De eerste voortrekkers op het Jamboree-terrein - Huldiging Raichenbach LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad BUITEN HAAR KRINGEN 78ste Jaargang FEUILLETON EEN 'AANTAL ZUIDAFRIKAANSCHE ONDERWIJZERESSEN EN ONDERWIJZERS bracht een bezoek aan scholen in de Wieringermeer. De welkomstgroet op een der borden „Welkom oude familiestam in dit nieuwe Oranjeland." NA AFLOOP VAN DE LAATSTE PARTIJ IN DEN WEDSTRIJD SPRINGER—RAICHENBACH heeft het Haag- sche uitvoerend comité den wereldkampioen dammen Raichenbach en onzen landgenoot Springer gehuldigd. De heer Paul Bechet, secretaris van do Fransche legatie hangt Raidhenbach een krans om. Rechts Springer. Naast Rai chenbach do Haagsche wethouder van Onderwijs prof. v. d. Bilt. DE INTERNATIONALE TENNISKAMPIOENSCHAPPEN - te Noordwijk vingen aan. met een rustdag. De dames dach ten blijkbaar niet aan rusten. Mej. R. Mechel in actie. DEZE JEUGDIGE V1S- SCHER UIT CALIFOR- Nlë ving een visch van meer dan 40 k.g. GISTERAVOND HEEFT DE HEER H. VAN BOEIJEN, in verband met zijn Benoeming tot minister van Binnenlandsche Zaken, afscheid genomen als voorzitter van den Radioraad in een bijzondere vergadering. Vijfde van rechts zittendminister van Boeijen. Door HERMAN ANTONSEN. 1) I. De blauwe roadster, die door zijn lagen bouw terstond den argwaan wekte van eiken verkeersagent, gleed langs den trot toirband voor het groote huis van rooden baksteen met de hooge vensters en stopte. Het meisje achter het stuur keek op het klokje onder de voorruit. Kwart over twaalf. Twee uur en Vijf minuten van Southamp ton naar New-York, en dat met een om weg van vijf mijl en slechts één politie agent. die woedend was geworden om haar diep blauwe oogen, zwarte haar en guitig brutaal lachje! Nog zoo kwaad niet, in aanmerking genomen, dat de gloeiend heete Augustusdag den weg had bevolkt met menschen, die meenden, dat de stof fige buitenwegen koeler waren dan de ver laten beschaduwde straten van de stad. Het meisje draaide een handle achter in den wagen om en de kofferbergplaats viel open. Ze klom uit den wagen en met voor haar tengere gestalte onverwachte kracht haalde ze er een koffer en een toilettaschje uit te voorschijn. Hoewel die koffer zwaar was, belette hij haar toch niet rechtop te loopen bij het oversteken van het trottoir. Ze zette bei'de koffers voor de stoep neer. Een oogenblikje aarzelde ze, alvorens de deur open te sluiten en bekeek met wel gevallen de bloemen voor de vensters en het goed verzorgde uiterlijk van het groote huis. Aan haar rechterhand stroomde op slechts korten afstand de East River vooï- bij. Sleepbooten, jachten en oceaanstoo- mers trokken voorbij en vanuit het raam van haar slaapkamer op de bovenste ver dieping kon ze dien elndeloozen stroom van handelsverkeer overzien. Aan haar linker hand ratelde één straat verder de electri- sche hoog boven den grond voorbij en werden.de huizen slordiger en armoediger, om weer Iets verder over te gaan in de luxe-buurt van Park en Vijfde Avenue, Maar hier heerschten vrede en rust, die weldadig werkten op de door den rit van negentig mijlen gespannen zenuwen. Wat was het toch verstandig geweest, dat weel derige paleis op de Vijfde Avenue op te geven voor dit juweeltje op Livingstone Place! Wat gezellig was het geweest om het in te richten, te laten opknappen en meubileeren! Een oogenblik voelde ze zich kribbig tegenover tante Martha, die er zoo tegen geweest was, dat ze dit huis kocht en die in de aanstaande winters wel geregeld mopperen zou over het lawaai van het drukke verkeer. Tante Martha was zoo bij zonder gesteld op wat ze haar comfort noemde. Het meisje opende de deur en stapte naar binnen. De ruime hal zag er, ondanks de hoezen over de meubels, tóch vriendelijk en .gezellig uit. Ze nam een kijkje in den ontvangsalon en in de blijde opgewondenheid over haar bezit, liet ze haar koffers op den grond vallen en liep gauw naar de eetkamer. Daar trok ze de gordijnen open en keek uit over den tuin, die in de stad iets ongewoons was. Van daaruit kon ze de groote wolkenkrabbers bekijken. Ze stapte de keuken in en bewonderde de handige inrichting. Terugkeerend in de hal, nam ze haar koffers weer op. liep de breede trap op en ging de ruime zaal bin nen. dan de boekerij aan den achterkant en vervolgens liep ze naar de hoogere ver diepingen. Haar eigen kamer had groote ramen, die op de rivier en kleinere, die op de straat uitzicht gaven. Ze zette haar koffers op haar ledikant, liet zich in een leunstoel vallen en keek rond. Haar eigen huls! Al had ze er nog geen dag door gebracht, toch voelde ze zich al echt thuis. De vorige winter was met de inrichting van het huis voorbijgegaan en den zomer had ze in Southampton doorgebracht. Maar nu zat ze in haar eigen huis. Gek, dat ze dit zoo sterk voelde! Ze had een buiten in Southampton, dat ze verrukkelijk vond. Ze had een farmhouse aan het meer bij Palm Beach. Ze had een kampement in de Adi- rondacks. Maar die en het groote, nog niet verkochte huis waren de erfenis van haar ouders geweest. Dit echter, zoo voelde ze het tenminste, was heelemaai haar eigen huis! Vreemd, dat Carey en zijn vrouw niet. thuis waren om haar te verwelkomen! Nu ja. je kon van hulsbewaarders toch ook niet verwachten, dat ze altijd thuis zouden zitten, voor het geval hun meesteres on verwachts kwam binnenvallen? Ze ging naar haar badkamer en kwam daaruit een half uur later verfrischt en verkleed te voorschijn. Haar horloge wees twee uur. Het radiogram van tante Martha meldde, dat de Curtonia om half drie zou binnen- loopen, maar soms hadden die Oceaanboo ten wel eens geluk bij de quarantaine en kwamen ze eerder binnen, dan ze verwacht werden. Ze belde de reederij op. „Hoe laat komt de Curtonia binnen?" vroeg ze vriendelijk. De beambte was. ondanks de hitte, bui tengewoon vriendelijk en voorkomend. „U moet u vergissen, dame", zei hij. „de Curtonia komt niet voor morgen binnen," „Morgen?" „Ja, dame. tegen half elf. Als u mij uw nummer wilt opgeven, dan zou ik u mor genochtend wel even kunnen opbellen...." „O. neen. dank u, ik wil het u liever niet lastig maken." Het meisje haalde uit haar taschje het radiogram, dat ze den vorigen dag gekre gen had, te voorschijn. „Therese Tarpeton, Southampton, N.Y. Arriveer Woensdag 10 Augustus 3 u. n.m. Tante Martha." En het wasDinsdag 9 Augustus! Terry Tarpeton wierp zich op haar bed neer. „Geen wonder, dat tante Martha zich be zorgd over me maakt", mopperde ze tegen zichzelf. „Geen wonder, dat ze dacht, dat ik zou vergeten, dat dit huis van mij was! Terry Tarpeton, je hebt nog niet zooveel verstand als Ze zocht tevergeefs naar een woord, dat genoegzaam haar domheid zou uitdrukken. Ze keek met een zuur gezicht naar de zol dering. Vanavond was het bal bij de Bli- nes. Ze had beloofd er te komen, als ze terug zou zijn. Als tante Martha nu nog in de stad geweest was en wat had willen uit rusten van haar zeereis, dan had ze voor haar fatsoen bij haar kunnen blijven en dat bal afzeggen. Maar vanmiddag zou ze brid gen met Janey Lee, Tom Whiteley en Cur tis Suthers. Dat wilde ze niet graag ver zuimen. Curtis wasja, ze wist eigenlijk nog niet precies, wat hij eigenlijk voor haar was. Die groote, knappe jonge man had met haar naar New-York willen rij den, toen hij hoorde, dat de bridgepartij anders niet kon doorgaan. Maar ze had allerlei uitvluchten bedacht. Want eigen lijk was ze bang voor hem. Bang, dat hij haar er toe zou bewegen haar onafhanke lijkheid, die ze nog pas een jaar had en die zich eigenlijk alleen getoond had in het koopen van een huis tegen den zin van haar tante, op te geven, terwijl ze die toch zoo kostbaar vond. Curt had nog wel geen vormelijk aan zoek gedaan. Maar dat wachtte slechts op haar wil. Ze kon hem tot een aanzoek brengen, wanneer ze maar wilde. Tegen over anderen zou ze wellicht niet zoo rid derlijk geweest zijn. Ze had dien winter drie aanzoeken toegelaten en afgeslagen. Maar met Curt stond het anders. Curt was een fijne man en ze wilde hem het ver driet van een afwijzing besparen. In den laatsten tijd had ze zich erg enzeker ge voeld. Ze wist niet, of ze wel dolveel van Curt hield. Ze wilde haar houding tegen over hem niet van een bui of een stem ming laten afhangen. Ze sprong op. Door haar eigen vergeet achtigheid zat ze nu in New-York. Een dag te vroeg en zonder personeel. Ze keek weer op de klok. Ze kon voor de thee nog in Southampton terug zijn. Ze kon per telegram haar komst aan Curt melden. Maar ze schudde het hoofd. De rit naar Southampton leek haar toch te stof fig en te lang. En Curt was opeens niet meer dan een goede oude vriend voor haar. Maar wat moest ze nu een heelen dag alleen in de stad doen. AI haar kennissen waren immers buiten. Toch, iemand moest er wél in de stad zijn! Ze bladerde de tele foongids door. Ze belde verschillende vrien dinnen op. Tevergeefs. Ze gaf het na nog enkele pogingen wanhopig op. Maar tegen lunchtijd kon ze het niet meer uithouden. Ze trok een andere japon aan, zette een breedgeranden stroohoed op en ging naar buiten. Vlak bij huis ontmoette ze Mrs. Carey. „O, miss Terry", riep de hulshoudster verrast, „hoe komt u in vredesnaam bent u dan heelemaai alleen in huis ge weest?Pat is vanmorgen naar een voetbalwedstrijd gegaan en ik ben naar den kruidenier geweestbent u niet bang geweest, zoo heelemaai Terry schudde Mrs. Carey de hand. „Heelemaai niet. Ik heb lekker een bad genomen en ga nu lunchen. Ik ga wande len. Wilt u even opbellen, dat ze mijn auto hier weghalen. Verder neem ik wel een taxi. Ik blijf vannacht hier. Ik heb me ver gist. Ik dacht, dat tante vandaag aan kwam, maar ze komt pas morgen." „U zult wel heerlijk slapen in die snoe zige kamer, miss Terry", zeide^Jiuishoud- ster. „Ik ga zorgen voor schoon linnen goed en (Nadruk verboden). (Wordt vervolgd). DE EERSTE VIJFTIG VOORTREKKERS zijn reeds op het Jamboree-terrein te Vogelenzang aangekomen. Boven: aardappelen schill en is iets, dat een padvinder net zoo goed kan als moeder. Onderdo jongens aan den arbeid.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1937 | | pagina 5