Nieuwe neus voor de Megara 9 - Robert Taylor in Amsterdam Tweede Blad 78sie Jaargang LEIDSCH nAfiniAD FEUILLETON De dochter van rentmeester den TELEGRAFISCH OVERGEBRACHTE FOTO VAN CODOS EN ZIJN MET GEZELLEN bij aankomst te Buenos Aires, na hun recordvlucht. In het midden de Fransche gezant. IN BIRKENHEAD BIJ LIVERPOOL wordt thans een nieuw schap voor de Cunard White Star-lijn gebouwd, dat den naam van de beroemde ,,Mauretania" zal krijgen. Het schip is 250 m. lang en meet 33.000 ton. HET TANKSCHIP MEGARA" VAN DE KON. SHELL dat onlangs in de Golf van Biscaye een ontploffing aan boord heeft gehad, wordt thans bij de Nederlandsche Dok-Mij. te Amster dam van een nieuwen neus oorzien. DE BEKENDE FILMSTER ROBERT TAYLOR BEZOEKT ONS LAND. De belangstelling bij het bezoek van Robert Taylor aan het K.L.M.-huisje op het Leidscheplein te Amsterdam. DE BRUG OVER DE GOUWE TE WADDINXVEEN, de schakel in den nieuwen Rijksweg den HaagUtrecht, nadert haar voltooiing. Overzicht van de werkzaamheden aan den bouw der nieuwe brug. 23) Naar het Engelsch. Ethel las het briefje door en keek hem aan, met vragenden blik: „Wie weet! Eindelijk succes!" riep hij en Hoe het vertrek uit. 'il sloeg de handen om de knieën en •achtte. Tien minuten later keerde hij "nig, JUles is in orde!" zei hij. „Ik vertrek on adellijk naar Parijs. Ik zal nu in staat aj[ tegenover jou de waarheid te bewijzen, ™?el. Als ik terugkeer met mijn naam be- Jótö van smetten tegenover de wereld, dan je toch wel overtuigd zijn?" »Ja." antwoordde zij na eenlg dralen. -Hierop heb je mij dus je woord gege- zei hij met schitterende oogen. J,-*", dan verlaat ik je voor enkele dagen. "oef niet bang te zijn, dat je mU mis- rjfljlt. Je bent goed verzorgd, want er zijn bedienden en het geeft mij rust, dat je Jss Strickland zoo dicht bij je hebt. Wil je Wijven tot ik terugkom, Ethel?" ■Ja, dat wil ik." »Hier is mijn adres van 't hotel in Parijs, .«r ik altijd logeer. Bewaar het, want je J»het wel eens noodig hebben!" nam het stukje papier en keek ver baasd naar hem. Het was niet dikwijls voorgekomen, dat ze hem zoo recht in het gelaat had gezien en de uitdrukking, die daarop te lezen stond, wekte ongekende emotie in haar. De blik in zijn oogen was innig en teeder en heel zijn houding dwong haar eerbied af. „Ik geloof, dat de tijd nabij is. dat je er kennen zult. hoe je mij onrechtvaardig be handeld hebt Maar riü moet ik gaan, Ethel. Goeden-dag!" „Goeden-dag!" zei ze met neergeslagen oogen. Hij stond stil en zij hield den adem in, zich afvragend, wat hij doen zou. Zonder een woord te zeggen, verliet hij het vertrek. Zij hoorde zijn voetstappen door de hall en besefte toen, dat zij alleen was. Hoofdstuk XV. De zon scheen helder op het oude kasteel en de mooie oude tuinen. Gravin Eynesford zat op de lage bal- lustrade met een boek op den schoot. Haar crême-kleurig toilet stak vreemd af tegen de rijke tinten van het landschap in herfst tooi. Ze las niet, maar haar oogen waren droef en peinzend naar den verren horizont gericht. Ze was drie dagen alleen geweest in St. Etienne. Op de opengeslagen bladen van het boek lag een brief, één van de twee. die zij dien ochtend had ontvangen. Dien van haar moeder had ze eerst vurig gekust en toen weggeborgen; de andere begon zonder in leiding „Ik ben juist terug van een tocht door een van de achterbuurten van Parijs. Alles was zooals ik wel had verwacht heel knap in elkaar gezet door de politie en toen wij op de plaats van onze bestemming waren aangekomen, was onze vogel gevlogen! Ik stuurde de beide detectives weg, die mij hadden vergezeld, wat zeer onvoorzichtig was in een buurt als deze! Maar ik had op mijn reizén al zóó veel avonturen door gemaakt. dat ik hier niets geen ge vaar in had gezien. Kalm liep ik langs één van de oevers van de Seine, toen ik door drie mannen in den rug aange vallen werd. Gelukkig of ongelukkig zou jij misschien zeggen waren ze ongewapend. Ik draag altijd een revol ver bij mij en het zien daarvan boe zemde hun wel eenig ontzag in. De een kreeg een schampschot langs het hoofd en toen de anderen bloed zagen, maak ten ze. dat ze wegkwamen. De man, dien ik trof, was de meestgeduchte; hij was klein en teer gebouwd, maar had een ijzeren greep. In ieder geval had ik hem nu een litteeken bezorgd, zoo dat ik hem altijd herkennen zal. Nu wacht ik op verder nieuws van de politie; maar deze ontmoeting heeft mij geleerd, dat het niet geraden is, zich alléén te vertoonen in deze deelen van Parijs, want ik heb nu tegenwoor dig niet meer enkel aan mijn eigen leven te denken. De reden, waarom ik je schrijf, is, dat al mochten wij el kaar niet weerzien je weet, dat je in het bezit zult zijn van mijn laatste wilsbeschikking. Er bestaat geen twijfel aan, dat ik een aanwijzing en wel een zeer dui delijke heb van de manier, wagrop die arme Guy om het leven gebracht werd! Ik wil je nu niet weerzien, tot ik alles heb gedaan, wat mogelijk is om te slagen in mijn onderzoek. He kan zijn, dat ik geruimen tijd moet wegblijven. Daarom heb ik er iets op verzonnen, dat je niet zoo alleen zult blijven. Je moet je zusters, of wie je verder te logeeren zoudt willen hebben, bij je vragen. En als ik soms te lang mocht wegblijven, dan zou je misscnien liever naar Grange-le-Gross gaan, om dicht bij je familie te wezen; maar mag ik je dan verzoeken daar nog een week te wachten?Dan zal ik wat beter over mijn eigen plannen kunnen oordeeien. Het sleuteltje, dat ik hier bij insluit, is van de schrijftafel in de bibliotheek van St. Etienne. In het bovenste laatje aan den rechterhand zul je mijn testament vinden, dat ik heb laten maken op den dag vóór ons huwelijk. Het zal je toch in ieder ge val eenige voldoening schenken, dat moge ik je dan al veel leed hebben berokkend ik toch in staat zal zijn, je ruim verzorgd achter te laten Je bent heel jong, Ethel; nog jong genoeg om het leven opnieuw te be ginnen en er nog zooveel van te genie ten, dat je geheel zoudt kunnen ver geten al de droefheid, die ik over je heb gebracht. Maar mae ik je één ding vragen, om niet met Fitzwarrene te trouwen, eer je zelve een zorgvuldig onderzoek zult hebben ingesteld naar het leven, dat achter hem ligt? Dit verzoek ik je alleen in mijn brief; na- tuurlijk heb Ut bet niet ais voorwaarde gesteld voor de aanvaarding van mijn testament. Dit is een lange brief geworden; mo gelijk, dat je er nooit meer een van mij te lezen krijgt! Ik ben vanavond alleen en misschien, dat dit mij zoo week stemt. Maar ik heb zoo'n gevoel, dat we elkaar niet zullen weerzien en ais dit zoo moet, dan kan ik niet anders dan er in berusten! Mocht mijn le ven echter gespaard blijven, dan zal ik maken, dat je mij evenzeer lief krijgt, als je mij eens haatteMisschien moest ik dit niet eens zeggen, want 't voorgevoelen in mij is veel te sterk, dat ik toch niet lang genoeg zal leven om het plan te voltooien, waarnaar ik met opoffering van persoonlijk geluk ge streefd heb Toen volgden er een drie of vier woor den, die zorgvuldig uitgekrabd waren, waarop de brief plotseling eindigde met een: ,,De Hemel zegene je! Ranulf Eynesford." Urenlang had Ethel zitten nadenken, vreemd apathisch, als ze zich, sinds haar trouwdag, al had gevoeld. Dit ondernemen van Lord Eynesford was zóó onverwacht ekomen, dat ze haar geheele opvatting van zijn karakter en zijn beweegredenen ook had moeten voorzien. De nieuwe Lord Eynesford dat wil zeggen, zooals hij ge weest was bij hun laatste onderhoud was zoo heel anders. Ze wist zelve niet, of ze zich nu ellendig voelde of niet; ze wist alleen, dat ze in haar vorige beschouwing van zijn karakter gefaald had. tNgojiit verboden)., iWordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 5