan ook rustig af tot Maandag (Nadruk verboden). '~"N- rs V. j Nieuwe Roode Stei Tabak, No. 6 van 6 cent en No. 10 van 10 cent per half ons. Niemeijer verdriedubbelt het aantal gelukkige rookers! Want tot ieders verbazing en vreugd stelt men 't vast: de karakteristieke „Roode Ster smaak" is óók bij de nieuwe Roode Ster No. 6 en No 10 volmaakt ge handhaafd 6, 10 of 13 cent per half ons! Haal Uw pakje! 't Is feest in rookersland! „Dl Sttr op hel pak garantie voor rifpe tabak!" NIEMEIJER'S TABAK 8363 (Ingez. MecL)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 13