Schuschnigg's rede - De geïnterneerde Spanjaarden in Bennekom 78s?e Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad L FEUILLETON Het Groote Avontuur nET PAUKENPAARD vOOR DE EN GELS CHE KONINKLIJKE LIJFGARDE, dat bij den heer Bolt te Groningen werd gekocht, wordt te Hoek van Holland ingescheept. x t i v w i ZÉ. DE REDE VAN DEN OOSTENRIJKS CHEN BONDSKANSELIER DR. SCHUSCH- NIGG IN DEN BONDSDAG. Draadloos overgebrachte foto van Schuschnigg tijdens zijn speech, die per radio werd uitgezonden. DF, OUDSTE INWOONSTER VAN AMSTERDAM de weduwe L. v. d. Vegt-Toranio, die gisteren haar lOlen verjaar dag vierde, bij een bezoek aan het Rembrandt-theater aldaar. DE GEÏNTERNEERDE SPANJAARDEN in hun nieuwe verblijf Hotel Neder-Veluwe te Bennekom aangekomen. Op het balcon. DE BEROEMDE DEENSCHE ZWEMSTERS Ragnhud Hveger, Christensen, Sörensen, Svensen, Petersen en DE NIEUWE VERKEERSBRUG OVER DE MERWEDE TE DORDRECHT Kraft, kwamen gisteravond te Rotterdam aan. De groep op het perron. Met bloemen de Deensche zwemsters. is, op het wegdek na, gereed. Links de nieuwe brug Eerste rij links Willy den Ouden. Schuin rechts achter haar Ragnhild Hveger. en rechts de spoorbrug. Roman uit de Tropen door FRANS DEMERS. 23) Even later snorden auto's in alle richtin gen door het eenzame Mongbwaloe en het hcht van de stallantaarns beefde langs smalle brousseweggetjes. ,Het hoofdkwartier was ten huize van den directeur gevestigd en een paar dames waren mevrouw Berteau gezelschap komen houden. Van l uur af begonnen de speurders te- htg te komen en naar gelang de een na den ander, moedeloos met het hoofd schud dend de barzo kwam opgestapt, groeide de onnist. Er werd niet meer gesproken, er werden geen plannen meer gemaakt. Ieder een zweeg en vleide de aanwezigen met de hoop, dat de nog afwezigen met goed nieuws zouden opdagen. Dij het aanbreken van den dag was iedereen overtuigd, dat er iets onheilspel lends in de lucht hing. Mevrouw Berteau zat meer dood dan le- Wnd in een zetel. Om zes uur gilde de si lene van de fabriek door de stilte. De heer Dubois, bij afwezigheid van den titel voe- 'enden directeur, verzamelde de mannen In een hoek van de barza en zei fluisterend: Mijne heeren, het is tijd. Iedereen moet aan het werk. Ik zal me verder met deze angstwekkende verdwijning bezig houden. En die morgen was zonnig en warm als de vorige dag, en in de afdeelingen van Mongbwaloe werd er gewerkt en gezwoegd alsof er niets was gebeurd. Het eenige ver schil was, dat mevrouw Berteau in het bed lag te rillen van koorts en dat Dubois in den dictorialen zetel zat. Sedert een half uur ongeveer was hij ln telefonische verbinding met den hoofdpost van Nizi en sprak met den onderdirecteur- generaal, bij afwezigheid van Benoit. Het was een vreeselijk geval. Hij had zijn plicht gedaan en deed nu het eenige wat hij voorloopig nog kon doen: Nizi waar schuwen. Het besluit was, dat dadelijk een politiecommissaris en de onderdirecteur- generaal naar Mongbwaloe zouden komen. Verder zou een auto in razende vaart naar Wahenia vertrekken om Benoit te waar schuwen. Juist toen Dubois de telefoon wou op hangen, verscheen de secretaris ln de deuropening en toonde hem een bus met goud, terwijl hij fluisterde: „de sleutels!" Hallo, hallo!" riep de inspecteur in den hoorn. Ik vergat iets te zeggen. Met Berteau zijn natuurlijk de sleutels van de brandkluis verdwenen en ik zie, dat er zoo juist goud is aangekomen. De andere sleutel bevindt zich ln Nizi. In orde. werd hem geantwoord, wij zullen er voor zorgen. Tegen den middag kwamen de commis saris" van politie en de onderdirecteur te Mongbwaloe aan. Zij begaven zich dadelijk naar het kantoor. Ik stel voor bij mij liet middagmaal te gaan gebruiken .zei Dubois, dan zal ik u alles uitvoerig vertellen. Goed, antwoordde de onderdirecteur en overhandigde hem den sleutel van de brandkluis. Het opbergen van het goud vroeg weinig tijd. De secretaris stond met de schaal te wachten, terwijl Dubois het slot deed wer ken. Terwijl hij de deur opende, zei hij nog hoofdschuddend Wat een vreemd geval toch, men zou bijna. Verder geraakte hij niet. Hij slaakte een gil en deinsde achteruit. De aanwezigen sprongen naar de kluis en staarden met ontzetting naar het lijk van Berteau, dat op den grond lag met een aureool van goudsohiifers rond het rood-bebloede hoofd. De zware giet-ijzeren kroes, waarmede de moord werd bedreven, lag naast het lijk. Van den journalist viel geen spoor te vinden. In het directeurshuis op den heuvel stond de feesttafel nog even rijkelijk gedekt. Al leen de bloemen waren verwelkt. EEN ONTSTELLEND BERICHT. Alle dagen, om 1 uur, werd de middaguit- gave gesloten van het groote dagblad „Het Wereldnieuws", waaraan Riefenberg was verbonden. Van het middaguur af heersch- te in de kantoren van het blad steeds een zenuwachtige drukte. De redactiesecretaris ontving de telegrammen, spoedbestellingen en de berichten van het „Internationaal persagentschap", die onverpoosd uit alle hoeken van het land en de wereld toe stroomden. Het kwam er in die oogenblik- ken op aan een vlugge, oordeelkundige ichifling te doen en de belangrijkste zaken over te maken aan de redacteuren, die belast waren met het persklaar maken van de berichtgeving. Loopjongens renden van de redactie naar de drukkerij, waar de zetmachines dag en nacht ratelden. Op de handzetterij ging het al even zenuwachtig toe: onder het waak zaam oog van een paar redacteuren werden de gezette artikelen en berichten door de arbeiders in de metalen vormen gerang schikt. Zoodra dc drukproeven verbeterd binnenkwamen en de correcties waren uitgevoerd, gleden de vormen onder een hydraulische pers en de matrijzen verhuis den op een drafje naar de gieterij in het onderhuis, In ruime, hooge zalen stonden daar de indrukwekkende rotatiepersen te wachten. Het kon dien dag ongeveer 20 minuten vóór 1 uur zijn, toen een loopjongen den redactie-secretaris een bericht overhandig de, dat per telegraaf van het „Inter nationaal Persagentschap" was ontvangen. De korte tekst luidde als volgt: „Wahenia (Kongo). 29 October. De „Journalist P. Riefenberg, verbonden aan „het dagblad „Het Wereldnieuws!', heeft „tijdens een bezoek aan de goudmijnen „van Loepoeta den directeur van den sec- „tor Mongbwaloe vermoord en is op de „vlucht gegaan met een hoeveelheid goud „ter waarde van vijf millioen frank. Voor- alsnog is men er niet in geslaagd het „spoor van den misdadiger te vinden." Het witte velletje papier met de getikte letters beefde in de hand van den redactie secretaris. Drie-, viermaal herlas hij het onstellende nieuws. Hij meende het slachtoffer te zijn van een zinsbegoocheling, maar bij iedere her lezing bleef de tekst ongewijzigd. Hij keek naar de electrische klok aan den wand. Het was precies 18 minuten voor 1 uur. Met een ruk sprong hij overeind en stormde de trappen af. De directeur van „Het Wereldnieuws" zette juist zijn handteekening onder een paar stukken en nog nooit had hij de deur van zijn kantoor zoo zien openrukken als dien middag door zijn redactiesecretaris, die doorging voor een toonbeeld van kalmte en overleg en er prat op kon gaan nog nooit het hoofd te hebben verloren in de ontstellende drukte, die het dagbladbedrijf soms meebrengt. Ditmaal evenwel had de redactiesecre taris het hoofd verloren. Hij kon niet spre ken. Hier, hier, stamelde hij en duwde het bericht in de handen van den directeur.. Deze was ten zeerste ontdaan bij het lezen van het nieuws. Dat kan niet, riep hij uit, dat is onzin. Wat moeten we doen? steunde de secretaris. Het Is bij eenenwe moeten sluiten. Telefoneer tiaar het agentschap en vraag nadere inlichtingen, zei de directeur, toen hij eenigszins van zijn ontroering was bekomen. Vervolgens belde hij om een loopjongen en liet den hoofdredacteur ontbieden. Deze verscheen dadelijk en was even ont steld als de anderen bij het vernemen van het ongeloofelijke nieuws. Fluisterend werd overieg gepleegd, ter wijl de redactiesecretaris in verbinding was met het Internationaal Persagentschap. iNadruk verboden). (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 5