STADSNIEUWS LEIDSCH DAGBUD, Vrijdag 29 October 1937 Vijfde Blad No. 23802 De toepassing van electriciteit in het tuinbouwbedrijf 73sie Jaargang Strafrechtelijk Seminarium. De officiëele opening. Na de gisteren reeds vermelde rede van „of dr. J. M. van Bemmelen ter gelegen heid van de opening van het Strafrechte- ihjc Seminarium, welke plechtigheid o. m, iiog werd bijgewoond door staatsraad mr. J. Limburg, in zijn kwaliteit van curator der Leidsche Universiteit, werd het woord ge voerd door den rector-magnificus, prof. dr. j A. J. Barge. Spr. wilde uiting geven aan zijn vreugde en dank over de tot standkoming dezer in stelling. Deze dankbaarheid gaat in de eer ste plaats uit naar den schenker den heer it A E. Modderman, die daarmede een prachtig voorbeeld heeft gegeven. Waren j, rijksuniversiteiten in vroeger tijden plfstandlge organismen met groote be voegdheden, langzamerhand zijn zij geperst ineen ambtelijk keurslijf en geworden tot prone rijksinstellingen. Dit beteekent in sommige opzichten een verlies. Noodzake lijkerwijs is daardoor naast de universitei ten een reeks van lichamen gegroeid, uni versitaire vereenigingen, die pogen het al dus ontstane tekort aan lenigheid en aan passingsvermogen aan te vullen. Zulk een instelling is hier ter stede het Leidsch Universiteitsfonds. Op deze wijze heeft de Universiteit de beschikking gekregen over andere geldmiddelen dan die, welke haar uitsluitend als rijksinstelling ten dienste staan. De schenking van den heer Mod derman. ook al werd zij niet gedaan aan het Leidsche Universiteitsfonds, is een be langrijke verrijking der Leidsche Univer siteit. Spr. besloot met het uitspreken van den wensch, dat het curatorium der nieuwe slichting in de toekomst altijd zal streven naar een innige samenwerking met de be- stuurderen van het L. U. F. Vervolgens werd het woord gevoerd door den heer H. J. Smidt, vertegenwoordiger van den minister van O., K. en W. die zoo wel de Leidsche Universiteit als de juridi sche faculteit en in het bijzonder den hoogleeraar In het strafrecht gelukge- "■enseht met de tot standkoming dezer stichting De regeering is daarvoor den schenker in hooge mate erkentelijk. Ten bewijze daarvan, deelde spr. on der groote instemming mede, dat het H. M. de Koningin had behaagd, den heer H. A. E. Modderman te benoemen tot ridder in de Orde van den Neder - landschen Leeuw. Tenslotte sprak nog prof. mr. W. P. J. Pompe uit Utrecht, die wees op de betee- tals van dit instituut, ook voor niet-Leid- sthe criminologen en daaraan den wensch isrlond voor een hechte samenwerking fcschen het Leidsche en Utrechtsche Cri- ffiologisch Instituut op alle gebieden, «ar samenwerking mogelijk is. een dankwoord van prof. van Bem melen, werden de lokaliteiten, waarin de stichting zal worden ondergebracht, be zichtigd. Onder de vele telegrafische gelukwen- schen waren er van den stichter, den heer H. A. E. Modderman, die door ziekte ver hinderd was aanwezig te zijn en van diens broer, den heer J. Modderman. de n.z.h.tjvi. Directie confereert met vakorganisaties. In de driemaandelijksche conferentie met de vakorganisaties, welke gistermid dag ten hoofdkantore van de Noord-,Zuid- Holandsche Tramweg Maatschappij N.V. te Haarlem werd gehouden, kwam als eerste Punt van bespreking aan de orde de po sitie-verbetering van de ambachtslieden tïeede klasse. De directeur zegde toe de Invoering van een eenigermate meer gun stige verhouding tusschen het aantal eerste- en het aantal tweede-klassers met het gevolg, dat met 1 Januari 1938 enkele bevorderingen zullen geschieden. Uitvoe rige besprekingen hadden plaats omtrent verschillende dienstaangelegenheden ter standplaats Voorburg. De directeur zal meewerken tot het geleidelijk invoeren van verbeteringen in de bestaande regelingen, waarbij evenwel ln het oog gehouden moet worden, dat aan die verbeteringen ver schillende consequenties, waarmede reke- ™ig gehouden moet worden, verbonden hln. Deze aangelegenheid is dus niet zoo eenvoudig te regelen als het lijkt. Het verval van den conducteur werd door den directeur niet zóózeer verminderd geacht, Jet er gegronde aanleiding bestaat om de tortmg, die wordt toegepast als een wa fer voerder conducteursdiensten verricht, «j te schaffen. Het nieuwe systeem van Plaatsbewijzen met wisselende, in plaats *an vaste, waarde zal zich hoofdzakelijk t tj n de speciale soorten, alsmede -Ot de abonnementen. Daardoor zal de ver meerdering van de werkzaamheden voor jjen conducteur, verbonden aan de behan- wiuig van de plaatsbewijzen met wisse- j;.™6.waarde, eveneens beperkt blijven. De rjma81 ^eel^e mede. dat de Indeeling °e wegploegen op den duur wijziging ai ondergaan, tengevolge waarvan Is te "k* de voorwerkers meer dan nu "standig zullen arbeiden. De directeur mm» i slobbe een uitvoerige uiteenzetting waolÜ C'en toestand der Maatschappij, Jrrl°ver geruimen tijd van gedachten erd gewisseld. handelsregister kamer van koophandel. einri. -„ySen: Tijdschriftencentrale. Noord- 36, Leiden, kantoorboekhandel, bin- im-^J^tenl. tijdschriften. Vestiging 3® 1937 74> Leiden, dd. 29 N.V ^^'ithoffs Uitgeversmaatschappij fcj uiuguiuioiiiaatov/iia|jpij noezastraat 1, Leiden. Overleden ussans: W' Seijsem college ter eere van dr. joh. wagenaar. De beroemde componist zelf aanwezig. landsche composities werden en worden uitgevoerd. Ook als componist is Wagenaar buiten gewoon veelzijdig, hetgeen spr. uitvoerig toelichtte aan de hand van het gansche door Wagenaar geschreven repertoire. Betere marschen heeft geen Nederland- schen componist eemaakt; zij dragen het hartstochtelijk élan van den geboren mu zikant. Ook roemde spr. Wagenaar o.a. ais een volledige beheerscher van het contra punt. Spr. betreurde het, dat Wagenaar's I opera's niet opgevoerd kunnen worden door een goed Nederlandsch ensemble. Zijn muzikale geest verzoent haat en tweedracht, wordt gedragen door het mu zikale hart, dat „zingt". Ook de moderne componisten moeten in hun werken het „zingend karakter" be houden. Van Wagenaar kan men leeren, dat het begrip „cantare" van de muziek onafscheidelijk is. Het werk van Wagenaar is van een rijp meester. Moge de muziek nog langen tijd een afstraling zijn van de „eeuwige melo die". Nadat dr. Schallenberg aan Leo Mens en zijn koor dank had gebracht voor de medewerking, zong het koor nog Wage naar's puntig-vroolijke „Een paard naar den aart, is er nog eerder dan zijn staart" vrij naar „de Schoolmeester") en de fijn- elegante fughette „Hans und Grethe", waarmede de studenten en de dirigent veel eer inlegden. Ook dr. Wagenaar be tuigde zijn Ingenomenheid met het gezon gene. Dr. Schallenberg heeft in dit college zijn vroegeren leermeester naar waarde geëerd en diens belangrijken invloed op de ver heffing van het Nad. Muziekleven, na een periode van inzinking, op kundige, inte ressante en leerzame wijze uiteengezet. commissaris: D A. van Waalwijk. Bussum. Phen »r' ?r- Hendrikstraat. 68, Al ttnsholt' kruidenier. Het filiaal Ro- «ner u ,is overgegaan aan: W. Seij- Seljsen "Haal Steekterweg 246, aan Dr. Joh. Wagenaar. In verband met het feit, dat de be kende Nederlandsehe componist dr. Joh. Wagenaar op 1 November a.s. 75 jaar wordt, wijdde dr. E. W. Schallen berg, privaat-docent in de Muziekge schiedenis, gistermiddag in het college gebouw aan de le Binnenvestgracht aan hem een college. Hierbij waren tot groote vreugde van het auditorium, dr. Wagenaar en zijn echtgenoote zelf aan wezig. Het Leidsch Studentenkoor luis terde deze bijeenkomst door het zingen van cenige composities van dr. Wage naar op. Nadat diens 5-stemmig kbor .Musica, aldersoetste const" gezongen was. leidde dr. Schallenberg zijn uiteenzettingen in met een beschouwing over vroegere bloei tijden van het Ned. muziekleven. Hij over zag hierbij componisten als Josquin des Prés, Orlandus di Lassus Obrecht, Cornells Schuyt, de „organisten-macher" Swee- linck (zonder Sweelinck géén Bach), Con- stantijn Huygens enz. Voorts wees hij er o.a. op. hoe de toonkunst als „gezelschaps kunst" eertijds een voorname plaats in nam en herinnerde aan hetgeen de leden van den Muiderkring presteerden. Het door Ambros wat geringschattend genoemde „gemütlióhe Familienkonzert", behoefde om het gemoedelijke nog niet minderwaar dig te zijn. In de tweede helft van de 17e eeuw ging het met het Ned. Muziekleven bergaf waarts. in de 18e eeuw was het te verge lijken met „de beruchte kasplant". Een tijd van algemeenen stilstand brak aan, de scheppingskracht verflauwde; nog slechts de „klanken van klokken en ducaten" wer den nagebootst. De opleving kwam in 1788: de muziek kreeg recht op eigen concert zalen.Tal van muziekgezelschappen ont stonden in de 19e eeuw, doch een Willem Kes had groote moeilijkheden te overwin nen, wat betreft discipline en eerbied bij het luisteren. Zijn werk en dat van ande ren (Zweers, v. Anrooy enz.) had succes. Thans behoeven de jongere componisten niet langer te zwijgen, wanneer de Neder lander onmuzikaal genoemd wordt. Onwil lekeurig richten wij ook onzen blik naar dr. Joh. Wagenaar, een der peilers onzer toonkunst, „nestor en mentor der tegen woordige generatie", een eeretitel, waarop hij recht heeft. Spr. gaf vervolgens een uitvoerige levens beschrijving van dr. Wagenaar en in het bijzonder van zijn werkzaamheden te Utrecht, o.a. als leider van tal van koren (van 1911'15 ook van Toonkunst te Lei den), tot doctor honoris causa gepromo veerd in 1916. Hij heeft een verbazenden invloed op het Ned. muziekleven uitge oefend. Het ontstaan van de parodistische „De Schipbreuk" werd aan de hand van talrijke interessante bijzonderheden uit eengezet, alsook de beteekenis van deze humoristische, frissche en vrooUjke mu ziek. „De Schipbreuk" oogstte triomfen in ons land en de koorleden, die het zongen, zeiden met enthousiasme: „Voor Wagenaar zou je je doodzingen". In samenwerking met Wouter Hutschen- ruyter heeft Wagenaar tallooze werken uitgevoerd; deze samenwerking van orkest en koor leverde de schoonste resultaten op, waarvan spr. vele voorbeelden gaf. On der Wagenaar had de Utrechtsche Toon- kunstafdeeling zélfs een grooter ledental dan die van Amsterdam. Ook noemde spr. met eere het koor van den .Muzikalen Kring", dat Wagenaar's opera's („De Doge van Venetië" „de Oid" enz.) uitstekend opvoerde, een koor, dat daarbij ook voor treffelijk acteerde. Als paedagoog heeft Wagenaar even eens uitstekend werk verricht. Het onder wijs nam hem vooral in beslag sinds zijn benoeming tot directeur van het Conserva torium te Den Haag, doch er was toen helaas minder tijd tot componeeren. Het was geenszins een gevolg van verminderde scheppingskracht. De leerlingen droegen hem een groote genegenheid toe, hij wist hen aan zich te binden, dit kan spr. uit eigen ervaring getuigen. „Zijn wezen is muziek", dat is het geheim van zijn stuw kracht. Wagenaar's groote veelzijdigheid bespre kende, wees spr. voorts op zijn bewonde ring voor componisten van uiteenloopen den aard. Steeds koestert Wagenaar waar deering voor „alle waarachtige kunst". Spr. gaf hierop een beschouwing van Wagenaar als organist (schitterend Bach- speler), als reproduceerend kunstenaar en als kenner van elk genre, ook het moderne, waarin hij het goede weet te onderkennen en te waardeeren, want ook tegenwoordig worden eohte en eerlijke werken geschre ven. Hij bezat ook leerlingen van uiteenloo penden aard (v. Anrooy, Willem Pijper enz.) en deze hebben op hun beurt be vruchtend gewerkt. 't Succes van Wagenaar's corqjgisities werjetq stimuleeremi. Meer qa qjeer Hol- Het Stadhuiscarillon. Ruim duizend gulden in een maand tijds. De penningmeester van het Carillon- comité voor het Stadhuis zendt ons on derstaande opgave van de tot dusverre bin nengekomen gelden. Half September 1937, nette ontvang sten f. 9.200. Half October 1937 9.600.— Thans 10.300.— Een bevredigend totaal tot dusverre en een niet onbevredigend accres de laatste maand. Wanneer het klokkenspel er eenmaal zal zijn, moet echter met recht gezegd kunnen worden: „Dat is nu een geschenk van alle Leidenaren en oud-Leidenaren". Vooral het aantal bijdragen groote en kleine zal nog sterk moeten toenemen, evenals het tempo, waarmede deze binnen komen. Wij komen er, doch het geeft méér vol doening te kunnen zeggen: „Wij zijn er!" Er moet nog veel werk verzet worden! Helpt ook u ons den nog langen weg in record-tijd afleggen. Zooals u weet, kunt u dit o.a. doen door een dezer dagen uye bijdrage over te schrijven op: Postrekening No. 302400, ten name van den penningmeester Caril lon-Comité Stadhuis Leiden. Woningbouwvereeniging „De Tuinstadwijk". Het oude bestuur herkozen. Op de gisteravond gehouden leden vergadering der W.B.V. „de Tuinstad- wijk" welke buitengewoon druk bezocht was, is het oude bestuur met 115 van de 196 uitgebrachte stemmen herkozen. De Raad van Commissarissen werd in zijn oude samenstelling bij acclamatie herkozen. leidsche chr. besturenbond. De heer A. Knetsch over „Ordening". Voor den Leidschen Chr. Besturenbond heeft de heer A. Knetsch het onderwerp: ,,De ordening der maatschappij" behan deld. De samenkomst, welke in het gebouw „Patrimonium" werd gehouden, werd bij afwezigheid van den voorzitter door den secretaris op gebruikelijke wijze geopend, waarna direct het woord werd verleend aan den spreker van dezen avond. Het vraagstuk van de ordening, aldus spr., is niet nieuw. Reeds in de grijze oud heid was men er mede bezig op welke wijze men producten en distributie kon regelen. En ook thans roept men om or dening. Met tal van voorbeelden toonde spr. aan dat internationale ordening niet verkregen kan worden. Toch is ordening gewenscht. Sociaal voor wat betreft de verhouding tusschen werkgevers en werknemers. Eco nomisch voor wat betreft de regeling van productie en distributie. Sociaal door het optreden van de vakbeweging (het afslui ten van collectieve contracten) en door de sociale wetgeving. Volgens spr. moet er gestreefd worden naar verwezenlijking der bedrijfsorgani satie, waarvan de beteekenis uitvoerig werd uiteengezet. Op economisch terrein moet de doode- lijke concurrentie tusschen de producenten vervangen worden door een geordende samenwerking. De wet op de algemeen verbindend en onverbindend verklaring van ondernemers- overeenkomsten kan aan de economische ordening de helpende hand bieden. Aan de bedrijfsraden dient verordende be voegdheid te worden gegeven. Samenvattend mag gezegd worden, dat wij, aldus spr., socialisatie als utopie ver werpen. Principieel staan wij afwijzend tegenover bedrijfsorganisatie door den Staat. Wij aanvaarden ordening, waarbij belanghebbenden en de overheid worden ingeschakeld. Men hoede zich echter voor overdreven verwachtingen. Na deze inleiding volgde een uitvoerige bespreking van verschillende vragen. Na een dankwoord aan den heer Knetsch werd de vergadering op gebruikelijke wijze ge sloten. Onze stadgenoot, de heer J. den Os slaagde voor het machinistenexamen voor- loopig diploma. Lezingen van ir. C. E. v. d. Stadt en ir. J. M. Riemens. Uitgaande van de afd. Leiden en om streken der Kon. Ned. Maatschappij van Tuinbouw en Plantkunde, van de Coöp. Groentenveilingsvereeniging en van de Stedelijke Lichtfabrieken alhier, is gister avond in Oud-Hortuszicht een vergadering gehouden, waarin door ir. C. E. van de Stadt, van het Centraal Bureau der Ver. van directeuren van Electriciteitsbedrijven in Nederland en door ir. J. M. Riemens, rijkstuinbouwconsulent, gesproken is over „De toepassing van electriciteit in het Tuinbouwbedrijf". Deze vergadering, die werd bijgewoond door den directeur der Stedelijke Lichtfa brieken ir. J. A. van Klinkenberg en door den adjunct-directeur, ir. Fehmers, werd geopend door den heer Jonker. 2e voorzit ter der Kon. Ned. Mij. van Tuinbouw- en Plantkunde, afd. Leiden. Ir. v. d. Stadt over de technische zijde. Eerste spreker was ir. C. E. v. d. Stadt, die in de eerste plaats eenige algemeene opmerkingen maakte over de electrische installatie in vochtige en tijdelijk vochtige ruimten. In deze ruimten moet de electri sche installatie aan speciale eischen vol doen. omdat er kans bestaat op het defect geraken der installatie door corrosie, kans op kortsluiting en op brandgevaar. Er is ook kans op aardsluitingen en dus op le vensgevaar. In het tuinbouwbedrijf leeft men in dit opzicht vaak onder ongunstige omstandigheden, zoodat oppassen en goede voorzorg dubbel geboden zijn. Het leidingmateriaal moet dus deugde lijk zijn, terwijl ook waterdichte laschdoo- zen, schakelaars, contact-doozen en arma turen moeten worden toegepast, waarbij in vochtige kassen enz. ijzeren materiaal de voorkeur verdient boven baccallet. Spr. ver telde ook iets over de aarding der instal latie, die de gevaren tot een minimum be perkt. Vervolgens behandelde spr. de electri sche grond- en luchtverwarming. waarbij uit den aard der zaak de omzetting van electriciteit in warmte ter sprake kwam. In den tuinbouw is men niet gesteld op zeer hooge grond-temperaturen, 75 gr. F. is reeds ruimschoots voldoende en in de electriciteit kan men dien warmtegraad zeer nauwkeurig bepalen, terwijl ook een groot voordeel ,is. dat men een zeer gelei delijke verwarming kan verkrijgen door de electrische grondverwarmingskabpltjes. De luchtverwarming is ook Ijeel goed, maar helaas nog wat kostbaar door strofj» verbruik. Electriciteit dient ook uitstekend om den grond te ontsmetten, waarvan spr. de ver schillende toepassingsmogelijkheden uit eenzette. Dit op groote schaal te doen wordt weer wat kostbaar, maar b.v. voor potgrond, die men gesteriliseerd wil heb ben, krijgt men goede resultaten. Men kan den nachtstroom gebruiken, die 2 ct. per K.W.U. kost, terwijl 1 K.W.U. ongeveer 10 L. grond ontsmet. Tenslotte sprak ir. v. d. Stadt over de verlichting. In de eerste plaats kan de lichthoeveelheid worden vergroot ter be vordering van de assimilatie, terwijl in de tweede plaats de verlichting kan worden gebruikt om het daglicht te verlengen bij overigens voor de assimilatie voldoende hoeveelheid natuurlijk daglicht, dit spe ciaal voor langdag-planten. Een bijzondere toepassing der kunstmatige verlichting is nog de electrische kiemkast, waarin met een eenvoudige gloeilamp de zaden tbt kiemen worden gebracht. Ir. v. d. Stadt lichtte zijn lezing met lichtbeelden toe. De tuinbouwkundige zijde. De tweede spreker. H. Kiemens, sprak over de tuinbouwkundige zijde van het on derwerp. Spr. wees er op, dat luchtverwar ming maar een zeer bescheiden toepassing kan krijgen, omdat zij te kostbaar is. Al leen als nachtvorstwering kan de electri sche luchtverwarming goede resultaten geven, terwijl er ook in kweektabletten wel het een en ander mee te bereiken is, wanneer men precies op dezelfde tempera tuur moet blijven en de electriciteit dus naast de gewone centrale verwarming kan worden toegepast. De grondverwarming kan in alle cultu ren uitnemend worden toegepast. Als de stroom maar goedkoop genoeg is! Hier opent de toekomst echter nog vele moge lijkheden. Van zeer groote beteekenis is ook de verlichting, het toevoeren van ex tra licht, waarbij vooral het neon-licht prachtige toepassingsmogelijkheden heeft, omdat neon-licht als warmte-straler geen rol speelt. Tooh worden ook met gewone gloeilampen reeds mooie resultaten be reikt. In elk geval ligt hier een zeer ruim veld met enorme mogelijkheden. Ook deze spr. lichtte zijn lezing met een groot aantal lantaarnplaatjes toe. waarbij hij vooral foto's van allerlei proefnemin gen gebruikte om aan te toonen, dat grond- verwarming en verlichting dikwijls de meest verrassende resultaten laten zien, al moet, bij de verlichting, elke plant afzon derlijk worden bezien, omdat in sommige gevallen de extra-belichting ook geen of tegenovergestelden invloed kan hebben. Er volgde eenige bespreking op de beide inJjeressante lezingfp, waauia nog een lil» vertoond wqrd; RHEUMALANA LAKENS sWx DE GOEDKOQPSTE WARMTE F AB R 8268 BORNE (Ingez. Med.) SOC.-DEM. VROUWENPROPAGANDA- COMMISSIE. Propaganda-avond in de StadszaaL Bovengenoemde commissie hield gisteren in de geheel bezette groote Stadsgehoor zaal een propaganda-avond, waarin als spreekster optrad mevrouw Straalman Kremer uit Hilversum, terwijl verder „The Mickey Mouse Players" en de Arbeiders- tooneelver. „D.O.S." respectievelijk muzi kale en tooneelistisohe medewerking ver leenden. De presidente, mevrouw BraggaarDe Does sprak een kort welkomstwoord en wees er op, dat van de beweerde opleving weinig of niets te bemerken is. Op onder wijsgebied bijvoorbeeld is er nog altijd een groot tekort; van huucverlaging is geen sprake en van vermeerdering der in komsten nog minder. Integendeel, de noodzakelijke levensbehoeften stijgen nog steeds in prijs en op het gerechtvaardigde verzoek van het N.V.V. tot verhooging van den B-steun voor werkloozen wist de mi nister geen ander antwoord te geven dan de invoering van een spaarsysteem, dat een aanfluiting is voor de arbeidersklasse. Na gemeenschappelijk gezang van eenigè strijdliederen, was het woord aan mevr. Straalman, die allereerst wees op de zor gelijke tijdsomstandigheden. In China en Spanje worden groote volksdeelen vernie tigd door de fascistische horden van an dere volkeren, waarvan de leiders niet schromen het woord „Vrede" als hun doel stelling te misbruiken. De groote mogendheden pogen weliswaar door langdurige onderhandelingen een einde aan dien toestand te maken, doch anderzijds stellen zij hun interventie zoo lang uit tot zij zelf in staat zijn om hun slag te slaan. De soc.-dem. vrouwen in Nederland doen verstandig, wanneer zij zich niet in slaap laten sussen door den rustigen toestand binnen onze landsgrenzen; daarvoor zijn wij in alle opzichten te zeer afhankelijk van de internationale verhoudingen. Ook in ons land is dreiging allerwegen: wel leed Mussert bij de jongste verkiezin gen een groote nederlaag, maar daarmede is het fascistische gevaar geenszins van de baan. Wel handhaafde zich de demo cratische gedachte, doch het nieuw opge treden kabinet is zoo mogelijk nog con servatiever dan het voorgaande. Ondanks den dringenden nood der werk loozen, worden niet hun belangen in de eerste plaats behartigd, doch worden de defensiebelangen op den voorgrond ge plaatst. Het spaarplan van minister Romme be rust niet op de realiteit van het leven der werkloozen; het is ten eenenmale onmo gelijk om een kwartje te sparen, wanneer er sprake is van een chronisch tekort. Het is een bespotting voor de arbeidersklasse om na zoovele jaren van bitteren nood thans een weldadigheidsberoep op het Ne derlandsehe volk te organiseeren teneinde te voorkomen, dat de arbeiders in den aanstaanden winter van honger en koude omkomen. Met moeite en strijd heeft de arbeiders klasse zich een mensehwaardig bestaan geschapen; de voorgestelde regeling van minister Romme beoogt niet anders dan de arbeidersvrouwen onder eurateele te stellen. Zij mogen niet eens zelf beschik ken over haar eigen spaarduitjes, doch krijgen daarvoor een bon, waarmede zij in een bepaald magazijn het tekort mogen aanvullen. Spr. beschouwt dit als een hoon, die de vrouwen fier van de hand moeten' wijzen (applaus). De werkloosheid is een geesel voor de mannen, die er moreel aan ten ondergaan, doch hoeveel grooter is de ellende voor de arbeidersvrouwen, die niet weten, hoe zij van het steunbedrag moeten rondkomen en hoe zij hun kinderen moeten kleeden en voeden. Nog altijd telt ons land meer dan 300.000 werkloozen, ook al is hun aantal geringer dan in vorige jaren: op onderwijsgebied heerschen nog vele misstanden, zoowel ten aanzien van de salarieering der onderwij zers er zijn er. die f25 per maand ver dienen i als van het pell van het onder wijs, dat noodzakelijk moet lijden onder het veel te groote aantal leerlingen per klasse. De oorzaken van de langdurige crisis zijn gelegen in de grondslagen, waarop onze huidige samenleving berust. Zoolang daarin geen verandering komt. is ook in het lot der arbeidersklasse geen verbete ring te verwachten. Het kapitalistische stelsel bergt de drijf veer naar den oorlog in zich. Alleen het socialisme, berustend op naas tenliefde. kan leiden naar een betere toe komst. Daaraan mede te werken, behoort in de eerste plaats tot de taak der vrou wen, een taak, die met zich draagt de blijheid over de bevrijding uit de zorgen van dezen tijd. Het herstel van de wereld, aldus ein digde spr. haar luide toegejuichte rede, be gint bij onszelf, in ons gezin, in onze naaste omgeving. Laten wij daarom naast onze mannen werken en strijden voor een maatschappij, waarin het de moeite waard is voor onze kinderen te leven. Het verdere gedeelte van den avond werd gevuld door het optreden van „D.O.S.", dat op de van deze club bekende, verdienste lijke wijze de dramatische schets „Noc turne" van Herman Heyermans en een blijspel „Kleptomanen" van J. J. Rent meester opvoerde en daarmede veel er in legde. concert in endegeest. Gisteravond gaf de Leidsche Orkestver. ..Musica" onder leiding van den heer J. Noordanis in het Recreatiegebouw van Endegeest een concert voor de patiënten. Het programma dat een 10-tal nummers bevatte, oogstte veel succes, waarvan een herhaaldelijk en hartelijk applaus getuig de. D|e geneesheer-directeur, dr. f. J. Stuur grap, vqrtolkte den dank der aan wezigen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 17