Parade te Parijs - Restauratie van de Groote Kerk te Alkmaar LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad BUITEN HAAR KRINGEN 78 ste Jaargang FEUILLETON Door HERMAN ANTONSEN. 10) „Houd me niet voor den gek, nest!" bromde hij. „Alleentoe, doe geen dom me dingen, Terry!" „Dat beloof ik u," antwoordde ze. Kort daarop verliet ze hem en haar oogen waren vochtig. Oom Peter waarschuwde altijd, maar drong er'noolt op aan, dat zijn waarschuwing gevolgd zou worden. Hij stelde een onbegrensd vertrouwen in haar karakter, al twijfelde hij soms wel eens wat aan haar nuchter overleg. Hij had naai- beloofd voor het verlangde atelier te zorgen. het verlaten van het kantoor van oom Peter keek Terry op haar horloge. Het was vijf over half elf. Om half een kon ze hJ}aT huis te Southampton terug zijn. vrf„ Kcoouig daarheen gegaan was voor cllent dan zou hij natuurlijk te laat n°i te gaan zwemmen veronder- ÏÏhT,. ïan altijd, dat de oude heer Wood- mJÏ} uaar het strand mee zou ne- Ïtfïï' aar ze wilde in geen geval in de sw-d blijven. Dus reed ze naar Southamp- io?^r aan"ekomen bedwong ze haar ver- v>SSSi,_Sm,Wocd'wl'lnB onder een of ander nicc^, °P hellen. Onder het ten- tobt wls. Z3 6611 en ander van Jack Day ton te weten te komen. Hij had den ouden heer Woodwring vandaag aan het strand gezien. Ja, heelemaal alleen. Maar den volgenden morgen, toen ze zich in de zon lag te koesteren, wenkte Dayton haar. „Daar is je nieuwste aanbidder. Terry!" „Wat voor aanbidder?" „Tad Woodwring! Je scheen gisteren drommels veel belang in hem te stellen." „En kijk eens wie er naast hem looptl" riep mevrouw Dayton. „Die is toch zeker de moeite waard!" Terry richtte zich op haar elleboog op. Naast Woodwring liep Jack Redding! Ze voelde, dat ze begon te blozen en dat haar pols sneller ging slaan. Dan verborg ze haar gelaat in haar armen en bleef voor over op het zand liggen. Ze hoorde Wood wring op zijn saaie manier de Daytons goedenmorgen zeggen en toen kreeg ze een por in de zijde van Alice Dayton. „Je hebt den aantrekkelijksten jongen man. die van den zomer aan het strand is verschenen, gemist, Terry!" „Toch waar?" geeuwde Terry. .Ja zeker. En als hij in gezelschap was geweest van iemand anders dan dien saaien Woodwring, dan zou ik hem wel ge dwongen hebben, zich aan ons voor te stellen. Heusch, je had hem moéten zien, Terry „Jack," vroeg Terry. „Vind je zulke be vliegingen van je vrouw zoo maar goed?" „Och, die houden nooit lang stand," lachte Jack. „Zullen wé gaan lunchen?" „Ik blijf hier liever nog een poosje lig gen," zei Terry. Ze bleef met haar hoofd op haar armen liggen, tot ze er zeker van was. dat Red ding want wie anders kon in gezel schap van Woodwring zijn geweest?... ver genoeg uit de buurt was. Dan ging ze rechtop zitten. Waarom had ze haar ge zicht verstopt? Ze had immers graag ge had, dat Redding haar daar gezien had? Neen, toch niet, want ze wilde hem onder andere omstandigheden leeren kennen. Dan kon ze niet gewild hebben, dat hij haar daar zag of zij hem. Wist ze wel goed, wat ze graag wilde? Ja-zeker! Ze wilde dat atelier hebben en oom Peter zou ervoor zorgen. Drie dagen later belde hij haar ervoor op. In de Elfde Straat in het Westen was een atelier te huur, precies zooals ze het graag wou hebben. De tegenwoordige be woonster had een prijsvraag gewonnen, zou nu een jaar in Parijs gaan studeeren en wilde het graag onderverhuren voor dien tijd. Ze ging met oom Peter het atelier kijken Het zag er niet al te weelderig uit. Het was wel een atelier, dat Terry Converse zou kunnen bekostigen. Oom Peter huurde het voor haar, ze liet er enkele eigen meu beltjes ter sluiks heenbrengen en toen ze voor het eerst als Terry Converse aan de telefoon stond, ontzonk haar toch de moed. Inplaats van Jack Redding op te bellen, sloot ze het atelier af, pakte een koffer en reed terug naar Southampton. In haar verbeelding mocht ze dan dwaas heden begaan maar in het werkelijke levenZe belde Janie Lee op, vroeg of ze nog op haar partijtje, dat ze reeds af gezegd had, mocht komen, danste daar herhaaldelijk met Curt Suthers en liet zich door hem naar huis brengen, maar scheep te hem daar weer opeens vrij koeltjes af. Den volgenden dag ging ze weer met hem uit en danste den heelen avond zoo goed als met hem alleen, en heel South ampton knikte goedkeurend met het hoofd. Het was een uitstekend paar, die twee en ze pasten volkomen bij elkander. Maar met dat al kon ze den man, die op een advoca tenkantoor in New-York werkte, toch niet uit haar hoofd zetten. En 's Maandags, na dat ze het atelier gehuurd had, reed ze weer naar New York en belde een uur na haar aankomst Redding op. Van uit haar atelier. Ze hoorde duidelijk, hoe blij zijn stem klonk. „Ditmaal was ik er zeker van, dat je me niet zoudt opbellen!" zei hij. „Och Terry, het is toch eigenlijk niet eerlijk. Jij weet mij wel te vinden en ik mag niet weten, waar ik Jou bereiken kan!" „Zou je het heel erg graag weten?" vroeg ze. „Dat spreekt toch vanzelf?" Ze gaf hem het adres van haar atelier. „En ik zit op het oogenblik in mijn schil- dersjas vol verf aan een kamerscherm te werken." „Ik durf er om wedden, dat het mooi zal worden." Ze keek naar het half afgewerkte scherm, dat bij het raam stond. In maanden had, ze er niets aan gedaan. „Ik ben bang. dat het erg leelijk is," zei ze. „Maar misschien wordt het nog wei wat beter." „Ik ben een goed beoordeelaar van ka merschermen," zei hij. „Je bedoelt?" „Mag ik eens komen kijken?" .Natuurlijk," zei ze. „Ga Je met me eten? Ik bedoel met mij Ik. die zaak van Woodwring wordt wat goeds, Terry En de Cónaways laten zich niet onbetuigd. Ik kan het me veroor loven. ten minste.zoo'n beetje." „Natuurlijk wil ik heel graag," zei ze, „Enik vind het heerlijk. Zeg, heb je miss Tarpeton nog in Southampton ge zien?" „Neen. Maar ik ben haar buiten wel voorbij gereden. Terry, als je dat eens kon zien! Schitterend gewoonwegze heeft, hoorde ik, zelfs een eigen zwembad." „Dat maakt haar wel begeerlijk, ntet waar?" vroeg ze luchtigjes. „Dat maakt haar gewoonweg onbereik baar," antwoordde hij somber. „Waarom? Geen enkel meisje is onbe reikbaar voor een man, als hij maar.'... doorzettingsvermogen genoeg heeft." „Denk je dat? Maar ze leeft in zoo'n heel andere wereld. IkWoodwring heeft me ook nog meegenomen naar het strand. Terry, maarik heb haar niet gezien." „Och, liefde is blind, niet waar?" zei ze lachend. „Maar in elk geval, ik heb ook zwart haar, is het zoo niet?" „Welwel ja, dat is zoo, Terry," zei hij, maar zijn lachje klonk bevreemd. IV. De jas, waarin Terry hem ontving, zat vol verf. zooals ze hem verteld had en ze had nieuwe verf op het scherm gesmeerd, om haar tooneelspel waarschijnlijk te ma ken. Bloemen, die ze op een straathoek ge kócht had, gaven een vroolijk aanzien aan het vertrek en het meubilair was niet al te smakeloos. „Zoo. woon je dus hier?" vroeg hij. Die onbenullige opmerking kwam voort uit opwinding, niet uit sufheid, dat be merkte ze heel goed, „En hier werk ik ook," vulde ze aan, Hij knikte. „Ik zou zoo zeggen, dat het er nogal goed uitziet," zei hij, op het scherm wijzend. (Nadruk verboden). .(Wordt vervolgd). TIJDENS DE PARADE TElt GELEGENHEID VAN' DEN' 14cn JI I,I TE PARIJS. Op de officieeie tribune. In DE REIDE LAATSTE PAARDEN, van den Amsterdamschen gemeentereinigingsdienst zijn het midden, president Lebrun met aan zijn rechterhand Koning Carol vertrokken. De dienst is thans geheel gemotoriseerd. Een der paarden voelde gr niets voor zijn van Roemenië en links: de Sultan van Marokko. ouden stal te moeten verlaten en dezen te verwisselen voor een nieuwen stal te Rotterdam. OP HET SLOTERMEER werden zeilwed strijden georganiseerd door de Zeilvereeniging „Sleat" te Sloten. Een moment uit den strijd >1ET DE VOORLOOPIGE RESTAURATIE VAN DE GROOTE KERK TE ALKMAAR is gisteren een begin gemaakt. Het riet dient ter voorkoming van beschadiging van de dakleien. EEN" EERE-WACHT VAN' KINDEREN' bjj de opening van een nieuw kindertehuis te Londen door den hertog van Kent. Do aankomst van den hoogen bezoeker. DE INDISCHE FAKIR KUDA I1UX deed automobilisten, verkeersagenten en voet-, gangers versteld staan, door in het drukke verkeer in King Street, Hammersmith, Londen, geblinddoekt te rijden en nergens tegen op te botsen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 5