Bommen op Sjanghai - Installatie burgemeester van Broek op Langendijk 78ste Jaargang IEIDSIH DAGBLADTweede Blad Kameraad Moeder FEUILLETON BEN PETROLEUM-DEPOT IN SJANGHAI GAAT IN VLAMMEN OP. Tanks van de American Petroleum Co. in Sjanghai, die door bommen getroffen zijn, in brand. DE FEESTELIJKE INTOCHT VAN DEN NIEUWEN BURGEMEESTER VAN BROEK OP LANGENDIJK. De groote belangstelling bij het Gemeentehuis bij aankomst van den nieuwen burgemeester, den heeir H. Schelhaas. HET PRINSELIJKE JACHT „PIET HEIN". De groote salon van het jacht. HEr BOMBARDEMENT VAN DE INTERNATIONALE CONCESSIE IN SJANGHAI. Na de explosie der bommen voor het Cathay-hotel, waarbij zeer vele dooden vielen. De verwoesting op straat. HUZAREN UIT AMERSFOORT tijdens een gevechtsoefening op het groote concours-hippique, dat te Nijkerk gehouden werd. Roman van CHRISTEL BROEHL—DELHAES. 18) Milla lag niet op bed en evenmin was er wn spoor van een of ander ongesteldheid bij Jaar waar te nemen; ze weigerde eenvou dig Romana Parhoff te begroeten, al deed Paps daarmee nog zooveel verdriet. Japsbij de gedachte aan hem kromp "aar hart ineen. Een onmachtige woede, Jn echt kinderlijke jalouzie kneep haar w keel dicht. Ze kwelde zich zelf met alle Mogelijke waanvoorstellingen, ze bedacht, n°e Paps nu nog slechts oogen voor zijn weede vrouw zou hebben, ze zag, hoe hij ™ar kuste, terwijl hij vergat zijn doch- ''r als vroeger over het haar te ™eelen. Paps, die tot dusver hun had toe- ®hoord, was nu van een ander, iemand, I 'te uit een andere wereld kwam en zich I ;n niets met hen verbonden voelde. In JtetsV Ja, toch: door Pap's liefde. Paps toch van haar, als hij met haar rouwde en terwille van zijn geluk, moest althans probeeren aardig togen haar te ton. Neen, zei wilde niet aardig tegen haar Nooit, nooit, nooit! Ze had Paps' telde eenvoudig van hen gestolen. De ?jt"ige strijd tussdhen vrouw en vrouw. rfer in het graf was vergeten. Moeder de kinderen gebaard en alle lasten «tt het huwelijk en de huishouding op tol genomen. En nu kwam die andere en zij had slechts te oogsten. Neen, neen en nogmaals neen, nooit zou ze haar tegemoet komen. Camilla stopte haar vuisten in den mond om het niet uit te schreeuwen. Ze was ongelooflijk opgewonden. Buiten hoorde ze het portier van de auto dicht klappen. Vóór ze bij het raam was, had Paps met die vreemde het huis reeds be reikt. zoodat ze hen niet zag. Camilla vloog naar de deur en luisterde aan een kier. De vreemde vrouw sprak beneden in de hall. Camilla hoorde de onbekende stem, maar merkwaardigerwijze voelde zij die niet als een vreemde klank binnen de harmonie van het huis. Even ging het haar door het hoofd, dat het toch wel interessant zou zijn geweest haar althans even te zien, maar onmiddellijk verwierp ze die gedach te: Onzin! En daarop hoorde ze voetstap pen op de trap. Camilla's hart scheen een oogenblik stil te staan en begon toen weer als razend te bonzen. Woede. Koppigheid. Trots. Verzet. En dan staat Romana Par hoff op den drempel en zij ziet er precies zoo uit, als zij er niet zou uitzien, wanneer Camilla haar zou moeten haten; zij zag er uit als dat soort vrouwen, wien meisjes als Camilla een hartstochtelijke vereering en sympathie kunnen toedragen. Camilla nam haar op, zooals ze daar voor haar stond: groot, zeer slank, staal grijze oogen, een hoog voorhoofd en daar boven donkerbruin golvend haar. Camilla herinnerde zich plotseling, dat zij als kind eens een onderwijzeres had gehad, die veel op Romana geleek; met die onderwijzeres had ze geweldig gedweept. Maar met Ro mana wilde ze niet dweepen, al besefte ze dan ook onmiddellijk, dat het haar voortaan moeilijker zou vallen in haar ver zet te volharden. Romana nam haar Paps. En Paps was haar toch liever dan de sym pathiekste vrouw. Klein vrouwtje, een echt klein vrouwtje, die Camilla. Maar zij gaf Romana toch een hand en tegen haar wil gingen de stem en de toon van deze vreem de juffrouw Parhoff haar toch ter harte. Koppig boog ze haar hoofd. Toen ze op keek, ontmoette ze den blik van haar vader en deze was een en ai verontwaardiging enverdriet. O, wat deed haar dat pijnMaar zich zoo zonder strijd over geven? Alf bedelde reeds aan de nieuwe hand. Als er met hem maar iemarid mee ging naar den zandbakeen echt kind! En Georg was een jongen. Op dien hadden vrouwen een heel andere uitwerking. Maar zij, Camilla, zou voet bij stuk houden. Zij doorzag deze juffrouw Parhoff. Haar zou ze niet vangen, zooais zij de anderen lijm de. Het was toch alles maar stroop, Voel je je zoo slecht, Camilla, dat je niet mee naar beneden kunt gaan? hoorde zij de vreemde zeggen. En Milla ant woordde: Nee, ik kan niet mee. Romana keek haar even verbaasd aan aha, had ze dat niet verwacht? en zei daarop: Kan ik iets voor je doen? Mis schien wil je wat aspirine of togal, maarzij hield nog steeds Camilla's warme, tegenstribbelende meisjeshand vast, dat kan je vader tenslotte beter beoordeelen dan ik. Camilla keek niet op. Hardnekkig ble ven haar oogen op den grond gericht. Georg dacht: Nu slaat ze een figuur als een kind van de bewaarschool, die het een of ander heeft uitgehaald en dat zal ik haar morgen eens vertellen ook. Voor Ca milla echter was bijna het oogenblik aan gebroken, waarop haar niet veel anders overbleef dan de wapens neer te leggen. Toen op het psychologisch ongunstigste moment, achtte Tiebruck zich geroepen in te grijpen: Doet u toch geen moeite, juffrouw Parhoff; kleine meisjes hebben af en toe van die buien. Camilla gaat natuurlijk met ons mee naar beneden. Die kuren zullen we haar wel afleeren. Pet was uitermate ontactisch, wat Tie bruck daar zei, hij had een gunstige gele genheid om te zwijgen voorbij laten gaan Camilla beet zich zoo verwoed op de lip pen, dat Romana, die haar nauwkeurig ga desloeg, vreesde, dat ze het zou uitschreeu wen en zich desnoods met handen en voe ten zou verzetten. Tiebruck was een man en verlangde strikte gehoorzaamheid. Romana daarentegen was een vrouw en haar streven was er op gericht een ver bitterde ziel, 'n jong, verblind hart zachtjes en zonder geweld te veroveren. Zij had al len tijd, maar Tiebruck vernielde door zijn heerschzucht met één slag, wat zij reeds gewonnen had. En Camilla, op wie de on gewone strengheid van haar vader diepen indruk maakte, dacht in plotseling weer oplaaiende verbittering: Aha, daar heb je 't al! Net als Günther zei: Gehoorza men, netjes opzitten en pootjes geven, an ders krijg je klappen. En dat deed Paps, liaar Paps! Terwille van een vreemde vrouw! Zonder nog een woord te zeggen, ging ze de kamer uit, star en stijf als een leden pon. Tiebruck tconoe zijn neerslach tigheid niet en evenmin liet hij blijken, hoe diep Camilla's gedrag hem trof. Hij ver schanste zich achter een masker van aan geboren hoffelijkheid, dat slechts dan on doordringbaar hard werd, als Camilla hem aankeek of wanneer hij zich door haar ge observeerd waande. Dit kind wilde hem zijn laatste recht op het leven, op het geluk eenvoudig ontnemen. Uit egoïstische mo tieven. Terwijl zij toch eens het ouderlijk huis zou verlaten om zelf aan de zijde van een man, dien ze nog liever had dan haar vaderhet geluk te zoeken. En zou hij daarmee nu rekening moeten houden? Met ue gril van een overspannen kind? Hij keek naar Romana en zag. dat zij er wat bïeek en vermoeid uitzag. Ze had aan tafel trouwens maar weinig gegeten. Hij voelde zich plotseling ten prooi aan een diepe droefheid. Zijn kind lag hem na aan het hart, maar hij had ook de vrouw, die door haar beleedigd werd, hartstochtelijk lief. Met al zijn krachten zou hij haar weten te beschermen. Georg gedroeg zich ten minste behoorlijk. Weliswaar ietwat schuw en terughoudend, maar toch uiterst beleefd Natuurlijk en ongedwongen was slechts Alf Dat kind wist gelukkig nog niets van be rekening en afwijzing; het ging uitsluitend op zijn gevoel af en kende slechts harte lijke toenadering of verzet. In dit geval ging zijn hartje onbeperkt uit naar Ro mana, in wie hij slechts een vriendelijk en hem welgezind medemensch zag. Iets aantrekkelij kers dan het spel tusschen Alt en Romana had Tiebruck zelden gezien. Camilla bemerkte deze heimelijke verruk king van haar vader en zij ergerde er zich te meer aan, omdat zij hierin een her nieuwd bewijs zag van de groote plaats, welke Romana in Tiebruck's hart innam. iNaoruk verboden), (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 5