Ons Kort Verhaal
Per telefoon
Een bezoek aan het nieuwe land
In de philatelie bestaat geen
komkommertijd
LtiDSCH DAGOUD Dsrds fed
Zaterdag 14 Augustus 1937
Het is er koel, nuchter,
zakelijk en toch kleurig
LUCHTVAART
Ondanks de zomermaanden
zijn er weer tal van nieuwe
postzegels verschenen.
Belangrijke Europeesche
postzegels
—p—n
PAARDEN IN DEN WIERINGERMEE RPOLDEREEN ONMISBARE HULP
BIJ DEN OOGST
Een kronkelende grintweg langs een
vaart. Verweerde boerderijen, laag. klein,
armoedig bijna. Stof drijft op het water,
bedekt het groen der boomen, dat vergrijsd
wordt. Elke beweging op den weg is fataal.
Rappe paardenvoeten voor een hobbelende
boerenkar: stofwolken dwarrelen op. Een
vrachtauto die voorbij stuift: stof, stof en
nog eens stof.
Stil, haast roerloos, vlijt het oude, Noord-
Hollandsche land zich tegen den dijk bij
Aartswoud, die het van den Wierlnger-
meerpolder scheidt. Mal-smal gaat de weg
omhoog. Stop! Een frissche wind, komende
uit het nieuwe land, voert onbestemde geu
ren met zich mede. De vreemdeling plant
zich wijdbeens op den dijk aan den Zuid
kant van den polder. Strak tuurt hij naar
het Noorden.
„Dat daar moet Middenmeer zijn. Daar
achter liggen Slootdorp en Wieringerwerf".
Het wordt hard-op gezegd Alleen enkele
luie Insecten, zonnebadend in het gras,
reageeren. Loom, met tragen vleugelslag,
vliegen ze op. Twee meter verder zijn zij
al weer geland.
In het Zuiden: het oude land, waar
van de kleuren, getemperd door het
grijze stof, ineen lijken te vloeien
Smalle weggetjes, met om de zooveel
meter een bocht. Oude boomen verhef
fen zich, statig en recht of raar-in-
eengegroeid. In het Noorden: 't nieuwe
land. Koel. nuchter, zakelijk en toch
kleurig. Hier geen stof en geen boo
men. Rechte asphalt- en klinkerwegen,
een fel-roode en even fel-gele benzine
pomp, een blauwwitte wegwijzer, sloo-
ten en greppels langs geelgerljpte tar
wevelden en groene weiden. Groot en
hoog rijzen hier de boerderijen op. De
meeste hebben een frisch-rood pan
nendak, een enkele is bedekt met riet.
Slechts aarzelend geeft de man op den
dijk dit uitzicht prijs. Langzaam eerst,
vlugger dan, stapt hij het nieuwe land bin
nen. Daar bukt hij zich, richt zich weer op
Een hand, gevuld met grond, die eens zee
bodem was. nadert een neus. Mis! De zilte
geur van de zee is hier al lang verdwenen.
Moeder Aarde verschilt hier in niets van
het land achter den dijk. Is even zondoor-
stoofd, even warm. even fijn
Eens hebben de golven van de Zuiderzee
hier de kust bestormd, strekte zich een
wijde, onafzienbare watervlakte uit. Over
dezen grond sleepten de vischnetten van
de visscherspinken met hun rood-bruine
zeilen, op jacht naar haring. Hoeveel an
kers zouden hier steun gezocht hebben?
Hoeveel schepen vonden hier een laatste
rustplaats?
Verdwenen is de zilte zeewind, weg zijn
het wier, de haring en de schepen. Land,
zoover het oog reikt Malsche grond, waar
uit de gewassen gewillig omhoog schieten
en waarop het vee rustig en bedachtzaam
graast. Een koe loeit, net als zooeven ach
ter den dijk. Het is geen bulkende klacht,
die de wind met zich meevoert. Het gras
en de klaver smaken den beesten even goed
als overal elders in ons land.
Ver, heel ver in het Noorden, ligt de
Afsluitdijk. Te zien is hij niet Maar wij
weten, dat hij er is, een machtig bolwerk
tegen het water, dat eeuwen achtereen den
mensch versloeg.
Eeuwen geleden Kampen, aan den
mond van den IJssel was toen nog een
bloeiende havenstad. Daarheen spoedden
zich de rijkbeladen koopvaardijschepen.
Amsterdam was nog niet in tel. Vaak zette
de zee den schepen den voet dwars, moest
fel en langdurig geworsteld worden tegen
het kolkende water. ,.'t Soookt". Die woor
den gingen dan van mond tot mond. Daar
in lag een wereld van angst voor de ver
raderlijke Zuiderzee. Verraderlijk! Dat was
zij. Kampen zou het snoedig ondervinden.
De haven verzandde. Wanhopig was de
strijd, die tegen den zandkorrel werd in
gezet. De zandkorrel won. En het water
verkneuterde zich daarover.
Amsterdam rrecc cie kans. De stad
bloeide. De Gou 'en Eeuw brak aan En
c.idertusschea snoeide de zee haar eigen
sluwe spelletje. De riike kooplieden dutten
in. Dan valt de slag Ondieper, steeds
endieper worden de vaargeulen. Zal Am
sterdam cck sterven? Reeds kabbelden de
golven, triomfanteliik. De zege was nabij.
En het water overwon we?'-, al elr" d=
stad niet on:'er. Dwr-s door Noord-FoPand.
naar de Noordzee Zoo werd een benau-
v:*nd probleem opgelost
'.-o lachte wet over do plannen om
haar aan banden te leggen. Er waren ook
Een en twintig Augustus 1930: de
Wieringermeer valt droog. Augus
tus 1937: de oogst is in vollen gang
in den polder. Maaimachines ont
doen de rijkbeladen akkers van hun
zwaren last. Boeren uit alle deelen
van ons land plukken de vruchten
van een planmatigen, systematlschen
arbeid
Een onzer redacteuren is den Wie-
fingermeerpolder ingetrokken, daar
bij op uiterst welwillende wijze voor
gelicht door den directeur, den heer
Ir. S. Smeding en diens vertrouwdste
medewerkers, de heeren ir. Chr. van
Steen, leider der Cultuur-Maat
schappij. C. L. de Bruyn, secretaris
der directie, en A. D. van Eek, hoofd-
arehitect, leider der Bouwkundige
Afdeeling. Het gehoorde en geziene
heeft hij in enkele artikelen ver
werkt. Wij publiceeren hierbij het
eerste artikel.
menschen, die hierom lachten. Neen. die
plannen waren allereerst veel te kostbaar
enonuitvoerbaar.
„Wij winnen!" De schuimspattende gol
ven zongen het als zij de kust bereikten.
Rustig, in eentonlgen regelmaat, klonken
deze woorden, als de zeespiegel Wekenlang
effen was. Maar de golven brulden ze, als
liet stormde en zij, met niets ontziende fel
heid het. land beukten. Dan werd een dure
tol betaald door de menschen. Schepen
vergingen, vlsschers verdronken: 't risico
van een arbeid, waarmede het water vaak
scheen in te stemmen, maar waarover het
even vaak toornde.
Lang, erg lang bleef de zee winnares. De
mensch gaf zich gewonnen. En nu scheen
zij in te dutten, af en toe eens wakker
wordende om haar macht te toonen. De
mensch zag zijn kans, greep toe, slaagde.
Achttien jaar geleden begonnen de Zuider
zeewerken. Zonder eenige ceremonie. Het
water merkte het niet, hield zich rustig.
En de nietige mensch bouwde en bouwde.
De Afsluitdijk vorderde. 28 Mei 1932: sire
nes loeien. De laatste opening in den dijk
is gedicht. De zee was verslagen, getemd.
Twee jaar voor de dijk gereed kwam,
begon de arbeid in de Wieringermeer reeds.
Januari 1930: de twee stoomgemalen „Lely"
en .Leemans" malen. Steeds meer water
stroomt uit den polder in de Zuiderzee, die
er niets van begrijpt. Acht maanden later
viel de Wieringermeer droog: 21 Augustus
1930. De zee keek toe. nieuwsgierig wat de
mensch met den zouten grond zou begin
nen. Maar ook dat wapen werd veroverd.
Het zout werd verbannen, onverbiddelijk.
Het was de mensch, die het laatst lachte
De man, die in den polder staat en
doelloos wat aarde in de handen ver
kruimelt, overdenkt dit, terwijl zijn
blik over het land dwaalt. Aarzelend,
bijkans tegen zijn wil, spreekt hij een
vragende gedachte nit: „Stel, dat het
water eens een poging waagde om te
heroveren, wat het ontnomen is?"
De deskundigen lachen, spinnen de
gedachte uit. Dan zou er eerst een gat
ter lengte van 200 a 300 meter in den
dijk geslagen moeten worden en een
dagenlang aanhoudende storm uit het
Noorden zou millioenen kubieke meters
water het IJsselmeer in moeten stu
wen. Dan pas zou de positie van den
polder bedreigd worden. Dat het ooit
zóó zou loopen, valt niet aan te ne
men
En toch, toch heeft men er eenigermate
rekening mede gehouden. Midden in den
polder, bij Wieringerwerf, ligt een terp: de
terp, zegt men hier. De grond glooit om
hoog tot een vrij uitgestrekte plateau, een
schuilplaats, als het water werkelijk den
aanval zou inzetten.
Zelf denken de ruim 3500 polderbewo
ners er niet eens over. waarom deze terp
er is. Rustig leggen zij eiken avond het
hoofd neer. Hun toekomst in hun eigen
land is op hechte en sterke fundamenten
gebouwd: den arbeid van den mensch. die
de zee overwonhet werk van knappe
koppen, die deze zege consolideerden en
20.000 bunder zeebodem in luttele jaren tot
vruchtbaren grond omtooverden.
Onoverwinnelijk! Honderden, duizenden,
die op een zornigen dag den polder over
zagen, hebben het gezegd. Honderden, dui
zenden, die nijvere werkers de rijke vruch
ten van een zegenrijken arbeid zien oog
sten, zullen het hun nazeggen
door J. P. Baljé.
Schril snerpte de telefoon door het stille
vertrek. Verwonderd legde Leo Verhoog ziin
pen neer en hij keek op ziin polshorloge.
Negen uur! Wie kon" er Vrijdagsavonds om
negen uur nog opbellen In normale tijden
zou er toch niemand meer aanwezig zijn.
Nu zijn secretaresse hem plotseling in den
steek gelaten had. moest hij zelf ziin cor
respondentie nog afwerken.
Opnieuw rinkelde de telefoon. Met een
vermoeid gebaar nam hij den hoorn van
den haak.
„Hallo!"
„Hallo", klonk een opgewekte meisjes
stem aan den ander enkant, „zeg, ouwe
Jongen, kom je straks dansen in de
„Caveau?"
Leo Verhoog trok de wenkbrauwen op
„Met wie heb ik het genoegen?"
„Hè jasses, Bennie, doe nu niet, of Je dat
niet weet. Dat is n'e' aardig van je".
Verhoog lachte kort. „In de eerste plaats,
heet ik niet Bennie, dus me'n ik dat u
zich vergist en in de tweede plaats heb ik
geen lust om te komen dansen".
Even was het stil. Verhoog hoorde alleen
het ruischen in den hoorn. Toen klonk er
een helder lachje.
„Wa* doet het er toe. hoe u heet. en wat
hindert het. wie ik ben! Hebt u dan hééle-
maa; geen gevoel voor romantiek? Dan zou
ik er spilt van moeten hebben, den errsten
den besten uit het telefoonboek te hebben
opgebeld
„Dusu kent me niet. en toch waagt
u.
„De charme van het ongewone, de at
tractie van het onbekende. Het leven is zoo
banaal, men moet eens iets anders, iets on
gewoons hebben". Weer was er even stilte.
Toen klonk het, een tikje ongeduldig:
„Komt u?"
Een oogenblik dacht Leo Verhoog na.
Eigenlijk had hij er voor vanavond genoeg
van, en het avontuurtje trok hem aan
„Goed", zei hij. „ik kom!"
Een lach schalde langs den draad. „Fijn.
In de „Caveau". om tien uur, eerste tafeltje
links als je binnenkomt. Dag. tot straks!"
Een bee'je onthutst bleef Leo met den
hoorn in zijn hand zitten. Dan legde hij
hem neer, ruimde met een glimlachje zijn
bureau oo en hij betrapte er zich op. dat
een licht gevoel van opwinding z'ch van
hem meester maakte.
Half tien precies stapte hij de dancing
binnen Muziek en leven golfden hem toe,
tegelijk met tabakswalm. Hij keek onmid
dellijk links en aarzelend trad hij op het
tafeltje toe, waaraan een jong meisje zat
Ze had donkere oogen. die helder in haar
aardig gezichtje stonden, dat door donkere
bijna zwarte krullen omlijst werd Haar
welkomstlachje ontblootte een rij frissche,
regelmatige tanden.
„Bennie?" vroeg ze
„Niet Bennie, maar Leo!" stelde hij zich
voor „Leo Verhoog. En hoe heet u?"
.Willy Berksma. Vindt u we erg excen
triek?"
Leo keek haar een oogenblik aan. Dan
haalde hij de schouders op. „In ieder geval
wèl erg aantrekkelijk", stelde hij vast. Het
verwonderde hem, dat ze zoo sterk bloosde.
Een meisje met een dergelijk initiatief zou
zoo'n duidelijk compliment toch niet ver
legen maken?
„Zullen we dansen?" vroeg ze.
Leo Verhoog vond de situatie niet onaan
genaam. Ze danste goed en ze wist een
prettig gesprek gaande te houden. Ze had
origineele ideeën en wat voor hem den
avond het aantrekkelijkst maakte, ze had
een verbazend lief gezichtje en een leuke
stem.
Hij vroeg zich af. waarom ze hem had
opgebeld. Het kon natuurlijk waar zijn, dat
het zoo maar een gril van haar was ge
weest. een dwaze gedachte en dat ze het
eerste het beste telefoonnummer had aan
geslagen De meisjes van tegenwoordig
durfden a'les. Maar dit meisje was toch
niet. wat hij verwacht had. 't Was geen
type, dat het om een gezellig avondje te
doen was. geen type. dat er oo uit was, te
zijnen koste een vrooüjken avond te heb
ben. Ze dronk zeer matig en ze had zelfs
vooraf bepaald, dat ze alles beslist zelf
wilde betalen Daar kwam natuurlijk n'ets
van in maar ze had wel erg gedecideerd
gekeken, toen ze dat zei.
Ha'f één was het al en Leo Verhoog vond
dat de tijd voorbijgevlogen was.
Willy", zei hij. en hij noemde haar voor
het eerst bü den voornaam, „Wllly zeg nu
eens eerlijk
Haar lachje onderbrak hem. „Waarom ik
je nu eigenlijk heb ongebe'.dvulde ze
aan.
i Ze plantte haar ellebogen op het tafeltje
en ze liet haar wangen in de handpalmen
rusten In haar oogen waren lichtjes en
haar mond vertrok spottend.
„Het is nu half één en de slag zal wel
al geslagen zijn". verklaaTde ze rustig. „Ik
denk, meneer Leo Verhoog, dat de loonen,
die je op Vrijdagavond altijd in de brand
kast hebt van e!genaar verwisseld zijn. Ik
belde je op, om te weten of je thuis was.
Toen dat zoo was, moest ie weggelokt wor
den. Mijn vrienden hebben nu het veld
vrij". Ze lachte kort.
Bij haar eerste woorden had Leo Verhoog
met een ruk zijn stoel achteruitgeschoven
en doodsbleek stond hij nu oo. Hij vloekte
zacht voor zich heen.
Toen snelde hit als de wind het lokaal uit.
ïjij vloog door de straten, zag geen taxi en
zijn opwinding steeg met de minuut. Hij
had zoo'n ellendig ouderwetsch brandkastje
dat ding zou gemakkelijk te openen zijn
Stommeling, dat hij op die Idiote afspraak
was ingegaan HIJ had moeten begrijpen,
dat er iets achter zat. Nu had hij er boven
dien spüt van, dat hU haar niet had laten
arresteeren en meteen weggesneld was.
Maar misschien had hU toch niets tegen
haar kunnen beginnen. Tenslotte kon men
haar niets bewijzen.
Ginds was eindelUk zyn huls. Donker lag
het in de sombere strgat. De huissleutel
beefde in zijn vingers én het duurde evep
voor hU het slot open had. HU ijlde naar
de kamer, waar zijn brandkast stond. Alles
leek onaangeroerd. Hii opende de kast
er ontbrak niets! Met een zucht van ver
lichting zakte hii op een stoel neer.
Toen schrok hij van het telefoonbelletje.
Hij nam den hoorn oo: „Wel te rusten!"
klonk haar welluidend stemmetje
„Hallohallohallogilde hU
in den hoorn.
Vliegtuig te Hannover
neergestort.
Acht dooden.
Boven het vliegveld is gistermiddag
een Duitsch vliegtuig neergestort en
in brand geraakt. De acht inzittenden
kwamen om het leven.
Het Duitsche ministerie van Luchtvaart
heeft medegedeeld, dat het by Hannover
verongelukte vliegtuig geen militair, noch
een burgervliegtuig was, doch een toestel,
dat gebruikt werd voor proefnemingen.
De acht slachtoffers zUn allen Duitsche
burgers.
SOVJETVLIEGERS DE NOORDPOOL
GEPASSEERD.
De Sovjetvlieger Lewanefski is gisteren
te 13.40 met zUn metgezellen over de Noord
pool gevlogen.
De militaire autoriteiten te Seattle in de
Ver. Staten hebben te 16.39 uur Greenwich-
tijd een draadloos bericht van het Sovjet-
Russische vliegtuig opgevangen, waarin
werd gezegd, dat het vliegtuig worstelde
tegen een sterken wind. Het toestel werd
niet vóór middernacht GreenwichtUd te
Fairbanks in Alaska verwacht.
DE POSTVLUCHTEN.
De „Wielewaal" is hedenochtend van
TJilllitan vertrokken met 282 Kg. post,
8 Kg. paikketpost en 32 Kg. goederen.
Voor de tusschentrajecten werden 24
passagiers geboekt.
Maar er kwam niets meer
„Waarom?" peinsde hU, „waarom dit
alles?"
Verbaasd staarde hU op, toen ze den
volgenden morgen in een eenvoudig japon
netje plotseling od zUn kantoor voor hem
stond. Ze hield den blik neergeslagen en
vermeed in zUn oogen te küken.
„Ik begreep er niets van. juffrouw Willy",
zei hU koel „U hebt me wel heel erg voor
den gek gehouden".
„Ik zal het u verklaren, meneer Verhoog.
Ik had gehoord, dat uw secretaresse plot
seling was weggegaan. Ik ben zelf zonder
betrekking. Ik heb al zooveel gesolliciteerd,
maar altUd verzink je dan in de
grauwe massa Daarom verzon ik iets an
ders. Ik wilde een persoonlU'ke kennisma
king. Ik hoopte u te overtuigen, dat ik
Initiatief bezat en fantasie Maar misschien
ben ik wat te ver gegaan".
Ze zweeg en keek hem aan. Haar stem
had een beetje dof geklonken, maar er
twinkelde toch iets in haar oogen. „Wilt u
me aannemen als secretaresse?" vroeg ze.
Hij kuchte gewichtig
„U bent inderdaad een beetje te ver ge
gaan". zei hti op bestraffenden toon.
„Maar lk ben niet haatdragend. Ik neem
u aanvoorloopig als secretaresse...."
Om beider mond was een glimlach
Auteursrecht voorbehouden.
Nadruk verboden.
Andere jaren kende de philatelie ook
haar komkommertijd; wat niet te verwon
deren is. daar het verzamelen van post
zegels het best kan worden „bedreven" tij
dens de lange winteravonden Maar. zult u
wellicht vragen, het uitgeven van postzegels
wordt toch slechts voorgeschreven door
postale noodzaak en deze is immers niet
afhankelijk van het feit of de verzamelaars
hun gekleurde plakkerijes tijdelijk min of
meer verwaarloozen? Er was inderdaad een
tijd. dat geen postzegeltje werd uitgegeven,
of het voorzag in een postale behoefte,
doch die gelukkige periode ligt helaas reeds
jaren achter on; Meer en meer houden de
Een twee'al zegels, we'.ke betrekking hebben
op de kleine Entente: Roemenië. Yoego-
Slavië en Tsjecho-Slowakije
postadministraties rekening met de wen-
schen van haar goede k'anten. d= philatc-
listen; zelf-: ziin er verschillende onder, die
de stou's'e verlangens en verwachtingen
nog verre ove.-'reffen Het gevolg h e'van
is. dat de n: uwe zrgeluitgiften niet van
de lucht ziin en dat in een tijd. dien men
t>eter kan slijten aan zee. In bosch, op de
heide dan achter zjjn postzegelalbum.
t
Noodgedwongen zullen we dus eens moeten
rondneuzen wat de afgeloopen maand aan
nieuws gebracht.
De landen van de kleine Entente, te we
ten Roemenië. Joegoslavië en Tsjecho-Slo-
wakile. willen de wereld klaarblijkelijk eens
en voor al duidelijk maken, dat zij politiek
nauw verbonden zijn: dit in tegenspraak
tot hen. die deze entente reeds herhaalde
lijk „zoo dood als een pier" hebben ver
klaard.
Genoemde landen dan gaven elk twee
speciale zegels uit, die onder den lands
naam den tekst .Petite Entente" dragen,
terwijl aan den voet drie dooreengestren-
ge'.de ringen moeten wijzen op de onver
breekbaarheid van dit politiek verbond.
Voor Tsjecho-Sfowaklje koos men tot
zegelbeeld het Hradschln of Koninklijk slot
te Praag De waarden zijn: 2 kronen groen
en 2'/j kronen blauw. Joegoslavië toont ons
od deze uitgifte het kasteel van Oplenac:
waarde 3 dinar groen en 4 dinar donker
blauw. Roemenië koos al een heel eigen
aardig zegelbeeld om de standvastigheid
van de Entente te demonstreeren: de ka
thedraal van Cur.ea de Arges. waarin de
grafkelder der koninklijke familie is geves
tigd In deze weinig-toepasselijke teekenlng
verschenen dan de waarden Th lei ultra
marijn en 10 lei blauw.
Enkele jaren terug was het ongetwijfeld
de Italiaansche post. die het record hield
op het gebied van zegels uitgeven De eene
serie voor, de andere na. werd od de arme
verzamelaars losgelaten, tot dezen er beu
van werden.
De postautoriteiten beloofden toen beter
schap en.... zij hebben vrij aardig woord
gehouden Maar nu hebben zü het welletjes
gevonden vandaar de serie van 16 waar
den. die thans onze aandacht opelscht. Zij
werd u igegeven ten bate van de kinder
tehuizen en vacantie-kolonies voor de hulp
behoevende jeugd. Het spijt mij. voor het
goede doel, (e moeten zeggen dat de jeug
dige vertegenwoordigers van het Ita iaan-
sche volk. die men op de zegeltjes ziet af
gebeeld, a'lesbehalve den Indruk maken van
hu'pbehosvend of noodlijdend te ziin. Wat
zegt men van het mollige toetje, da* hierbij
is afgebeeld? en de andere kinderkopjes
z'en er even welvarend uit! Des te beter,
kan men zeggen maar de tekenaar dezer
zegelberiden gaf dan toch iets da' weinig
sugges'ief we-kt en aarzelend in de beurs
doet tasten. Ve-gelükt daar nu eens mede
onze eigen kinderzegels van 1931. waarop
Kiljan zoo treffend de gebrekkige kinderen
uitbeeldde.
De Italiaansche serie bestaat uit de fran-
keerwaarde 10, 20, 25, 30, 50, 75 centeslmi,
1 lire 25. 1 lire 75 75 c.. 2 lire 75 1 lire
25 en 5 lire 3 lire.
Twee Italiaansche kinderpostzegels.
Hiervoor werden 4 verschillende teeke-
ningen benut.
Bovendien verschenen voor hetzelfde doel
6 luchtpostzegels in de waarden: 25. 50
centeslmi. l lire, 2 lire 1 lire, 3 lire 2
lire en 5 lire 3 lire. waarvoor twee teeke.
ningen dienden Op ons. nuchtere Neder
landers, die in een kind gelukkig nog iet'
anders zien dan een onderdeel dar oorlogs
machine. maakt het een vreemden indruk
op deze zegels een meisje te zien afgebeeld
dat een geweertje in haar armen houdt.
De Poolsche post gaf een keurig uitge
voerd zegel uit met het portret van maar
schalk Smigly R5™
in de waarde 25 groszy
grijsblauw
We zullen den maar
schalk binnenkort op
nieuw op de postze
geltjes zien en dat ter
gelegenheid van het
bezoek van koning
Karei van Roemenie
aan Polen. Dan ver
schijnen niet minder
dan drie speciale
blokken tegelijk, waar
Een Poolsche zegel op de wapens 0;r
met de beeltenis beide landen en oe
van Smigly Rydz. datum van het be
zoek worden verme.d.
Op die blokken zullen we. behalve Smigy
Rydz. kunnen bewonderen den s as 'c'
sident en wijten maarschalk Pllso°dsk!
Of de Poolsóhe post ook weef. waa-
Abraham den mosterd haalt!
Aan verder belangrijk nieuws is nog te
melden de serie monum°nten die Let ano
ui'gaf in de waarden 3. 5 10 20, 30. 35 «J
40 santimu. L'chtenstein verscheen
vier zegels ter bestrijding van de werklos"
heid. Men ziet er verschlllmde rb'C't-^
od weergegeven, die in wer'cvv cha.t r-
worden uitgevoerd. Waarden: 10 20. 31) e
50 rappen
POSTILJON.
2-3