Ga je mee knutselen Kou gevat Fata Morgana Nog een paar leuke dingen voor de poppenkamer. Een poosje geleden heb ik jullie geleerd, ihoe je allerlei aardige meubeltjes van luci fersdoosjes kunt maken. Nu komt er nog iets anders, dat ook heel leuk is om je kamer op te sieren, n.l. een tikkende klok, waarvan je links boven den voorkant en rechts den achterkant ziet. Je hebt er één lucifersdoosje voor noodig. De wijzerplaat van gekleurd karton of ge schilderd, wordt op het doosje (aangeduid door de stippellijn» geplakt. Rechts zie je het binnenwerk. Voor de wijzerplaat steek je in het midden een speld (11. Voordat de speld aan den achterkant weer naar buiten komt, steek je die (in de huls dus) door een schijfje kurk. niet dikker dan 8 m.M. (2). In dat schijfje steek je twee spelden van boven en een van. onderen, als op de teekening. De spelden (3) gaan door wij zerplaat en doosje heen. Aan de onderste speld hangt men een draad met een groote kraal onderaan. Het uurwerk zit dus geheel binnen in de huls. Door het klokje zacht heen en weer te schudden, tikken de toovenspelden tegen de spelden (3). Steken de spelden van achter uit het doosje, plak daar dan ook een stukje kurk op. Wil je den pias maken, teeken dan een poppetje of knip een plaatje uit en plak dit op dun karton. In de onderste jasknoop prik je een gaatje, waar een draad door heen gaat met onderaan een zwarte kraal. Steek nu van voren een speld door een lucifershuls, dan door de bovenste knoop en laat de speld er van aohteren weer uit steken. Voor het gemak heb ik het doosje liiet afgeteekend. maar je begrijpt wel. hoe de vork in den steel zit. De pias kijkt uit het doosje en schudt zijn hoofd als je hem beweegt. Em stond nóg bij de tafel met gebogen hoofd en twee groote tranen drupten op eens op het kleed. „Emmy?" zei moeder. Ze keek op. Zou moeder boos zijn, omdat ze zoo zuur deed? Maar neen, moeder lachte en zei: ..Kom eens hier, malle meid". En twee tellen later zat die heele groote Emmy van zeven jaar op moeders schoot en snikte als een klein kindje. „Ikik ben een akelig spook!" huilde ze. „Ikik heb... ik benik was zoo vreeselijk jaloersch!" „En.ben je toen boos geworden?" „Nee. dat wou ik juist niet! Ik zei maar niets, maar Greet was den heelen middag maar aan het zeuren van dotje en schatje en ik deed voor spek en boonen mee en en.ik vond mezelf zoo'n draak!" „Ik heelemaal niet" zei vader. „Greet is een draak met 'r gedot en geschat! Dat vind ik. Het is gewoonweg om dol te wor den!" nu, daar moest Em opeens vreeselijk om lachen. „Vindt u dat ook?" Natuurlijk. Greet stelt z.ch verschrikke lijk mal aan". „Och" zei moeder „je moet denken: ze heeft zélf geen zusje". .Neen" zei Emmy „dat is waar". En toen was opeens het angeltje weer weg. „Flinke meid" zei moeder „je bint nu al zoover, dat je niet boos meer wordt. Nu nog één stapje en je bent ook niet verdrietig meer! Zuilen we daarvoor ons best doen?" „Ja Moes", zei Emmy. En ze ging getroost en bijna blij naar bed. R. DE RUYTERv. d. FEER. Hoesten, hoesten, hoesten Moest die kleine Bram. Hoesten, hoesten, hoesten! Weet je, hoe dat kwam? Kleine Bram liep buiten Zonder muts of jas. Ging met z'n kornuiten Spelen by een plas. En nu is het hoesten Hoesten, hoesten maar! Dokter gaf een drankje, Brr, wat was dat naar! Bram moest binnen blijven, O, dat was een straf! Maar zoo kwam dat ventje Van zijn hoesten af. Toen mocht hy weer spelen, Spelen by den plas. Maar nu droeg het baasje 'n Mutsje en een jas! C. B. D. Een geheimzinnig verschijnsel wetenschappelijk verklaard. Het spook op den Broeken. Natuuriyk heb jg allemaal weieens een spannend verhaal gelezen over doodelijk uitgeputte woestijnreizigers, die opeens in de verte een liefelijke oase met water en palmboomen zagen opdoemen, om dan een oogenblik later tot hun ontzetting te er- vaien, dat dit heerlyke plekje heelemaal niet bestond, maar veroorzaakt was door een luchtspiegeling of fata morgana! Vooral in de warme landen komt dit ver schijnsel veel voor. Het aardoppervlak wordt dan bij verhooging van temperatuur plotseling zóó sterk verwarmd, dat de luchtlagen daar vlak boven, een hooge tem peratuur verkrijgen en de hoogere lagen koeler zün. Langzamerhand krijgt de heele dampkring wel zoo ongeveer dezelfde tem peratuur, maar vóór het zoover is, treedt eerst een tusschentoestand op: luchtlagen van verschillende temperatuur liggen door en over elkander. De lichtstralen worden nu in de grenslaag tusschen de verschil lende warme luchtlagen teruggeworpen (omdat de lucht in die laag veel dichter is dan er omheen) en doen zoo een omge keerd beeld van een huis, een boomgroep of iets dergelijks, dat zich ergens in de buurt van de luchtspiegeling bevindt, heel ergens anders aan den horizon ver- schynen. De oase, die de vermoeide reizigers zien, bestaat wel in werkelijkheid, maar op een heel andere plaats. En zoodra de lucht overal even warm is, verdwynt het ver schijnsel weer. Maar eigenlijk hoef je niet heelemaal naar de Sahara te reizen om een fata morgana te zien. Als je maar even naar Calabrië wipt tegenwoordig een peulschilletje met al die luchtiynen! dan kun je daar om zoo te zeggen ieder oogenblik een prachtige luchtspiegeling zien en de naam „fata morgana" is dan ook uit het Italiaansch afkomstig. Ga dan maar eens staan heelemaal aan den nagel van den teen van Italië en kijk op een morgen als de zee kalm is, in de richting van Sicilië. Zoodra de zon achter je opgaat, zie je een luchtspiegeling aan den over kant: geweldige gestalten van menschen en paaiden in prachtige kleuren (of het n u misschien auto's zijn?) De Italiaansche kinderen vertellen elkaar, dat hier de fee Morgane woont in haar kristallen Daar haalt ze al die sprookjesachti schyningen uit te voorscMjn, laai verrukte toeschouwers een oogent wonderen en trekt zich dan weer heele sprookje in haar paleis terug overigens, dat de moderne Italia jeugd wel op school zal leeren, h luchtspiegeling ontstaat en dus allai meer geloofd in de fee Morgane! Nog veel vaker dan deze luchtspii die rechtop in de lucht staat, ki platte zeespiegeling v.oor. Hierbij de pypen van een schip, dat ergens de verte aankomt, een vuurtoren ander object in den vorm van een schaduw op het water geworpen. 1 beurt steeds, wanneer de bovenlucht veel kouder is dan de wateroppervla In den laatsten tijd zyn de geleei zelfs in geslaagd, zelf een fata te „maken". Door middel van een pup met gla nietjes verwarmt men op een be hoogte de lucht en nu brengt men grenslaag een geschikt voorwerp, di wil weerspiegelen, b.v. een brandend trische lamp. De „fata morgana" lamp verschynt dan zelfs op ee scherm, dat men voor de gelegenheii neergezet. Een ander, heel wonderlijk verscl waarover de Alpenbewoners kunnen praten is het z.g. „nevelspook", dat ters in het hooggebergte bij zwaren heel vaak te zien is. Meestal vertooi dit „natuurwonder" tegen den avond zon op het punt is om onder te ga achter een nevelbank zit. Zün alle oi digheden voor het „nevelspook" gun de zon moet onder een bepaalden achter de nevelbank staan dan wandelaar opeens een reuzengesta! den nevel op hem toestappen! Wi nooit van het „nevelspook" gehoord schrikt natuurlijk heel erg, totdat De reus is niets anders dan zijl eigen gestalte. eindelijk ontdekt, dat die geweldige niets anders is dan zijn eigen gestalt door de stralen der ondergaande zo het ware op den nevelwand wordt g jecteerd. Vooral op den Broekei Duitschland komt het „nevelspook voor. Op de teekening zie je duideliji de verschijning ontstaat. Dat dergelijke onschuldige natul schijnselen ook wel eens ernstige gei kunnen hebben, bewijst de volgende geschiedenis: In een zeer nevela( streek van Engeland, n.l. in het landi Daoyholme, kwamen in de laatste voortdurend vliegongelukken voor. Ta een wetenschappelijke expeditie was rust om de oorzaak van deze rampen sporen en het vliegtuig met de comi van onderzoek zich boven de plaat) onheils bevond, zagen de inzitttt plotseling een ander vliegtuig op zid komen, dat in werkelykheld niets ai was dan het spiegelbeeld van het vliegtuig weerkaatst op een nevel! Stellig waren de piloten van de ven lukte machines plotseling van dit r spook geschrokken en hadden ze uitwijken, met het bekende noodlotti? volg. Nadat in alle kranten artikelen o« nevelspook van Daoyholme hadden staan, kwamen op die plek geen onf ken meer voor!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 16