lAuto oder den kop - Anton v. We lie 70 jaar - Gecostumeerd ijsfeest 78ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad Hef Rad der Fortuin FEUILLETON xii Olympiad T£It GELEGENHEID VIN ZIJN ZEVENTIGSTEN VERJAARDAG werd de bekende 'kunstschilder Anton van Welie in de Kunstzaal Kleykamp in den Haag, waar hij recipieerde, gefeliciteerd door een kl in meisje, dat naast zoovele anderen, ook voor hem geposeerd heeft. HET AUTO-ONGELUK ONDER BAEXEM, [waarbij één persoon gedood werd. De omgekantelde wagen. Rechts de telefoonpaal, die bij de botsing doorbrak. DE WINTERMODE, Bontjas met bijbehoo- rende muts en bont- rand aan de schoenen OP DE OVERDEKTE KUNSTIJSBAAN IN DEN HAAG had Zaterdagavond een gecostumeerd ijsfeest plaats. „Tirol" .was goed vertegenwoordigd. Uit het Engelsch van LOULS TRACY. Vertaald door MR. M. A. KWITSER. 14) Ik zal voor u bidden, fluisterde ze. En ik geloof In u. Daarom ben ik hier; ik ben Eekomen om u te vragen, terwille van mij en terwille van nog iemand, die mij heel dierbaar is, het sohip niet te verlaten, tot ik het u zeg. Op een ander oogenblik zou zulk een ver- pek onheilspellend hebben geklonken, «aar nu scheen het een onmiddellijk ant woord te zijn op Dick's enthousiaste bede tot de ongeziene macht, die de levens der Jienschen bestuurt. Hij wendde zich om en keek haar in de oogen. Zij was zoo dicht "ij hem, dat hij een wonder licht In hun diepte kon zien schijnen. Hij voelde de be kering van haar tegenwoordigheid, den Stoed van haar teedere schoonheid en zij *eek niet terug toen hij de hand op. haar schouder legde. U hebt geen belofte van mij noodig, Diss Penshawe, zei hij. Tweemaal heb ik al Ecweigerd weg te gaan, hoewel ik naar Engeland ben ontboden om een erfenis in ontvangst te nemen, die mij onrechtvaar dig is onthouden. Wij, Richards zijn kop pig, en wij zijn trouw ook. U bent het, ge loof ik nu, geweest, die mij van ellende, bijna van wanhoop, gered heb; dus wees niet bang, dat ik u zal verlaten. U hebt een pak van mijn hart geno men, antwoordde ze zachtjes. U bent de eenige man aan boord, waarin ik werkelijk vertrouwen heb. Ik ben bang, dat mijn grootvader misleid wordt, opzettelijk en schandelijk bedrogen, maar ik ben door ge brek aan bewijzen machteloos om het te verhinderen. Maar vanavond, na het diner, heb ik bij toeval een gesprek over u ge hoord, dat den twijfel, dien ik gevoeld heb vanaf het oogenblik, dat tot deze expeditie besloten werd, heeft verdubbeld. Ik voel, dat ik het u moet vertellen, baron von Ker- ber wantrouwt u, omdat u een heer bent. Hij vreest, dat u als zoodanig zult hande len, als u moet kiezen tusschen zijn belan gen en uw eer als fatsoenlijk man. En van daag, nadat die brief kwam Ja, mevrouw, hoorden ze kapitein Stump van de brug schreeuwen, juffrouw Fenshawe is op het voordek, met mijnheer Royson. U zult het een heel lief gezicht vinden om op een avond als deze door het Kanaal te varen. En mrs. Haxton, die het heele schip afge zocht had naar Irene en misschien ook naar Royson en ook het meisje zelf vroegen zich misschien af, waarom Stump zijn mededeeling moest uitbazuinen, alsof hij wenschte, dat iedereen aan boord het zou hooren. Misschien kwam het, omdat, zooals Dick al gemerkt had, de vierkante schipper zoowel scherpe oogen had als een goed hart. HOOFDSTUK VI. In den voorhof. Waarom ter wereld heb je jezelf ver stopt op dit gedeelte van het schip, Irene? riep mevrouw Haxton naderkomend met een snelheid, die een opvallende tegenstel ling vormde met haai- gewoonlijk kwijnen de manieren. Ik heb je overal gezocht! Ik heb me niet verstopt en u moet een tamelijk groot stuk van uw „overal" hebben overgeslagen, zij het meisje, met een kalmte, die Royson bewonderde. Maar mr. Fenshawe zoekt je. Hij heeft al twintig minuten vergeefs op zijn partner aan de whisttafel zitten wachten. Ik had nooit gedacht, dat grootvader zoo ongevoelig was. Hiér kaart te spelen! Met dat prachtige uitzicht naar alle kan ten! Laat ik hen dadelijk gaan ophalen. Goeden avond, mr. Royson. Dank u wel voor het gezellige praatje. Ik denk, dat ik nu best examen kan doen in de geschiede nis en aardrijkskunde van het Suezkanaal. Dick nam zijn pet af en dankte in stilte de Voorzienigheid, dat vrouwen handiger waren dan mannen. Mevrouw Haxton scheen geen notitie van hem te nemen. Ze had zelfs nauwelijks tegen hem gesproken sedert ze uit Marseille vertrokken waren. Toch zou mevrouw Haxton zelf misschien een zekeren spijt niet hebben kunnen onder drukken, indien zij beseft had, welk een onbeteekenende plaats zij in zijn gedachten innam, toen hij haar volgde over het dek. Voordat Dick echter in zijn kooi kroop, las hij Forbes' brief nog eens over en merkte toen, dat het stuk de sporen droeg van knoeierij. Gevoegd 'bij Irene's toedekte waarschuwing, dat aan boord Iets niet in den haak was, zag deze blijkbare censuur op zijn correspondentie er leelijk uit. Het wees er haast op, dat de baron vreesde, dat hij was, wat de Londensche detective hem gevraagd had te wordende betaalde spion van Alfieri. Hij vroeg zich af, welke macht de Italiaan over den edelman had. Nu hij in staat was de jongste gebeurtenissen in hun onderling verband te beschouwen, zag hij, dat von Kerber alléén uit Londen was vertrokken in de hoop ieder, die zijn spoor volgde, af te schudden en gefaald had. Het was eveneens duidelijk, dat noch mr. Fenshawe, noch zijn kleindochter, noch zelfs mevrouw Haxton, moeite deden om hun verblijfplaats geheim te houden; Dick had dat gezien uit een aankondiging van den tocht der Aphrodite in een Londensche courant, die de loods aan boord had ge bracht. Von Kerber's naam werd niet ver meld, maar de anderen werden in het kort beschreven, van mevrouw Haxton stond vermeld, dat ze „een persona grata was in de Engelsch-Egyptische groote wereld". Waarom eischte de Oostenrijker dan zulk een geheimhouding van de bemanning van het jacht, en waarom was hij zoo verstoord over de komst van een brief, geadresseerd aan een hunner? Maar Royson's aard was te luchthartig om hem ernstig te doen peinzen over andersman's aangelegen heden. Hij viel in slaap en sliep vast, in zalige onwetendheid van een gesprek, dat plaats had in het kaartejj-huis, ofschoon dat gesprek van den grootsten invloed zou zijn op zijn eigen toekomst. Want von Kerber had, toen mr. Fenshawe en de beide dames naar beneden gingen, de gelegenheid te baat genomen om een vertrouwelijk gesprek met Stump te be ginnen. Morgen bereiken we Suez, kapitein, zei hij, en dat zal onze laatste gelegenheid zijn om degenen van de bemanning, die u ongeschikt acht, kwijt te raken. Dat is waar, stemde Stump toe, maar ik kan niet zeggen, dat ik er een op de zwarte lijst gezet heb. Het eenige, wat er mijns inziens aan ze mankeert, is dat er te veel zijn voor het werk aan boord. U beschouwt ze dan als betrouw baar, ja? Goed, voor al wat u maar van ze ver langt. luidde het opgewekte antwoord. Dat is, wat ik wensch. Maar vertel me eens, kapitein, zoudt u in staat zijn mijn heer Royson te vervangen? Ik geloof, dat hij van nut is bij het zeilen van het jacht, maar u kunt hem ongetwijfeld wel missen? Het ontbrak Stump niet aan een zekere mate van intelligentie. Hij begreep de be doeling van von Kerber's opmerking, en dat strekte niet om het plan, dat de ander in den geest had, te bevorderen. Meneer Royson? klonk het snelle ge grom. Na Tagg is hij de beste van den troep. (Nadruk verboden). (Wordt vervolgd). GRETA GARBO arriveerde in Gotenburg aan boord van het stoomschip Gripsholm. Zij werd geinterviewd bij haar aankomst, aan boord van het schip. cö Tofcyo i94o HET BEKROONDE ONTWERP voor het Japansche Olympiade embleem. DE VOETBALWEDSTRIJD GO AHEAD—ENSCHEDE, door Go Ahead met 32 gewonnen. Ditmaal is het niet de bal maar een speler die „zit".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 5