10io- TRIUMPH NAAIMACHINES LEIDSCH DAGBLAD - Eerste Blad Vrijdag 7 Januari 1978 C. F. MEERPOEL U moet 'n triumphatorin smaak wordenRook - PFAFF - LADA - ADLER HUSQYARNA Th. J. VAN DER HEIJDEN VIRGINIA CIGARETTES men In Cronesteyn's bosschen! zal, vroegen we, met dit ruime uitzicht verrui ming van inzicht bij docent en discipel hand in hand gaan? Mag men hopen, dat thans eindelijk en metterdaad tengevolge van de zoo gunstige ligging aan de peri pheric der stad, dicht bij de Gemeente- H.B.S.. daarvan gescheiden en daarmee verbonden door een voor beide inrichtin gen beschikbaar sportveld van groote af meting. en het bezit van een ruim en voortreffelijk geoutilleerd gymnastieklo kaal de zoo noodige en zoo vitale kant der lichamelijke opvoeding voldoende tot zijn recht zal komen? Het antwoord op deze en tal van andere vragen zal liggen bij den partner in dit enkelspel, om een term aan het tennis ont leend te bezigen. Want de behuizing van ons Gymnasium .zijn lichaam, gelijk wij zagen, heeft slechts de return te geven; het zal de geest zijn, die serveert, die den bal in het spel brengt, die het initiatief heeft en houdt. Kortom, wat deze nieuwe woning van ons Gymnasium zal beteeke- nen, zal niet van dit huis zelf afhangen, doch van inzicht, toewijding, enthousias me. en daaruit geboren initiatief van allen, die bij de leiding van deze school nader of verder af betrokken zijn. We willen ons dus ook op dezen dag nog een korte wijle rustig rekenschap geven: wat is het eerst geboorterecht van dit soort school, waar door zij in de Europeesche geestesgeschie denis. ondanks perioden van diepe inge zonkenheid en verarming toch telkens weer opnieuw een niet vergeefs beroep op de geesten heeft kunnen doen. en ouder wordend, steeds zich weer verjongen kon? Hier mag de classicus een oogenblik als gids optreden. Ik voer u allen voor een korte trip naar Griekenland en Rome. haast had ik gezegd, terug. Het gaat hier zooals steeds of meestal: de Oudheid heeft de mogelijke opvoedlngs- vormen, die beperkt in aantal, voor den mensch open liggen, reeds volkomen hel der doorzien, in hun aard bepaald, om hun resultaat toegepast. Twee richtingen staan hier ook in tijd vlak naast elkaar en prin cipieel tegenover elkaar. De eerste is meer diep. de tweede meer breed: de eerste gaat uit en keert terug tot den enkelen mensch, die zij door zelfontleding en zelfontdek king. door zelfbeproeving zelfbesnoeiing wil opvoeren tot dien hoogen top. waarop het ..gnothi seauton. ken u zelf" tot bereikt of bereikbaar ideaal wordt. Van de zuive ring tot denken verwacht deze richting haar heil: van dit gezuiverde denken zal de rype vrucht zijn eenerzijds de „weten schap" „philosophia"anderzijds de „deugdelijkheid of deugd" („aretê"). Alles overheersehend' is hier de rol van het ken nende verstand; op het kennen en weten berust de deugd van individu en eerst daardoor ook van de samenleving. Het zijn slechts enkele figuren, die wij op dit pad der deugd ontmoeten; het uitgangspunt ligt bij den altijd weer fasci- neerenden Socrates, met zijn onversaagde dialektiek, zijn niets en niemand ontziend spel van vraag en antwroord. zijn experi menteeren in corpore vivo, zijn vivisectie van den geest, op zichzelf en anderen toe gepast; de Socratische Plato, volgt gewil lig, en Aristoteles tendeele. Mén houde hier mteen: het object, de mensch zelf; de me thode, het experimenteere'n. Breeder doch minder diep is het pad. dat de tweede richting zich gebaand heeft; hier zijn de Sophisten voorgangers, de schijnbare tegenstanders van Socrates, Isocrates treedt in hun spoor. Cicero en Quintüianus" volgen, de Middeleeuwen ver laten den goed begaanbareni weg niet. Ons Gymnasium stoelt nog op hetgeen door de Sophisten in de IVde eeuw v. Chr. in Athene als doel werd nagestreefd; t.w. niet de ontwikkeling van het individu op zich zelf, maar zijn voorbereiding op de samen leving. op het „Bürgertum" in de „polis, de stad", later verruimd tot „Weltbürgertum", in de ..kosmcpolis' de internationale sa menleving. Hier geen' onbarmhartig spel van vlijmscherp vragen en daardoor gaan deweg zich zuiverend antwoorden, geen experimenteel vinden van steeds weer nieuwe problemen en daardoor gewekte op lossingen. Hier geene dialoog noch dialek tiek doch als middel van overdracht der door het college den leeraar zelf weer van anderen overgenomen kennis der vrije voordracht; hier is de leuze: oefening, na volging. overneming, „sich aneignen". Een „Allerweltsethik", een „Popularphilosophie" is het object van het onderwijs, dat, naar mate de stof minder diep ontgraven wordt, op den vorm grooter nadruk legt, en zoo steeds meer verslaafd raakt aan den cultus van den. schoonen vorm, zich slaafs over geeft aan de heerschappij der rhetoriek. Hier nu vinden wij veel terug van wat de kracht, doch ook de zwakheid van het Gymnasium in Middeleeuwen en later tijd heeft, uitgemaakt; het overmatig hechten aan dien schoonen vorm, aan een zuivere syntaxis van het Latijn, aan een correct woordgebruik in diezelfde taal, het onder- matig prijs stellen op den inhoud van het in het Latijn gegevene, op het zelf ontdek ken, op de hoogere nieuwsgierigheid van het experiment; in verband daarmede de vervreemding van eigen taal en eigen tijd. Want. niet waar, zoolang men slechts na bootsing van het voorgedane beoogt, kan men zich aan de illusie overgeven, dat men aldus handelende het werkelijke volle leven kan bereiken en zich toeëigenen. De die pere peiling van dat zelfde leven evenwel brengt steeds weer boven de simpele na volging uit en voert tot het eigen avontuur, ook op het gebied der wetenschap en der opvoeding. Zie ik wel. dan ligt in dezen historisch geworden vorm der humanistische studie, zooals het Gymnasium deze belichaamt de oorzaak verscholen, waardoor deze schoolvorm, dikwijls met ondergang be dreigd, desalniettemin eein zoo opmerke lijke elasticiteit en vitaliteit vertoont: als erfgenaam van Griekschen geest verbindt een traditieband van welhaast vier en twintig eeuwen hem met de bloeiperiode van Hellas, met Socrates en Isocrates het geringe verschil in naam mankeert een strikte polariteit. Erfde het van Isocrates de vaak over- groote liefde tot den schoonen vorm, doch ook zijn poiitische, op burgerschap gerichte, weldra zijn kosmopolitische, wereldburger schap beocgende doelstelling en daarmede zijn sterk ethische inslag, tot Socrates. Plato cn Aristoteles herleidt het zijn helaas vaak geatrophieerde zin voor het experi ment. doch dan dit experiment steeds waargenomen aan en bestudeerd in de historische persoonlijkheid: men denke aan betoogtrant en resultaat in Plato's Menon Deze beide kanten van het Gymnasium vullen elkander aan; samen vormen zij als principieele tweezijdigheid de steeds ver jongde kracht van deze school. Want zuiverste erfenis van Plato en Aristoteles de beoefening der Natuurwetenschappen zal aan het Gymnasium haar eigen vorm kunnen, mogen en moeten vertoonen. af wijkend van den vorm, die voor de H.B.S., de meest vruchtbare zal zijn, n.l, hier die vorm. waarin de resultaten dezer weten schappen in historisch perspectief hervon den en herwonnen worden, telkenmale ge ïnterneerd en beleefd in de afzonderlijke historische persoonlijkheden van haar groote ontdekkers. Aan de andere zijde de humanistische vakken, eminent, histo risch. gedragen door de beide oude en cverrijke getuigen, het Grieksch en het Latijn; zij toch kunnen en moeten, zal het Gymnasium zijn levenskracht niet inboe ten, meer, veel meer dan tot nog toe ge schiedde putten uit de zuivere bronwel door Socrates en Plato aangeboord, waar uit de overtuiging voortvloeit, dat de rijk dom van één menschenziel tot onvervaarde zelfanalyse en tot onverflauwd experimen teeren het recht geeft en de plicht oplegt, dat niet langs den effen weg van voordoen e nlaten nadoen de „mimesis" der Grie ken doch langs het avontuurlijke pad der eigen belevenis de weg omhoog voert, excelsior, tot een gebied, waar het strikt persoonlijke ophoudt te groeien, waar het aan bepaalde perioden gebondene ophoudt te bloeien, waar over de eeuwen heen on middellijk contact van mensch tot mensch. van ouderen met jongeren wordt ervaren als lichtschijn uit een rijk van eeuwige schoonheid en kracht. Zich richtende tot den rector zeide spr.: Ons Curatorium geeft er zich rekenschap van, dat deze dag voor u vervuld is ook van blijdschap', wij wenschen u toe, dat gij in later jaren, naar dezén dag omziende, met greater blijdschap nog aan het thans besprokene kunt terugdenken. Want dat zal dan kunnen inhouden, dat in de thans volgende jaren onder uw leiding iets zich verwezenlijkt heeft van wat ik boven aan duidde als een wederzijdsche bevruchting van de methoden der geesteswetenschappen en der natuurwetenschappen. Het Gymna sium is, als ieder onderwijsorgaan, conser vatief, door zijn lange traditie heeft het de sterke neiging een laudator temporis acti te worden: ik houd mij overtuigd, dat het geroepen kan zijn veeleer een laudator, ja een sospitator temporis futuri te worden, wegbereider en leider naar een betere toe komst. Als rector hiertoe zelfs maar een luttel stukje v.-eg te hebben helpen banen, is een schoone taak. de inzet van een persoonlijkheid overwaard. Moge u hierin iets te bereiken geschonken worden! Leerlingen van het Leidsche Gymnasium, dit alles zal verstuiven als een vlucht van ijdele klanken, indien niet deze dag voor u in de allereerste plaats naast een be moediging ook een verplichting inhield. Wat ook wij ouderen voor u wenschen tot stand gebracht te zien, gij zelf moet het in vervulling doen gaan. Reeds de avond van dezen zelfden dag zal ons anwoorden op onze vraag, of ook de leerlingen van het Leidsche Gytpnasium in staat zijn een zeer hoog gesteld 'doel zoo al niet te bereiken dan toch te benaderen door den inzet van al hun beste krachten. Als een der nobelste Hellenisten van onzen tijd, voyr wie de stralende schoonheid van ons leven aller minst onbekend gebied was, de jonge ge neratie van zijn vaderland voor een zeer zware taak geplaatst, roept hij die jonge ren toe: „Gesegnete Arbeit ist das Kösl- lichste, was das Erdenleben gewahrt darum fordert Gott Arbeit von uns. aber er segnet sie auch. Frei ist der Mensch. darum muss er das Beste für sich selber leisten". Met dit zuiver Platonische woord willen wij den kring sluiten. M. de Burgemeester, gij wilt mij toe staan aan u, als hoofd dezer gemeente, die den bouw van dit Nieuwe Gymnasium tot stand bracht, een geschenk van het Cura torium aan te bieden en over te dragen, als bezegeling van onze welgemeende ge- lukwenschen een zeer wel geslaagde cople van de Athena Lemrüa, schepping van Hellas' grootsten beeldhouwer Phidias of althans kunstschepping uit dienzelfden glorierijken tijd. Moge. wie nu en in later jaren dit beeld aanschouwt in deze omge ving, daaraan iets beleven, van wat in de Antieke van geen sterven weet; moge de aanwezigheid van dit beeld voor hem die geest en streven van dit Gymnasium be leeft. nooit zijn een stil verwijt! Andere sprekers. Vervolgens was het woord aan dr. E. H. Ramkema, inspecteur voor de gymnasia en vertegenwoordiger van den minister van O.. K. en W., die namens Z. E. diens ge- lukwenschen overbracht. Spr. wees vervol gens op het roemrucht verleden en het bloeiende heden van het Leidsche Gym nasium. het laatste blijkende uit het feit, dat het aantal leerlingen in de laatste 15 jaren verdubbelde. Spr. bracht hulde aan het gemeentebestuur voor hetgeen het heeft getoond in een moeilijk tijdsgewricht over te hebben voor een ideëel doel en hij eindigde met het aanbieden van een per soonlijken gelukwensch aah college van curatoren, rector, leeraren en leeraressen en leerlingen. Prof. dr. J. A. J. Barge, rector-magnifi- cus der Leidsche Universiteit, wees erop, dat de Universiteit zich door hechte en innige banden gebonden weet en voelt met de gymnasia. Het is immers vooral het gymnasium, dat opleidt tot de sfeer der Academie. Prof. Barge eindigde met h&t uitspreken van de hoop, dat de nieuwe stoffelijke verhoudingen, welke in dit ge bouw geboden worden, aan het onderwijs en den voortreffelijken naam van het Gymnasium ten goede zullen komen. In het bijzonder geldt mijn gelukwensch den rector, dr. Bosselaar, want. aldus spr., het gemeentebestuur moge mij dit ten goede houden het is vandaag toch bovenal zijn dag. (daverend applaus). Nadat het Gymnasium strijkkwartet eenige deelen van Haydn's „Divertimento" in Es gr. terts ten gehoore had gebracht, was het woord aan prof. dr. P. C. T. van der Hoeven, die sprak namens het comité van oud-leerlingen en ouders. Spr. herin nerde eraan, dat hij in 1883 de verhuizing van de Lokhorststraat naar de Douza- straat meemaakte als leerling der 2de klasse en hoe het dit jaar 50 jaar gele den zal zijn, dat hij eindexamen deed. Spr. wees voorts op de waarde van beoefe ning der schoone kunsten: muziek en tee- 4266 (Ingez. Med.) kenen en haalde tal van oude herinnerin gen uit zijn gymnasiastentljd op. waarbij hij er tevens de aandacht op vestigde, dat het Leidsche gymasium nog steeds een van de grootste en meest bekende van ons land is. In dit verband bracht spr. hulde aan de toewijding en het geduld van vroegere en tegenwoordige docenten. Namens oud-leerlingen en ouders bood spr. tenslotte een groot aantal afgietsels van antieke skulpturen en reliefstukken ten geschenke aan ter versiering van het gebouw, zoomede een kopergravure van Rome en een 12-tal voorstellingen van den Dierenriem, welke in de hall zijn opgesteld. Dr. C. de Jong. conrector van het Gym nasium, bood namens docenten, oud-do centen en een aantal ouders, een Ibach- vleugel aan, waarop een <}er leeraren, de heer Koster, een compositie van Chopin ten gehoore bracht. Hierna werd gesproken door een oud- leeraar, prof. dr. P. Fijn van Draat uit Utrecht, die oa. den tegenwoordigen Leid- schen burgemeester als leerling heeft ge had, en die verder tal van oude herinne ringen ophaalde, door dr. J. C. Schalkwijk, namens de directrice en directeuren der Leidsche H.B.Scholen, door den gemeente architect den heer Neisingh, waarna de rector, dr. D. E. Bosselaar, een dank en slotwoord sprak. Voordat gij een naaimachine koopt, komt gij toch eerst bij ons den prijs èn de kwa liteit van de diverse merken vergelijken 3HT- HET IS UW EIGEN BELANG BREESTRAAT )71 - LEIDEN 4333 (Ingez Mcd.ï CONSTANTIJN HUYGENS, INITIATOR DER KLASSICISTISCHE BAROCK IN HOLLAND. Lezing voor de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde. In de gisteren alhier gehouden maan- delljksche vergadering van de Maatschap pij der Nederlandsche Letterkunde heeft de heer F. A. J. Vermeulen'een lezing ge houden over: Constantijn Huygens, initia tor der klassicistische barock in Holland. Alvorens tot zijn eigenlijk onderwerp over te gaan, zette spr. uiteen, wat men moet verstaan onder den term: klassicis tische barock. In de bouwkunst van de barock, zooals zij zich in de zestiende eeuw in Italië ont- wikkelt, vallen van meet af aan twee rich tingen te onderscheiden, een van de felle contrasten, van de geweldige pathetiek, gekenmerkt door de namen van Michel Angelo, Bernini, Borromini, Guarinl en een andere' van strenger houding en schijnbaar eenvoudiger vormen, zich nauwer aange sloten houdende bij de klassieke renais sancistische opvattingen, die tot karakte ristieke uitdrukking kwam in de werken van Palladio, Scamozzi, Sanmichele, Bal- dassare Donghena. Deze laatste richting noemt de heer Vermeulen de klassicisti sche barock. Zij werd door tallooze archi tectuurboeken uit die dagen meest be werkingen van Palladio's „Quattre libri dell' architettura" benoorden de Alpen en juist, en vooral, in de Protestantsche landen verbreid. invloeden aan het hof van den stadhouder Frederik Hendrik. Niet alleen was deze door zijn moeder, Louise de Coligny, reeds half Franschman, maar bovendien was hij ge heel in Franschen geest opgevoed. Kunst zinnig van aard en groot bevorderaar van kunsten en wetenschappen, vond deze Oranjevorst een helper van gelijke gezind heid en rijke gaven in Constantijn Huy gens. den uit Terheyden bij Breda afkom- stigen Brabander, die sinds 1625 zijn secre taris en tevens zijn „elegantiae arbiter" was, in waarheid de volmaakte hoveling naar den geest van Baldossare Castiglione. Het is dan na dit alles zeer begrijpelijk, aldus spreker, dat we in deze periode ver schillende Fransche kunstenaars naar de Noordelijke Nederlanden en naar het hof van Frederik Hendrik zien komen. Niet alleen teekenaars en schilders als Jacques Callot, Isaac de Iondarrille en Jacques des Rousseaux, die leerlingen van Rem brandt werden, maar ook den architect Simon de la Vallée, zoon van Marin de la Vallée, maitre général des oeuvres etc. de France, die o.a. het Luxembourg te Parijs voltooide, en verder den tuinarchitect An- dré Mollet, zoon van Claude Mollet, den vermaarden tuinarchitect van den koning van Frankrijk. In dit alles had, zooals de heer Vermeu len aantoonde, vooral Constantijn Huygens de hand. Niet alleen had deze echter een groote belangstelling voor de bouwkunst, evenals zijn vorstelijken meester, maar hij beoefende ze ook zelf, vooral bij den bouw van zijn huis aan het Plein. Uit correspon dentie van Huygens bewees spreker, dat deze zoo veelzijdig begaafde zelf de ont werper moet zijn geweest, niet Pieter Post en nog minder Jacob van Campen, dien hij trouwens eerst in 1633 had leeren kennen. Evenzeer valt de hand van 's prinsen secre taris te bespeuren in het ontwerp voor het Mauritshuis. En nu we op het spoor zijn van deze bauwende werkzaamheid van Huygens, aldus spr., wordt ons plotseling die eigenaardige caesuur in de geschiede nis van onze zeventiende-eeuwsche bouw kunst verklaarbaar. Het is de invloed van den begaafden humanist Huygens, den man van breede kennis, fijnen smaak en scherp intellect geweest, die hier den nieu wen Franschen bouwtrant invoerde, daar in ongetwijfeld gesteund door Frederik Hendrik. Het was het werk van een man, die zijn, in den grond toch Zuid-Neder- landsche, opvatting der klassieken en van de Palladiaansche architectuur opeens tot verwezenlijking kon brengen, waardoor in de jaren 16301636 de omkeer geschiedde, die de klassicistische barock van onzen bloeitijd In het leven riep. En deze man was niet, zooals tot dusver ten onrechte is aangenomen, de schilder-architect Jacob van Campen. of eenig ander bouwmeester, maar de veelzijdige auteur zoowel van het „OrgelgeMyck". als van „De vita propria" en de „Korenbloemen", de levenskunste naar Constantijn Huygens. AANBESTEDING. De uitslag der gisteren door den archi tect Jan Stigter gehouden aanbesteding voor het bouwen van vier woonhuizen met bijbehoorende werken, op een terrein aan den Zijldijk te Leiderdorp, luidt als volgt: W. van der Louw, Alphen Rijn f20391 fa. Deernburg en Gebr. v. Wijk, id. f 18500; J. C. W. Bons. id. f18294; fa. J. v. Iterson Czn. en J. v. Iterson Jr., Rijnsburg f18249; W. van Egdom, Alphen Rijn f 17878; A. J. Langeveld, Leiden f17517; A. J. van Ben- nekom, Zoeterwoude f 17449; fa. Groen en Bregman. Benthuizen f17190; Chr. Pet, Leiden, f17190; G. van der Vijver, Rijns burg, f 17000; M. Kool, Warmond f16940; fa. Schroder en Y. Dillen, Wassenaar, f 16744; N.V. Bouwbedrijf „Rebonie", Den Haag, f 16370; A. Leenheer, Koudekerk a. d. Rijn f 16300; W. en L. Guyt, Katwijk a. Zee f 16267; J. van der Sterre, Koude kerk a. d. Rijn f16174; J. van der Wal, Zantvoort. f 15977; A. J. de Later, Oegst- geest, f 15590; Th. G. Barthen, Leiden, f15000; W. Hennipman, Leiderdorp f 14874; Th. L. J. Zitman, Zoeterwoude f 14775; J. de Wilt, Leiderdorp, f 14400; Jac. v. Duijn, Katwijk a. Zee f 13751; B. Deegenaars, Voorburg, f 13200. De begrooting bedroeg f. 15048.45. De gunning is aangehouden. FABRIEK „CORRECTUM" RAPENBURG 26 LEIDEN TEL. 2257 2954 (Ingez. Med.) Nu is het opmerkelijke, zegt spr., dat deze zg. „Palladiaansche" stijl hier te lande vrij plotseling optreedt. Omstreeks 1630 zien we in de ontwikkelingsgeschiede nis van onze bouwkunst een vrij scherpe caesuur. In de Jaren 16301636 verrijst in en om de stadhouderlijke residentie een aantal gebouwen, paleizen eh heerenhui zen, waaruit een karakter spreekt, geheel verschillend van dat der tot dusver heer- schende Nederlandsche renaissance uit de school van Hendrick de Keyser en Lieven de Key. Het zijn de kasteelen Honselaers- dijk te Naaldwijk en Ter Nieburch in Rijs wijk, voor Frederik Hendrik gebouwd; voorts het Mauritshuis te 's Gravenhage, in 1633 begonnen voor Johan Maurits van Nassau, den ,3raziliaan", zijn buurman aan het Plein, n.l. het in 1634 begonnen huis van Constantijn Huygens en de Sint Sebastiaansdoelen aan den Korten Vijver berg van 1636. Al deze bouwwerken ontstaan in den hofkring van Frederik Hendrik en hun stijl is, zooals de heer Vermeulen met be hulp van lantaarnplaatjes aantoonde, niet Italiaansch-Palladiaansch, maar In het karakter der vroege Fransche barock uit de school voornamelijk van Salomon Debrosse. Uitvoerig behandelde spr. de Fransche BEGRAFENIS VAN WILLEM HANNAART. In allen eenvoud is hedenmorgen het stoffelijk overschot van Willem Hannaart, oud-bediende van het L.S.C. op de begraaf plaats Rhijnhof ter ruste gelegd. Onder de aanwezigen merkten wij o.m. op de heeren W. J. Borgerhoff Mulder en L. H. N. F. M. Bosch van Rosenthal, ver tegenwoordigers van het collegium van het L.S.C., den heer J. Pitlo, directeur van de Sociëteit Minerva en afgevaardigden van den Bond van Hotelpersoneel. Nadat de met een schat van bloemen overdekte kist in de groeve was neergela ten trad de heer Borgerhoff Mulder naar voren om namens het L.S.C. een kort af scheidswoord te spreken. De korte tijd, aldus spr., dien ik Han naart heb gekend is ruimschoots voldoende geweest om hem te leeren waardeeren. Moge de hoop, zoo besloot spr., dat het goede voorbeeld door Hannaart gegeven door velen zal worden nagevolgd, voor de nabestaanden een troost zijn. Nadat bloemen in het graf waren ge strooid dankte de oudste zoon van den overledene voor de betoonde belangstelling. De a.s. blijde gebeurtenis. Zoodra bekend werd. dat vanwege de militaire autoriteiten alhier, geen saluut schoten zouden worden gelost, zijn door het bestuur der Vereenlglng Koninginne dag pogingen in het werk gesteld zulks alsnog gedaan te krijgen. Op grond van de betreffende bepalingen en voorschriften, bleek zulks niet mogelijk. Gezien de vele verzoeken, besloot het be. stuur van Koninginnedag, zelf voor het lo-sen van saluutschoten zorg te dragen, waartoe bereids de noodige maatregelen. zl!n getroffen. Na overleg met de autoriteiten en de commissie welke de overige feestelijkheden organiseert, is besloten dat direct na het bekend worden op het Schuttersveld de schoten zullen worden gelost, echter niet tusschen 20 uur des avonds en 7 uur de® morgens. Indien het heugelijke feit op eeni Zondag plaats heeft 2al het afvuren ge schieden des Maandagsmorzens te 7 uur. Het ligt in de bedoeling van den kerke- raad der Geref. Kerk om wanneer de tijding van de blijde gebeurtenis voor 12 uur 's middags bekend zal zijn een dank- ure te beleggen in de Ger. Kerk aan de Heerengracht. Wordt het bericht na twaalf uur 's middags bekend, dan vindt deze ure op den volgenden avond plaats. Mocht het bericht Zaterdags na 12 uur in den middag bekend worden, dan wordt de herdenkingsure op Zondag gehouden. 1941 rechtskundig adviseur, H. RIJNDIJK 105, Leiden, Tel. 3405 Besprekingen 's avonds. (Ingez. Med.)' Chr. Buitengewoon Onderwijs. Een vereeniging tot stichting èn instandhouding van een schoot voor C. B. O. opgericht. In een gisteravond in de Chr. Kweek school gehouden vergadering is beslo ten tot de oprichting van een vereeni ging tot stichting en instandhouding van een Christelijke school voor Bui tengewoon Onderwijs te dezer stede. Zooals bekend waren er reeds lang be sprekingen gaande om te komen tot stich ting van een school voor Chr. B. O. In de gisteravond gehouden vergadering waren vele stemgerechtigde afgevaardigden van schoolbesturen aanwezig. Eveneens woonden de heeren drs. H. Schilp, inspecteur van Chr. Nat. School onderwijs en D. N. van Malssen, inspec teur van Chr. Volksonderwijs deze samen komst bij. De lieer Den Dikken, voorzitter van het voorloopig comité, onder wiens leiding deze vergadering stond, sprak na gebrui kelijke opening een kort inleidend woord, waarna gelegenheid tot gedachtenwissellng werd gegeven. Algemeen bleek men van gevoelen, dat tot oprichting van een vereeniging tot stichting en instandhouding van een school voor Chr. B. O. moest worden over gegaan. Men betreurde het, dat momenteel de Hervormde Schoolvereeniglng, welke een groot aantal soholen in Leiden exploiteert, niet ter vergadering aanwezig was. Men hoopt echter, dat deze schoolvereeniglng zich op een volgende vergadering nog zal aansluiten teneinde een prettige samen werking te bewerkstelligen. Het resultaat van de gevoerde besprekin gen was, dat een dertiental schoolbesturen van de hier na te noemen scholen zich be reid verklaarde een afgevaardigde in het bestuur van de nieuwe vereeniging aan te wijzen: Ger. Schoolver. te Leiden: de Leid sche Houtschool; Chr. School, D 138 Ha- zerswoude; Chr. Nat. School. Hoofdstraat, Leiderdorp; Chr.. School, Nieuwe Zeeweg, Noordwijk aan Zee; Chr. School, Haven straat, Noordwij kerhout; Chr. School, Endegeesterstraatweg, Oegstgeest; Herv. School. Rijnsburg; Ger. School, Rijnsburg; Chr. School, Beukenlaan, Sassenheim; Chr. School, Hoofdstraat, Sassenheim; Chr. School. Lischbloemstraat, Llsse en de Ver. voor Chr. Nat. Schoolonderwijs te Wasse naar. Vermoedelijk zal het lidmaatschapgeld f. 10 per schoolbestuur bedragen. Verder krijgt elke school stemrecht, zoodat een schoolbestuur, dat b.v. vijf scholen exploi teert, vijf stemmen mag uitbrengen. Het ligt in de bedoeling om het dage- lijksch bestuur uit vier personen (2 Her vormden en 2 Gereformeerden) te doen bestaan. Op een vergadering, welke op 11 Fe bruari eveneens in de Chr. Kweekschool zal worden gehouden, hoopt men verdere plannen te ontwikkelen. Ook zal dan een dagelijksch bestuur worden gekozen. Met gebed van den heer Van Malssen werd deze samenkomst gesloten. HANDELSREGISTER KAMER VAN KOOPHANDEL. Wijzigingen B. Otto, Nieuwe Wetering C. 64, Alke made; handel in kruideniers- en grutters waren. Overleden eigenaar B. Otto. dd. 26 Nov. 1937. Nieuwe eigenaar C. J. Otto, Alke made. Wed. A. van Schie, Louwestraat 11, Kat wijk aan Zee; schilder en behanger. Uittredend eigenaar wed. A. van Schie— van Duyvenbode, dd. 15 Dec. 1937. Wijzi ging handelsnaam in J. van Schie. Nieuwe eigenaar J. van Schie, Katwijk aan Zee. "G. Musegaas. Dorpstraat 6a. Noordwij- kerhout; handel in brandstoffen. Bovengenoemde zaak ls omgezet in een vennootschap onder firma onder den naam G. Musegaas en Zoon. (B.P.). Vennooten G. Musegaas en H. J. Muse gaas, Noordwijkerhout. 2—1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1938 | | pagina 2