Katwijksche zeelui houden
Holland's naam hoog
LEID5CH DAGBLAD - Derde Blad
Dinsdag 22 Maart 1938
Gemeenteraad van Katwijk
KERK- EN SCHOOLNIEUWS
Luchtaanvallen!
Zweden redde
Bovenmenschelijke strijd
tegen de elementen.
Een nieuw systeem
bij de politie
De openbare school.
DICKIE DONS EN DE TOOVERVISCII
LAND- EN TUINBOUW
FAILLISSEMENTEN
0
Hrt© Ha Trrvrr" voortion sema£er he^ Zweedsche schip zoo dicht
XIO© Cl© //JUVa V©©ril0n mogelijk om den kapitein den raad te ge-
(Van onzen redacteur).
Zooals door ons destijds reeds in enkele
korte berichten werd gemeld, redde de
Katwijksche motorlogger .Java" KW 159
van de N.V. Visscherij maatschappij „In-
sulinde" te Katwijk aan Zee op Donder
dag 3 Maart JJ. tijdens hevig stormweer
de uit 14 koppen bestaande bemanning
van het op de Noordzee gezonken Zweed
sche stoomschip „Birma", dat met 750.000
K.G. suiker van Gdynia in Polen op weg
was naar de Engelsche haven Huil.
Zondag' J.I. keerde de „Java" ln de vis-
schershaven te IJmuiden terug en gister
middag zijn wij schipper Hulb Messemaker
van de KW 159 in zijn woning ln
de E. A. Borgerstraat te Katwijk aan Zee
gaan opzoeken, waar hij ons een uitvoerig
relaas deed van deze bewogen reis.
Op Donderdag 24 Februari vertrok de
„Java" van IJmuiden ter visscherij. Al di
rect had men met slecht weer te kampen,
doch men slaagde er evenwel ln voort
durend vlsschende te blijven.
Om ongeveer 4 uur in den nacht van
Dinsdag op Woensdag (2 Maart), de „Java1
bevond zich toen ten Oosten van de Dog-
gcrsbank, werd de aandacht van de opva
renden getrokken door een schip, dat op
de „Java" aanhield, en dat voortdurend
signalen met flambouwen gaf, terwijl met
de stoomfluit S.O.S.-seinen werden gege
ven. De „Java" haalde onmlddelijk zijn net
binnen en begaf zich naar het om hulp
vragende schip, dat het 603 ton metende
Zweedsche stoomschip „Birma" bleek te
zijn. Al spoedig wist men op de „Java", dat
de Zweed water maakte in zijn machine
kamer, doch dat men het lek niet kon
vinden. De kapitein hoopte echter zijn
schip met behulp van de pompen drijven
de te houden en op eigen kracht de Deen-
sche haven Frederikshaven binnen te
brengen.
HIJ verzocht de „Java" echter bij hem
te blijven en gezamenlijk zetten belde
schepen koers naar Denemarken.
Den volgenden middag was de storm
echter aangewakkerd tot windkracht 11
a 12, terwijl er torenhooge zeeën liepen.
Doorvaren zou geen zin gehad hebben en
men besloot belde schepen met den kop in
wind en golven te leggen en te wachten
totdat het weer wat zou opknappen.
Gebeukt door zware golven brachten
beide schepen, zoo dicht mogelijk bij el
kander blijvend, den nacht door. Den vol
genden morgen. Donderdag 3 Maart, nam
de storm iets in kracht af en opnieuw
werd koers gezet naar Denemarken.
Om twee uur 's-middags begon de
„Birma" echter wederom noodseinen
te geven. De „Java" naderde het schip
zoo dicht mogelijk om te hooren, dat
de pompen defect waren geraakt en
dat de bemanning verzocht van het
zinkende schip gehaald te worden.
Op dat oogenbllk hadden de 14 opvaren
den van de „Birma" reeds 3 etmalen on
afgebroken gewerkt om het binnendrin
gende water de baas te blijven.
Intussc'nen was de Deensche postboot
„Skagen" in de nabijheid van beide sche
pen gekomen. De „Skagen" vertrok eerst
toen de laatste Zweed op de KW 159 was
overgegaan, doch voor heb zoover was,
wachtten Zweden en Hollanders nog en
kele zware uren.
Schipper Messemaker naderde de
„Birma" zoo dicht dat beide schepen,
die nu eens torenhoog werden opge
tild oin dan weer met groote snelheid
in een golfdal te worden ncergesmakt,
op een gegeven oogenblik zoo dicht,
bij elkaar waren, dat de ruimte tus-
schen beide schepen, die elk oogenblik
met een geweldige kracht tegen el
kaar dreigden te botsen, nauwelijks
een meter bedroeg.
Geen der Zweden durfde echter op
de „Java" over te springen.
Na deze uiterst riskante manoeuvre, die
slechts dank zij de goede zeemanschap van
schipper Messemaker tot een goed einde
werd gebracht, besloot men op de KW 159
een lijn naar de „Birma" over te schieten.
Men maakte de schipbreukelingen zoo
goed en zoo kwaad als het ging duidelijk,
dat zij met deze lijn om hun middel ln zee
moesten springen. De Katwljkers zouden
den drenkeling dan zoo snel mogelijk bin
nenboord halen.
De bootsman van de „Birma" was
de eerste die den sprong ln de kokende
zee waagde. In minder dan een mi
nuut was hij aan boord van den mo
torlogger, doch toen de eerste stuur
man overboord sprong, waren de sche
pen zoo ver van elkaar verwijderd, dat
hij bijna vier minuten door het water
moest worden gesleurd, voordat hij de
„Java" had bereikt.
Geheel overstuur van emotie en ver
moeidheid kwam hij op de „Java" aan,
doch dank zij de goede zorgen van de
Katwijkers, was hij weer betrekkelijk
vlug de doorgestane ellende te boven.
Den twaalf Zweden, die nog op hun schip
varen, en die den vreeselijken tocht van
hun stuurman hadden gezien, ontbrak de
moed om zijn voorbeeld te volgen.
Radeloos van angst en geen uitweg
deer ziende, liepen zij doelloos op het dek
an de langzaam maar zeker dieper zin
gende „Birma" rond.
Op dc „Java" hield men echter het hoofd
koel en wederom naderde schipper Mes-
-. ge
ven in de sloep te gaan.
Ook dit was een uiterst gevaarlijke on
derneming. want niet alleen was de kans
groot, dat de reddingboot bij het uitzetten
door een verraderlijke golf gegrepen zou
worden en te pletter zou worden gesla
gen. doch ook bij het langszij komen van
het reddende schip, wachtten tallooze ge
varen.
Het was echter alweer de voortref
felijke zeemanschap, ditmaal van Zwe
den en Katwijkers te zamen, die ook
dit waagstuk, een waagstuk dat uitge
voerd moest worden, een andere keus
was er niet, tot een goed einde bracht.
Zonder het minste letsel kwamen de
12 Zweden met hun hond op de „Java"
aan.
Ruim twee en een half uur ls de KW 159
met zijn succesvolle reddingspogingen
bezig geweest. Het waren uren, die
niet alleen van den schipper, doch ook van
de geheele bemanning het uiterste verg
den.
Toen de geredden verzorgd waren, begaf
de „Java" zich opnieuw naar het inmid
dels 45 c.M. dieper gezonken schip om er
een verlichte boel bij te plaatsen, ter waar
schuwing van eventueel passeerende
schepen.
Voortdurend hield men de „Birma" ln
het oog. Om 1 uur 's nachts was het schip
echter plotseling verdwenen. Den volgen
den dag heeft men nog ruim vier uren de
omgeving afgezocht doch nergens was
meer een spoor van het schip te vinden,
waarna de „Java" koers zette naar Fre
derikshaven. waar men Zaterdag 5 Maart
om 2 uur 's middags aankwam.
De geredde Zweden werden hier aan
land gezet, doch zij vertrokken niet naar
hun woonplaats. Gothenburg, dan nadat
zij de geheele bemanning van de „Java",
die op zoo kranige wijze den naam van
den Hollandschen zeeman had hoog ge
houden, een diner hadden aangeboden.
De kapitein van de „Birma" vertelde
nog, dat hij ln den nacht voordat hij de
„Java" ontmoette, hulp had gevraagd aan
een trawler van .onbekende nationaliteit.
Driemaal voer deze trawler om de „Birma"
heen cm vervolgens zonder Iets te vragen
zijn reis voort te zetten
'sMaandags vertrok de „Java" weer naar
zee om zijn vischrels af te maken en als
dit Blad verschijnt, is de motorlogger
„Java" KW 159. alweer op weg naar zijn
vischgronden in de Noordzee
PREDIKBEURTEN.
Lelden GerefGem. (Nieuwe Rijn)Woens-
dagnam. 8 uur, ds. G. H. Kersten van Rot
terdam.
Alphen aan den Rijn Lokaal van Man-
dersloostraatWoensdagnam. 3 en 7>/. uur. de
heer Redelijkheid van Ouderkerk a. d. IJssel.
Ds. J. DOUMA.
Naar wij vernemen heeft onze oud-stad
genoot, ds. J. Douma, predikant bij de
Geref. Kerk van Arnhem, ln de gisteravond
gehouden vergadering van den kerkeraad
aldaar op medisch advies zijn emeritaats-
aanvrage ingediend.
Met ds. Douma verlaat een kannselrede-
naar van grooten faam in de Geref. ker
ken den actieven dienst. Jan Douma werd
16 Dec. 1873 te Drachten, waar zijn vader
predikant was, geboren. Hij studeerde aan
de Theol. School te Kampen en deed 10
Jan. 1897, nog maar 23 jaar oud, zijn in
trede ln zijn eerste gemeente te Spijkenlsse.
In 1902 vertrok hij naar Alblasserdam, wel
ke standplaats in 1907 met Lelden verwis
seld werd. Na van 1911—1916 dc kerk van
Watergraafsmeer te hebben gediend, deed
ds. Douma 20 Maart van laatstgenoemd
jaar zijn intrede bij de ongedeelde kerk van
's-Gravenhage. Bij de kerksplitsing ln 1925
ging ds. Douma over naar de kerk van
's-Gravenhage Oost. Beroepen van Sche-
venlngen, Groningen en Maassluis werden
afgeslagen totdat ds. Douma meende in
1929 het beroep naar Arnhem in de vac.
die aldaar was ontstaan door het overlij
den van wijlen ds. J. G. Kunst te moeten
aannemen. 21 April van laatstgenoemd
jaar bevestigde zijn collega, ds. H. L. Both
ds. Douma ln de Geld. hoofdstad. Direct
trad ds. Douma ook daar op den voorgrond.
De classis Arnhem vaardigde hertl af naar
de Part. Synode van Gelderland en deze
deputeerde hem bij herhaling naar de Ge
nerale Synode, waarvan hij in 1930 'Arn
hem i. in 1933 (Middelburg) en ln 1936
(Amsterdam) deel heeft uitgemaakt.
De verdiensten van ds. Douma vonden
erkenning ln zijn benoeming tot ridder ln
de orde van Oranje-Nassau.
Het ligt in het voornemen van ds. Douma
om Zondag 13 Juni a.s. afscheid te preeken
van zijn gemeente.
De raad der gemeente Katwijk hield gis
teravond een openbare vergadering. Alle
leden waren aanwezig. De notulen der vo
rige vergandering werden na een opmer
king van den heer v. d. Marei goedge
keurd. Een aantal ingekomen stukken werd
voor kennisgeving aangenomen.
De heer Schoneveld werd tot lid der
havencommissie, de heer J. Hoek tot lid
der commissie voor de bedrijven en de heer
C van Rijs tot lid der commissie voor de
werkverschaffing benoemd.
Besloten werd het huurcontract met den
heer C. Koster, betreffende een stuk teel-
land ln de zanderij „Cleyn Duin" ongewij
zigd te verlengen tot 1 Januari 1940. De
heer van 't Wout drong er op aan om ln
de toekomst perceelen teelland zooveel
mogelijk bij openbare inschrijving te ver
huren. hetgeen de voorz. toezegde.
Vastgesteld werd een verordening op de
heffing en invordering van schoolgeld.
Deze verordening komt behoudens enkele
kleine wijzigingen, overeen met de oude
verordening, die tot 1 April a.s. van kracht
;s. Een der wijzigingen heeft tot gevolg,
dat het schoolgeld voor een aantal kinde
ren iets zal worden verlaagd.
In de precarlo-verordening werd een wij
ziging aangebracht. Voortaan zal voor een
iucht. en waterpomp evenveel f. 15.per
jaar) verschuldigd zijn als voor een ben
zinepomp.
De heer Schoneveld achtte de heffing op
water- en luchtpompen, waarmede geen
winst wordt gemaakt, te hoog. Spr. vond
f. 7.50 voldoende. De voorz. antwoordde,
dat de gemeente er geen rekening mee kan
houden of met een pomp wordt verdiend
of niet. De heer van Rijs steunde het voor
stel van den heer Schoneveld. terwijl de
heer Meerburg het bestreed. Het voorstel-
Schoneveld werd verworpen met 93 st.
Voor stemden de heeren van 't Wout, van
Rijs, van Tongeren. Hueting, Schoneveld,
Lodder, Hoek en v. d. Marei.
Besloten werd van de wed. E. Schone
veld 915 M2 bouwgrond aan te koopen. ge
legen hoek Prinses JulianalaanSchelpen
pad, voor f. 3.75 per M2.
De politie.
B. en W. stelden voor een credlet te ver
kenen voor de aanstelling van een agent
in vasten dienst. Aan het bij dit voorstel
gevoegde prae-advies ontleenen wij het
volgende
BIJ de politie wordt sinds gerulmen tijd
een vervangingssysteem toegepast, dat
Beschermt U tegen de gevolgen vcm
Gij neemt voorzorgen tegen
brand, ziekte en natuurrampen.
Waarom dan niet tegen het zoo
veel ernstiger gevaar uit de lucht?
Doe het nog I
Nadere inlichtingen verstrekt de secre
taris van de aid. Leiden der Ned. Ver.
voor Luchtbescherming, dr. T. Potlewiid,
Boerhaavelaan 37, Leiden.
hierop neerkomt, dat ter tijdelijke aanvul
ling van het korps Katwijkers ln dienst
worden genomen, die gedurende den tijd,
dat zij geen politiediensten verrichten, ln
het vrije bedrijf werkzaam zijn. Zooals
bekend is de laatste tijdelijke agent on
langs elders tot agent van politie benoemd
en B. en W. achten dit een geschikte ge
legenheid om aan het vervangingssysteem,
dat zij minder Juist achten een einde te
maken. Het bestaande systeem, zoo zeggen
B. en W„ ls niet bevorderlijk voor het
prestige der politie. Het zou b.v. kunnen
voorkomen, dat de tijdelijke agent, als
handhaver der orde, zou moeten optreden
legen zijn werkgever in het particuliere be
drijf. Bovendien zouden familierelaties een
krachtig optreden ln den weg kunnen
staan. Door de benoeming van een agent
in vasten dienst zal het aantal strandagen-
len met één verminderd kunnen worden,
terwijl het bovendien mogelijk zal zijn een
der oudere agenten speciaal te belasten
met het tegengaan van baldadigheid, ze
deloosheid, het onderzoeken van bijzon
dere klachten en het toezicht op bijzon
dere wetten. De meerdere kosten verbon
den aan de aanstelling van een agent in
vasten dienst op een salaris van f. 1450.
tot f. 1868.beloopen minstens f. 290.en
i.oogstens f.708.per Jaar.
De heer v. d. Marei vreesde dat de po
litie steeds meer zal gaan kosten.
De heer v. Rijs Juichte het voorstel van
B. en W. toe, daar hij met B. en W. van
meening ls dat het onjuist Is om Katwij
kers als politieagent op het publiek „los te
laten".
De heer van Tongeren meende, dat de
gevraagde uitgaaf niet verantwoord is. Als
wij zoo doorgaan, aldus spr., dan zal stel
lig de belasting verhoogd moeten worden,
wat voor de gemeente funest zou zijn. Om
die redenen zal spr. tegen stemmen, even
als tegen de volgende agendapunten, waar-
In nieuwe uitgaven worden voorgesteld.
De heer van der Bent maakte bezwaar
legen de door den heer van Rijs gebruik
te uitdrukking van „op het publiek losla
ten van Katwijksche politieagenten" en
prees de wijze waarop de tijdelijke agenten
steeds hun taak hebben vervuld.
Ook de heer Schoneveld pleitte voor de
Katwijksche agenten en zeide het te zul
len betreuren, dat Katwijksche adspirant-
agenten, bij aanneming van het voorstel
van B. en W. de gelegenheid om een uit
stekende opleiding te genieten kwijt zullen
raken. Evenals de heer van Tongeren had
ook spr. financieele bezwaren.
In antwoord op het door den heer v. d
Bent gesprokene merkte de heer van Rijs
op dat zijn woorden niet zoo letterlijk moe-
►en worden opgevat. Het gaat bij spr. niet
om een voor of tegen de tijdelijke agenten,
doch om het principe van het aanstellen
van agenten ln hun woonplaats.
De heer v. d. Zwan meende, dat het
speciaal ln een gemeente als Katwijk met
haar bijzondere karakter, wel goed is dat
enkele Ingezetenen politiedienst doen.
De voorz. merkte op, dat het voorstel zich
geenszins richt tegen de tijdelijke agen
ten. wier groote verdiensten hij roemde,
doch dat het uitsluitend beoogt een on
juist systeem af te schaffen. Het ligt bo
vendien ln de bedoeling, aldus spr.. om.
evenals voorheen ook nu weer enkele Kat
wijkers als strandagent aan te stellen. Het
voorstel van B. en W. werd tenslotte aan
genomen met 134 stemmen. Tegen de
heeren Grimbergen, Schoneveld, Hoek en
van Tongeren.
In verband met het ontwerpen van het
uitbreidingsplan stelden B. en W. voor tij
delijk twee teekenaars en een hulp voor
den hoofdopzichter te benoemen, waarvoor
een credlet werd gevraagd van f2500,
In heftige bewoordingen bestreed de
heer van Tongeren, hoofdzakelijk om fi
nancieele redenen, dit voorstel, terwijl ook
de heeren Schoneveld en v. d. Marei ver
schillende bezwaren naar voren brachten.
Met de stemmen van de heeren v. d. Marei,
van Tongeren. Schoneveld en Hoek tegen
werd het gevraagd credlet verleend.
Aan de Leidsche Buitenschool werd
f 167.50 beschikbaar gesteld voor het la
ten uitvoeren van eenige noodzakelijke
veranderingen in het schoolgebouw.
Ds. G. L. F. W. B. H. F. K. DE VOOGD
VAN DER STRATEN.
Woensdag 30 Maart a.s. viert as. G. L. F.
W. B. H. F. K. de Voogd van der Straten,
Ned. Herv. predikant te Haastrecht, zijn
zilveren ambtsjubileum. Gottlieb Leonhard
Franz Wilhelm Bernhard Heinrich Frie-
drich Karl de Voogd van der Straten werd
1 Fcbr. 1388 te 's-Gravenhage geboren. Hij
bezocht het Sted. Gymnasium aldaar en
studeerde aan de Rijksuniversiteit te Lei
den theologie. In 1912 candidaat geworden
ln Zuid-Holland, aanvaardde hij 30 Maart
1913 zijn ambt te Abbenbroek sprekende
over Neh. 2 vers 20 a. In 1916 vertrok hij
naar Nieuwenhoorn (Z.-H.) om zich 23
Aug. 1931 aan zijn tegenwoordige gemeen
te te verbinden sprekende over Rom. l
vers 16.
HERVORMDE SCHIFPERSRAAD.
De Herv. Schlppersraad heeft besloten
om aan schippers, die Ud der Ned. Herv.
Kerk zijn, een legitimatiebewijs af te ge
ven. De Raad meent hierdoor twee belang
rijke zaken te bevorderen: le. dat het voor
een schipper in een vreemde plaats een niet
tc onderschatten hulpmiddel is bij zijn
contact zoeken met de plaatselijke kerke
lijke lichamen en 2e. dat het voor de pre
dikanten, diakenen enz. van beteekenis
wezen zal, omdat zij hierdoor een officieel
bewijs hebben, welke persoon zich bij hen
heeft gemeld. De Schlppersraad kan dit
bewijs echter niet afgeven zonder zeer nauw
keurige gegevens. Derhalve werd aan pre
dikanten en kerkeraden verzocht elke ker
kelijke handeling die plaats heeft met een
Ncd. Hen-, schipper op te geven aan het
secretariaat van den Herv. Schlppersraad.
Het spreekt vanzelf dat de Schlppersraad
er niet aan denkt dit legitimatiebewijs te
stellen ln de plaats van een attestatie.
DE FINANCIEN DER SALATIGA-ZENDING
De rekening en verantwoording van de
Salatiga-zendlng over '37 wijst in ontvang
sten totaal aan f. 19898.63, nJ. f. 11213.36
aan vrije giften en f. 3974 giften met een
speciale bestemming, terwijl aan legaten
f. 4.000.werd ontvangen. Het saldo over
1937 bedraagt f. 768.50, terwijl bovendien
ln kas Is aan giften met een bepaalde be
stemming f. 1016.50.
v
rat
Wie dit bord
voor zich ziet
moet x t r a
voo rz i c h t i 9
zijn, want hij
nadert 'n voor-
rangsweg (óók
het verkeer
van links laten
vóórgaan!)
Het credlet aan de openbare school.
Uitvoerig werd gesproken over een voor
stel om aan de openbare lagere school eert
creóiet te verleenen van f. 1675.voor aan
schaffing van leermiddelen en schoolbe-
hoeften.
De heer van Elk noemde het gevraagd#
credlet veel te hoog, terwijl z.i. een t«
groot aantal leerlingen in de aanvraag
wordt genoemd.
De heer van Rijs wees op den treurigen
toestand waarin de leermiddelen der open
bare school verkeeren: er worden nog boek
jes gebruikt die 40 jaar oud zijn. Jaren
lang heeft men het openbaar onderwijs
verwaarloosd, nu wordt de rekening ge
presenteerd.
De heer v. d. Marei maakte bezwaar te
gen een in het totaalbedrag begrepen som!
van f. 135.bestemd voor aankoop van
bibliotheekboeken.
Ook de heer van Tongeren had bezwaar
legen dit bedrag. Een schoolbibliotheek,
aldus spr., moet niet door de gemeente
worden bekostigd, daar moet het particu
lier initiatief voor zorgen.
De heer Schoneveld zeide slechts voor
het voorstel te zullen stemmen, indien B.
en W. hem de verzekering wilden geven,
dat de aanvraag de ln de wet gestelde
grenzen niet overschrijdt.
Weth. Veltkamp verdedigde de aanvraag
cn wees er op dat zoowel de bijzondere als
de openbare scholen overeenkomstig de
wet behandeld moeten worden. Er wordt
wel eens beweerd zoo zeide spr., dat de
exploitatiekosten der openbare school laag
worden gehouden om daardoor de uitga
ven der bijz. scholen te kunnen drukken,
dit ls echter onjuist. Naar aanleiding van
een opmerking van den heer v. d. Perk
zeide spr.. dat deze kosten niet uit de ge
wone middelen kunnen worden bestreden,
daar het hier uitgaven betreft in verband
met de Invoering van een nieuw onder-
wljs-systeem.
Op voorstel van den heer van Tongeren
werd tenslotte met de stemmen van de
heeren van Rijs. van 't Wout. Veltkamp,
Dubbeldam, v. d. Bent en dr. Hueting te
gen besloten het voorstel aan te houden.
Aan de R.K. School werd een voorschot
van f. 1105.68; aan de Geref. School te Kat
wijk aan Zee van f. 2040.63: aan de Otto
baron van Wassenaar van Catwijkschool
van f. 1148.36: aan de Herv. Scholen 1 t/m
VU van f. 14.221.40: aan de Geref. School
te Katwijk a. d. Rijn van f. 886.17; aan de
Leidsche Buitenschool van f. 609.75: aan
de Chr. School afd. L.O f. 1878.03 en aan
de Chr. School afd. U.L.O. f. 1707.75.— ver
leend.
In de gemeenterekening 1935 '36 werd
wegens een teveel geboekte belastinguit-
kecring een wijziging aangebracht.
In de gemeentebegrootingen van 1935 en
1936 werd een wijziging aangebracht, even
als in de gemeentebegrootingen voor 1937
en 1938.
Een aantal belastingreclames werden
overeenkomstig de adviezen van B. en W.
afgedaan.
Bij de rondvraag vroeg de heer J. Hoek
of de wijziging van de verordening op de
keurloonen van geslacht vee al was goedge
keurd door Ged. Staten. De voorzitter ant
woordde dat deze aangelegenheid nog bij
de Kringgemeenten was en daarna aan
Ged. Staten zou worden gezonden.
De heer v. d. Bent informeerde naar de
plannen om het P. H. kanaal op sommige
plaatsen wat uit te baggeren. De voorzit
ter zei een onderzoek toe.
De heer Schoneveld vroeg inlichtingen
over een eventueelen verkoop van het voet-
oalveld van Quick Boys. De voorz. wensch-
le hierover in openbare vergadering geen
inlichtingen te geven, waarop de raad in
geheime zitting ging.
VRAGEN EN ANTWOORDEN.
Vraag: Hoeveel en welke kunstmest te ge
bruiken op 850 vierk. meter grond om aard
appelen te telen?
E. K. te A. a. d. R.
Antwoord: Voor uw doel kunt u het best ge
bruik maken van de z.g. korrelmest. Strooi per
100 vierk meter 8 Kg. A.S.F.-korrels (12x10x18)
en spit deze mest onder. U kunt ook strooien
op gaspit land en deze mest daarna ineggen of
inharken.
Vragen op Tuinbouwgebied aan de
Redactie onder motto „Tuinbouw".
Opgeheven wegens gebrek aan actief: G. Gen
tenaar, Alphen a. d. Rijn; J. Schouten, Leider.
16. De toovervisch had Dickie en Okkie nu dus, bij volle maan,
wel vriendelijk te woord gestaan en zij hadden elk een wensch ge
daan; maar zij moesten nog afwachten of die wenschen in vervul
ling waren gegaan
Zij waren daar, zooals je wel kunt begrijpen, erg nieuwsgierig
naar en zij liepen den langen weg terug heel haastig en» vlug.
Intusschen was de nacht alweer voorbij; het werd al licht; toen
kwamen zij uit het 'cosoh en hadden een goed vèr-gezicht.
„O, kijk eens wat zie ik daar?" riep Okkie toen ineens
„daar staat mijn huisje, zoowaar! Kom, daar moeten wij dadelijk
heen loopen!"
Toen ging ook al het deurtje open en Ofckie's moeder stond op
den dTempel te wulven zie maar eens, hoe hard Dlck en Okkie
daar naar toe stuiven!
3—3