De legermanoeuvres - Klompenbeurs - De üersiering van München 78sie Jaargang Tweede Blad LEIDSCH DAGBLAD FEUILLETON Kameraad Moeder DE .VERSIERING VAN MÜNCHEN IN VERBAND MET HET BEZOEK VAN MUSSOLINI. DE TREINBOTSING NABIJ ANGOULEME, Reusachtige gouden adelaars worden nabij het station waarbij de sneltrein BordeauxParijs tegen een anderen trein reed. Acht personen werden gedood opgesteld. en verscheidene gewond. Het opruimingswerk. Roman van CHRISTEL BROEHLDELHAES. 37) Georg beefde van opwinding. Zijn hand, die nog steeds in die van Romana rustte, werd ziekelijk warm en vochtig. Hij had het kunnen uitschreeuwen: Je hebt gelijk! Het is onnoemelijk smerig en walgelijk en ik wil er ook niet meer aan meedoen. Nooit meer! Maar in plaats daarvan bracht hij er slechts met moeite uit: Laat mij tóch m'n eigen weg gaan! Waarom houden jullie, volwassenen, toch altijd en eeuwig van die zalvende preeken? Zijn oogen gloeiden koortsachtig. Jullie zijn zelf immers geen haar beter! Dat laatste klonk als een strijdkreet. Ro mana liet zijn hand plotseling los. Bleek als een doode leunde ze achterover in haar stoel; haar oogen leken nu geheel zwart in het vale gelaat. Wat zeg je daar. Georg? Met welk recht slinger ie me zooiets laags in het gezicht? Haar zachte stem klonk indrukwekken der dan wanneer ze het verontwaardigd zou hebben uitgeschreeuwd. Ik vraag je, Georg, met welk recht? Hij sprong op en vluchtte ergens in het schemerdonker van de spaarzaam verlichte kamer. Ook Romana stond op, maar zij ging naar den schakelaar van het elec- trisch licht, dat zij geheel aandraaide. Overgoten door het schelle licht stond zij hoog en smal voor den jongen en zoo im poneerend was haar verschijning, dat het hem te moede was of hij voor haar op de knieën moest vallen. Kijk me eens aan, Georg! gebood ze en toen hij gehoorzaamde en haar uit zijn wijd opengesperde oogen aanstaarde, alsof ze een vreemde was en hij haar voor het eerst zag. vervolgde ze: Het leven van je vader was tot dusver rein en vlekkeloos. Hij heeft jarenlang een ziekelijk vrouw ge had, maar hij heeft nooit, als vele andere mannen, dubieuze genoegens nagejaagd. Met hart en ziel is hij je moeder trouw ge bleven. En ik Even kwam er een pijnlijke trek om haar mond. Het streed tegen haar gevoel hier voor dezen jongen haar ziel bloot te leggen. Ben ik daarvoor eenzaam door het leven gegaan en heb ik me daarom af zijdig gehouden van wat de wereld „het leven" noemt om nu onrechtvaardig te worden beschuldigd? Laat je dat genoeg zijn! Zij maakte aanstalten de kamer te ver laten, maar een ongearticuleerd geluid van Georg hield haar terug. Zijn blik klemde zich wanhopig aan haar vast. Je moet me begrijpen, stamelde hij, we hebben altijd één gezin gevormd, wij Tiebrucks, we behooren bij elkaar. Daarom grijpt het me zoo aan. Wat grijpt je aan? Ze begreep hem niet, kon hem ook niet begrijpen, om dat ze niet vermoedde wie hem zoo buiten zichzelf had gebraoht. Ben ik een vreem de voor jullie? Ja, ik ben tot de overtuiging geko men, pas kort geleden, dat je een vreemde in onze familie bent. En waarom ben ik naar jouw mee ning een vreemde? Maar daarop bleef hij het antwoord schuldig; in plaats van een repliek vroeg hij plotseling, zonder eenigen overgang: Houd je van m'n vader? Deze vraag kwam zoo onverwacht en was dusdanig in strijd met haar gewoonte om haar diepste gevoelens verborgen te houden, dat ze even van haar stuk werd gebracht en aarzelde. Toe mama, geef me daar nu eens ant woord op, hoorde zij Georg's stem. Je zult er overheen moeten komen, dacht zc; voor trots en principes is hier geen plaats. Misschien twijfelt hij aan je liefde. Ik houd meer van je vader dan jullie, kinderen, ooit zult vermogen te begrijpen. Toen hij bleef zwijgen, zag ze duidelijk, hoe hij ten prooi was aan de meest tegen strijdige gedachten. Daarom zei ze nog: Als je dat niet gelooft, bewijs me dan het tegendeel! Want dan moet je toch be wijzen hebben.... Hij keek haar plotseling geïnteresseerd aan. Bewijzen, ja, die moest en zou hij heb ben om haar recht in het gezicht zijn be schuldigingen waar te kunnen maken. Hij zou naar Erwin Westphal gaan en daar eens nader informeeren Romana had eenigen tijd noodig om het met zichzelf eens te worden over de vraag of zij haar man deelgenoot zou maken van haar belevenissen met Georg. maar ten laatste besloot ze ook deze kwestie alieen uit te vechten. Tiebruck was overwerkt en werd geheel in beslag genomen door zijn werkzaamheden in de kliniek. Het eindelijk gevonden serum gaf hem veel te doen. Het beloofde een ware zegen voor de veelge plaagde menschheid te zullen worden, wanneer het inderdaad aan de gestelde verwachtingen beantwoordde, maar Tie- bruok kon er nog maar steeds niet toe be sluiten tot proefnemingen op groote schaal en in het bijzonder op menschen, over te gaan. Dr. Alk was te verstandig om te laten blijken hoezeer hij zich aan Tiebruck's aarzelen ergerde. Toen hij bemerkte, dat de noodzakelijke proefnemingen en in de eerste plaats haar openbaarmaking, langs den gebruikelijken weg niet zonder meer te bereiken waren, nam hij zijn toevlucht tot andere middelen, waarvan wellicht spoediger eenig resultaat kon worden ver wacht. En in de eerste plaats dacht hij daarbij aan Camilla. Tiebruck's dochter. Zou dit, in den grond naïeve, dwaas ver liefde meisje echter zooveel invloed op haar vader hebben, dat zij er hem toe zou kunnen brengen aan Alk's wensch gevolg te geven? Tiebruck hing zeer aan zijn doch ter. maar Alk betwijfelde of hij zich veel aan haar oordeel gelegen zou la'en liggen Geheel anders stond het met Tiebruck's vrouw. Romana was een gewaardeerde as sistente in de kliniek geweest en haar theo retische, zoowel als haar practische be kwaamheden hadden daar vroeger in hooge mate waardeering gevonden. Wanneer hij haar vermocht te overtuigen, zou hij zeker heel wat verder zijn. Edoch het was hem niet mogelijk deze vrouw te naderen. Tot dusver was 't Heinz Alk nooit zoo heel moei lijk gevallen de gunst van een of andere, door hem uitverkoren vrouw te verwerven, maar deze jonge mevrouw Tiebruck leek een niet te veroveren vesting. Alk. moest om zichzelf lachen. Kom, kom, het was hem tot dusver steeds gelukt zijn doel te berei ken, wat dat dan ook geweest was en wan neer hem dat vroeger misschien wel eens wat al te gemakkelijk was gelukt, bestond er nu te meer reden om ook eens een paar moeilijkheden te overwinnen. De belooning zou tenslotte slechts des te grooter zijn. Misschien, dat de muziek hem bij zijn streven behulpzaam zou kunnen zijn? Hij zou het voorloopig eens langs dezen weg probeeren Over het roode gravel van de tennisbaan draafden en gleden snelle voeten. Behalve het schurend geluid van de rubberzolen op de baan hoorde men slechts het doffe ge- klik-klak van de ballen op de strak ge spannen rackets, afgewisseld door het mo notone tellen van den umpire op den hoo- gen stoel. Rondom de baan zaten de toe schouwers in ademlooze spanning, intens meelevend met dezen interessanten strijd tusschen Erwin Westphal en een van zijn jongere rivalen, die hem het vuur na aan de schenen legde. (Nadruk verboden). (Wordt vervolgd). DOEDELZAK-KAPELLEN' bij de Engelsche luchtvloot.. De doedelzakkapel blijkt dus geen privilege van do Schotsche regimenten. De tamboer-majoor in actie. DE TWINTIGSTE KLOMPENHEl RS TE DOETIN- CHEH. Een keuze voor hen, die of op grooten voet willen leven. of liever eksteroogen willen krijgen. EEN DAG MOOI HERFST WEER en te Scheveningen zaten de café-terrassen weer vol bezoekers, genietend van het zonnetje. DE LAATSTE DAG VAN DE GROOTE LEGERMANOEUVRES. De blauwe partij moest de roode verder terugdrijven, waarbij blauw over het Deventer zijkanaal moest trekken. De 15 e.m. houwitsers, het zware ge schut, opgesteld achter de linies. HET PRINSELIJKE JACHT „PIET HEIN", waarmee het Prinselijke Paar naar het manoeuvre-gebied was gegaan, vaart door de pontonbrug nabij Olst.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 5