De ramp van de „Flamingo"
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 29 Juli 1937
Derde Blad
No. 23724
Het onderzoek naar de oorzaak
De Spaansche
kwestie
78ste Jaargang
Onze
betere
reizen
BURGERLIJKE STAND
VAN LEIDEN
WAT ER VAN HET NABIJ BRUSSEL VERONGELUKTE K.L.M. VLIEGTUI G „FLAMINGO" OVERBLEEF.
Met groote nauwkeurigheid is gistermiddag direct na het
ongeval een groot aantal deskundigen begonnen een onder
zoek in te stellen naar de oorzaak van de tragische ramp der
„Flamingo".
Volgens sommige Belgische deskundigen is de brand ontstaan
door bliksem-inslag.
De Nederlandsche deskundigen daarentegen zijn, na een
oppervlakkig onderzoek, van meening, dat de brand of de ont
ploffing is ontstaan in de achterste benzinetank in den linker
vleugel.
Verklaringen
van ooggetuigen.
De chef van de werkplaatsen der K. L.
At., de heer Behage. heeft gisteravond uit
Brussel de K. L. M.-directie telefonisch
mededeeling gedaan van zijn eerste bevin
dingen op de plaats van de ramp.
Uit de overeenstemmende verklaringen
van verschillende ooggetuigen was hem ge
bleken. dat men reeds, toen het vliegtuig
nog in de wolken vloog, had gehoord, dat
de motoren onregelmatig liepen. Op een
gegeven oogenblik kwam de machine op
«en hoogte van ongeveer 300 meter in glij
vlucht uit de wolken. De linkermotor was
toen geheel in rook gehuld en ongeveer 3
K.M. voor de plaats, waar het toestel met
den grond in aanraking kwam. sloegen er
grocte vlammen uit.
Desondanks zette het vliegtuig zijn
glijvlucht voort, zoodat men den in
druk kreeg, dat de bestuurder bezig
was een noodlanding te gaan maken.
Of deze indruk juist was zal bij het
nadere onderzoek kunnen blijken in
dien valt na te gaan, of de wielen al
of niet waren uitgepompt.
Even voordat de machine tegen den
grond sloeg, maakte de neus een be
weging naar boven Dit kan veroorzaakt
zijn doordat het hoogteroer door de
vlammen, waardoor het waarschijnlijk
toen al was aangetast, naar boven
werd gedrukt. Vast staat, dat onmid
dellijk daarna het vliegtuig onder een
hoek van zestig graden recht tegen den
grond sloeg.
Over een afstand van 1200 meter heeft
de heer Behage het gebied, waarboven het
vliegtuig in glijvlucht was, afgezocht en
daarbij verschillende sporen van materia
len gevonden, waaruit blijkt, dat inderdaad
de linkervleugel van het toestel in de lucht
reeds in brand stond. Na de botsing op
den grond schijnt een nieuwe ontploffing
te hebben plaats gehad, waardoor 't wrak
verder werd vernield.
De Nederlandsche deskundigen hel
len niet over naar de theorie, die de
Belgische technici, zij het ook na een
oppervlakkig onderzoek, hebben ver
kondigd, dat blikseminslag de oorzaak
zou zijn. Zij schijnen den indruk te
te hebben gekregen, dat de brand of
ontploffing is ontstaan in de achterste
benzine-tank in den linkervleugel.
Op een vraag onzerzijds, antwoordde de
neer Guilonard, sceptisch te staan tegen
over de veronderstelling, dat blikseminslag
"e ramp heeft veroorzaakt, hoewel uiter
aard omtrent andere mogelijkheden, welke
mt het ongeluk kunnen hebben geleid, in
bit stadium elke mededeeling voorbarig
Eou zijn.
De meening der Belgen.
Gistermiddag heeft de heer A. Ples-
wan, directeur van de K.L.M.die op
het oogenblik, waarop het ongeluk, dat
de „Flamingo" getroffen heeft, bekend
Werd, toevalligerwijs juist op Schiphol
vertoefde, op het hoofdkantoor van de
k.LM. eenige nadere bijzonderheden
medegedeeld omtrent het verloop van
de ramp, voorzoover dat toen bekend
Was.
De eerste technische deskundige, die zich
naar de plaats van het ongeluk te Halle
had gespoed, was de technische directeur
van de Belgische Luchtvaartmaatschappij
„Sabena", de heer Gotschalk, die vergezeld
werd door een K.L.M.-mecanicien, die op
het Brusselsche vliegveld is gestationeerd.
Volgens de weerberichten, waarover men
op het Brusselsche vliegveld Haeren be
schikte. heerschte er, toen de „Flamingo"
na een kort oponthoud van Brussel vertrok
in de nabijheid van de Belgische hoofdstad
een „dépression orageuse", een weersge
steldheid, die de mogelijkheid van onweer
inhield.
Ooggetuigen deelden, den heer Gotschalk
mede, dat zij de Douglas-machine nabij
Halle uit een zwarte wolk hadden zien ko
men, terwijl de linkermotor in brand stond.
Onmiddellijk daarop was het vliegtuig
neergestort en geheel in vlammen gehuld.
Uit deze mededeelingen. welker juist
heid de Belgische experts op dat
oogenblik nog niet konden controlee
ren, meenen zij te moeten afleiden, dat
het ongeluk door blikseminslag veroor
zaakt is. al bieden de geheel metalen
Douglas-machines in het algemeen wei
nig mogelijkheden voor het inslaan van
den bliksem, omdat de electrische la
ding zich onmiddellijk over het meta
len oppervlak gelijkmatig verspreidt,
terwijl het in brand vliegen van een
motor door blikseminslag ook iets is,
dat uiterst zelden voorkomt.
Inmiddels mag men aannemen, dat de
commissie van onderzoek, die de Belgische
regeering thans moet benoemen, in samen
werking met de onmiddellijk naar Brussel
vertrokken Nederlandsche deskundigen,
den heer van der Heyden, inspecteur van
den Luchtvaartdienst, den heer von Baum-
hauer, lid van de commissie van toezicht
op de luchtwaardigheid, den heer Behage,
chef van de werkplaatsen der K.L.M. en
den vliegtuigbestuurder Hondong, zich een
beter gefundeerd oordeel over de oorzaak
van het ongeluk zal kunnen vormen.
Vast staat wel, dat ook dit onderzoek
met groote moeilijkheden gepaard zal gaan
aangezien van de „Flamingo", zoowel door
de explosies, alsmede door de gevolgen van
den val van vrij groote hoogte en van den
brand, slechts een verwarde massa wrak
stukken is overgebleven.
Verschillende deelen zullen moeten wor
den uitgegraven, waaronder de wrakstuk
ken der motoren, welke vooral voor het
onderzoek van groot belang worden geacht,
mede omdat voor de deskundigen de alles
beheerschende vraag is, door welke oor
zaak de ontploffing, die men heeft waar
genomen toen de machine zich nog in de
lucht bevond, is ontstaan.
Eenparige verklaringen.
Op ongeveer 500 meter vóór de plaats
van het noodlottig gebeuren heeft men
scherven van een ruit op het land ge
vonden, waaruit men meent te kunnen
opmaken, dat een der reizigers heeft
gepoogd uit het vliegtuig te komen.
Het was voor de ooggetuigen niet moge
lijk de richting van het vliegtuig te volgen.
Andere ooggetuigen verzekerden de linker
motor van het toestel hevig te hebben zien
rooken, de stationschef van Brages, de
plaats waar de „Flamingo" is neergestort,
verklaarde dat hij zich in het station be
vond, toen het geluid van motoren van een
betrekkelijk laag vliegend vliegtuig zijn
aandacht trok. Op korten afstand zag hij
toen een machine, waarvan „de staart
rookte" hij dacht een oogenblik met een
reclame-vliegtuig, dat met rook een woord
tegen den hemel schrijft, te doen te hebben,
maar al spoedig ging het toestel dalen.
Plotseling stond het geheele vliegtuig in
vlammen en viel het midden in het veld
neer. Nauwelijks was het op den grond of
een hevige ontploffing deed zich gelden.
Toen het vuur was uitgewoed en men
het wrak kon naderen, kon men con-
stateeren, dat de motoren diep in den
bodem zijn gedrongen. Van de beide
vleugels is de bekleeding verdwenen en
steekt het naakte skelet omhoog. De
geheel verwrongen staart, waarvan het
hoogteroer is afgescheurd, is afgebroken
en rust op de rest van den romp.
De verklaringen aan den rechter-com-
missaris Dellois, die met het onderzoek be
last is. stemmen overeen. Landarbeiders
ontdekten het toestel om 10 uur 35, toen
het nog boven Halle vloog. Plotseling zagen
zij uit den linkermotor een zwarte rook
wolk komen, kort daarop gevolgd door
vlammen.
Het toestel vloog op dit oogenblik lager
dan men gewend is bij de lijntoestellen op
Parijs. Men kreeg den indruk, dat de piloot
probeerde te landen.
Het toestel daalde snel. doch met den
neus naar beneden en viel te pletter op den
grond. Op hetzelfde oogenblik hoorde men
een zware ontploffing en zag men de stuk
ken naar alle richtingen wegvliegen.
De barograaf van het toestel wees aan,
dat de grootste hoogte, welke het toestel
sedert het vertrek uit Brussel heeft bereikt
800 tot 1000 meter was.
Waarschijnlijk heeft de piloot geprobeerd,
door de wolken heen te dringen, om zoo
doende boven de heerschende regenbuien te
geraken.
Een der employe's van de Sabena heeft
medegedeeld, dat het Nederlandsche vlieg
tuig voor het vertrek uit Brussel grondig
door den mecanicien was gecontroleerd en
geheel In orde was bevonden.
De nationaliteit der passagiers.
Het is nader gebleken, dat de eerste op
gave van de nationaliteit der om het leven
gekomen passagiers niet geheel juist was.
Behalve een Nederlandschen passagier,
den heer Nathans, bevond zich aan boord
ook slechts één Duitsche passagier, n.l. de
heer Felix Wetzlar, en niet vijf. maar drie
Belgen, n.l. het echtpaar Tondreau en de
heer Blum.
De heeren Goldbloom, Canton en Ber
nard F. Mun, waren Amerikanen. De laat
ste woonde te Longbeach in de Vereenigde
Staten. De Spaansch-Amerikaansche passa
gier de heer Trillo was manager van de
R.K.O. Radio Film Corporation, te Amster
dam voor Nederland in oprichting, terwijl
de passagier Whitehouse van Britsche na
tionaliteit was.
De werktuigkundige Wapperon, die ver
bonden was aan de technische werkplaat
sen der K.L.M. te Amsterdam en voor een
dienstaangelegenheid naar Parijs moest, is
31 jaar oud. Hij kwam 8 Januari 1934 in
dienst van de K.L.M. Hij woonde te Rijk in
de Haarlemmermeer, was gehuwd en vader
van een kind.
Deelneming van H. M. de Koningin.
De directie van de K.L.M. ontving gis
teravond van den adjudant van dienst van
H. M. de Koningin, jhr. De Jonge van Elle-
meet, een telegram van den volgenden in
houd
„Hare Majesteit de Koningin, diep
begaan met den rouw der nabestaan
den van de slachtoffers der Flamingo
ramp draagt mij op ook der K.LM--
directie Hoogstderzelver gevoelens van
deelneming over te brengen."
Verder ontving de K.L.M. een brief van
den minister van waterstaat, ir. mr. dr. J.
A. M. van Buuren, waarin deze zijn deel
neming betuigde met den slag, dien de K.
L. M. getroffen had.
Een soortgelijk schrijven werd ontvan
gen van den secretaris-generaal van het
departement van defensie, namens den mi
nister van defensie, die niet te 's-Graven-
hage vertoeft.
Voorts werden nog telegrammen van
rouwbeklag ontvangen van verschillende
buitenlandsche Luchtvaartmaatschappijen,
w.o. de Air de France, de A. B. Aerotran-
sport uit Stockholm, de British Airways, de
D.D.L. uit Kopenhagen en de Cie Air Fran
ce Transatlantique, zoomede van de Na
tionale Luchtvaartschool, de Rotterdam-
sche Aeroclub en de Haagsche Jeugdlucht-
vaartclub.
Verder .zijn telegrammen van deelneming
ontvangen van den Belgischen minister
van Vervoerswezen, Marcel Henri Jaspar,
van den heer Daumerie. directeur van den
Belgischen Luchtvaartdienst, van den
Luchtvaartattaché der Italiaansche Am
bassade te Brussel en van generaal en me
vrouw Snijders.
fOnderstaande berichten zijn reeds in
een gedeelte van ons Blad van gisteren ge
plaatst).
De post verloren?
De met de „Flamingo" meegegeven post
is vermoedelijk geheel verloren gegaan.
Deze post waarvan het totaal gewicht
slechts 5 KG bedroeg, bevat uitsluitend
stukken bestemd voor Frankrijk, welke het
expeditiebureel Amsterdam c.s. tusschen
Dinsdagavond 22.55 uur en Woensdagmor
gen 8.26 uur hebben bereikt Voor het
hoofdpostkantoor Rotterdam zijn deze tijd
stippen resp. 23 25 uur en 9 uur.
De leden der bemanning.
Gezagvoerder Steensma was, evenals alle
overige leden der bemanning, ongehuwd.
De tweede bestuurder. G. Geering. die in
opleiding was voor bestuurder-mecanicien,
is 9 September 1912 te Rotterdam geboren.
Op 9 Mei 1936 kwam hij in dienst van de
K.L.M.
De radio-telegrafist B van Ludekuize,
werd op 16 November 1912 geboren te Dur-
gerdam en trad op 11 November 1935 bij
de K.L.M. in dienst.
De om het leven gekomen stewardess,
mejuffrouw M. J. van der Laan, is op 1
Februari 1912 te Helpman geboren. Zij
kwam op 1 Maart j.l. bij de K.L.M. in dienst
De passagiers.
Zooals reeds gemeld werd, waren uit
Amsterdam slechts 2 passagiers met de
„Flamingo" naar Parijs vertrokken. Het
waren de heer Nathans, de eenige Neder
lander onder de passagiers en de Mexicaan
Trillo. De overige 8 passagiers stapten te
Brussel in. De Duitschers Wetzlaar en Mun
kwamen uit Keulen en de overige passa
giers waren de heer en mevrouw Tontreau.
it heer Blum, de heer Canton en de heer
Goidbloom, allen Belgen en een Engeische
heer of dame dit is nog niet bekend
Wliithouse.
Levensbijzonderheden omtrent
den heer N. Nathans.
De heer N. Nathans, tweede secretaris
van de Internationale Transportarbeiders
federatie, die bij de ramp van de „Fla
mingo" om het leven is gekomen, was op
reis naar Parijs in zijn kwaliteit van lid
eener commissie, ingesteld door de S.D.A.P
eti het N.V.V., welke tot taak had 't over
brengen van Spaansche kinderen naar Ne
derland te bespreken. De drie andere Ne
derlandsche leden dezer commissie zijn
gisteravond per trein vooruit gereisd, doch
de heer Nathans, die lid van den Hilver-
sumschen gemeenteraad is, had nog de
avondvergadering van gisteren van dezen
raad willen bijwonen en is deswege heden
morgen per vliegtuig vertrokken.
De heer Nathans is op 7 December 1883
ie Arnhem geboren In 1900 trad hij in
dienst der Nederlandsche spoorwegen te
Rotterdam. Als jonge commies maakte hij
in 1903 de spoorwegstaking mee. Toen naar
aanleiding van deze staking aan het spoor
wegpersoneel verboden werd lid te zijn van
de Nederlandsche Vereeniging van Spoor-
en Tramwegpersoneel, werd de heer Na
thans geheim lid dezer vereeniging, tevens
secrtaris van de afdeeling Rotterdam.
In die jaren was hii correspondent van
de toenmaals te Berlijn uitgegeven pe
riodiek van de internationale transportar
beidersfederatie. In 1910 werd hij door de
directie der spoorwegen voor de keus ge
steld ontslag te nemen of voor zijn orga
nisatie te bedanken. Hij koos het ontslag
en werd benoemd tot secretaris van de Ne
derlandsche Vereeniging en redacteur van
haar orgaan. Deze functies heeft hij tot
1922 bekleed. In dat jaar werd hij op het
congres van de I.T.F. te Weenen tot twee
den secretaris benoemd, en belast met de
leiding van de afdeeling spoorwegperso
neel. In 1930 werd hij officieel benoemd
tot plaatsvervanger van den eersten secre
taris den heer Eöo Fimmen. De heer Na
thans was tot heden bovendien lid van het
dagelijksch bestuur van de Nederlandsche
vereeniging van spoor- en tramwegperso
neel.
Andere rampen
Met de „Flamingo" is het vijfde Douglas-
toestel v. d. K.L.M. verloren gegaan. De vo
rige Douglas-toestellen, die verongelukt
zijn, waren zooals men weet, de „Uiver".
de „Gaai", de „Maraboe" en de „Lijster".
Het ongeluk met de „Maraboe" was des
tijds voor de inzittenden gelukkig nog goed
afgeloopen.
I195QNE
llNOEMAM
Rijft, Tauaui M HM
6 doy*n owtor«U f 40,— 2 Aug.
ItaHMomctie Mina
9 dog*n lr»4rw*4» 92.—31 Juli
InfwiakM an omgaving
9 dog*n tr*lnr«te 84.—; 7 Aug.
REISBUREAU LINDEMAN
BREESTRAAT 151 - TELEF. 604
Lid d«r Nadarlondieh* Vereniging von Raitburaoux
5228
(Ingez. Med.)
GEBOREN
Willem Hermanus. z. van H. Guldemond
en G. A. Doove Jan, z. v. P. Woudwijk
en N. v. Kleef Maria Susanna Antonetla
d. v. H. Piket en A. v. d. Weijden Mag-
dalena Johanna, d. v. B. Hanselaar en F.
W. M. Mieremet Ludovicus Nicolaas, z.
v. L. J. v. Dijk en J, M v. Duuren Mari-
nus, z. v. J. M. v. Biezen en P. M. Speelman
Wijnand, z. van A. Rijsdam en L. H. de
Wilt Jacobus Leonardus, z. v. J. A. Schoo
en P. A. Loos Johanna Alberta, d. v. D.
Nieuwenhuizen en H. G. v. d. Hoek An-
tonius Maria, z, v. N. de Water en J. Ver
haar.
GEHUWD:
S. BloteProok vr. 62 j.
OVERLEDEN:
W. H. Beij, wedn. en C Leemans wede --
A. J. P. v. d. Blom jm. en H. Niehot jd.
J, Groeneweg jm. en J. M, de Vos jd. P.
A. J. v. d. Heiden jm. en P. Kloos jd. J.
Heymans jm. en L. A. Vogelenzang gesch.
vr. J. Hollebeek jm. en C. H. Neuteboom
jd. P. A. Krekelaar jm. en J. C. v. d. Star
jd. A. Kühn jm S. v. d. Berg jd. H.
Loeber wedn. en M. Boonstra jd. H.
Sinteur jm. en J. Vermont jd. A. W. Pie-
kaar jm en T. Verkerk jd. A. Zwart jm.
en E. Middelham jd. W. E. A. vom Hofe
jm. en A. M. v. Ipenburg jd. L. J. A. v. d.
Drift jm. en M. M. C. Verhoef jd.
Ontspanning
Op de schriftelijke rondvraag van de
Engeische regeerine bij de verschillende
kanselarijen inzake de compromis-voor
stellen zijn al verschillende antwoorden
binnengekomen; vanmiddag moeten alle
ontvangen zijn. Men heeft gunstige ver
wachtingen omtrent het antwoord van
Duitschland en Italië, hoewel onzekerheid
blijft bestaan ten aanzien van de volgorde
van toepassing der verschillende voorstellen
Duitschland en Italië willen immers de
belligerenten-erkenning aan de evacuatie
laten voorafgaan: zeker is, dat Frankrijk
zich daarmee niet zal kunnen vereenigen
en dat het op dit punt nimmer zal toe
geven. Het Fransche antwoord behoort tot
degene, die reeds te Londen ontvangen zijn.
Maiski, de ambassadeur der Sovjet-unie
heeft gisteren een bezoek op het Foreign
Office gebracht en daar met Lord Plymouth
den voorzitter van de afzijdigheidscommis
sie een onderhoud gehad over de Engeische
voorstellen. In de jongste vergadering der
onder-commissie had Maiski verklaard, dat
zijn regeering onder geen voorwaarde be
reid zou zijn tot het erkennen van Franco's
partij als belligerent; de vraag zou nu ge
steld zijn. of dit het laatste woord van de
Russische regeering was. Reuter vernam uit
Russische kringen te Londen, dat dit in
derdaad het geval was.
Opnieuw is gisteren in het Lagerhuis de
kwestie der kanonnen tegenover Gibraltar
ter sprake gekomen; ook werden aan Eden
vragen gesteld over beweerde Italiaansche
troepenzendingen gedurende de laatste
dagen. Eden antwoordde op deze laatste
vraag: „Ik meen te weten, dat tusschen
22 en 25 Juli te Cadiz eenige Spaansche
schepen aangekomen zijn met troepen af
komstig uit het Westen"
Berichten uit Rome maken melding van
een gevoel van ontspanning, dat daar op
het oogenblik in de gezaghebbende kringen
merkbaar is. In gezaghebbende kringen zou
men goede verwachtingen hebben van een
wellicht spoedige oplossing van de
voornaamste problemen, die de Europeesche
mogendheden thans gescheiden houden.
In dit licht bezien beschouwt men het
onderhoud tusschen Grandi en Chamber
lain als belangrijk. Men ontkent niet, dat
Grandi weldra met vacantie naar Italië
zal vertrekken, indien de internationale
toestand zulks toelaat.
Van 't fTont.
Van de gevechtsfronten heeft men gis
teren weinig vernomen. Het schijnt, dat
het rechtsche tegen-offensief nabij de
hoofdstad in kracht is afgenomen, de Ma-
drileensche telegrammen verzekeren zelfs,
dat het geheel is doodgeloopen. Dezelfde
berichtgevers schatten de verliezen van
Franco in den loop van de laatste drie
weken op meer dan 12.000 man.
Het vonnis tegen Hedilla.
Franco heeft het dubbele doodvonnis
tegen Manuel Hedilla gewijzigd in levens
lange gevangenisstraf.
Het hoofdkwartier der nationalisten zou
bij den val van Madrid (wanneer? i een
amnestie op ruime schaal willen afkondi
gen, die ook voor Hedilla zou gelden.
In zekere kringen verzekert men, dat de
gratie het gevolg is van een stap van den
Duitschen ambassadeur, die Hedilla gast
vrijheid op Duitschen grond heeft aange
boden voor het geval, dat de Spanjaard
gratie zou krijgen of in vrijheid zou worden
gesteld.
Hedilla. tijdelijk leider der Spaansche
Phalanx, werd gearresteerd, omdat hij;
vijandig stond tegenover het decreet van
Franco der vereeniging der partijen.
Beschieting van Fransch schip.
Het Fransche stoomschip „Jacques
Schiaffino". dat een dienst onderhoudt tus
schen Phülppeville. Bone en Marseille, heeft
per radio medegedeeld, dat het 20 mijl ten
Noord-Oosten van Minorca is aangevallen
door een vliegtuig van onbekende nationa
liteit, dat van vier machinegeweren voor
zien was.
Het schip heeft geen schade opgeloopen
en zet zijn reis voort.
Engeland vraagt schade
vergoeding.
Eden heeft in het Britsche Lagerhuis
medegedeeld, dat het ministerie van marine
besloten heeft, vergoeding te eischen voor
de schade, door de strijdkrachten van
Franco toegebracht aan den torpedoboot-
jager „Hunter".
De noodige maatregelen zullen genomen
worden, zoodra men over de nauwkeurige
cijfers beschikt.
Het Spaansche Koningschap.
De openlijke verzoening tusschen de
Spaansche ex-souvereinen heeft, naar men
in welingelichte kringen te Parijs meent,
de kans op een eventueele candidatuur
van Don Juan. den derden zoon van Al
fonso xm, voor den Spaanschen troon
doen stijgen.
Tijdens het verblijf van de ex-koningin
te Rome zou het volgende plan ztin opge
steld: Alfonso zou de kroon terug ontvan
gen doch enkele u"en t'aarne afpand doen
van den troon *rn -un-te n Den .Tuin.
Het schijnt, dat de reactie van Carlisti-
sche zfide is gekalmeerd, doordat de prins
de Bourbon zich heeft teruggetrokken. Men
zou hem in Spanje een apanage toekennen
en den titel van Infant verleenen.