an Bitou en zijn hart Goede oplossingen CORRESPONDENTIE n mooi sprookje uit het oude Egypt.e. woonden in Egypte, heel, heel lang :den, eens twee broers: de eene heette pou en de andere Bitou. Anapou was oudste; hjj had een groote boerderij en machtig stuk land met schapen en en. Bitou, de jongste, bezat niets, hij kte maar bij zijn broer op het land. Bitou was in alle dingen van het lbouw- en veeteeltbedrijf veel knapper Anapou: hij sprak zelfs met de koeien ïun eigen taal. it was de reden, dat Anapou's vrouw iu niet kon uitstaan; ze liet geen ge nheid voorbijgaan om hem te plagen dwars te zitten! Eens op een dag had pou een zakje koren thuis vergeten hij zond zijn broer om het te halen, weet je wat de boozs vrouw toen Ze weigerde Bitou het zakje te ge en gaf hem een flinken klap om de n. Toen moest Bitou wel onverrichter- terugkeeren. Anapou ging nu zelf r huis en vond zijn vrouw op den grond n. Ze huilde en jammerde en vertelde Bitou haar geslagen had. Toen nu pou bij zijn broer kwam om wraak te en, zei Bitou met een zucht: ieve broeder, er is niets waar van dit Maar je vrouw is jaloersch op mij vil mij daarom graag kwijt. En ik kan zoo niet langer uithouden: ik ga weg! eis ver weg naar het land waar de Aca- ?roeit en opdat ik geen verdriet meer )ef te hebben, zal ik mijn hart in het ij hing zijn hart in het hoogste topje van den hoogsten boom. 'd(nste topje van de hoogste acacia ;lot ,en. Luister: ik zal je niet verder las- allen: alleen als de Acaciaboom wordt lz|hakt, zoodat mijn hart naar beneden allen, kom mij dan te hulp!" iaar.hoe kan ik dat weten?" Als mijn dienaar je een beker met imend bier zal aanbieden, beschouw dan als een teeken dat mijn hart in ir is". oed, Bitou" zei Anapou en de beide Iers omhelsden elkaar ten afscheid. Dor kei ma ec f va ver ou reisde ver weg, naar het land van acia. Hij hing zijn hart in het hoogste van den hoogsten boom en leefde r gelukkig en tevreden. Ook koos hij it verre land een vrouw, die een doch- 'an den zonnegod was. Ze was wel mooi, maar valsch en verraderlijk: dat wpt Bitou al spoedig merken. Want eens en dag, toen Bitou thuiskwam, was nouw weg. Ze was gaan wonen in het dvec, s van den grooten koning Pharao, t het daar veel mooier was dan' bij thuis. En den armen Bitou liet ze maal in den stéék. Ja, eens op een trtelde ze aan Pharao het geheim van s hart en ze zei: „ik wensch, dat u Idellijk den allerhoogsten Acaciaboom ontvangen van: Rika de Graaf, Jacques Vallentgoed, Ma- rietje Verboom, Comelis Arbouw, Bennie de Bruin, Jannie Boom, Herbert Gijsman, Piet Kruysdijk, Liesje van Driel, Ankie van Driel, Jan de Graaf, Grietje de Graaf, Piet J. Boogaarts, Elsje Boterenbrood, Ineke Boterenbrood, Cobi Lindhout, Tini Seriier, Jan Bronsgeest, Alida Stikkelorum, Jannie van Groeningen, Willy van Rijn, Chris Boer, Jan de Graaff, Nico Smit, Annie van der Vos, Ida Maria de Graaf, Marie Bro- kaar, Lydia Botermans, Rietje Brandt, Cobi Erades, Trudy Blöte, Kees van Diggele, Dirkje Zomerveld, Nellie van Duivenvoorde, Cobi Bekkers, Nel van der Bijl, Mientje dé Water, Aukje v. d. Walle, Rie Hartevelt, Janny Hartevelt, Co Hartevelt, Prijna Har tevelt, Marietje Prenen, Annie Schipper, Geertrui de Groot, Emma de Groot, Jannie van Biezen, Paulus Laman, Willem Laman, Marietje Laman, Adriaan van Vliet, Marie tje van Vliet, Bernard van Vliet, Leny Hart- wijk, Toos Bouter, Beppie Bouter, Truusje Sluymer, Corrie Kuit. Johanna Koekebak- ker, Leuntje Koekebakker, Jo Drabbe, Trie- neke van Manen, Coba Verlind, Truida Overduyn, Iet je Borgmeyer (zie hieronder), Anny Bekooy, Carla Optendrees, Lydia Op- tendrees, Abraham Fakkel, Adri Arbouw, Jaap Kruit, Wim Bekkering, Cor Bekkering, Marianne Immink, Joop Schouten, Rietje Fontein, Jo Outshoorn, Jack de Geus, Suze de Geus, Anme Klos, Geertje van Om me ring, Rietje de Nobel, Gerrie Keinemans, Bram Wiggers, Henny van Vliet, J. v. d. Sterre. Vorigen keer te laat ontvangen van: Ietje Borgmeyer, Karei de Groot. laat omhakken; dan zal Bitou sterven en dan heb ik geen last meer van hem". ,,Goed" zei Pharao en hij liet den boom dadelijk omhakken. Toen nu Anapou den beker met schuimend bier uit de handen van Bitou's dienaar ontving, begreep hij direct wat er gebeurd was en hij snelde zijn broeder te hulp. Onmiddellijk reisde hij naar het land van de Acacia en vond den omgehakten boom. die reeds begon te verdorren. En eronder lag Bitou dood op oen grond. Nu begon Anapou in het topje van den boom te zoeken en hij vond daar in een groote. roode bes. Anapou was blij en hij zeide: „dat is het hart van Bitou". Hij legde de bes in een bak met water en toen het hart begon te kloppen, stond Bitou op; hij was weer hee- lemaal levend geworden! Toen hij zijn broeder begroet en bedankt had, zei Bitou: „Nu ga ik mezelf verande ren in een heiligen stier, want ik wil mijn slechte vrouw straffen". Hij deed het en Anapou leidde den stier naar het paleis en gaf hem aan Pharao ten geschenke. De stier werd de lieveling van Pharao en hij mocht vrij rondloopen door de prach tige parken van het paleis. En eens op een morgen kwam hij de booze vrouw tegen en toen loeide hij, zoodat zij alleen het ver staan kon: „Ik ben Bitou en ik zal je wel straffen voor je valschheid. Wacht maar". Toen werd de vrouw vreesdij k bang en ze zei tot Pharo: ..Laat dien stier onmid dellijk slachten, ik kan hem niet uitstaan". Nu, dit vond Pharo erg jammer, maar omdat zij niet ophield van zeuren, deed hij het eindelijk maar. En zie, wat gebeurde? De stier werd geslacht en zie wat gebeurde? De stier werd geslacht en twee druppels bloed uit zijn nek vielen op den grond en uit die druppels schoten op hetzelfde cogenblik twee groote Acaciaboomen op, vol met de heerlijkste, geurigste bloesems. En alle menschen vielen voor de boomen op den grond en vereerden ze ais een ge schenk der goden. Maar toen Bitou's booze viouw onder de boomen wandelde, boog de grootste ervan zich tot haar over en fluis- Icide: „Ik ben Bitou en ik zal je wel straffen! Wacht maar!" Toen werd de vrouw eerst recht bang en ze smeekte Pharao, dien boom toch te laten omhakken. „Zoolang die Acacia in het park staat kan ik niet eten of slapen" zei ze. „Je lijkt wel mal" zei Pharao. Maar ze zeurde net zoo lang, tot hij het deed. En toen de boom werd omgehakt, sprong een dikke houtsplinter in het hart van de booze vrouw en zij was dood. Maar Bitou stond opeens in levenden lijve voor Pharao en toen hij hem alles verteld had, mocht hij aan het hof blijven en werd eerste minister. Zoo werd in het oude Egypte de deugd beloond en de boosheid gestraft. Beste raadselnichtjes en -neefjes. Het valt me mee, dat er nog zooveel briewen kwamen dezen keer. Wel waren er wat minder dan de vorige weken, maar, daar juist het St. Nicolaasfeest in jullie „raadseldagen" viel dit jaar, verwachtte ik, eerlijk gezegd, dezen keer niet veel. Het was dan ook een verrassing voor me, dat zoovelen töch de raadsels oplosten, èn..«. dat velen reeds nu een langen brief over hun St. Nic.-avond bijvoegden. Waar het hart vol van is, loopt de mond van over, hè. En zoo heb ik, tot mijn groot genoe gen, al over h^el wat mooie cadeaux en St. Nic.-verrassingen gelezen. Van anderen kreeg ik de raadsels, en een groet, met de belofte voor een brief de volgende week. Daar verheug ik me dus ook al weer op. En de thans „afwezigen" hadden het natuur lijk nog te druk met alles, wat St. Nicolaas bracht; ik hoop hen de volgende week weer aan te treffen. Uit alles merk ik al, dat onze Sint weer heel veel gebracht heeft, wat ik reeds voor jullie hoopte, en jullie ook toegewenscht had. Van verscheidenen heb ik een cadeau ge zien: postpapier. In vele variaties heeft de Sint het gebracht: groot en klein, in aller lei kleuren en tinten, met en zonder plaat jes, kartelrandjes, of letters Ingewerkt of ingedrukt. Jullie begrijpen dan ook, dat het openen der briefjes dezen keer voor mij een bijzonder verrassende bezigheid was. Wat weet St. Nicolaas veel mooie soorten bij elkaar te kiezen! Jullie weten: wèl anekdoten insturen, geen raadsels deze weken. En nu begin ik aan de na-babbeltjes over St. Nicolaas. Drietal Van Vliet. Jullie kregen alle drie aardige cadeaux. Dat boekje van de vijf- ling ken ik ook. Marietje; een leuk werkje' eerst, en daarna leuk speelgoed. En Ber nard, heb je je mannetje al aan het werk gezet, kun je hem het tafelkleed schoon laten vegen?! Jannie van Biezen. Weer in orde, Jan nie? Zoo'n verkoudheid kun je nu slecht gebruiken. Ik waardeer het zeer. dat je toch steeds de raadsels instuurt, en mij een briefje schrijft. Geertrui de Groot. Je hebt een best rap port, zoo dicht bij het hoogste aantal pun ten. En de Sint had het goed met jou voor Zooveel gouden tientjes laat hij niet overal vallen! Emma de Groot. Nög een mooi rapoprt, en nog wel een negen er bij, heel mooi, hoor. Marietje Laman. Je had je raadsels ver leden week goed; je miste je naam zeker. Abusievelijk (ken je dit woord wel?), weg gevallen ter drukkerij. Het zijn nrar che, mooie, en lekkere cadeaux van je. Wim en Paul Laman. Word je a! han dig met tafeltennis. Wim? En jij >""t fi guurzagen, Paul? Vertel eens. '.vat ie al uitgezaagd hebt. Viertal Hartevelt. Ik zie het voor me, hoe je kleine zusje eerst wat verlegen was, maar later, bij de pakjes, zoo loskwam. Sint en Zwarte Piet hadden het druk dien avond Aukje v. d. Walle. Is dit soms het an dere postpapier van je verjaardag? Ook heel mooi. Natuurlijk best. dat je vozende week over St. Nicolaas vertelt. Mientje de Water. Kind, kind. wat heb jij veel gekregen. Ik zal maar mat gaan tellen, daar is het te veel voor. Je staat in een goed blaadje bij St. Nicolaas. Ik heb weer schik in het parmantige be—tjc op je postpapier. Nel van der Bijl. Weer zoon leux klem briefje van je. met nu een ander grappig plaatje. En je bent Zaterdagavond ook goed bedacht, lees ik. - Cobi Bekkers. Dat was voor jou éen dub bel heerlijk feest, deze St-, Nicolaas-rvond. Ik ben zoo blij, die goede berichten te le zen. En veel gekregen ook. merk ik. En bovendien heb je nog kans gezien, alle raadsels goed op te lossen! Gro^t Tante weer van mij. Dirkje Zomerveld. Hartelijk weikom. Ja, dan ben jij een van de nieuwe nichtjes, over wie Johanna al schreef. Nu hoop ik, dat je het prettig zult vinden, en trouw mee zult doen, Hoe oud ben je? Nellie van Duyvenvoorde. Ook zeer welkom bij ons. Dus twee vriendinnen. Dan kunnnen jullie steeds samen oplossen en insturen, dat is gezellig. Schrijf je ook je leeftijd er bij? Kees van Diggele. Dat begrijp ik, dat je vol bent van St.. Nicolaas. De volgende week laat je me er zeker wat over hooren. Hartelijke groeten terug aan allen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 21